©uitmhmfc. Koloniën. BERICHTEN V&.N HET OOBLOGSTOONEEL Aan het rapport van luitenant-generaal van Swieten omtrent het nemen van den kraton wordt nog bet vol gende ontleend; Yo% den 29c° Januari werden de volgende beschik kingen genomen: om 6 uren zouden gereed staan het reehterhalf 14e bataljon, met twee sectiën artillerie, éen peleton mineurs en de cavalerie, cm onder bevel van den overste van Thiel uit te rukken, teneinde het ter rein te verkennen ten zuiden van den kraton en van Longattah, om den sleutel te zoeken van de stelling tusschen do XXII, XXV en XXVI moekims. Men zou den weg nemen langs de noordzijde van den kraton en de rivier. Het hoofdkwartier zou de kolonne volgen. Deze verkennings-kolonue vertrok te 6 uren. De opperbevelhebber en de 2® bevelhebber met den staf volgden haar op den voet. In hot voorbijgaan werden de versterkingen opgenomen, die de vijand buiten den kraton tot versterking en verdediging van die positie had aangelegd, namelijk de werken van pasar-Atchin, Panglima Polim en van kampong Idjoe. Hoe ook voor bereid geduchte werken te zullen vinden, stond men toch verbaasd over den grooten arbeid, die verricht is, en het talent, waarmede ze zijn aangelegd. Het is eene aaneenschakeling van redouten, die in het front van de rnissigit eene lengte van 220, en langs de rivier eene uitgestrektheid van 1020 meter bobben. Zij zijn aan de vóór- en achterzijde gesloten en ongelijk van grootte, waarschijnlijk doordien iedere moekim, naar gelang zijner sterkte, zijne eigen versterking beeft gemaakt. De versterking van pasar-Atchin is een op zichzelf staand werk, front makende naar de rnissigit en naar de rivier, op elk dezer zijden eene uitgebreid heid van 220 meter hebbende. In profil en komman dement is dit het belangrijkste: het verdedigt de hoofdpoort des kratons. Van alle zijden is dat werk door zware bamboe-doeri-heggen van twee a drie meter dikte eu door verhakkingen van hetzelfde materiaal beschermd. Da versterkingen Pangiima Polim en Lampo Idjoe dienen om de doorwaadbare plaatsen der rivier te beschermen, en zijn in öenzeltden gee8t als de eerst beschrevene aangelegd. Het aan don rechteroever ge legen Leinboe (waar den 25en en 26ea December jl. zoo hevig gestreden is) staat met deze werken in ver band. De aanlegger dezer werken moet zijn Toeankoe Hassan van Minja Paket, die ook eenige pretentiën op het sultanaat maakt. Mogelijk, dat een ontstuimige aanval een onverwacht succes zoude hebben kunne i verkrijgen, maar meer waarschijnlijk zou een aanval op den kraton of zijne buitenwerken met groot verlies zijn afgeslagen,- want ongedekt zou men blootgesteld zijn geweest aan hevige front- en flank-voren. De verovering van dezo goed a ingelegde versterkingen was dan ook naar alle overtuiging enkel door eene omtrekking, zoo als op 23 en 24 Januari geschied is, te verkrijgen. Zuidelijk van deze versterkingen werd het terrein lastiger en kon de kolonne slechts moeilijk avan- ceeren. Ia de nabijheid van het huis vau Iman Long- battah werd een nog versch grat onder eeo afdak en opgehoogden grond gevonden, waarschijnlijk het graf van deu op den 26®n dezer overleden sultan Aladin Man8joer Sjah, omdat de vorm van dit graf en de plaats overeenkwamen met de beschrijving, die daarvan gegeven was. Nadat de kolonne uit de kampong Long- battah gedeboucheerd was, werd ze op 300 a 400 meter afstand beschoten uit eeue nabij gelegen kampong, Lam Sirech genaamd, welke tot de XXII moekims be hoort. Men was genoodzaakt een gevecht aan te nemen, dat ons aangeboden werd, doch niet -in onze bedoeling lag; het oogmerk was om het terrein om de zuid, dat alle kenteekenen draagt van goed bevolkt en vrucht baar te zijn, te verkennen en proclamatiën te versprei den, teneinde het volk over te halen, orn de wapenen neder te leggen en zich te onderwerpen. Doch deze aanval dwong ons het gevecht aan te nemen en die kampong te verbranden. Gaandeweg werd het vuur sterker, en vielen ook schoten van de overzijde der rivier. Eenige versterkte stellingen wer den door ons genomen, maar eene andere, achter een on door waad baar stroompje, bleef voor ons ongenaakbaar. Aangezien op geene reserve-munitie voor dezen tocht was gerekend, en het vijandelijk vuur in hevigheid toenam, werd overste van Thiel gelast op een geschikt oogenblik hot gevecht af te breken, en terug te trekken. Om de kolonne in haren terugtocht niet te hinderen, trok het hoofdkwartier, de cavalerie en de ambulance het eerst terug. Het ïinkeriialf 3° bataljon kwam uit den kraton om den terugtocht van de kolonnewaar van verscheiden compagniëa reeds de patronen ver schoten haddeo, te dekken. Om 2i uur kwam het hoofdkwartier, en om 3^ nnr kwamen de overige troepen in het bivak terug. Twee officieren en 18 minderen waren gewond. Een deroffi eierende le luiteuant C. van Leeuwen van het 14° bataljoD, stierf nog denzelfden dag, terwijl de andere, de 1° luitenant J. S. Bijsterveld van het 12° bataljon, in bedenkelijken toestand verkeerde. Gemengde berichten. Aan het verslas: der vereeniging tot bescherming van dieren, te 'sGravenhage, gedurende bet jaar 1873, worden de volgende bijzonderheden ontleendHet be stuur ontwaart al meer en meer, d&t de beginselen van dierenbescherming alom in den lande meer instem ming vinden. Uit vele plaatseD, waar vroeger in dit opzicht de grootste onverschilligheid hcerschte, zijn thans en in den loop van het verslag is dit gebleken talrijke stemmen opgegaanom de zaak der dieren bescherming te bepleiten en openlijk te ondersteunen. Verder wordt ook ter sprake gebracht de zaak der ontleedkunde, toegepast op levende dieren. Het be stuur is van gevoelen, dat onnoodige folteringen moeten achterwege blijven, en het eene onverantwoordelijke wreed- en ruwheid is, levende dieren onder het or.t leedmes te pijningen alleen om feiten aan te toonen, die geen bewijs meer behoeven en reeds dikwijls, ja, reeds op het volledigst bewezen zijn. Terugziende op het afgeloopen jaar en nagaande wat op het punt van dierenbescherming in ons vaderland is verricht, dan gevoelt het bestuur zich niet naar wensch bevredigd en vestigt daarbij voornamelijk het oog op de treurige omstandigheid, dat er hier te lande nog steeds een wet tegea het mishandelen van dieren wordt gemist. Daar echter staat tegenover, dat do zaak der dierenbescher ming vooral in de laatste tijden kennelijk vooruitgaat, en ook in Nederland hoe langer hoe meer veld wint. Het ledental breidde zich uit: de 'sGravenhaagsche vereeniging telt thans bijna 900 leden, onder welke er velen zijn, van wie edelmoedige contribution worden ontvangen. Sedert de vorige algemeene vergadering traden 87 nieuwe leden toe. De rekening en verant woording over 1873 wijst een voordeeüg slot aan van 406.77. Door den hoer S. Vcrtdijk van Haarlem is in de zaal Frascati te Amsterdam eene séance gegeveD, tot verklaring van het door hem uitgevonden medisch- orthopaedisch hijschwerktuig, dat voor gewone gym nastiek en voor de genezing an lichaamsgebreken, ont staan door verkromming of verlamming der spieren, bestemd is. Vele geneeskundigen en belangstellenden woonden deze voordracht bij. In deUtrechtsche volksgaarkeuken zijn gedurende de maand Maart 5478£ poitiëu afgeleverd, waaronder 1646 vleesch, visch siUspek, 12334 aardappelen, 1029 rijst en erwtensoep, 10224 capucijndersen bruine boonea, 286-4 groenten en hutspot en 261 brood, karnemelk enz. Van het kosthuis werd door 41 personen gebruik gemaakt, De dam welke men in de haven te Harlingen gelegd bad, teneinde da nieuwe haven droog te maken, is in den nacht vau 7 April voor de drukking van hetzee water bezweken. Met een geweld alsof er eene zware ontploffing plaats had, stroomden de golven naar bin nen, zoodat de zware ingeheide balken als riet bij den grond afbraken. Bij de jongste begrootingsdebattGn werd eene poging om aan de inrichting voor vischteelt te Velp eene subsidie van rijkswege toe te kennen met geen gunstigen uitslag bekroond. Naar men verneemt is het thans aan de heeren J. A. op de Macks en O gelukt deze nuttige inrichting, onder den Eaam van „Nederlacd- sche vischteelt en kweekerij," tot stand en in werking te brengen. Omtrent den vierdubbeieu moord te Hoogeveen wordt nader aan de Nieuwe Rotterdamsche courant bet volgende medegedeeld. De moordenaar, Jan Kroezen, is arbeider van beroep, gehuwd en van middelbaren leeftijd. Hij bewoonde, mot nog iwee gezinnen, een huis in de gemeente Ruinen, maar gelegen vlak aan de grenzen der gemeente Hoogeveen. Ia het ach terste deel van dit buis woonde de verslagens Kamman met zijne vrouw en twee kinderen. In het middelge deelte woonde Kroezen, eu in het voorste Johannes Blok. Kroezen was al geruiraeu tijd lastig geweest voor zijne bureö, en had zich menigmaal uitdrukkingen laten ontvallen, die zij met ongerustheid hadden aan gehoord. Zaterdag vóór Paschen was hij weer druk aan 't studeeren geweest in den bijbel, en vooral in Jesaia, en was daarop met eeu broeder van hem bij een geneeskundige gegaaD, om iets te vragen tot „be daring." Nadat hij dit gekregen bad, gingen beiden in een herberg, gebruikten daar eeuigen sterken drank (weinig, naar verzekerd wordt) en gingen daarop naar huis. Hij was daar echter niet laug, of hij ving weder aan zoodanig te woelen, dat bet Blok angstig om 't hart werd, waarom hij zijn broeder, die in 't bezit was van een pistool, verzacht in zijn huis de wacht te houdeD, terwijl hij naar Hoogeveen giüg om zijn beklag aldaar in te dienen. Toen hij was teruggekeerd, vernam hij dat er niets bijzonders was gebeurd, en liet dus zijn broeder weer vertrekken, maar behield diens pistool. Kort nadat hij met zijn gezin (eene vrouw en drie kinderen) was te bed gegaan, werden de luiken voor de ramen van zijne woning van buiten opengetrokken door Kroezen en wel tot tweemalen toe. Blok was opgestaan en had hem ernstig aangemaand zich rustig te houden. Niet lang echter nadat Blok de luiken voor de tweede maal gesloten had, werden dezo andermaal geopend, de krankzinnige verbrijzelde de ruiten, en sprong daarop binueü. Onder een vervaarlijk geschreeuw, greep hij twee der slapende kinderen van de bedstedo en wierp ze door het raam naar buiten, terwijl het derde, dat ook reeds door hem was aangegrepen, hem wist te ont komen. Er volgde nu eene worsteling van Blok met den geweldenaar, maar deze, een man van groote lichaamskracht, kreeg Blok onder en poogde hem de keel dicht te knijpen. Met de hulp echter van zijne vrouw geraakte bij los, en na nog een worsteling buiten, begaf Kroezen zich eindelijk weer naar huis. Eenunr- later schijnt hij bij zijn anderen buurman, Kamman,te zijn ingedrongen. Nadat KammaD, met zijn beide kin deren onder den arm. en gevolgd door zijne vrouw, hem was ontvlucht, schijnt de woedende man hen te hebben achterhaald. De vrouw werd niet ver van bare woning gevonden met verbrijzelden schede). Een weinig verder de kinderen en de man, de eersten doorboord door de tanden van een hooivoik, de laatste op ver schillende plaatsen deerlijk gekneusd en gewond. De ijzingwekkende bijzonderheden van dezen viervoudigen moord werden door den moordenaar met groote kalmte on halt lachende verhaald. Heden ochtend is bij naar een krankzinnigengesticht vervoerd. Th ermometerstaiuL 8 Apr.'sav. 11 n.42 gr. 9 's morg. 7 u. 43 gr. s' inidd. 1 u. 57 gr. 's av. 6 u. 53 gr. Algemeen overzicht. De laatste onderscheidingen van verschillende zijden aan Thiers te beurt gevallen en de woorden door hem bij die gelegenheden gesproken, hebben opnieuw da aandacht op dezen staaisinan gevestigd. Een der groote Engelscfce bladen, The Daily News, dat menigmaal scherpe critiek tegen hem heett gevoerd eu die ook tbaDS niet spaart, heeft in een zeer lezenswaardig artikel de groote verdiensten van Thiers jegcr.8 Frankrijk in het licht gesteld. Het vergelijkt den toestand van dat land op het oogenblik waarin Thiers de regeering aanvaardde met een hoogstgevaarlijkeu afgrond, waarin Thiers zich waagde met behulp van alle goedgezinde burgers. A!s pust van overeenkomst in de geschiedenis van Engeland zelve atelt The Daily News tegenover dien toestand van Frankrijk dien vanEogeland in 1688 eu toen Willem van Oranje gehoor gaf aan de stem der natie die hem ter hulp riep, en deze vorst beschikte nog over elementen van macht en vertrouwen die Thiers geheel outbrakeu. De voornaamste en grootste oorzaak van het succes van laatstgenoemden is misschien niets anders geweest dan dit, dat hij geen oogeubük zijne tegenwoordigheid van geest verloor; in een geheel verward land, vol raadslieden die ook in staat van verwarring verkeerden, was hij alleen koelbloedig, scherpzinnig en geheel meester van zich zeiven. Tot aan net einde legde hij dezelfde standvastigheid aan den dag en overzag hij den toestand met dien koeleu zin, om don werkelijken staat van zaken te leeren kennen, welke onmisbaar is voor den jurist die een moeilijke en ingewikkelde quaestie moet bestudeereD. De groote quaestie voor Frankrijk was, het weder vertrouwen in zich zeiven in te boezemen, en dit is Thiers alleen gelukt door een kalme en vastberaden houding en door de moeilijkheden flink onder do oogen te treden, llij had weldra Frankrijk tot de overtuiging gebracht, dat het zijn eerste plicht was om de oorlogsschatting te betalen en zich vau de bezetting te bevrijden, en ongetwijfeld had de natie do geestkracht en den moed waarmede zij deze taak volbracht aan den heer Thiers te danken. Geen ander zou voor de republiek hebben kunnen doen wat hij er voor heeft gedaan. Met dezen lof van het Engelsche blad stemmen ongetwijfeld alle verstandige Franecben in, en hetware t e wenschen, dat die krachtige, kalme geest van Thiers èc regeering öu vertegenwoordiging weer bezielde dan thans het geval is. De verwarriog neemt metioderen dag toe; de officiense organen verzekeren wel, dat in het ministerie volkomen overeenstemming heeracht, maar intusschen verkondigen de organen der regee- ringskringen zelve geheel tegenovergestelde denkbeel den. Le Francais, die uitsluitend door den heer de Broglie wordt geïnspireerd, en La Presse, het orgaan van den hertog Decazes, waarin zelfs maarschalk Mac-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 2