IflDDELBURGSCHE COURANT. I 78. Woensdag 1874. i Apia 100,0 Dit blad verschijnt dagelijki met uitzondering van den Zondag, den 2" Paaack- en Pinksterdag en een der Kerstdagen. De prijs per 3lux., franco Ub 3.50. Middelburg $1 Maart. Door de welwillendheid van den burgemeester dezer gemeente zijn wy in de gelegenheid gesteld onzen lezers mededeeling le doen van het ondervolgend uittreksel uit het verslag, nitgebracht door den heer dr. F. Seel- heim, leeraar in de scheikunde aan 'srijks hoogere bur gerschool alhier, betreffende het hem opgedragen schei kundig onderzoek van de leverworst, bij den spekslager van O» in beslag genomen. De worst vertoonde uitwendig en van binnen geen buitengewone verschijnselengeen teekenen van ont binding, geen bijzonder onaangenamen reuk; de eene soort was eenigszics roodachtig, de andere meer grijs. Het onderzoek heeft zich uitgestrekt: 1° op metallische vergiften; 2° op vergiftige alcaloïden; 3° op vergiften van bewerktnigden aard en 4° op eene chemische analyse van de worst. De twee eerstgenoemde onderzoekingen, welke in het verslag uitvoerig beschreven worden, leidden tot de slotsommen dat noch minerale vergiften noch vergiftige alcaloïden in de worst aanwezig waren. Omtrent het 3° punt wordt vermeld: Onder het microscoop vertoonde de worst een op vallend verschijnsel, namelijk eene tallooze hoeveelheid fijne celletjes, welke eerst bij GOOvoudige vergrooting zichtbaar werden, den vorm van eene o, eene 8 of eene dubbele 8 hebben en zich in eene voortdurende trillende beweging bevinden. Om te onderzoeken of deze cellen in verband staan met de voorgekomen ziekteverschijnselenscheen het wenschelijk na te gaan of die cellen zich in het bloed van eenige lijders bevonden, daar de cellen gemakke lijk door vliezen beengaan en das in hei bloed aanwe zig kouden zijn. Door dr. Seelheim werden derhalve onderzocht drie proefjes bloed van een man, welke hevig aangetast en later weder ingestort is, van eene vrouw, welke na herstelling weder is in gestort, en uit het hart van den persoon, die na of tenge volge van het gebruik van dergelijke worst of van nier bezweken was. Geen van deze drie soorten van bloed vertoonde eenig spoor van levende cellen. Dr. Seelheim trekt hieruit het gevolg dat deze levende cellen met de nadeeiige werking der worst in geen direct verband staan. Hij voegt daarbij de opmerking dat diezelfde cellen door hem in gezond, schoon en gekookt vleesch in aanmerkelijke hoeveelheden gevonden zijn en dat die tevens, ot zulke cellen, welke men er niet van onderscheiden kan gelijk door hem op eene andere plaats is aangetoond in onnoemelijk aantal in de kleilagen van den bodem dezer provincie voor komen, zcodat zij tot de meest verspreide wezens behooren. Als derde slotsom vo'gt derhalve dat de vibreerende cellen niet als oorzaak van de nadeelige werking der woist kunnen beschouwd worden. De scheikundige analyse leverde de volgende uit komsten In 100 deelen worst zijn bevat: asch5,6 daarin keukenzout 5,0 alcoholisch extract. 5,0 vet6,0 ciwitachtige stoffen en spier vezels 24,0 waterig extract5,0 water 60,0 ÏÖ5JÏ al asch 5.6 Over de a8chbestanddeeleniB reeds vroeger in bet verslag het nbodige vermeldzy zijn geheel normaal. Het alcoholi sche éxtract werd verkregen door herhaaldelijk uitkoken van de worst metabsolnte alcohol, bestond uit extractief- stoffen met zouten en gaf tot geen verdere onderzoeking aanleiding, daar dit normale bestand deelen zijn. Het vet werd met aether uit de worst getrokken, was wit, zonder reuk en eenig teeken van ontbinding is dus ook als normaal te beschouwen. Het waterig extract werd verkregen door behande ling van het met aether eu absolute alcohol volkomen geëxtraheerde overschot der worst met koud water, onder toevoeging van eenige druppels verdund zwavel zuur en uitdamping totdat eene lichtgeele stroopachtige vloeistof overbleef. Deze vloeistof veranderde na twee dagea in eene kristalbrij van wratvormig gegroepeerde kristallen en kristallen van zouten. E3n deel van deze massa werd op de volgende wijze onderzocht, die een belangrijk resultaat opleverde. De massa werd met kalibydraat in een reageerbuisje gesmolten en het daarbij ontwijkende gas boven water opgevangen. Het bleek waterstof te zijn, wat door aansteken geconstateerd werd; tevens had het water eene sterke ammoniak-reuk von "aangenomen. Het gesmolten overschot werd in verdund zwavelzuur opgelost, waarbij zich een zoo intensieve reuk van valeriaaozuur ontwikkelde, dat de aanwezigheid van dit zuur niet verder behoefde te worden aangetoond. Het gelijktijdig ontstaan vau deze drie stoffen: am moniak, waterstof eu valeriaanzuur door sme'ten van de massa met kalibydraat bewijst met zekerheid de aanwezigheid van eene stof die Leucine genoemd wordt, zooals het eerst door von Liebig is aangetoond. Nu is door de onderzoekingen van Virchow, Staedeler, Gurup, Bezanez en audere geleerden aangetoond, dat het eigenlijk niet tot de vergilten beboorende Lencine in bet normaal dierlijk organismns slechts in uiterst geringe sporen, daarentegen in groote hoeveelheid alleen in de lever bij leverziekten voorkomt. Daar de in onze leverworst gevonden hoeveelheid Leucine betrekkelijk zeer groot is volgt hieruit als vierde conclusie: dat de leverworst uit lever gemaakt is die veel Leucine bevatte, dus ziek was. En als algemeen resultaat van dit onderzoekdat de ziekteverschijnselen tengevolge van bet gebruik van deze leverworst aan geeu andere oorzaak te wijten zijn dan aan deze, dat deelen van een zieke lever er in bevat zijn. De nasporing evenwel van de wijze waarop het ge bruik van zieke varkenslever ziekteverschijnselen bij menschen kan voortbrengen, ligt bezijden de grenzen van eene chemische onderzoeking. Het lijk van den man, van wiens pverlijden na het gebruik van leverworst wij gisteren melding maakten, is heden naar het gasthuis alhier vervoerd, teneinde door geneeskundigen geschouwd te wordeD. Sinds gisteren heelt zich weder een sterfgeval, onder dezelfde omstandigheden, in deze gemeente voorgedaan. De Haarlemsche courant bevat de volgende adverten tie: „Telegram aan lamilie en vrieuden. Atjeb, 21 March 1874. Quite well: De Vries, gezagvoerder Mulder, Konig, Titsingh Abrahamsz, Torré, Winkelman, Moens, Noor dewier." Volgens de Stoompost bereikte de stormvloed op den 20tn dezer te Hoofdplaat 's namiddags te 3 uren de hoogte van 3.40 meter -f- A. P., overeenkomende met 1.60 meier boven bet gewoon hoog waterpeil. la den avond van dien dag ontstond eene afschui ving in den vooroever van den Elizabetbpolder, zich uitstrekkende tot in den zeedijk. De val had eene lengte van 30, bij eene diepte vau 3 meter, ter plaatse waar de dijksteen zich bevond. De zeedijk viel over. 20 strekkende meter weg; op den binnenberm wordt eene ringkade opgeworpen. Tevens had eene afschniving plaats in de tegenover den zeedijk liggende zandplaat, lang 125, breed 30 met6r. Het door den stormwind opgestuwde water baande zich door de nauwe geul vóór den Elizabetbpolder een rnimeren weg eo nam zoowel den oever aan de dijk- als aan de plaatzijde af. Naar wij verder vernemen zegt genoemd blad deden de veelvuldige oeverafschnivingen in Zeeland de behoefte gevoelen aan meerdere kennis der verschillende grondsoorten, waaruit de aangevallen oevers bestaan. Daartoe werd in 1873 aangevangen met grondborin gen in de baitenbermen der pollers Borsselen, Vliete en Margaretha, en zijn de verkregen grondlagen sedert aau een scheikundig onderzoek onderworpen. De minister van binnenlandsche zaken heeft bepaald, dat de verkiezing van een lid voor de tweede kamer der staten-generaal, welke in het hoofdkiesdistrict Ap- pingedam moet plaats hebben tengevolge van het over lijden van dr. R. Westerhoff, zal geschieden op Dinsdag 21 April a. en de herstemming, zoo die noodig mocht zijn, op Dinsdag 5 Mei a. Het Vaderland verneemt, dat bij den raad van6tate is ingekomen een wetsontwerp tot afschaffiag van de zeepbelasting. Het equivalent zal gevonden worden in een verhoogiug van de belasting op het gedistilleerd. Te Kampen is een adres aan den minister van bin nenlandsche zaken ter onderteekening neergelegd, hou dende het verzoek, dat de minister zoodra mogelijk alles voorbereide wat kan leiden tot het verleeneu der concessie voor de indijking en droogmaking^ van het zuidelijk deel der Zuiderzee, overeenkomstig het ont werp van de meerderheid der staatscommissie. Blijkens mededeeling van Zr. Ai8, vice-consul te Ber gen, dd. 10 dezer, heelt de voorjaarsharingvisscherij weinig opgeleverd. De voorraad, voor den uitvoer over Bergen beschikbaar, is zeer gering, en het schijnt dus niet raadzaam, dat Nederlandsehe schepen deze haven ter bevrachting aandoen. (Staats cour.) benoemingen en besluiten. EERETEEKENEN. Vergunning verleend aan deu voor den dienst in OeBt-Indië bestemden soldaat G. H. Rich ter, van het koloniaal werfdepot, tot het dragen der Daitscbe medaille, ingesteld ter herinnering aan den veldtocht tegen Frankrijk in 1870 en 1871. NOTARISSEN. Ontslag verleend als notaris te Kerk- rade, op verzoek, aan J. H. E. Gulikers. CONSULATEN. Bevorderd tot consul M. F. Röaier, thans Nederlandsch vice consul te Puerto Cabello, in Venezuela. Onderwijs. Onder de medische studenten, die te Groningen jl. Zaterdag met het gewenschte gevolg het eerste gedeelte van het candidaats-examen in de geneeskunde, nl. de anatomische demonstratie, hebben afgelegd, behoorde ook mejuffrouw Aletta Henriette Jacobs, vau Sappemeer. Kerknieuws. De heer Fruitier de Talma, predikant bij de Neder- duitsche hervormde gemeente te Vlissiogen, wi.en met 1° April eervol emeritaat is verleend, heeft in de avondgodsdienstoefening van jl. Zond3g afscheid geno men van zijne gemeente met eene rede naar aanleiding van Romeinen 15, het laatste vers. Eene groote menigte belangstellenden woonde deze plechtigheid bij. Aangenomen het beroep tot predikant bij (de Nederduitsche hervormde gemeente te Katwijk aan zee door den heer J. A. de Vliegerte Oosterland. Koloniën. BERICHTEN VAN HET OOBLOQSTOONEEL. Aan de uit Nederlaudsch-Indië ontvangen berichten, toepende tot 19 Februari jl., ontieenen wij voor heden het volgende: Na de inneming van den kraton werd in de eerste plaats door generaal van Swieten een dagorder uitje-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 1