MIDDELBURGSCHE COURANT. F 58. laandag 1874. 9 laart. Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2«» Paasch- en Pinksterdag De prijs per 3/m., franco is f 3.50. en een der Kerstdagen. Middelburg 7 Maart. Een bij de regeering ontvangen telegram van gene raal van Swieten van den 28c0 Februari heden na middag per bulletin aan onze geabonneerden binnen de stad medegedeeld meldt, dat de politieke toestand onveranderd is. De omtrek der legerplaats bij den kraton is rustig. De uit het westen van Atsji gekomen hulptroepen zijn naar hunne woonplaatsen teruggekeerd. Alleen was een klein getal van Pedir gebleven, maar wat zij uitvoeren is onbekend. Op de passers bij het kamp vermeerdert de aanvoer Aan de versterkingen van den kraton wordt ijverig voortgewerkt. Den 18en Februari zijn drie oorlogschepen naar de staatjes op de west-, noord- en noordwestkust gezonden met proclamatiën en stukken ter voorbereiding en rege ling van hunne toekomstige verhouding tot Nederland. In de gisteren avond alhier gehouden vergadering der Middelburgsche af deeling van de Vereeniging ter bevordering van fabriek- en handwerksnlj verheid in Nederland is onder anderen rapport uitgebracht door de in de vorige vergadering benoemde commissie, in wier handen was gesteld de bekende missive van het hoofdbestuurwaarbij de afdeeling wordt uitgenoodigd haar gevoelen mede te deelen omtrent een verzoek van de Nederlandscbe vereeniging tot afschaffing van sterken drank, om bij de regeering zoo krachtig mogelijk te ondersteunen eene verklaring der algemeene vergade ring van de Nederlandsche maatschappij ter bevorde ring van nijverheid, dat het de roeping der regeering is om openbare dronkenschap en misbruik van sterken drank te beteugelen, naar aanleiding waarvan de direc tie dier Maatschappij is uitgenoodigd de aandacht der regeering hierop te vestigen. De conclusie van de meerderheid der commissie strekt, om gevolg te geven aan het in de missive uitgedrukte verlangen der Neder landsche Vereeniging tot afschaffing van sterken drank, in de hoop dat de stemmeD, opgegaan van vereenigingen als die van Nijverheid en van Fabriek- en bandswerk- nijverheid, bij de regeering weêrklank zullen vinden. Zonder discussie is deze conclusie goedgekeurd. Na de pauze hield dr. F. Seelheim, naar aanleiding van een schriftelijk tot hem gericht verzoek van eenige leden, weder eene belangrijke voordracht. In de eerste plaats herinnerde hy de waarheid, dat ieder die veel noodig heeft hnlp van anderen behoeft, tengevolge waarvan ruil- en daardoor de wereldhandel is ontstaan, die beheerscht wordt door twee groote mogendheden vraag en aanbod. Na voorts op de herkomst van het geld gewezen te hebben, behandelde bij het goud, zijn voorkomen in de natuur, de productie, zijne voornaam ste eigenschappen en zijne betrekking tot den wereld handel. Een en ander werd door proeven, kaarten enz. toegelicht en verklaard. Uit zijne statistieke mededee- lingen bleek onder anderen dat de goudprodnetie op de geheele aarde gemiddeld per jaar bedraagt 210,000 kilo gram, vertegenwoordigende eene waarde van ƒ326,000,000, terwijl de hoeveelheid zilver op de geheele aarde ge middeld 1,65 millioen kilogram 'sjaars bedraagt, verte genwoordigende eene waarde van slechts 165,000,000. Met die waarden kunnen echter de verschillende pro ducten niet betaald worden, zoodat men tot den ruil handel terngkeert. De productie van kolen toch is 191,000,000 ton 'sjaars ƒ2,292,000,000; die van ijzer 13,8 millioen ton 1000,000,000die van katoen 7,000,000 balen 650,000,000die van wol ƒ625,000,000 kilogram ƒ750,000,000; die van zijde 5,000,000 kilogram ƒ500,000,000 terwijl de waarde der gr inen die van al de genoemde producten nog overtreft. Evenals de vorige werd ook deze voordracht door de aanwezigen met belangstellende aandacht gevolgd. GistereD namiddag te zes uren passeerde te Vlissin- gen het Engelsche koninklijk stoomschip Victoria Albert. Aan boord bevonden zich de hertog vaa Edinbarg met zijne gemaliD, laatst komende van Antwerpen en zich naar Londen begevende. Het vorstelijk echtpaar werd begroet door een konink lijk salvo van het Nederlandsch oorlogschip de Valk, liggende ter reede van Vlissingen. Voor de verkiezing van een lid der provinciale staten van Friesland zijn uitgebracht 1017 stemmen; van on waarde 14volstrekte meerderheid 502. De heer M. H. Tromp, van Woudsend, verkreeg 443, de heerH. Jou- stra, van Sneek, 375, de heer C. L. van Beyma thoe Kingma, te Lemmer, 157. Herstemming alzoo tusschen de heeren Tromp en Joustra. Onze Haagsche correspondent schrijft ons het vol- „Dat ik mij voor u en uwe lezers diep schaam, behoef ik wel niet te zeggen. Daar lees ik Maandag middag met eene zekere satisfaction cfauteur mijne laatste correspondentie nog eens naen vind dat ik die zaak van de muntwet naar mijn domme verstand nog al heel netjes had uit elkander gezet. Ik verheugde mij al op het vooruitzicht, dat ik over een paar maan den de lastige rijksdaalders voor prettige gouden tien tjes en vijfjes zou zien verdwijnen, dank aan het red dend amendement dat, zooals ik gehoord en u geschreven had, door de staatscommissie als eene soort deus ex machina ontworpen was. In die aangename stemming ga ik naar de sociëteit om mijn voor den eten bezoek te breDgenen wat is het-eeiste dat ik hoor? „De wet is naar de haaien roept een onzer wetgevers dien ik in de veBtibule reeds ontmoette. „En van Del den er bij"laat een collega er op volgeD, en bei den, in naam tot de liberale partij behoorende, hadden veel pleizier in mijne in het oog vallende verbazing. „Tegen de verdenking dat ik, zooals men 'tin de wandeling zegt berichtjes uit mijn duim zuig, zal ik me wel niet behoeven te verdedigen. Trouwens het reddende amendement is in de kamer geweesthet is voorgesteld door de heereu Kops en Mackay, maar het is verworpen, zooals alle andere amendementen en zoo als het voorstel der regeering ten slotte ook. Het steldein verband met het plan om later de aanmun ting van gouden twaalfguldenstukken voor te stellen, de voorstanders van het frankenstelsel in de gelegen heid een muntstuk te verkrijgen met fr. 25 gelijkstaan de, terwijl de voorstanders van het sovereignstelsel daarin den weg konden zien om hun doel te bereiken, daarzooals bekend isde Engelsche regeering vau plan is althans do vorige Engelsche regeering van plan was den sovereign te verzwakken tot het goudfrankengehalie. Ea toch werd dit voorstel niet alleen verworpen, maar zelfs leden die vóór het voorstel-Bredinsgave aansluiting aan het franken stelsel, gestemd hadden, brachten tegen het conciliante amendement, waardoor toch zooveel mogelijk aan hunne wenschen werd tegemoet gekomen, hunne Btemmen uit. Heb ik de stemlijst goed nagezien, dan waren het er vier, de heeren Bergmann, van Eek, van den Heuvel en Smitz. Hadden deze vier heeren anders gestemd en my dunkt dat hadden ze veilig kunnen doen dan ware het amendement van de beeren Kops en Mackay, dat nu met 37 tegen 32 stemmen verworpen is, inte gendeel met 36 tegen 33 stemmen aangenomen geworden. Ook waarom er van de 28 stemmen vóór het amende- ment-Blussé zich maar 15 aan het andere amendement hebben aangesloten is mij niet duidelijk. „Maar wie zal de raadslagen van de Nederlandsche tweede kamer der staten-generaal in dat jaar 1874 kun nen begrijpen; wie zal zich rekenschap kunnen geven van de motieven waarop de veelvuldige neenzeggingen werden uitgesproken, die onze vertegenwoordiging seder anderhalf jaar langs haar pad strooit! Vergun mij al leen tot mijne verantwoording te zeggen dat ik minder schaamte dan ergernis gevoel, en de bekentenis at te dat ik gedwaald heb in de meening dat de kamer den verstandigen weg zou gaan, wanneer er ook een andere openstond, 't Is treurig zoo'n bekentenis te moeten afleggen; niet voor mij, maar voor de kamer. „Wat nu? zult ge vragen, en ik vraag hetuweder- keerig. Men verwacht nu de aftreding van den heer van Delden, maar ik meen uit sommige omstandigheden te moeten opmaken dat het ministerie nog niets beslis sen zal voordat er een besluit over de vestingwet zal zijn gevallen. Mocht die niet aangenomen worden en wat kan men eigenlijk anders verwachten? dan zou de geheele regeering denkelijk het bijltje ec bij neêrleggen. En natuurlij kmet de vestingwet is men het gansche kringetje van brandende quaestiën rond geweest, en overal is men afgestuit op den onwil, niet van eene krachtige oppositie, maar van zoogenoemde vrienden, die, wanneer zij om de vier jaren vcor de. kiezers komen, zich met ophef en ernst liberaal noemen en zich zeker ook te goeder trouw liberaal wanen, maar die, wanneer het er op aankomt, om hun liberalisme te toonen in het parlement, de maatregelen door liberale ministers voorgesteld onveranderlijk verwerpen en niet willen hooren van me dewerking of overleg. De heer Kuyper zal eerst over een veertien dagen als lid der kamer optreden omdat hij eerst nog zijne catechisanten te Amsterdam aannemen wil. De man heeft gelijk; wanneer hij iets aannemen wil, dient hg dat te Amsterdam nog te doen; in de tweede kamer wordt tegenwoordig alleen verworpen. „Maar ik begin te merken dat mijn ergernis over de kamer mij demo raliseert en me tot afschuwelijke woord spelingen doet afdalen; wat anders dus. Veel anders kan ik u nit deze residentie niet melden dan dat gis teren avond en heden hier groote sensatie gewekt werd door een bericht uit Amsterdam, dat de koning ver zocht had dat de voor een nationaal cadeau op 12 Mei bestemde gelden voor een liefdadig doel mochten be stemd worden. Het is van den eenen kant te begrijpen dat, na al de onhandigheid waarmede die zaak is aan gevat en de boerschheid en indelicatesse, waarmede ze is behandeldbesproken en beschreven, in de hoogste kringen een gevoel van ergernis en walging bijna de overhand bekomt, maar met dat al is het toch niet aangenaam voor die duizenden inden lande die, noch aau de onhandigheden van de eerste opzetters, Doch aan het gehakketeer en gekibbel van commissiën en belangen debet zijnde, uit waarlijke genegenheid voor het vorstelijk huis gaarne hunne bijdragen voor een nationaal cadeau hadden geschonken. En eilieve tot welk een menschlievend doel zal dat geld worden bestemd? Voor een gasthuis, een invalidenhuis, een ondersteu ningsfonds voor teleurgestelde eikenkroontjes-bejagers, een fonds van bedeeling voor bedrogen Amerikaansche spoorweg- of zilvermijnspeculantec, of broodelooze cre diteuren van Spanje? Wat zullen nu bovendien uwe Zeeuwsche broedersde ingezetenen van Veere met hunne konterfeitsels doen? Kunnen hunne tronies ooit dienen voor een menschlievend of weldadig doel? Maar, alle scherts ter zijde, het ware te wenschen dat de Am- ster damsche courant, die het bericht mededeelde, niet wèl ingelicht was geweest, omdat het, waar zijnde, al licht invloed op de feestelijke stemming van 12 Mei zal kunnen hebben. De relatiën van de Amsterdamsche courant met het gemeentebestuur van de hoofdstad, welks voorzitter aan het hoofd der bekende burge meesterscommissie staat, geven echter hierop niet veel hoop. „Nog altijd geen nader bericht uit Atsji; ik geloof dat er reeds 14 dagen verloopen zijn sedert de laatste tele grammen. Het Haagsche publiek, gohe-mouche als de bevolking van elke residentie, weet al weer precies wat de reden van dit stilzwijgen is: de generaal van Swieten is dood, zoo luidt de dood eenvoudige con clusie, waartoe uw barbier of kapper komt, en, vraagt men naar het waarom, dan luidt het: wel, anders zou hij immers wel geschreven hebben? „En met dat al amuseert het Haagje zich maar. In den koninklijken schouwburg wordt de Fille de mad. Angot tot stichting der hoogere kringen ten tooneele gevoerd, tableaux vivantscasino's en concerten wisselen elkander af, en wij verheugen ons dat het althans mooi

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 1