2* Het doen van eenige buitengewone herstellingen aan de provinciale wegenvan Schoon dij ke Daar IJzendijbe en aan het op dien weg staande tolhuis by de Ze ven hofste denstraat; van Neuzen naar Axel, en van Walzoorden naar Hulst, in twee perceelen. Eerste perceelweg SchoondijkeIJzendijke enz., minste in schrijver de heer P. Moojé, te Breskens, voor/1764. Tweede perceelwegen NeuzenAxel en Walsoorden —Hulst, minste inschrijver do heer P. Monjé, te Bres kens, voor /1988. Thermometerstaiid. 26 Mrt.'sav. llu.41 gr. 27 'smorg.7u.44gr.s'midd.lu.61gr.'sav.6 u.56gr. Staten-generaal. TWEEDE KAMER. Zitting van Donderdag 26 Maart. Nader verslag.) De minister van binnenlandsche zaken heeft eene nota ingezonden van het gehocden onderzoek omtrent de verlaging van den census, met daarbij behoorende bijlagen. De nota zal werden gedrukt en de bijlagen ter griifie nedergelegd. In de eerste plaats kwamen ia behandeling wetsont werpen tot bekrachtiging van kredietendoor den gou verneur-gei eraal van Nederlandsch-Indië geopend boven de Indische begrootingen voor 1871, 1872 en 1873. Bij do algemeeno beraadslagingen daarover weersprak de heer Nierstraez de mtening van den minister van koloniën, dat de comptabiliteitsregeiing in Indië zoa verbeteren, door bet teit dat er nu weder een misreke ning van 6 millio-. n op den dienst 1871 was gebleken. Hij klaagde voorts over den hoogen prijs waarvoor de machines van de stooinbarkasseo voor Atsji in den vreemde waren aangekocht, met voorbijgang van de Nederlacdeche industrie, die ze even gotd engoedkoo- per had kunnen leveren, maar wier mededinging ook openbaar bad moeten gevraagd worden. De heer ïnsii-ger, de juistheid der door den minister gedane financieele opgaxeu betwijfelende, klaagde over den exorbitanten prijs voor de inhuriag van schepen betaald, terwyl men de transporten openbaar had moe ten eo kunnen uitbesteden. De heer Fabius herinnerde indertijd, bij de expeditie tegen Siak, reeds aan het opperbestuur te hebten voor gesteld den aanmaak van stoombarkassen, maar hij heeft daarop nooit eenig antwoord ontvangen, terwijl noch tans vooral op Sumatra de barkassen zoo groote dien sten konden bewijzen. De minister van koloniën antwoordde den beer Nier straez, dat vergissingen als de door hem bedoelde altijd zullen voorkomen zoolang de minister zich moet baseeren op de uitkomsten in Nederland en op de ramin gen in Indië. Omtrent de stoombarkassen gold het: time ts money. Een bewijs daarvoor is, dat 50 pet. duurder moest betaald worden voor eene met 3 maan den vervroegde oplevering. Dat was aan de landswerf voor de barbassen en bij de Engelsche fabriek voor de machine 't geval. Alleen de firma Rennie was in staat de machines binnen den gevorderden tijd te let eren: machines die niet, gelijk de heer Nierstrasz beweerde, van zoo eenvoudige constructie, maar blijkens de ver klaring vau den directeur van het stoomwezen, com pleet horologewerk zijn. Van de aanvragen van den heer Fabius was den minister niets bekend. Maar bij wist dat er eenige barkassen in Icuië waren. Voor de inburing van schepen waren de eiscben in Indië nog veel hooger. Do minister heeft de contracten hier te lande zoo goedkoop mogelijk aangegaan, zoodat dan ook de van hier gezonden schepen bij de transport- vloot in dienst gehouden zijtf. De heer Stieltjes erkende dat in de gegeven cmstan digheden de machines voor de barkassen al'een iü Indië konden gemaakt worden. Maar men had er vroeger voor moeten zorgen en niet de eerste nederlaag afwachten. De minister antwoordde hierop, dat hj wist dat er stoombarkassen iu Indië wareu, maar na de mislukking der eerste expeditie begreep hij dat er meer noodig waren en wachtte hy zelfs de vragen uit Iudië niet af. De heer van Kerkwijk constateerde, dat de admi nistratie en de werkzaamheden vau de directie der publieke werken in de Oost buitengewoon veel te wen- schen overlaten, zoo wat betreft activiteit als comptabel beheer en iu andere opzicbtui. Hy beelt de overtui ging dat de opgaven die wij hier krijgen, willekeurig, zoo tiet geheel onjuist zijn. Er worden opgaven ge daan vaa werkea die reeds twee jaren geleden zijn uitgevoerd. Eu zoo worden wij telkens gefopt. De minister van koloniën antwoordde dat hot hem aangenaam zou zijn als hij den heer van Kerkwijk met grond van redenen krachtig kou tegenspreken. Nadat de algemeeDe beraadslagingen gesloten waren, bracht de heer van Zuijlen van Nyevelt, bij bet derde dezer wetsontwerpen, de politieke zijde der Atsjiueesche quaestie nog ter sprake. Hij behield z:eh zijn oordeel voor bij het aanstaande debat. Hij bepaalde ir zich toe te verklaren, dat van hetgeen Zaterdag jl. gebeurd is de vertegenwoordiging een aandeel zal krijgen in de verantwoordelijkheid voor de te volgen politiek, die derhalve door de kamer nauwkeurig zal moeten wor den onderzocht. Hij was overtuigd dat de staatkunde der regeering, opgesloten in de woorden„na hetgebeurde is van vroeger of later vrede sluiten geene sprake hoe genaamd", eene gevaarlijke staatkunde was waarop de kamer de regeering niet mocht volgen. De staten-gene raal mogen geene etkele solutie onvoorwaardelijk aan nemen, maar het belang des lands brengt mede alle vregen open te houden die tot eene goede solutie kUDuen leiden. De minister van koloniën antwoordde, dat bet vol strekt niet in zijne bedoeling beeft gelegen de verant woordelijkheid ook maar voor een gedeelte over te brengen op de kamer. Do verantwoordelijkheid blijft op de regeering rusten en zij zal zich niet onttrekken aan baren plicht, gelijk zij dien opvat. Zonder ook zijnerzijds tbaDS in een grondig debat te willen treden, merkte hij overigens den heer van Zuijlen op, dat blij kens het van hier gezonden telegram van 2 Februari, de regeering niet anders wil dan waar 't kan bevesti ging en erkenning van het inlandsch bestuur. Het opperbestuur was niet genegen het direct bestuur te aanvaarden; daarom heeft de Indische regeering de vr^e band gevraagd om te handelen naar omstandig heden: daar waar men geene aanraking kan krijgen, waar niemand is, zal de militaire occnpatie met direct bestuur gepaard gaan. Achtereenvolgens werden behalve de genoemde wets ontwerpen nog verschillende anderen van ondergeschikt belang aangenomen en ook de conclusie van het com missoriaal rapport over het adres van den heer J. Nio- mantsverdriet. Naar aanleiding van laatstgenoemd ontwerp heeft de heer van Eek de noodzakelijkheid betoogd der indeeling van het aan de zeekusten liggend territoir bij de gemeenten. De minister van binnenlandsche zaken deelde mede, dat alleen gedeputeerde stalen van Zeeland tot dusver nog niet in staat wareu de resultaten mede te deelen van bet opgedragen onderzoek naar de grensscheiding van provinciën en gemeenten, hetwelk overigens voor alle gewesten goede resultaten had opgeleverd. Ten slotte stelde de voorzitter voor om den 16e" April a. te hervatten de beraadslagingen over de interpellatie betrekkelijk Atsji van den heer Messchert van Vol lenhoven. Dit voorstel word na eenige discussie rast 32 tegen 27 stemmen aangenomen. De vergadering is daarop tot nadere bijeenroeping gescheiden. Gemeenteraad yan Vlissingen. Buitengewone zitting van Woensdag 25 Maart. Voorzitter de heer Winkelman. Afwezig de heer Laernoes. De voorzifter deelt mede dat het plan der geldlee- niDg andermaal van gedeputeerde staten terug ontvangen ia met de opmerking dat zij vermeenen hunne goedkeu ring te moeten blijven onthouden aan dat plaD, indien de raad Diet besluiten kan de aflossing te doen in 32 jaren in plaats van 49 jaren. In aanmerking nemende den spoed die bij deze zaak noodzakelijk is, stelt de voorzitter aan de vergadering voer om het plan overeenkomstig bet verlangen van gedeputeerde staten te wijzigen, in de hoop dat het dan nog deze week in het college van gedeputeerde staten behandeld zal kunnen worden. Na eenige bespreking van de redenen die gedepu teerde staten aanleiding gegeven hebben tot de ge maakte bedenkingen, wordt het voorstel met algemeene stemmen aangenomen. Wordt voorgelezen een adres van de directie van het muziekgezelschap Oes genoegen, waarin verzocht wordt om eene bijdragu uit de gemeentekas van f 310, ten einde een festival te organiseereD op 12 Mei a. Hierop wordt afwijzend beschikt, voornamelijk op grond dat de raad reeds vroeger een besluit genomen heeft om daarvoor geen post op de begrooting uit te trekken. Op de vraag van den voorzitter of nog iemand iets voor deze vergadering beeftverzoekt de heer Gallen- fels het woord en herinntrt er aan dat hg eenigen tijd geleden gewezen heeft op het niet sluiten der vloed- deuren bij boogwatertijen. Het spijt hem daarop te moeten terugkomen, daar bet gebleken is dat zulks jl. Vrijdag bij den hooTen vloed die heeft plaats gehad weder niet gebeurd is, waardoor aan de bewoners van de Hooikade en Potten kaai veel last is veroorzaakt. Hy heeft daarover gesproken met den havenmeester, die zich beroept op zijne instructie. Hl) heeft die instruc tie nagezien en gelezen dat de gemeente-bouwmeester, die met de zorg voor de waterkeering is belast, daar toe aan den havenmeester last rroet gevenbij ver meent echter dat de havenmeester even goed als ande ren dezen hoogen vloed kon voorzien en zelf zonder lastgeving de sluis had knnuen sluiten. De voorzitter zegt dat hij den havenmeester dienzelf den middag op de kaai gesproken heeft, die hem ver- blaarde dat bij zulk een hoogen vloed niet heeft kun nen voorzien. Hij meent dat de betrokken ambtenaren in dezen niet van nalatigheid zijn vrij te pleiten en zal hen daarop wijzen De heeren Verkuyl Quakkelaar en Klcijnhens oordeclen dat deze buitengewoon booge vloed uit de vorige stan den van het water wel op te maken is geweestterwyl de heer Quakkelaar wenecht de dagen bepaald te zien waarop de deuren gesloten moeien worden. De heer Schraver merkt op, dat de heer Callenfels altyd aüeen spreekt van de bewoners der Pottenkaai, maar hij de aandacht van het dagelijkse!: bestuur weuscht te bepalen by den toestand vau den Dam eu Kousteen- scben dijk, alwaar het water iu do huizen heelt ge stroomd. Nadat de voorzitter gezegd beeft, dat in het vervolg bij nieuwe en volle maan het hoog en laag water zoo nauwkeurig mogelijk iu acht genomen zal worden, om daarnaar bet al of niet sluiten der sluisdeuren terege len, wordt de openbare zitting gesloten. Öuitci'latiö. Algemeen oyorziclit. Volgens een officieel bericht van den maarschalk Ser rano is bij in den ochtend van Woensdag met zijn le ger, van Sommorostro, inj Oostelijke richting, naar do positiën der Car listen tasschen Portugalete en Bilbao opgerukt. Na hevige gevechten ia do voorhoede tot in de nabijheid van San Pedro de Abante, het sterkste punt der vijandelijke liniën gekomen, terwijl de gene raal Primo de Rivera zich heeft meester gemaakt van de belangrijke stelling Montario, van waar men de reede van Bilbao zien kan. Daar de marsch in evenwijdige richting met bet strand liep, is de vloot in de gelegen heid geweest de legcrbewegingen met kracht te onder steunen. Van weerszijden werd hardnekkig gevochten; do telegrammen maken melding van een verlies van 452 gewonden en 17 dooden aan repnblikeinsche zijde. Het leger van den maarschalk heeft op de veroverde positiën het bivouak opgeslagen. Het staatkundige uienws staat in Spanje natuurlijk geheel stil, in afwachting van den afloop der gebeur tenissen op het oor logs toon ecl. Keert de maarschalk president als overwinnaar in Madrid terug, dan zal hij waarschijnlijk voor langer tijd en volkomener verlost zijn van de koningsgezinde partij, dan zijn ambtgenoot te Parijs van de Fransche legitimisten, die bij eerst als vrieaden heeft moeten aannemen en die zich nu gereed maken als vijanden tegen hem op te treden. Mocht er nog eenig verschil van opvatting bestaan hebben omtrent de laatste verklaringen van de maar schalk de Mac-Mahon, dan wordt zulks opgeheven door de wijze, waarop de koningsgezinden zeiven die opne men. Een buDner, de burggraaf d'Aboville, een tot de uiterste rechterzijde behoorend lid der nationale verga dering, richt een brief aan het blad l'Union, waarin hy den president verwijt het in hem gestelde vertrouwen bedrogen te hebben. „De maarschalk, schrijft hij, heeft voor de tweede maal tot ons gezegd: Frankrijk heeft mij voor zeven jaren het hoogste gezag opgedragenik zal dien last volbrengen en, wat er ook gebeuren gebeuren moge, gedurende zeven jaren aan het roer blijven. Op het gezegde van den heer Cazenove, dat indien het ster vende vaderland een anderen geneesheer inriep, den eenigen in staat om genezing aan te brengen, de maar schalk de man niet zou zijn om hem af te wijzen, ont ziet de president zich niet te antwoordenLaat hem in 1880 terugkomen. „Het ministerie, zoo vervolgt d'Aboville, is zeker niet van gevoelen dat door het officieel verkondigen der woorden van den president de bedryvigbeid van den handel herleven zal of dat obs land, dat onder den te- genwoordigeu voorloopigen toestand en onder de repu bliek wegkwijnt, weder met lust aan den arbeid zal gaan, nu het weet dat het voor zeven jaren aan dit regeeringstelsel is vastgeketend. „Er bestaan dus andere redenen voor. „Laat ons geen illusiën meer koesteren! Binnen twee maanden zal de hertog de Broglie ons komen voor stellen de zevenjarige republiek te vestigen en het werk te hervatten, dat den 24cn Mei afgebroken is. Maar waarom hebben wij dan den heer Thiers omvergewor pen Onder zijn bestuur kwijnde onze binnenlandsche handel minder dan thaus het geval is en werd het land in het buitenland niet zwaarder beleedigd dan tegen woordig geschiedt." Een schooner voldoening voor den heer Thiers en zijne vrienden dan deze verklaring van hea die nog geen jaar geleden, hunne bitterste vijanden wareu, is wel niet te bedenken. Zij is echter tegelijk een nieuw certificaat aan machteloosheid dat de logitimistische partij aan zich zelve uitreikt. Wat men toch van den maarschalk de Mac-Malon denken moge, van den hertog de Broglie is het zeker dat hy gaarne de hand tot eene herstelling van bet koninklijk gezag geleend zou heb ben. Iudien derhalve zelfs die staatsman, na eenige maanden van vruchtelooze en niets ontziende pogingen, gedwongen is zijne vrienden te verraden, mag wel als zeker aangenomen worden dat het doelhetwelk deze z ch voorstellenvolkomen onbereikbaar is. Mot de Fransche koningsgezinden valt echter even weinig te redeneeren als met de ultraraontanen in Duitschlaud, in Italië of in eenig land ter wereld. Gedurende de aanstaande Paaech vacantie gaat men weder onverstoord aaa het werk tot het voorbereiden eener nieuwe be weging in monarcha'en zin. De heeren Lucion Brun en de Ja Rochette zullen andermaal naar den graaf van Chambord worden afgevaardigd, teneinde van dezen nogmaals eene toetreding in den een of anderen zin tot de meest onvermijdelijke denkbeelden van onzon tijd te verkrijgeu. Mocht dit niet gelukken dan zou men zich voorgoed aan het werk zetten voor den graaf van Parijs, wiens kans op den Franschen troon echter naar alle waarschijnlijkheid zoo mogeliit nog kleiner zou zijn dan die van den laataten der Bourbons. De Daitscho rijksdag is, nadat besloten was het voor stel tot algemeene invoering van het verplicht burger lijk huwelijk niet in handen eener voorloop'ge com missie te 8'ellen, tot de tweede leziug daarvan overge gaan. In do zitting van Donderdag zijn de eerste 42 artikelen aangenomen, benevens een ameudement, waarbij bepaald is dat de fanctiëu van ambtenaar van den bur-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 2