MïDDELBURGSCHE
1° 120.
Donderdag
1874.
COURANT.
21 lei.
Dit Wad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2« Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m., franco is f 3.SO.
Middelburg 20 Mei.
Z. K. fl. prins Alexander der Nederlanden wordt
heden avond per laatsten spoortrein bier ter stede ver
wacht, vergezeld van een adjudant en verder gevolg.
De prins neemt zijn intrek bij den beer commissaris des
deze provincie.
Dat tnsschen officieele waarheid en de waarheid
niet altijd overeenstemming bestaat, is bekend genoeg.
Wij maken daarom geen zwarigheid na ons bericht
van gisteren dat Z. M. de koning niet voornemens
zon ïijn den keizer van Kusland te gemoet te reizen,
te vermelden, dat naar ods heden van zeer goed inge
lichte, doch niet officieele zijde medegedeeld wordt,
de koning plan heeft Donderdag avond te 11 u. 50 m.
per extra trein uit Rotterdam te vertrekken om zich te
3 n. 45 m. in den ochtend te Vlissingen te bevinden. Eeni-
gen tijd later wordt het keizerlijk jacht aldaar ver
wacht en te 8 u. 40 m. zouden de vorstelijke personen,
per extra-trein naar België vertrekken, op welke reis
onz3 koning zijn keizerlijken gast tot Roozendaal uit
geleide zou doen. Behalve Z. K. H. prins Hendrik
worden nog andere vorstelijke en hooggeplaatste per
sonen genoemd, die Z. M. den koning zonden verge
zellen.
Dit bericht wordt door eene in de Nieuwe Rotter-
damsche courant van heden opgenomen publicatie van
den burgemeester van Rotterdam bevestigd.
Op den dagtoen het Zeeuwsche geschenk aan Z. it.
den koning voor allen die daaraan bet hunne hadden
bijgedragenin esn der lokalen van het stadhuis alhier
ter bezichtiging was toegankelijk gesteld, werd tot
ons het verzoek gericht daarvan geen beschrijving te
geven, alvorens het geschenk aan den koninklijken
jubilaris overhandigd was.
Ofschoon geheimhouding eener zoo publieke zaak wel
tot de onmogelijkheden behoorde, ofschoon de dagbladen
buiten onze provincie dan ook reeds sedert lang be
schreven hebben wat Zeeland den koning aanbiedt,
hebben wij echter gemeend aan het gedane verzoek
te moeten voldoen. Tengevolge dier discretie is het
voor een groot gedeelte onzer lezers oud nieuws, dat
wij thans in staat zijn hun aan te biedeD. Wij willen
echter daarom niet nalaten de volgende oas toegezonden
„officieele" beschrijving van het geschenk die heden
reeds in het Haagsche Vaderland te vinden is, over
te nemen.
„Het door de Zeeuwen aan Z. M. den koning Willem III
ter gelegenheid der feestviering op 12 Mei 1874 aan
geboden huldeblijk bestaat uit eene monumentale alle
gorische voorstelling in massief zilver, uitdrukkende
hoe Zeeland, strijdende met de zee, tot bloei is geko
men vooral onder de 25jarige regeering van Willem III.
„Uit den aan de wateren ontwoekerden grond ver
heffen zich eenige sierlijk gegroepeerde waterplanten,
die een kolossalen nautilus ot zeeschelp dragen.
„Deze, versierd met het koninklijk wapen met te
nanten en devies, omgeven door vredepalmen, alles en
haut relief, vertoont aan de eene zijde 'skonings aan
komst ie Zjjpe, op 21 Mei 1862, bij Z. M. bezoek aan
Zeeland, naar eene schilderij van den heer J.F. Schütz
te Middelburg, den koning door eenige Zeeuwen in
der tijd ter herinnering aangebodenaan de andere
zijde, de plechtige opening der havenwerken te Vlis
singen door Z. M. den koningop 8 September 1873.
„Deze voorstellingen zijn zeer artistiek uitgevoerd in
niellé gravure, een oude kunst, door Florentijnsche
goudsmeden het eerst toegepast.
„Tusschen de plantengroep verheft zich de Zeeuwsche
leeuw uit de watereu, met de spreuk van Zeeland's
wapen: „Luctor et emergo" op eene breede jarretière.
„Het geheel rust op eeu massief zilveren voetstuk
georneerd met eenige door een drietand van elkander
gescheiden medaillons, waarop zijn uitgedrukt de voor
naamste bronnen van Zeeland's bestaan en welvaart, in
dezelfde wijze bewerkt als de schelpterwijl het rand
schrift: „Aan Koning WILLEM III, de Zeeuwen" in
breede letteren is aangebracht.
„Ter zijde van dit voetstuk stellen twee dolfijnen de
hoofdrivieren: „de Ooster- en Wester Schelde," voor,
omringd door schilden vermeldende de namen der stre
ken, welke door ieder barer besproeid worden.
„De juist aangebrachte schakeeringen van goud, niellé
en artistique, en de verschillende nuances van zilver
maken een zeer schoon geheel, dat den ontwerper en
vervaardiger, den heer J. M. van Kempen, te Voorscho
ten alleszins tot eer verstrekt en waarlijk een vorste
lijk geschenk mag genoemd wordeD.
„Het zilveren monument, hoog 92 en aan het voet
stuk breed 62 centimeters, is geplaatst op eene door
de firma J. D. Schmidt O., te Rotterdam, vervaar
digde ebbenhouten tafel, sierlijk bewerkt en omgeven
door lauwerkransen; aan de eene zijde de koninklijke
kroonaan de andere het wapen van Zeeland.
„Op de onderzijde van dit tafeltje rnst een album,
gebonden in blauw fluweelmet zilveren slot en hoe
ken; op de bovenzijde bevindt zich Zeeland's wapen,
en haut relief, mede van zilver.
„Dit album bewerkt door den heer F. W. Rinek
te 's Gravenhage, bevat de namen der 15000 Zeeuwen,
aanbieders van het geschenk, allen alphabetisch ge
rangschikt, naar de 112 verschillende gemeenten der
provincie, ieder met een keurig bewerkte afbeelding
van haar wapen, geteekend door de heeren J. J. Wor
rell en G. W. Bergman, te Middelburg.
„Het titelblad heeft tot opschrift: „Aan Zijne Majes
teit WILLEM III, Koning der Nederlanden, de Zeeuwen.'"
De te Vlissingen in de haven liggende oorlogschepen
zijn heden middag weder naar de reede vertrokken.
Dinsdag middag is Z. M. den koning door het Haag
sche gemeentebestuur een diner aangeboden in het ste
delijk badhuis te Seheveningen. Behalve den koning
namen H. M. de koninginde prinsen van Oranje,
Alexander, Hendrik en Frederik benevens de groother
tog van Saksen-Weimar met zijne gemalin aan het feest
deel. De hoofdstraat van het dorp was voor deze gele
genheid herschapen in eene galerijgevormd door visch-
netten, die als een dak waren uitgespannen en aan de
beide uiteinden gesloten door poorten, met netten zoo
danig gedrapeerd, dat men waande een openslaand
gordijn voor zich te hebben. De attributen der visscherij,
tonnen, vaten, manden, ankertjes enz. versierden het
geheel.
Gedurende het diner werd, na een dronk vau den
burgemeester op het stamhuis van Oranje, door den
koning zijn dank betuigd voor de gehechtheid, door
de Haagsche burgerij steeds aan hem en zijn huis be
toond. Later stelde Z. M. een toast ia op den hertog
van Saksen-Wei mar en dieus gemalin's konings be
minde zuster, met herinnering aan de onvergetelijke
trouw en dapperheid van hertog Bernard van Saksen-
Weimar, en aan den hechten band, tusschen de huizen
van Oranje en Saksen-Weimar.
Bij de heden te 's Gravenhage plaats gegrepene her
stemming voor een lid der provinciale staten is de
heer mr. J. de Bascandidaat der conservatieve partij
verkozen met 352 stemmeD. Mr. L. G. Greeve verkreeg
283 stemmen.
Het Nieuws van den Dag bevatte in zijn nommer
van 17 April jl. een hoofdartikel, waarin, onder den
humoristischen vorm van een profetisch verslag der
feesten van 12 Meide goede zorgen der Amsterdam-
sche autoriteiten geprezen werden om aan de vertegen
woordigers der dagbladpers eene geschikte gelegenheid
te geven teneinde hunne taak als verslaggevers naar
behooren waar te nemea.
Hetzelfde blad geeft thans naar aanleiding derafge-
loopen feesten eenige opmerkingen ten beste, die ons
zoo volkomen juist, zoo geheel toepasselijkook op
andere plaatsen iü Nederland dan te Amsterdam,
voorkomendat wij niet beter meenen te kunnen doen
dan ze bijna in haar geheel overnemen.
Het is natuurlijk, zegt het Arasterdamsc'ae blad,
dat bij een feest als we gevierd hebben, slechts een
beperkt aantal personen bij de hoofdplechtigheden
tegenwoordig kon zijn, maar te grooter is de massa
die door de pers op de hoogte moet worden gebracht
van 't geeu er is voorgevallen. Een Fransch prefect
zeide eens, bij gelegenheid van een feest waar slechts
een zeer beperkt aantal personen wegens plaatsge
brek kon toegelaten worden: In de eerste plaats
moet er veel ruimte beschikbaar zijn voor de jour
nalisten, want zij vertegenwoordigen al de afwezigen.
Uit dat oogpunt moet men de zaak opvatten, eu ,by
het dagelijk8ch bestuur van Amsterdam ging men
van de meening uit, dat men alleen den journalist
een genoegen deed door hem hier of daar toe te laten.
Blijkbaar begreep men nietdat de vertegenwoordiger
vau de pers niet voor zijn pleizier maar in dienst van
'tpubliek, dat hij moet inlichten, verlangt tegenwoor
dig te zijn. Dagen als waarvau hier sprake iszijn
voor den journalist hoogst vermoeiendwaar anderen
genieten en zich ontspannenzit hij met inspanning en
gejaagdheid, omdat hij weet dat straks zijne tegen
woordigheid weder elders wordt vereischt ea dat het
publiek van hem een nauwkeurig verslag verlangt van
'tgeen hij zag en hoorde. Wordt hij zoo geplaatst,
dat hij niet behoorlijk alles kan waarnemendan wordt
zijn toestand nog minder benijdbaar.
Wat beeft nu het dagelijksch bestuur voor de dag
bladen gedaan?
Wij ontvingen éen kaart voor de plechtigheid, twee
passé partout en een sebriftelijken wenk of bevel (wij
weten 't niet) om ons niet te begeven naar 't station
van den rijnspoorweg bij de aankomst vau den czaar,
daar wij niet zouden toegelaten worden. Wij hebben
ons niet aau dat schrijven gestoord en van de beleefde
uitnoodiging van de directie van de rijnspoorwegmaat
schappij gebruik gemaakt om tegenwoordig te zijn bij
de ontmoeting der beide vorsten. Men dreef het niet
zoo ver, gevolg te geven aan de bedreiging ea liet ons
Onpractischer plaats om iets te booren dan die welke
ons in de Nieuwe kerk was aangewezen, was zeker
ia de geheele kerk niet te vinden. In den uitersten
hoek van een zij-vleugel was de vertegenwoordiger
van 'tpubliek, dat buiten moest blijven, weggestopt.
Iedereen in den lande interesseerde het hoe de koning
zou beschikken over 't nationaal cadeau en bad de minister
van binnenlandsche zaken niet de voorzorg gebezigd
om door zijne persoonlijke bemoeiingen althans éen jour
nalist een plaats te geven waar men hooren kondau
zou in alle biDnen- en buitenlandsche bladen een min
der juiste mededeeling van 'skonings beschikking zijn
voorgekomen want zelfs 'skonings krachtige stem,
die door 'tgebeele kerkgebouw weerklonk, was niet
verstaanbaar op de tribune voor de journalisten.
De meeste aauvragen om plaats in de kerk van de
zijde der dagbladen ziju afgewezen. Voor de geheele
binnen- en buitenlandsche pers waren 15 a 18 plaatsen
beschikbaar gesteld, terwijl ieder raadslid, behalve
voor zich, de beschikking kreeg over meer kaarten,
en bovendien met kwistige hand door of van wege
het dagelijksch bestuur aan vrienden en kennissen uit-
deeling van kaarten plaats had. DezulkeD waien zeker
een plaats te bekomen waar men alles kon hooren en
zien. 'tWas dus geen plaatsgebrekdat het dagelijksch
bestuur belette aan de aanvrage van journalisten te
voldoen.
Iu welke beschaafde hoofdstad der wereld zou het
kunnen gebeuren dat de stad een diner geeft aan den
koniDg en dat onder de talrijke genoodigden de pers
niet vertegenwoordigd was? Wij zeggen met zeker
heid: nergens! Alleen aan Amsterdam komt de treu
rige eer toe in deze nog „geheimthnereï" te huldigen.
Toen onlangs de dochter van den keizer van Rus
land huwde, aarzelde de Czaar niet de journalist en aan
zijn tafel te noodigenbij alle hoffeesten warep zij
tegenwoordigevenals bij die welke aan het jeugdig
echtpaar aangeboden werden; daardoor vernamen zy,
die er belang in stelden, al de bijzonderheden. De
Czaar toonde vrij wat meer achting voor 't publiek dan
onze stadsvaderen.