üuitcnhxnü.
iwee jongetjes waarvan 'teene blijkbaar van een ziekte
herstellende was, zoo zal 'thaar aangenaam zijn te ver
nemen, dat drie van de vier joDge dames, die in
denzelfden waggon warenzeer ziek liggen aan mazelen,
terwijl de gezondheidstoestand van de vierde bij lang na
niet is zooals hare familie 't wensclieu zou."
Z. K. H. prins Hendrik heeft gisteren met den
groothertog van Saksen-Weiinar en diens gemalin per
spoor een bezoek aan den Helder gebracht.
statistiek van misdaden in Rome toont aan,
dat m den laatsten tijd het ft™ tal overtreders aanmer
kelijk is verminderd, niettegenstaande het personeel,
met de zorg voor de openbare veiligheid belast, onder
bet pauselijk bestuur ongeveer 2000 man telde en
tegenwoordig slechts 510, terwijl de uitgestrektheid en
het aantal inwoners der stad zeer zijn toegenomen.
De burgemeester van Jacobo, een plaatsje in de
Mexicaansche provincie Sinaloo, beeft zekeren Jose Maria
Boailla en zijne vrouw wegen a too ver ij levend laten
verbranden.
In de Juliusthurm te Spandau zijn dezer dagen
40 millioen Thaler van de Fransche oorlogsschatting
aangekomen om aldaar te worden bewaard.
Uit Berlijn wordt gemeld dat het tot stand ko
men van het congres te Brussel ter behandeling van
volkenrechtelijke quaestiën in tijd van oorlog wel
verzekerd is, doch dat men zich weinig resultaten
daarvan voorstelt.
In den aanstaanden herfst zal te Berlijn een con
gres van bakkers wurden gehouden, om een algemeenen
bond van bakkersbazen in het leven te roepen ter be
vordering van de belaDgen van bet vak.
Volgens de Frankforter Zeitung zijn uit Rome
opnieuw krachtige pogingen aangewend om protessor
Döllinger te bekeeren en hem in den schoot der on
feilbare kerk terug te voerendoch alles te vergeefs
de heer Döllinger heeft alle aanbiedingen van <Je baud
gewezen.
lu Opper Silezië maakt de cholera vele slachtoffers.
In Goldahütte zijn vau 150 aangetaste personen 61
gestorven.
De officieuss Norddeutsche Zeitung spreekt bet
bericht dat de Duitsche regeering trachten zou het
eiland Curasao in bezit te krijgen tegen.
Op een der groote Rijn-stoombooten, de Lessing,
zijn den 4cn Juni nabij Mainz drie personen eene dame
en twee heerenin het water gevallendoordien de
houten leuningwaartegen zij steundenbezweek. De
zware stroom deed ben dadelijk in de diepte ver
dwijnen.
Omtrent de internationale tentoonstelling te Phila
delphia in 1S76 te honden, deelt de Duitse be Industrie
Zeitung het volgende mede: De vertegenwoordiging
van den staat Peunsylvanië heeft de door den senaat
van dien staat aangenomen Billwaarbij een millioen
dollars uit de staatskas voor de wereldtentoonstelling
van 1876 toegestaan wasgoedgekeurd. De goede uilslag
der onderneming is daardoor thans boven allen twijfel
verheven. Reeds nu heeft de administratie te beschikken
over 5 millioen dollars, een som overeenkomende met
de kosten aan de Parijsche tentoonstelling van 1867
besteed. Men wil evenwel fiat de viering der lOOj&rige
onafhankelijkheid van de Amerikaatsche Unie op groot-
sche wijze ge schiede. De administratie der tentoonstelling
heeft (nadat het congres der Vereenigde staten 8 millioen
had geweigerd) thans andere maatregelen genotneu om
van de Uniestaten bij de reeds aanwezige 5 millioen
dollars nog 3 millioen te verkrijgen. Bij de groote
belangstelling welke bet volk begint aan den dag te
leggen in de waardige viering van net lOOjarige ju-
bilaeum, is ook bet bijeenkomen van dit bedrag aan
geen redelijken twijfel meer onderhevig.
Een arbeider te Adelaide, Zuid-Afrika, zou, vol
gens berichten in verschillende bladeneen probaat
middel teren Dipbleritis hebben ontdekt. Voor vol
wassenen bestaat het uit 4 droppels zwavelzuur, die
in eea glas water worden opgelost; voor kinderen is
een kleinere dosis voldoende. De werking moet oogen-
blikkelijk wezen, daar het zuur de parasieten doodt
en de patieut de verstopping uithoest. Kinderen die
reeds in bijna stervenden toestand verkeerden hadden
tien minuten Da het gebruik van het middel reeds^last
tot eten en speleu gehad. Het is echter raadzaam om
alvorens dit middel toe te passen eea geneesheer te
raadplegen.
Verkoopiugeii eii aanbestedingen.
Burgemeester en wethouders van Middelburg hebben
heden namiddag op het raadhuis alhier aanbesteed
1°. Het vernieuwen van den luifel boven de brand
ladders bij het Oo3tkerkplein. Hiervoor is ingeschreven
door de heereaP. Krijger voor 162; Ditmars
Page, voor ƒ140.50, W. P. van Pagé, voor ƒ135;
C. A. G-oethals voor 124H. P. van de Reevoor
ƒ115; J. F. M. van der Heli, voor ƒ95; O. L. van
Sorge, voor 93, en J. P. Akkerman, voor 92.
Hiervoor is ingeschreven door de heeren: J. P. Akker
man voor 275; DPmars Pagévoor ƒ249; P. Krijger,
voor ƒ245: W. P. van Pagé, voor /240; C. L. van
Sorge, voor 231,50; J. F. M. van der Heil, voor
ƒ231; fl, P. van da Ree, voor ƒ185, en C. A. Goet-
halsvoor 162.
3°. Het maken van een gemetselden trap in den
kanaaldijk aan het Wagenplein. Hiervoor zijn bil
jetten ingekomen van de heeren: W. P. van Pagé,
voor ƒ170; H. P. van de Ree, voor 165; Ditmais
Pagé, voor ƒ153; P. Krijger, voor ƒ149; J. F. M.
van der Heil, voor ƒ145; W. van Uije J.Jz., voor
ƒ139 en C. L. van Sorge, voor ƒ108.
4°. Het inrichten vau een gereedschapshok op de
algemeene begraafplaats tot lijkenhuis. Hiervoor is
ingeschreven door de heeren: P, Krijger, voor ƒ195;
J, F» Mi van der Heil, voor 157; C. A. Goethals,
voor 157; H. P. van de Ree, voor ƒ152, en C. L.
van Sorge, voor 135.
De verschillende werken zijn aan de laagste inschrij
vers gegund.
Jl. Dinsdag is door de gezamenlijke geïnteresseerden
te Axel in publieke veiling gebracht de meestoot, ge
caamd de Sleutels, met toebehooren op en met 52
aren eigen grondgelegen in de gemeente Axel. Verkocht
aan L. Smies c. s., te Axelvoor 3665.
Van de vier in het kanton Axel aanwezig geweest
zijnde meestoven zijn er nu drie ter slooping verkocht
alleen die in de gemeente Neuzen bestaat nog.
Th er ui o meters! ami.
11 Juni 'sav. 11 u. 60 gr.
12 's morg.7n.58gr.'sraidd. 1 u.68gr.'sav. 6. u.57gi.
Staten-generaal.
TWEEDE KAMER.
Sitting ran Donderdag 11 Juni.
Nader verslag.)
in do eerste plants werd met 49 stemmen tegen 1
(die van deu heer Kerens) aangenomen bet wetsont
werp tot regeliDg van bet onderwijs in de veeartsenij
kunde en de voorwaarden tot verkrijging van bevoegd-
beid tof hare uitoefening.
In sommige artikelen en den considerans werden, op
voorstel van den heer Begram en uitsluitend om üe
vraag betreffende de uitoefening der veeartsenijkuust in
haar geheel te laten, enkele veranderingen van redactie
in 't ontwerp gebracht. Het eerste voorstel daartoe
werd met 24 tegen 22 stemmen aangenomen.
Daarna werd behandeld het wetsontwerp tot regeling
van de uiloefening der veeartsenij kuust.
De hoeren Gratama, Saaymans Vader, vau Baar, van
deu Beich en Begram bestreden het in dat ontwerp
netlergelegde beginselwaarbij eene wetenschappelijke
opleiding en een voorafgaand examen worden vereisckt
om do bevoegdheid tot niloefening der veeartsenij kun
dige praktijk te erlangen. De landbouw, meenden deze
sprekers, zou daardoor in groote ongelegenheden gera
ken. Er waren toch niet overal geëxamineerde veeart
sen te verkrijgen. Noodelooze beperking van de vrij
heid der veehouders zou plaats hebben. De staat be
hoorde de wetenschappelijke opleiding der veeartsen te
bevorderen eu aan to moedigen teneinde op die wijze
door zedeiijken invloed eea onmiskenbaar nog bestaand
vooroordeel te bestrijden. Iu ieder geval wilde men
geen monopolie voor de gediplomeerde veeunsen. Men
wilde geen partij trekken voor de empiricimaar voor
de vrijheid der veehouders. Toch had de wet het ge-
muut op de uitroeiing der empirici en dat wel om aan de
wetenschappelijke veeartsen praktijk en inkomsten te
verschaffen. De „domme boeren" hebben volkomen de
bevoegdheid om eene keus te doen van de artsen voor
hun vee. Beriep mea zich op het algemeen belang, dan
ging het hoogstens aan de uitsluiting der empirici te
beperken tot c-e tijden van besmettelijke veeziekten.
De heeren Idzerda, Godefroi, de Jong en de minis
ter vau biunenlandeche zaken verdedigden het hoofd
beginsel van het ontwerp. Het geldt hier niet een
monopoliemaar een belar.g van den staat. Uitsluiting
had ook niet plaats, want de uitoefening der veeartse-
nijkunst op gezond vee bleef vrijgelaten aan de empi
rici. Maar bij ziek vee was 't anders. Daar gold het
niet langer enkel de eigen belangen der veehouders,
tuaar de belangen van derden, de welvaart van den
veestapeleen groot nationaal belangde gezondheid
ook der menschen. Gebrek aan veeartsen was niet te
duchten, want men vergete niet, dat die 10 jaar reeds
gepatenteerd veearts zijn ea dus de praktisch kundig-
sten, zonder verderen overgang eene akte kunnen krij
gen, terwijl dit gemakkelijk worat gemaakt aan hen
die 5 jaar patent hadden als veearts.
Wat zou het staatsonderwijs tot vorming van weten
schappelijke veeartsen heteekenen wanneer de staat de
wetenschappelijke manuen niet tegen de empirici be
schermt? Dit nn kan enkel geschieden wanneer de
uitoeieniDg der veeartsenij kunst afhankelijk wordt
gemaakt van bekwaamheid, gelijk bijna overal eiders.
Naar aanleiding der opmerking van den heer Begram,
dat het eigenlijk maar te doen was om de gediplo
meerde veeartsen een bestaan ie bezorgen, had de heer
Godelrai gevraagd ot de minister het niet raadzaam
oordeelde een tarief voor (le veeartscnijkundige praktijk
vast te stellen. De minister antwoordde, dat de ouder
vinding de noodzakelijkheid volstrekt niet bad bewezen.
Mochten er later eventueel klachten rijzen, de rnoge-
liikheid om een tarief te maken bleet altijd nog open.
2°. Het leveren en aanbrengen van vier adverten
tieborden op verschillende plaatsen binnen de gemeente.
Nadat de algemeene beraadslagingen waren gesloten,
stelden de heeren Begram en van Zinnicq Bergmann
voos-, de uitsluiting van den empiricus, bij de behan
deling van ziek vee, te beperken tot door besmetelijke
ziekten aangetast vee. Nadat echter de minister had
te kennen gegeven, dat deze greep in het stelsel der
wet hem zou nopen machtiging te vragen haar terug
te nemen, trok de heer Bergmann zijn amendement
in, teneinde niet alles te verliezen. De beer Begram
daarentegen verklaarde zijn amendement te hebbeu
ingediend om de kamer gelegenheid te geveD tusschen
twee stelsels te kiezen en den minister in staat te stel
len naar die beslissing bet ontwerp te wijzigen. Dat
strekte tevens in antwoord aan deu heer Godefroi, die
ernstig klaagde over het werpen van zulke geïmpro
viseerde amendementen in het debatwaardoor nog zeer
onlangs eene wetsbepaling totaal bedorven was.
Bovendien werden door de heeren Idzerda en de
Jong praktische bezwaren van uitvoering ingebracht
tegen het amendement, hetwelk ten slotte werd ver
worpen met 48 tegen 12 stemmen. Art. I, het hoofd
beginsel der wet bevatteude, werd met 48 tegen 11
stemmen aangenomen.
De overige artikelen tot en met 14 gaven tot enkele
wijzigingen van ondergeschikt belang, door den heer
Godefroi voorgesteld en meest allen door den minister
overgenomen, aanleiding.
Op art. 15, bepalende dat. wie 5 jaren voor de invoe
ring der wet gepatenteerd veearts was, 2 jaren als
zoodanig kan werkzaam blijven en in dien tijd door
een beperkt examen eene akte kon krijgen, heelt de
beer Arnoldts een amendement voorgesteld, strekkende
om al de op dit oogenblik minder dan tien jaren ge
patenteerde veeartsen m het genot dier overgangsbe
paling te stellen.
Zitting van Vrijdag 12 Juni.
(Per telegraaf.)
Na aauueining van het amendement van den heer
Arnoldts, strekkende om aan alle op het oogenblik
korter dan tien jaren patent verkregen hebbende vee
artsen vergunning te verleunen nog twee jaren de
veeartsenij kuust te blijven uitoefenen on in dien tijd
examen te doen, werd de wet op de veeartsenijkuade
door de kamer met 54 ïegeu 10 stemmen aangenomen.
Hierna werd de beraadslaging geopend over het ont
werp tot wijziging der wet op de verkrijging der be
voegdheid tot de uitoefening der geneeskunst. Door
de heeren Godefioi en 'a Jacob is een amendement
voorgesteld, om ae studenten aau het athenaeum te
Amsterdam door hunne eigen leeraren te doeu exami-
neeren.
Morgen voortzetting der discussiën.
Gisteren, VFoensdag avond, is hec afdeelmgsvera'ag
der tweede kamer verschenen over de defiaitieve be
grooting van marine.
Uit dat stuk blijkt, dat verreweg de meeate leden
verklaarden deze begrooting als de voortzetting van de
kredietwit te willen beschouwen en het debat over het
stelsel des ministers tot bij de nieuwe begrooting te;
willen verdagenomdat ?s ministers denkbeelden zich
thans toch niet in begrootingscijfers -ploaaen en de
minister zelf nadere onderzoekingen uog noodig acht;
terwijl, door de late optreding vau deu minister, ook
de kamer tijd en gelegenheid mist om aau do zaak de
vereischte aandacht te wijden.
Sommige leden daarentegen meenden, dat het stelsel
des ministers, met dat van zijn voorganger vrij wel
overeenkomende, geene zeer gezette overweging vor
derde en maakten het den minister tot eene griefdat
hij -voor veie urgente behoeften niet dadelijk reeds de
noodige gelden heeft aangevraagd. Maar eeaige leden
verklaarden zich tegen de financieele gevolgen van
hetgeen de miuistei zich voorstelde en tegen de dure
militaire begroetingen.
Bij de algemeene uitdrukking van het leedwezen der
kamer over de mededeeling des ministers, dat onze
groote gepantserde schepen buitenslands moeten worden
gebouwd, hetgeen zeer bedenkelijk en waarschijnlijk
niet noodig werd geachtbracht uien het denkbeeld
ter sprake om de oude marinewerf te Vlissingen tot
pantser-inrichting te bestemmen.
Algemeen overzicht.
l'aut-il pleurer oa faul-ilrire'l vraagt men onwillekeurig
bij het lezen van hetgeen eergisteren en gisteren aan
het station Saint-Lazaro te Parijs is voorgevallen, bij
het vertrek van den trein waarmede gewooniyk de
afgevaardigden naar Versailles gaan. Zooals men weet
had de heer Gambetta in de zitting der nationale ver
gadering van Dinsdag zich hef tig tegen de Bonapartisien
uitgelaten. Toen hij eergisteren aau het station in ge
zelschap van een voormalig afgevaardigde, den heer
Guyot-Montpayroux, aan het station kwam, werd hij
door iemaDd aangehouden, die hem toevoegde: „Gy hebt
gisteren gezegd, dat de Bonapartisten ellendelingen zijn.
Ik ben Bouapartist! Herhaal nu eeDS tegen mij wat gij
gisteren gezegd hebt!" „'tis mij geheel onverschil
lig of gij Bouapartist z:jt, antwourdd Gambetta. Vat
myne woorden op zooais gij wilt." Hij voegde er teen
de ander even zweeg nog bij: „Arme man! men laat
u een rol speiendie gij ternauwernood begrijpt." Ia-
tusscben had zich reeds een groep nieuwsgierigen om
hen verzameld eu een ander, gedecoreerd persoon, zeide
tot Gambetta„Ik ben ook Bonapartiat en ik duld niet
dat gij een eerbiedwaardige partij op dergelijke wijze
aanvalt." „Laat mij met vrede mijnheer, antwoordde