iairdffebertchtm. ^tltfrtentiïn. eetij dtngjen. Bevreemdend mag bet genoemd worden dat de repu- blikeinen het spel hunner tegenstanders, de Bonapar- tisten, nog niet heter doorzien. Dezen toch is het al leen te doen om schandaal te maken en door onbe schaamdheid de aandacht op zich gevestigd te houden. Met zulke lieden redeneert men niet. Nog veel minder maakt men hen voor leugenaars uit. Men laat, gelijk Gambetta den vorigen dag deedde uitspraak aan de geschiedenis over. Belgische brieven, Brussel19 Juli. Het internationaal militair congres is sedert Maandag jl. binnen onze muren vergaderddoch het doet weinig van zich hooren en dat om goede redenen. Al het werk dat het congres tot dusverre verricht en al de quaes- tiën die het behandeld lieeft lossen zicli op in een lus tig gerammel van vorken op de diners, welke de mi nisters van buitenlandsche /.aken en de koning achter eenvolgens aan de vertegenwoordigers der verschillende mogendheden hebben aangeboden. Dit moet u niet verwonderen. Op dez© manier toch worden de meeste philanthropischc congressen geopend en besloten, en vooral in den mond van congresleden is het woord van den dichter gepast: Tout se fait en dinant dans le siècle ou nous sommes. Et f est par les diners qu on gouverne les hommes. (Hetgeen in onze taal misschien op de volgende wijze gezegd zou kunnen worden: •Men doet, in onzen tijd, zijn zaken met dineeren En 't menschdom laat zich, al dineerende, regeeren." EED.) Meen echter niet dat het mijn bedoeling is om het congres, met de mannen die het ontworpen hebbcu en hen die er aan deelnemen, stelselmatig in een on gunstig daglicht te stellen, verre van daar. Ik ben integendeel volkomen bereid om mijne schuld te belijden en overal van de daken te verkondigen dat ik gedwaald heb, zoodra de een of andere doeltreffende maatregel het gevolg mag zijn van dezen raad der mo gendheden. Ik ben zelfs geneigd te erkennen dat het congres op homoeopatisclie manier altijd in staat is om eenig goed te doen. Maar wat ik weet en wat ik bepaald durf te verzekeren is dat men tot heden niets heeft uitgevoerd. Wilt gij er het bewijs van hebben? In geen enkel dagblad zal men een woord over zijn arbeid vermeld vinden. De „Nord", het officieel orgaan van het congresweet er niet meer van te vertellen dan eenig ander dagblad. Nu zal men mij wel te geinoet voeren dat de zittingen met gesloten deuren gehouden worden, dat men eenvoudig de gedane belofte van ge heimhouding nakomt en dat ik dus onmogelijk weten kan of er misschien niet reeds het een of ander gedaan is. Toch blijf ik bij mijn bewering. De gesloten deuren moet ik toegeven, maar ik houd staande dat het eene onmogelijkheid is om in eene vergadering van veertig leden over de beraadslagingen het geheim ts bewaren. Het sebeidsrechters-congres dat iu het vorige jaar te Genève bijeenkwam om het Anglo-Amerikaansche ge schil over de Alabama uit den weg te ruimen, bestond uit niet meer dan vijf leden. Telt men hier de vijf secretarissen bijdan heeft men in het geheel tien per sonen, die eveneens overeengekomen waren om het stilzwijgen te bewarenhetgeen echter niet wegnam dat men van den eersten dag tamelijk wel op de hoogte was van hetgeen er verhandeld werd. Ik geloof dus dat mijne gevolgtrekking niet onjuist kan genoemd worden en dat ik, op grond van dit voorbeeld, het recht heb te zeggen: Er is niets uitgelektmen heeft dus ook nog niets gedaan. In werkelijkheid is men nog bezig te beraadslagen over het Russische tegen-ontwerpwaaromtrent vrij wat bezwaren gerezen zijn. Om dezen uit den weg te ruimen heeft het congres zelts eene commissie van 14 leden benoemdvan eiken staat éenteneinde den loop der zaken een weinig te vereenvoudigen. De andere tegen-ontwerpendie nog in vrij grooten getale zijn ingediend, zullen later in behandeling komen. Intusschen worden de heeren vertegenwoordigers hier op uitstekende manier ontvangen en onthaaldzoodat zij natuurlijk niet hijzonder veel haast zullen maken om weder te vertrekken. Wat de Belgen zelf aangaatzij leggen eene groote mate van koelheid tegenover deze nieuwigheid aan den dag. Het Belgische volk is uit zijnen aard nog al onverschillig. Geen wonder dat deze bijeenkomst van philanthropischc krijgslieden eene uitvinding van Pruisisch-Russische afkomst ons tamelijk koud laat. Graanmarkten enz. Rotterdam, 3 Augustus. Tarwe met geringen aan voer flauw hetzelfde,- nieuwe rogge met kleinen aan voer- van f 8.75 tot ƒ9.75; wintergerst met ruimeren aanvoer 30 cent lagerzomer dito onveranderdnieuwe erwten met geringen aanvoer 11 a ƒ12; koolzaad waarvan 220 last aangevoerd ƒ10.60 a ƒ11.20; overi gens met geringen aanvoer zonder verandering. Amsterdam, 3 Augustus. Raapolie op zes weken ƒ331- Lijnolie op zes weken 32 Prijzen van Effecten. Amsterdam, 2 Augustus. Nederland. Certific. Werkelijke schuld. 2* pet. 60VV dito dito dito 3 dito dito dito 4 94J Aand. Handelmaatschappij 4£ 1371 dito exploitatie Ned. Staatssp. 105 België. Certificaten bij Rothschild 21 Frankrijk. Inschrijvingen3 591 dito5 n 921 Rusland. ObUgatiën 1798/1816 5 101| dito Hope C°. 1855 6e serie 5 881 dito 1000 18645 101* dito L. 100 1872 5 99* Loten 18665 „292 Oblig.Hope C°.Leening 1860 41 941 Certific. dito4 801 Inscript.Stieglitz &C°. 2e a 4 L. 4 801 Obligatiën 1867—69 4 831 Certificaten6 53* Aand. Spoorw. Gr. Maatsch. 5 2431 Oblig. dito4 201 Aand. Baltische spoorweg .3 127 Obl. spoorweg Poti-Tiflis. 5 IQQ dito dito Jelez Orel 5 99* dito dito Charkow Azow 5 9& Polen. Schatkistobligatiën 4 821 Oostenrijk. Oblig.metal.in zilverJan./Juli. 5 66§ dito dito April/Oct. 5 66| dito in papier Mei/Nov. 5 63 dit dito Febr./Aug. 5 63* Aand. Nation, bank 3 1038 Hongarije. Schatkistbiljetten 6 Italië. Certific. Amsterdam 5 621 Spanje. Obligatiën Buitenl3 17* dito Binnenlandsche 3 12J Portugal. Obligatiën3 45 j Turkije. Inschrijving Alg. schuld 5 43* Egypte. Obl. 1868 7 dito 1873 7 681 Amerika. Obl. Vereenigde Staten 1904 5 99| dito dito dito 1882 6 98* dito dito dito 1885 6 1021 Illin. Cert. Amsterdam 831 Oblig. Illinois Redemtion. .6 Oblig. Central Pacific. 6 78* Obl.St.Paul&Pac.Spw.Dsee. 7 n dito dito dito 2esec. 7 17 Brazilië. Obl. 1863 44 91 dito 1865 5 98* Prijzen van coupons. Amsterdam, 2 Augustus. Metall. 22.27£; dito zilver 23.27 Div. Eng. per 11.70; Eng. Portugal per£ 11.821Amerikaansche dollars (in goud) 2-40. Amsterdam 1 Augustus. Metall. 22.421dito zilver 23.271; Div. Eng. per Eng. Russen per ƒ11.70; Eng. Portugal per ƒ11.821; Frans /56|; Belg. ƒ561; Pruis /34|; Hamb. Russen 31$; Russen in Z. R. 32*; Poolsche per fl. Ameri kaansche dollars 2.40; papier 2.13. Heden overleed na een langdurig en geduldig lijden onze geliefde dochter PAULINE CORNELIA, in den jeugdigen leeftijd van 24 jaren, diep betreurd door haro broeders, zusters en hem, met wien zij nauwer wenschte vereenigd te worden. Middelburg, 1 Augustus 1874. P. DOBBELAAR HALFFMAN. C. A. HALFFMAN—Vis. Heden overleed na een smartelijk en geduldig lijden, in den ouderdom van 73 jaren, onze geliefde echtge noot en vader PIETER BRONSWIJK, rustend hoofd onderwijzer dezer gemeente. A. ZONNEVIJLLE, Wed. Bronswijk, Schoondijke, A. J. BRONSWIJK. 1 Augustus 1874. C. M. BRONSWIJKBool. M. E. BRONSWIJK. het Fransche oorlogsfregat Orénoque aan te dringen, dat nog altijd voor de haven van Civita Vecchia als het ware op de wacht ligt. De Pruisische regeering gaat voort met de katholieke vcreenigingen te ontbinden, die echter hun best doen om onder een anderen, door de wet goedgekeurden vorm te blijven bestaan. Ook heeft het opperste ge rechtshof beslist dat de betaling der boeten welke de bisschop van Paderborn verschuldigd was door een ander persoon, niet voldoende is om den prelaat van do gevangenschap te ontheffen. Prins Bismarck eindelijk heeft door tusschenkomst van een zijner zonen de Beiersche rechterlijke autoriteiten zijne tevredenheid doen betuigen over den ijver en de bekwaamheid bij gelegenheid van den aanslag op zijn leven aan den dag gelegd. Hierdoor worden dus de beschuldigingen der Berlijnsche offic.ieuse pers voldoende wederlegd. Dezo zijn de laatste bijzonderheden van den oorlog die tlnns in Duitscliland gevoerd wordt en die iederen dag zijne nieuwe eigenaardigheden oplevert. Republikeinen en Bonapaitisten. De heer Gambetta heeft door zijne Vrijdag in de nationale vergadering te Versailles gehoudene redevoe ring, opnieuw getoond niet alleen dat hij een uitstekend redenaar, maar ook dat hij een politiek man is, van meer beteekenis dan zijne vijanden willen erkennen. Een spreker die in eene zoo onverdraagzame vergadering als de Fransche zijne bitterste tegenstandersde monar- ehalen en legitimisten van de rechterzijdetot luisteren on tot stilzwijgen dwingtmoet een man van meer dan gewoon overwicht en talent wezen. Gambetta's redeneering was strikt logisch en daardoor volkomen onaantastbaar. „Men verwijt uzeide hij tot de vergaderingdat gij machteloos zijt. Gij spreekt dat verwijt tegen en als bewijs dat gij u wél iu staat voelt om aan het land de staatsinstellingen tc geven waaraan het behoefte heeft, hebt gij het voorstel om tot eene ontbinding over te gaan afgewezen. Gij acht het dus niet noodig, het land eene nieuwe volksvertegenwoor diging te doen kiezen wijl gij zelf u in staat gevoelt om alles te doen wat als zoodanig van u verlangd wordt. „Maar wanneer dit zoo isdan is het ook in strijd met uwe eigen stelling, indien gij voor zoo langen tijd als men u voorstelt uiteen wilt gaan. Zijt gij bekwaam om aan Frankrijk een staatsvorm te gevenwelnu doe het danmaar ga niet voor zes maanden uiteenden staat van beleg als eenige wettige staatsinstelling achterlatende." Ziedaar den zin van dc indrukwekkende toespraak van den vroegeren dictatordie door de rechterzijde schier niet in de rede gevallen en door den president bijna met welwillendheid aangehoord werd. Alleen de Bona- partisten hebben in zijne redevoering weder gelegenheid gezocht voor een klein schandaal, dat zij in de zitting van Zaterdag met goed gevolg verder hebben uitgewerkt- Op eene uitdrukking van Gambetta, dat de vorige republiek alleen bezweken was tengevolge van de samen zwering van den 2eö December 1851riep een aanhanger van het keizerrijkde heer Galloni d' Istriadat de 2" December alleen de opkomst der Commune twintig jaren vertraagd haden dat de republiek bezweken was onder de verachting en den afschuw van alle eerlijke lieden. Gambetta eindigde dien woordenstrijd met te zeggen dat de geschiedenis reeds heeft uitgemaakt wat een eerlijk man over den 2en December denken moetdoch den volgenden dag wilde een lid van de linkerzijde, Schoelcher, cr nog eens op terugkomen. Hij vroegbij het lezen der notulen, of de heer Galloni d'Istria zijn gezegde staande hield. Daar deze spreker nog niet in de vergadering tegenwoordig washaastte een ander Bonapartistde Gavardiezich te antwoorden dat hij de uitdrukking„de republiek is tweemaal bezweken onder de verachting der eerlijke lieden", voor zijne rekening nam. „Dan hebt gij gelogen", antwoordt, de repu blikein. Galloni d'Istria beklimt op zijne beurt de tribune en herhaalt van daar zijne woorden, er bijvoe gende „lk heb daarvan niets terug te nemen." De geheele linkerzijde was nu reeds in opstand. Jules Simon riep den Bonapartisten toe: „Gij belcedigt de waarheid, de geschiedenis en de zedelijkheid." De heer Schoelcher bleef al dien tijd vóór de tribune staan en herhaalde zijne woorden: „Ik houd vol dat gij een leugenaar zijt." Het tumult werd zóo groot dat de president geen kans zag het tot bedaren te brengenziju hoed opzette en de zitting voor een half uur ophief. Daarna opende men de vergadering weder en ging men vreedzaam over tot de goedkeuring van een postverdrag tusschen Frankrijk en Brazilië. Vervolgens werden de 25 leden der permanente commissie verkozen, die gedurende de vacantie dc kamer zullen vertegenwoordigen. Vier der gekozenen behooren tot de uiterste rechterzijde, vier anderen tot de rechterzijdeacht tot het rechter centrum en de negen overigen tot de verschillende linkergroepen. Eergisteren is te Riga gearriveerd het barkschip Walcheren, gezagvoerder M. Th. Larsen, van Nieuwe- diep. Schip en equioage in goeden staat Voor de vele blijken van belangstelling, bij de geboorte van hun zoon ondervonden, betuigen de ondergeteekenden hun hartelijken dank. Neuzen, 31 Juli 1874. H. C. E. VAN ÏJSSELSTEIJN. J. N. A. E. J. VAN ÏJSSELSTEIJN, Pjseters,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 3