betuigingen aan hun adresbij de ultramontanen terug
gewonnen is, dat kan ik niet goedkeuren. Waarom
dan niet terstond tot Arnoldts, Haffmans oi van Nis
pen jr. gegaan?
„Zeer naïef voegen do Haagsche couranten bij dit
bericht, dat de heer Heemskerk do opdracht heeft
aangenomen. Nu, dat sprak van zelf; men kon niets
anders verwachten en evenzoo valt er niet aan te twij
felen of er zal wel een clericaal-reactionair ministerie
tot stand komen. De mannen staan reeds lang ge
reed; en evenals Mij er c. s. in 1866, die zitting namen
aan de groene tatei omdat de rainisterieele zetels
onbezet waren en er dan toch ministers moesten zijn,
zullen nu wel zeven leden dier coalitie genegen zijn
om opnieuw die stoelen in te nemen, zonder het gevaar
van mislukking te loopen door zich te veel in pro
gramma's of politieke quaestiën te verdiepen. Dit
althans staat vast dat het ministerie, door Heemskerk
gevormd, in de tegenwoordige omstandigheden, niets
dan een ultramontaansch-reactionair ministerie kan zijn.
Denkbaar, schoon niet mogelijk, zou het geweest zijn
dat do heer Heemskerkzoowel door historische her
inneringen van ouderen datum als door zijne eigen
voorstellen tot algemeene census-verlaging geïnspireerd,
bij de geavanceerd liberalen eenigen steun zocht, maar
een conservatief ministerie kan het door Heems
kerk gevormde niet wezen. De leider der conserva
tieve partij is hij niet hebben zij die den koning
geraden hebben dat gemeend, dan hebben zij zich
deerlijk vergist.
„Wij gaan dus weer een tijdvak van verrassingen en
waagstukken tegemoeten kunnenwanneer ten minste
het ministerie Heemskerk tot stand komt, althans eene
zeer woelige zitting der staten-generaal verwachten. Het
ministerie zal het spel kunnen openen evenals het in
1866 deedde heer Mijer is nog altijd beschikbaar, en waar
schijnlijk niet ontoegankelijk voor het aanbod van eene
hooge betrekking. Wanneer de heer Loudon wordt te
ruggeroepen en Mijer in zijne plaats benoemd, dan kan
cr weer eene motie Keuchenius worden aangenomen en
de weg is voor de eerste ontbinding gebaand. De roode
en blauwe randjes van de landsdrukkerij kunnen dan
weer dienst doen. Van een door Heemskerk gevormd
kabinet is gcene matiging noch kalm beleid te wach
ten; alles moet daarbij met gewe'd en onhandigheid
gaan. De eenige lichtzijde van dit alles is datgelijk
het spreekwoord zegt, harde heeren niet langregeeren,
en dat van een ultramontaansch reactionair ministerie
in Nederland, wanneer liet de gevaarlijke handigheid
mist om alles wat het doet in het geheim te doen de
allereerste regeeringsdaad men zou kunnen zeggen
het feit der optreding reeds onmisbaar het begia
van het einde moet zijn.
„Met dat al is deze oplossing uit een standpunt van
hoogere politiek dan van portefeuillebejag zeer te be
treuren. De positie wordt daardoor weder vervalscht;
want al onthoudt het ministerie zich van waagstukken,
en geeft het dus in 1875 aan de kiezers de gewone
gelegenheid om haar oordeel over het regeeringsbeleid
n it te sprekendan kan al weder door de kiezers niet
daa een negatief oordeel worden uitgesproken. Dat de
natie niet in ultramontaansch-reactionairen zin wonscht
geregeerd te wordendat weet iedereenm lar wat nie
mand weet is wat ze dan wèl verlangt. En zoodoende
wordt het stellen dezer vraagdie toch beantwoord
moet worden, willen we niet tot stilstand en achteruit
gang gedoemd blijven, wêer tot 1877 uitgesteld."
Benoemingen en besluiten.
rechterlijke macht. Herbenoemd tot plaatsver
vangende kantonrechters te Oostburg \V. C. de Smidt
en C. Ie Nobel.
Onderwijs.
Door curatoren van het stedelijk gymnasium te Ara-
hem is tot rector aan die inrichting voorgedragen een
tweetalbestaande uit de heeren dr. F. H. 13. von Hoff,
docent te Zutfen, en dr. D. Burger, rector te Amersfoort-
Kerknieuws.
De heer A. Brink, predikant bij de Christelijk
gereformeerde gemeente te Neuzen, heeft bedankt voor
het beroep naar Burum.
Marino en leger.
Zr. M\ schrocfstoomschip Ban djermassing, onder
bevel van den luitenant ter zee 1" klasse E. L. Ehnle,
is deu 17 n dezer van de reede van Texel vertrokken
ter opvolging zijner bestemming naar Atehin.
Het Handelsblad deelt mede dat de muziekkorp
sen bij de regimenten infanterie weder zullen worden
ingericht op den voet zooals zij voor de opheffing in
1843 bestaan hebben.
Ongehuwde gepensioneerde officieren van gezondheid
der le of 2e klasse van het Nederlandsch-Indisch leger
of van de landmacht in West-Indiëdie in aanmerking
wenschtn te komen voor de eerlang vacant komende
betrekking van officier van gezondheid by het koloniaal
militair invaliedenhu'a op Bronbeekmoeten zich bij
gezegeld request en onder overlegging van hun dienst
staat wenden tot het ministerie van koloniën voor of
op 15 Augustus a. Aan genoemde betrekking is ver
bonden eene jaarlij';sche toelage van /800, benevens
vrije woning in het gesticht.
Landbouw.
Met. ingang van 1 October a. wordt, op nader vast
te stellen voorwaardenaan vijf personen gelegenheid
aangeboden om tegen genot eener jaarlijksche toelage
van duizend gulden zich de noodige bekwaamheden
eigen te maken voor de betrekking van leeraar in de
landbouwkunde voor middelbaar onderwijs. Zij die het
genot dezer toelage verlangen moeten genoegzaam ont
wikkeld zijn om te doen verwachtendat zij het
examen voor de gevorderde akte van bevoegdheidna
ongeveer twee jaren, met goed gevolg zullen afleggen.
Aan lien, die zich gedurende korteren of langeren tijd
in de landbouwpraktijk hebben bewogenwerdt, bij
overigens voldoende geschiktheidde voorkeur gegeven.
Blijkens oproeping in de Staats-courant van lieden
moeten belanghebbenden zich vóór 1 Augustus a. met
vrachtvrije brieven wenden tot den inspecteur van het
middelbaar onderwijs, den hoogleeraar dr. M. Salverda,
te '8 Gravenhage.
Koloniën.
De generaal Verspyck was bij zijn vertrek naar Eu
ropa door een aantal officieren, den kommandant van
het legereen adjudant van deu gouverneur-generaal
en een aantal autoriteiten uitgeleide gedaan. Onder het
spelen van het volkslied en het. salueeren van het ge
schut werd de generaal aan boord van het Fransche
stoomschip Neva gebracht.
Met dezelfde gelegenheid vertrok ook de gepensio
neerde kolonel E. C. van Daalen, gewezen 2e komman
dant der tweede expeditie.
In plaats van den heer Bosscher, die tot directeur
van on derwij3, eeredienst en nijverheid benoemd is
werd tot resident van Kedirie bevorderd de assistent
resident van Modjokerta F. Beyerinck.
Van de per mail van 6 Juni aangebrachte berichten
uit Indië deelen wij het volgende mede
Naar Atehin waren vertrokken van Batavia het
stoomschip Sloet van de Beele met 360 en van Sama-
rang het stoomschip Alexander met 199 man tot aan
vulling van het garnizoen. Bovendien is volgens den
Javabodc een gedeelte van het naar Java teruggebrachte
getrokken geschut weder naar Atehin overgevoerd.
De reis van den onderinspecteur voor de kustver-
lichting naar Atehin heèTt tengevolge gehad dat voor
de oprichting van een vuurtoren eene plaats is aange
wezen eene plaats op dc Noordkust van het eiland
Bras aan de noordwestelijkste punt van Sumatra alzoo.
De toren zal op eene rots van 300 voet hoogte geplaatst
worden en op ongeveer 22 mijlen afstands zichtbaar
zijn. Reeds zijn tijdelijke woningen voor werklieden
en bewakers in aanbouw.
Eene zending ter bemiddeling schijnt opgedragen
te zijn aan zekeren heer Roura, gezagvoerder van een
tusschen Singapore en de peperhavens op de kust van
Atehin varend handelsvaartuigendie te Batavia verl
scheidene conferentiën met den gouverneur-generaal en
den algemeenen secretaris gehad moet hebben.
Uit Edi was een bericht ontvangen dat aldaar
eene versterking van honderd manmet achterladers
gewapend, werd noodig geacht.. Dc kolonel Pel had
last gekregen die macht uit Atehin derwaarts te zenden.
De raad van onderzoek in de zaak van den kapi
tein van Daalen heeft met vier tegen drie stemmen
ontkennend geantwoord op de vraag of die officier al
dan niet uit de gelederen bchooide verwijderd te worden.
Gemengde berichten.
Te Veere had gisteren een knaap W. van Molen
broek genaamd, bij het baden het ongeluk in een diepte
van het Veersche gat te geraken en te verdrinken. Pogin
gen tot redding waren onmogelijk dewijl het ongeluk
te laat bespeurd werd.
Uit het in druk verschenen verslag der stadsrei
niging te Leeuwarden over 1873 blijkt dat op dit werk
door de gemeente eene winst behaald is van 3648,
behalve nog f 8677 voor do geraamde opbrengst der
op het einde des jaars nog aanwezige 1335 lasten, die
reeds 4 Februari 1874 voor dat bedrag van de hand
gezet waren. Aan werkloon werd uitbetaald f 15,375,
tegen een gemiddeld daggeld van f 1 per persoon.
De uitbreiding van het tonnenstelsel maakte de aan
schaffing van 155 nieuwe tonnen en 112 zinken trechters
en deksels noodig. Op 31 December waren reeds 225
privaten van verbeterde tennen voorzien10 daarvan
ter vervanging van beerputten en 42 ter vervanging
van in riolen en grachten uitloopende privaten. De
verschillende verzamelde mestspeciën worden steeds op
dezelfde wijze tot compost vermengd, terwijl voor de
goede hoedanigheid daarvan en de zuivering van allo
schadelijke zelfstandigheden nauwkeurig zorg wordt
gedragen.
In Kissingen wordt algemeen de volgende geschie
denis verhaald. Eenige dagen voor den aanslag keerde
prins Bismarck van de zoutbronnen door de grasvelden
te voet miar de stad terug. Hij keek naar een troep
maaiers en begon een gesprek met heneindelijk vroeg
hij den boer of liij diens zeis eens even mocht hebben
en deed er eenige streken mededie bewezendat hij
er zeer goed mede kon omspringen. De boeren hadden
er natuurlijk grooten schik in en verbaasden zich, dat
een lieer zij wisten niet wie hij was zoo goed
kon maaien. „Gij schijnt een flinke boer te zijn, mijn
heer zeide de eigenaar van de zeis en kunt den
zeis beter hanteeren dan ik." „Jamijn goede man
antwoordde de prins men gewent zich in zijn zaken
aan veel, en wat ik begin moet. goed of in het geheel
niet gedaan worden." Hierop nam hij afscheid van de
landlieden en vervolgde zijn weg, na den boer met
een krachtigen handslag te hebben gegroet en hem ge
luk te hebben gewenscht met zijn goeden oogst. Toen
de boer later hoorde dat prins Bismarck zijn zeis had
gebruikt riep hij in plat Beiersch uit „Potz bommen
en granatenAls nu iemand mijn zeis wil hebben
geef ik haar niet voor nog zooveel geld!" Slechts
weinige uren later was het gebeurde natuurlijk in den
Curgarten bekend en alle.ivooral de te Kissingen in
groote getale aanwezige Engelschen, haastten zich nu
om de weide, den boer en het hooi te gaan zien, dat
nu ook historisch is geworden. Vooral echter interes
seerden dc Engelschen zich voor dc zeis en begonnen
al spoedig tegen elkander op te bieden om haar te
koopende boer wilde haar evenwel in geen geval ver-
koopen en zeide maar: „Die zeis is nu mijn grootste
vreugde, en ik behoud haar, maar ik wil haar gaarne
laten zien."
Dc Fransche bladen verhalen dat in de gemeente
Arricau-bordesin het Zuiden van Frankrijk, dc ge
meenteraad gepresideerd wordt door de vrouw van den
maire. Deze dame is zelts gewoon in de beraadslagin
gen levendig het woord te voeren.
Het reglementeeren en wetten maken op alles
gaat in Frankrijk nog altijd door. De prefect van Lyon
heeft nu weder, teneinde in de bestaande duurte van
vleescb en brood te voorzienoen tarief willen vaststel
len voor bakkers en slagers. Natuurlijk hebben deze
echter hiervan niets willen hooren. Op het oogenblik
dat de prefect zijn tarief tot wet wilde verheffen, schijnt
er evenwel eene nieuwe, zeker door de omstandigheden
gewettigde prijs verhoog ing te hebben plaats gevonden,
althans het blad Décentralisation schrijft het daaraan
toe dat de tarieven nog niet zijn afgekondigd.
In het zuiden van Frankrijk nabij Toulouse zijn
zulke hevige hagelbuien gevallendat een vierde ge
deelte van den oogst er door vernield is.
Burgerlijke stand.
(Van 12—19 Juli.)
Middelburg. OndertrouwdJ. Joosse, jm, 23 j., met
P. Tange, jd. 23 j. M. van Os, jm. 33 j., met K. I. do
Groot, jd. 26 j. J. de Witte, jm. 29 j., met N. Smeer-
dijk, jd. 23 j. G. Forée, jm. 22 j., met J. Montanari,
jd. 26 j. II. W. van der Wiere, wed'. 42 j., met W. A.
Weijnman, jd. 31 j. A. W. Bastiaanse, jm. 25 j., met
A. A. F. Papegaaij, jd. 23 j.
Bevallen: T. Francke, geb. Verniel, d. M. J. Sloot-
mans, geb. van Hooren, z. J. Vcrvenne, geb. Romijn,
z. A. A. van Breda, geb. Snoep, d. J. Franse, geb.
van Tatenhove, z. M. L. Ewaardt, geb. van der Poel,
d. M. J. den Hartog, geb. Maij3, z. M. J. Kalle, geb.
Krijger, z. (levenl.)
Overleden: J. C. de Schinkel, 37 j. A. Kampman,
21 j. (te Atehin). C. Laven, 35 j. (in de Cedar passage).
C. S. Riksen, vrouw van W. Petict, 49 j. J. Ludik-
huizen, 9 in. C. M. Haceou, wede. van P. Bouwen se,
82 j. A. J. Jongkindt, man van J. C. Sohier Serlé, 56 j.
(Van 11—18 Juli.)
Vlïssingen. Gehuwd: P. J. H. Daane, jm. 27 j.,
met. C. C. F. CJolard, jd. 25 j.
Bevallen: A. A. Smith, geb. Baan, d. M. C. Blondé,
geb. Zonnekeijn, z. C. T. Bruckx, geb. Gillebert, d.
J. W. van Beek, geb. Grootjans, z". (tweel.) A. Gijzen,
geb. Hendrix, z. J. C. Kemeling, geb. de Kok, d. J. C.
Edelman, geb. Lantmeter, z.
Overleden: M. C. E. Boogaarfc, d. bijna 3 j. J. Lefe-
vre, man van A. C. Baljé, 38 j. A. C. Beije, z. 7 m.
J. J. de Plaa, 3 m. J. M. Verschuur, vrouw van H. J.
Ha verhorst, 43 j. M. H. Polak, z. 19 j. G. Doense,
d. 3 j.
Goes. Gehuwd: M. Tolhoek, jm. 22 j., met E. W.
Harink, jd. 18 j.
BevallenS. A. C. P. Pilaar, geb. van Borrcndam, z,
A. P. Kauffmann, geb. Thewalt, z.
Overleden: J. van Splunder, wedr. van C. Hooger-
werff, 84 j. C. Meijler, z. 15 m. M. Liudenberg, d. 21 m.