MIDDELBURGSCHE
COURANT.
r is6.
Vrijdag
1874.
3 Juli.
Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2*=
JDe prijs per 3/m.franco ie f 3.GO.
en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
Middelburg 2 Juli.
EEN KLEIN VOOEDEEL.
In den tijd van crisissen en van onvruchtbaarheid op
wetgevend gebiedwelken wij belevenkunnen wij niet
nalaten de aanneming door de eerste kamer van
het wetsvoorstel van den heer yan Houten tot regeling
van den arbeid der kinderen in fabrieken, als een
heugelijk feit te begroeten. Het is nu toch gebleken
dat ook bij het hoogste staatslichaam in Nederland
samengesteld uit de klasse der groote grondeigenaars
en der vermogenden bij uitnemendheid, geen tegen
werking ondervonden wordt, wanneer het er op aan
komt de billijke grieven der minder bevoorrechten in
de maatschappij te helpen verlichten. Men moge nu
de wet, zooals zij uit den smeltkroes der amendemen
ten in de tweede kamer te voorschijn is gekomen, een
eersten schroomvalligen stap op den grooten weg der
verbetering noemen, men moge het betreuren dat er
niet meer gedaan is om het kinduit alle klassen van
den arbeidenden stand, voor te vroege exploitatie van
de zijde der ouders te behoeden, of om het, nu het de
deuren der fabriek voor zich gesloten ziet, meer bepaald
te noodzaken tot het ontvangen van onderwijsde
zaak is nu eenmaal een onderwerp onzer staatswetten
geworden en daardoor als het ware hij voortduring
aanhangig gemaakt. Had de eerste kamer het ontwerp
verworpen, gelijk sommigen verlangden, ten einde de
regeering in de gelegenheid te stellen eene heter uit
gewerkte en meer volledige wet in te dienenwie weet
hoe lang wij bij het korte en wisselvallige leven onzer
ministeriënweder hadden moeten wachten alvorens
er iets gedaan was.
Wat er aan de wet ontbreekt is later altijd gemak
kelijk aan te vullen. Op het oogenblik zijn wij althans
zoo ver dat een kind beneden de twaalf jaren niet in
eene fabriek of aan fabriekmatigen arbeid in huis mag
te werk gesteld worden. Men kan nu afwachten of de
ouders verstandig genoeg zijn en genoeg besef van hun
plicht hebben om hunne thans ledigloopende kinderen
ook naar de school te zenden. Blijkt dit niet het ge
val te zijndan zal later over de noodzakelijkheid ge
dacht kunnen worden om de ouders daartoe bij de wet
te dwingen. Evenzoo is het met den arbeid in het
veld. Het ontwerpdat thans behoudens de bekrach
tiging des konings tot wet verheven islaat het aan
landbouwers nog vrij hunne kinderen op iederen leef
tijd in het veld te doen werken. Het is nu maar de
vraag of onze landbouwers zeiven tot het besef zullen
komen dat jonge kinderen beter te huis behooren op
de schoolbanken dan op den akker, dat het luttele
voordeelbehaald indien men de teedere jongste lichaams
krachten aan den zwaren veldarbeid besteedt, ruim
opgewogen wordt door de ontwikkeling der krachten
van den geest, die op de school te verkrijgen is en
later zooveel rijkere vruchten afwerpt. Ook hiermede
dient eene proef genomen to worden. Is het noodig
ook in dit opzicht de wet als dwangmiddel te gebrui
ken, de weg staat daartoe later open.
Als een eerste stap, als eene noodzakelijke proefne
ming zullen wij ons derhalve verblijden indien het door
de vertegenwoordiging aangenomen ontwerp-van Houten
spoedig zijne plaats in de rij onzer staatswetten inneemt.
Tot het doen van dien stap den eersten stoot ge
geven te hebben, is voor den heer van Houten eene
schoone zelfvoldoening.
Naar men ons mededeelt is de heer A. H. G. Fokker
alhier niet benoemd tot lid van het Historisch genoot
schap te Utrecht, zooals wij gisteren gemeld hebbe^,
maar tot lid van liet Provinciaal Utrechtsch genoot
schap van kunsten en wetenschappen.
Naar wij vernemen is de in 1866 alhier opgerichte
Middelburgsche Koraalvereeniging ontbonden.
Morgen (Vrijdag) avond te half acht uur zal op het
Molenwater -alhier weder -eene muzikale uitvoering door
het muziekkorps der Middelburgsche schutterij gegeven
worden.
Men schrijft ons uit Vlissingen
„Aangaande de reis van het stoomschip W. A. Schol
ten van hier naar Rotterdam worden mij van zeer ver
trouwbaren kant eenige inlichtingen medegedeeld welke
ik u niet wil onthouden. Het schip vertrok van hier
met een diepgang van 45 decimeterniet 46 zooals in
de Nieuwe Rotterdamsche courant is opgegeven en
kwam ongeveer te elf uren voor den mond van den
nieuwen waterweg, waar de stoomboot P. Galand, mede
van de Rottcrdamsch-Amerikaansche maatschappijvan
Glasgow gekomen, reeds met een diepgang van 43 a
44 decimeter ten anker lag. De Scholten bleef toen
eenigen tijd heen en weder stoomen om het opkomen
van den vloed af te wachten. Toen het ongeveer hoog
water was, kwam er een stoomboot naar buiten met
iemand van de maatschappij aan boorddie den gezag
voerder van het stoomschip toeriep dat hij 15 voet water
gepeild had en het schip dus binnen kon komen. De
Scholten stoomde toen op, doch raakte den grondzoo
dat het schip sterk overhelde en door het bijzetten van
de kluivers en andere manoeuvres met moeite eenige
vaart kon behouden. Geholpen door de bijzonder
gunstige weersgesteldheid slaagde het schip er in
langzaam over de ondiepte heen te kruipen en zijne reis
te vervolgen. Ware er slechts een weinig deining ge
weest, dan zou het prachtige vaartuig in groot gevaar
verkeerd hebben."
Den 9en Juli zal in eene weide even buiten de voor
stad te Goes een schoolfeest gehouden wordengegeven
door het comité tot wering van schoolverzuim aldaar,
aan hetwelk ongeveer 940 kinderen zullen deelnemen.
Het comité doet een beroep op de hulp van het publiek,
teneinde de kinderen wedstrijdspelen om kleine prijzen
tc doen houden. Voorzitter van het comité is de heer
van der Bilt la Motthe.
De gemeenteraad van Amersfoort heeft zich niet ver-
ecnigd met het voorstel van burgemeester en wethou
ders om in beginsel te besluiten tot opheffing der bank
van leening, welke sedert twee jaren een tekort van
ruim f 800 oplevert. Thans is aan burgemeester en
wethouders opgedragen, nadere voorstellen tot hervor
ming te doen.
In de geldleening der gemeente Arnhemgroot f 60,000,
is voor f 370,300 ingeschreven.
De minister van koloniën heeft zich tot herstel zijner
gezondheid naar Maricnbad in Bohemen begeven.
De liberale kiesvereeniging Vooruitgang te Amers
foort heeft den heer W. baron van Goltstein, bij de
herstemming voor een lid van de 2e kamer, tot haar
candidaat gesteld.
De Nieuwe- Rotterdamsche courant leverde gisteren
het betoog dat de heer van Goltsteinals ontwijfelbaar
voorstander der neutrale openbare school, voor de libe
rale partij nog te verkiezen was hoven den candidaat
der anti-revolutionairen.
Bestuurders van het taal- en letterkundig congres te
Antwerpen hebben besloten eene poging te doen om,
nu de samenkomst te Leiden niet doorgaat, deze te
Maastricht te doen plaats hebben. In laatstgenoemde
stad vindt dit plan veel toejuiching.
Maandag had te Utrecht de jaarlijksche vergadering
van aandeelhouders der Rijnspoorwegmaatschappij-
plaats, onder voorzitterschap van graaf Schimmelpen-
ninck van Nijenhuis.
Het verschil in diepgang, waarop onze correspondent doelt,
kan misschien door het verschil in dichtheid van het water in
de twee vaarwaters verklaard worden.
Uit het verslag bleek dat de inkomsten van het afge-
loopen boekjaar, de ongunstige omstandigheden onder
welke schier alle spoorwegondernemingen in den laat-
sten tijd verkeerden in aanmerking genomen, bevre
digend waren. Steeds werd voortgegaan door verschil
lende maatregelen het gerief voor de reizigers te ver
meerderen. Bezwaar leverde de bepaling op dat bij
eiken trein in al de drie klassen een afzonderlijk com-
partement voor vrouwen moest aangewezen worden en
het werd wensehelijk geacht deze verplichting te beper
ken tot de rijtuigen der 2e en 3e klasse.
Het aantal doorloopen treinkilometers is 1,817,117,
terwijl de ontvangsten f 3.09 per treinkilometer bedra
gen. Het dividend werd vastgesteld op f 8.50 per
volgefourneerd aandeelf 3.40 per aandeol waarop f 96
en 1.27£ per aandeel waarop 36 is gestort.
De aftredende commissarissen werden herkozen. Tot
directeur werd benoemd de heer I. C. 'sJacob, die
tevens belast werd met de betrekking van penning
meester terwijl in zijne plaats tot secretaris verkozen
werd de heer mr. I. I. Uytwerf Sterling.
Benoemingen en besluiten.
belastingen. Benoemd tot ontvanger der directe
belastingen en accijnsen te Hees c. J. Abeleven,
thans ontvanger der directe belastingen, in- en uit
gaande rechten en accijnsen te Groenlo c. a.
posterijen. Eervol ontslag verleend, op verzoek,
aan M. H. Beeckmanuit zijne betrekking van direc
teur van het postkantoor te Heerenveen, en aan A. J.
Schregardus, uit zijne betrekking van commies der
posterijen van de eerste klassemet vrijlating om hunne
aanspraak op pensioen te doen gelden.
"leger. Benoemd bij het personeel van den veteri-
nairen dienst van liet legerbij het le regiment huzaren,
tot paardenarts 2e klasse (naar ouderdom van rang),
de paardenarts 3e klasse D. C. Valewink, van het
korps.
Onderwijs.
In het polyteclraicmn van Delft is dezer dagen de
volgende bekendmaking aangeplakt:
„Aan de candidaten, die deelnemen aan het examen B
(art. 60) en C (art. 6164) wordt medegedeeld dat zij,
ter voldoening aan art. 66 der wet op het middelbaar
onderwijs tusschen 1 en 4 Juli, in handen van den
secretaris der commissie van examinatietegen ontvang
bewijs moeten storten de som van veertig gulden.
„De uitslag van het examen zal niet worden mede
gedeeld aan hendie aan bovenstaande bepaling niet
hebben voldoen.
„Na afloop van de beoordeeling zal bovengenoemde
som aan henvoor wie de uitslag van het examen niet
met een gunstigen afloop mocht worden bekroond, tegen
inlevering van het ontvangbewijs, door den secretaris
worden teruggegeven.
„Namens de commissie:
MlCHAELls, president.
STEUERWALD, secretaris.'1''
Het Vaderland zegt daarover o. a. het volgende:
„Het komt ons voor, dat de examen-commissie bij
het concipieeren van dit stuk de wet op het middelbaar
onderwijs heeft vergeten. Waarschijnlijk heeft zij den
maatregel genomen tot liet tegengaan van een misbruik,
daariu bestaande dat sommige examinandi hun diploma,
dat volgens de wet 40 gulden moet kostenniet komen
afhalen. Maar de vraag isof het middel wel wettig is.
En die vraag zal niemand met art. 66 van de wet op
het middelbaar onderwijs in de hand bevestigend kun
nen beantwoorden.
„Nergens is aan de examinatoren de bevoegdheid ge
geven om van bendié zich aan het examen wenschen
te onderwerpenveertig gulden te vorderen. De wet
zegt. uitdrukkelijk: „De getuigschriften worden koste
loos afgegeven; voor het diploma wordt betaald een
som van f 40. Deze gelden worden in 's rijks schatkist
gestort." Waar de wet dus uitdrukkelijk betaling na
het examen bij de oyerreiking van het diploma vordert,
daar mag zeer zeker geen examen-commissie die volg-