yan f 3500's jaars, san dr. A. H. van der Boon Hesch,
emeritus hoogleeraar in de faculteit der wis- en natuur
kunde aan de hoogeschool te Leiden.
Benoemd tot reetor magnificus aan de hoogeschool te
Utrecht, voor het academiejaar 1873/74, de hoogleeraar
H. P. Gr. Quack.
NOTARISSEN. Eervol ontslag verleend als notaris te
Amsterdam, op verzoek, aan mr. J. Commelin jr.
leger. Op pensioen gesteld, op verzoek, ten bedrage
van f 1500 's jaars, de luitenant-kolonel L. J. Gr. GijseD,
van het 8e regiment infanterie.
Benoemd bij het wapen der infanterie, bij het le regi
ment, tot kapitein 2e klasse (naar ouderdom van rang),
de le luitenant F. W. A. baron van Dedem van Dries-
berg, van den staf van het wapen, werkzaam bij het
departement van oorlog 5 bij het 4e regiment, tot majoor,
de kapitein W. G. Weier, van het le regiment; bi)
het 8e regiment, tot luitenant-kolonel de majoor M. M.
Westenberg, van het 4e regiment.
Onderwijs.
In de eergisteren gehouden vergadering van den ge
meenteraad van Amsterdam kwam o. a. ter tafel een
voordracht van burgemeester en wethouders ter be
noeming van een eersten hulponderwijzer aan de open
bare tusschecscholen. Als eerste candidaat was op die
voordracht geplaatst een Israëliet, de heer H. E. Elte,
en daarbij werden overgelegd brieven van den hoofd
onderwijzer der school waar de heer Elte bij een even-
tueele benoeming werkzaam zou worden gesteld, en
van den schoolopziener in het district, houdende be
zwaren tegen die benoeming, daar de heer Elte beden
kingen maakte om als Israëliet des Zaterdags en op
Israëlitische feestdagen onderwijs te geven. De school
opziener in de le, 3e en 4° districten van Noord-Holland,
de heeren Kappeyne van de Coppello, van Tienhoven en
van Waterschoot van der Gracht, hadden zich eveneens
tot den raad gewend om diens bijzondere aandacht te
vestigen op de buitengewoon belangrijke beteekenis
welke de keuze ook voor het vervolg kon hebben, ter
wijl zij verklaarden zich volkomen te vereenigea met
de zienswijze van deu rechtstreeks bij de zaak belang
hebbenden schoolopziener.
Over deze quaestio werd een langdurig en belangrijk
debat gevoerd, waarin van de eene zijde werd beweerd
dat zij, die zich niet aan de wettelijke bepalingen
wilden onderwerpen, niet moesten worden benoemd,
terwijl van de andere zijde werd betoogd, dat men
eenige inschikkelijkheid moest in acht nemeD, daar
anders verdienstelijke Israëlieten nooit voor dergelijke
betrekkingen konden worden aangesteld.
Het resultaat van het debat was dat de eerste can
didaat, do heer Elte, niet werd verkozen, maar wel
de tweede candidaat, de heer Orbaan, met 15 stemmen,
terwijl 14 stemmen op den heer Elte waren uitgebracht.
Kerknieuws.
Door het kiescollege der Nederdnitsche hervormde
gemeente te 'sGravenhage is het volgende drietal van
predikanten opgemaakt dr. Gerth van Wijk, te Gro
ningen, dr. Hogerzeil, te Arnhem en de heer van Maas
dijk, te Haarlem.
Marine en leger.
De Haagsche Nieuwsbode verneemt uit een doorgaans
welingelichte bron, dat het voornemen bestaat om den
kolonel van het instructie-bataljon J. C. J. Kempees te
benoemen tot gouverneur der koninklijke militaire
academie te Breda. De majoor Sierevelt, toegevoegd
aan den inspecteur der infanterie, zou in dat geval tot
kommandant van het instructie-bataljon worden be
noemd en in zyne tegenwoordige functiën worden ver
vangen door den majoor Hardenberg, van het 48 regiment
infanterie.
Bij het te houden kamp van het bataljon mineurs
en sappeurs zal naar men verneemt op ruime
schaal met de veldtelegraaf gewerkt worden en zal
dan tevens de compagnie, uitsluitend voor den dienst
bestemdgeorganiseerd worden, waarbij het bader en
de officieren in functie zullen tredeB.
Koloniën.
berichten van het oorlogstooneel.
De uit Nederlandseh-Indië ontvangen berichten loo-
pen tot den 14en Februari.
Aan de Javasche courant van 10 Februari jl. ont-
leenen wij het volgende bericht van den opperbevel
hebber der expeditie te Atsji:
„Op denzelfden dag, dat het bericht tot mij kwam
dat de sultan den 26ca Januari 's namiddags te 4£ uur
nabij Pager-IJe aan de cholera overleden was, ontving
ik de tijding, dat ook Panglima Polim door de ziekte,
die overal in de drie sagi's met hevigheid moet heer-
schen, was aangetast. Later kwam de tijding dat bij
gestorven was, welk bericht van verscheidene zijden
is bevestigd.
„Onder de voornameren, die ook aan cholera over
leden, werden genoemd: radja Doelah, de oudste zoon
en aangewezen opvolger van Panglima Polim; Toekoe
Imam Loong van XXV Moekims, die, naar men zegt,
op Tokoe Imam Longbatta na, de dapperste der Ateji-
neezen was, en Panglima Mah Sateh, een der voor
naamste hoeloebalangs van Imam Longbatta."
Volgens een schrijven van Atsji van 22 Januari
is do bakkerij van de firma le Roux c°. thans in
het kamp van Pedajoeng werkzaam en sedert den 10en
is daartoe een terrein ingericht van 60 meter in de
lengte en 10 in de breedte. Maar tot dusver is men
daar niet onder dak en de kneedmachines zijn nog
steeds aan boord van de Kosmopoliet III, zoodat men
slechts met éen oven werkt. De moeilijkheden om al
het materieel, en wat verder noodig is, te ontschepen
en naar het kamp te vervoeren zijn zeer groot, want
behalve dat de zeewind na elf uren op den dag noodig
maakt de stoomsloepen of sterk bemande booten te
gebruiken, is men tot drie overschepiDgen verplicht,
eer men in het kamp komt. Er bestaat ook gebrek
aan transportmiddelen en koelies. Maar bovendien gaat
al wat tot de militaire zaken behoort, voor en wordt
de bakker het allerlaatst geholpen.
Gemengde berichten.
De kruideniersbedienden te Amsterdam hebben aan
hun patroons een circulaire gezondeDwaarin zij ver
zoeken, dat Zondags de winkels gesloten zullen worden.
Dezer dagen kwam in een schoenmakerswinkel
op de Biltstraat te Utrecht een dienstbode, met verzoek
om voor haar meesteres eenige dameslaarsjes te willen
medegevenhieraan werd voldaande eigenaar gaf baar
vier paar mede, doch noch haar, noch den naam ken
nende van de familie bij wie zij voorgaf te dienen,
volgde bij de meid en zag haar werkelijk in een huis
gaan van een achtenswaardige familie op de Biltstraat.
Bij deze gaf ze voor een naaister te zijn en gezonden
van een familie, om informatie te nemen van een dienst
bode, die daar woonde, iets wat verkeerd uitkwam,
daar de dienstbode niet vertrok; daarop ging ze heen,
doch kwam met de 4 paar laarsjes in den winkel te
rug met de boodschap dat de laarsjes niet pasten en
dat ze andere moest hebben van een paar nummers
die ze opgaf. De winkelier, geen kwaad meer vermoe
dende, gaf haar in plaats van vier, vijf paar ter
passing mede, benevens een mandje om ze onbeschadigd
over te brengen. Het meisje moet nog terugkomen.
Het Utreehtsch dagblad verzekert thans dat de
behoefte aan paarden voor den optocht op 12 Mei niet
zoo groot is als eerst was gemeld. Slechts 80 paarden
zullen noodig zijn, en reeds vele daarvan zijn besproken.
Met betrekking tot de tariefbepaling voor bet
traject Utrecht-Amsterdam langs den oosterspoorweg
wordt nader medegedeeld, dat die waarschijnlijk in
overleg tusschen de Rijn- en de Hollandsche maat
schappij zal plaats hebben.
Te Hardingen bestaat het voornemen om een bad
huis te bouwen buiten de Bildtpoort, voorzien van
kamertjes met zinken badkuipen terwijl men in zee
vlak voor het badhuis een zwemplaats wenscht te
maken.
Te Leeuwarden is aan een der nieuw aangelegde
straten de naam „Van-Swieteristraat" gegeven.
Op sommige plaatsen in Duitschland heerscht ge-
biek aan brood. Te Hamburg en te Ottemen hebben
de bakkersknechts het werk gestaakt, omdat zij ver-
booging van loon eischen, terwijl men te Berlijn binnen
weinige dagen een gelijke grève verwacht.
Ter drukkerij van den New-York Herald is thans
een stoompers ingevoerd, waarmede in een uur tijd
20,000 exemplaren van dat blad, kant en klaar en ge
vouwen, worden afgeleverd. Slechts drie measchen zijn
noodig om die pers te doen werkeD. Naar het blad
berekent bezuinigt het daardoor 250,000 franken per
jaar.
La Gazette des Tribunaux verhaalt, dat te Parijs
sedert eenige dagen op de huizen, in de passages en
vooral op verschillende monumenten pnotographische
portretten van prins Louis Napoleon, ter grootte van
een postzegel, zijn aangeplakt.
De onderkoning van Egypte heeft in het gebouw
van bet ministerie van onderwijs een bibliotheek aan
gelegd, waarin de door het geheele land verspreide
schatten der Arabische litteratuur vereenigd zullen
worden. Daaraao v. orden toegevoegd alle werken in
Europa uitgegeven, die op Egypte betrekking hebben.
Eeu correspondent van de Kölnische Zeitung
schrijft, naar aanleiding van het feest op den 16en
Maart te Chislehurst, het volgende: De keizerin is,
sedert den tijd dat zij nog in vollen klister op deTui-
leriëu troonde, in haar uiterlijk veel verouderd. Des
tijds kon zij zeer goed voor eene vrouw van 35 jaren
doorgaan; thans lijkt zij wel tien jaren ouder, ohchoon
altijd nog j'eugdiger dan zij werkelijk ia. Eenige der
tegenwoordig zijnde dames, die veel verstand van
zulke dingen hebbenverzekerden dat er thans bij haar
geen spoor te zien was van blanketsel, haarverf of
een der andere kleine hulpmiddelen, waarmede het
schoone geslacht gewoon is 7 bij bet klimmen der jaren,
de zwakheden der natuur te bedekken. De prins
vereenigt in zijn gelaat de trekken zijns vaders met
die zijner moeder, zoodat het moeielijk te beslissen is,
op wie van beiden hij het meest gelijkt. De houding
van het hoofd en de halt geslof ene oogen doen aan
den oveiledeDe deuken, terwijl de neus, de mond en de
kin meer met die van de moeder oveieenkomen.
De uitdrukking van hot gelaat is vriendelijk. Zijne
manieren waren die van een aankomend, jeugdig keizer,
die door zijne onderdanen nog aangenomen en ten
deele opgevoed moet wordenvriendelijk en innemend,
zooals het een jongeling past, doch niet ontbloot van
waardigheid en gevoel van eigenwaarde. Hij is goed
gebouwd, maar klein van getalteen daar hij in de
laatste twee jaren niet veel meer gegroe d is, schijnt
hij, betgeen hij ten achterenis, niet meer te zullen inha
len. Zijne leermeesters en kameraden te Woolwich
vertellen veel goeds van hem. Niemand houdt hem voor
een genie; maar allen verzekeren dat hij een veel belo
vend jongmensch van goede verstands- en gemoedsgaven
is. Binnen weinige dagen keert de prins weder tot zijne
militaire studiën te Woolwich terng. Op den dag zijner
meerderjarigheid werden brieven van gelukwensching
van de koDingin van Engeland en den prins van Wales
ontvangen, en den volgenden dag kwam de hertog van
Edinburgh met zijne jeugdige gemalin op Camden-House
een bezoek brengen. Den 19en was er receptie voor de
leden van den hoogen Engelschen adel, bij welke ge
legenheid ook door de gravin Sydney een adres van
gelakweDSching van een aantal Engeische dames over
handigd werd.
25,000 flesschen wijn, vertegenwoordigende al de
soorten welke in Portugal groeien, zullen als monsters
op de jaarlijksche tentoonstelling te Londen prijken.
Koning Wilhelm van Wurtemberg beeft indertijd op
den Rooden berg, in het voorvaderlijk kasteel, een graf
gesticht en een Grieksche kapel doen bouwen, alwaar
zijn gemalin Katharina van Rusland werd begraven. In
den nacht van 13 dezer heeft meD, door middel van
buskruit, de poort doen springen en al de kostbare
voorwerpen, vaten, edelgesteenten, gewaden enz. geroofd.
Tot nogtoe heeft men het spoor der daders niet ontdekt.
Het prachtig Bremer-stoomschip König Wilhelm,
in November jl. bij den Helder gestrand, zit, tegen
de verwachting der Hullsche koopers, nog altijd op
het droge; het wordt door 12 a 14 Engeische fabrieks
arbeiders bewaakt, die van tijd tot tijd de machine
in beweging brengen; alle pogingen om het schip vlot
te krijgen zijn tot hiertoe vruchteloos geweest. Vrij
algemeen is men van oordeel, dat bet schip déar zal
blijven zitten, als een gedenkteeken van de woedende
kracht der golven, die het, als een veer, over twee
zandbanken been, zoo hoog op strand zetten, 'tls nu
aan den voorstoven ruim 7 voet in het zand gezakt.
Men meent dat het sloopen, behoudens het uitnemen
der machine, de kosten niet zal goed maken. De
ELgelschen wanhopen echter nog niet aan het afbrengen,
en wachtea op den 21on Maart, waarop men een zeer
hoog watergetij tegemoet ziet.
Thermometerstand.
19 Mit.'sav. llu.47 gr.
20 'smorg. 7 u. 42 gr. a'midd. 1 u.47gr. 'sav. 6 u. 45 gr.
Staten-generaaL
tweede kamer.
Zitting van Donderdag 19 Maart.
{Nader verslag.)
De heer van Kuyk bracht rapport uit over de geloofs
brieven van den heer Kuijper en concludeerde tot toe-
latiüg, aangezien de geloofsbiieven in orde zijn en de
heer Kuijper heeft verklaard geene openbare betrek
kingen te bekleeden en losgemaakt te zijn van zijne
betrekking tot de Nederlandeehe hervormde gemeente.
De voorzitter wenschte de discussie over het rapport
tot den volgenden dag uit te stellen, maar de heer van
Kuyk, namens de commissie, verklaarde dat gecne reden
bestond om van den gewonen loop van zaken af te
wijken. Bij de commissie bestond geen meeningsver-
schil en bet eventueel geschilpunt, dat zon kunnen
rijzen, was bij allen bekend.
De kamer verwierp het voorstel van den voorzitter
met 41 tegen 18 etemmon en besliste daarna zonder
beraadslaging den heer Kuijper, na beëediging, als lid
toe te laten.
De heer Messchert van Vollenhoven heeft vervolgens
verlof gevraagd en bekomen om met 'toog op den
voortdurenden oorlog met Atsji tot de regeeriDg de vra
gen te richtenHoe zij voorziet in de eischen, ook de
geldelijke eischen van den oorlog? Welk is het doel,
welke zijn de inzichten en de voornemens der regeering
in de toekomst? Zoo noodig, kan het antwoord der
regeering in comi é-generaal worden gegeven. Aan
het einde der zitting is bepaald, dat de interpellatie
Zaterdag a. zal worden gehouden.
Daarna zijn de beraadslagingen voortgezet over het
voorstel van den heer van Zuylen van Nijevelt, om in
het reglement van orde der kamer de artikelen 30—36
(betrekkelijk de werkkring der commissie van rappor
teurs) uit het reglement van 1852 weder in werking