geplaatst. Zeven banner bebooren tot den geeateltjken etand. Een hunner, de heer Teutsch, bisschop van Raes, heelt dadelijk het volgende voorstel ter tafel gelegd: „Overwegende dat krachtens het vredestraktaat van Mei 1871 de provinciën Elzas—Lotharingen bij het Dnitsche rijk zijn ingelijfd zonder dat de bevolkirg daarbij geraadpleegd is, wordt de rijksdag verzocht de rijksregeering uit te noodigen om de bevolking van ElzasLotharingen over deze inlijving te doen raad plegen." Het is twijfelachtig of deze motie wel eene enkele stem, behal ve die der voorstellers zei ven en misschien die van den Sleeswijkschen afgevaardigde Krijger, op zich vereenigeD zal en zelfs of de rijksdag eene discussie daarover zal toelaten. Welken uitslag zou fcronwen8 eene zoodanige beraadslaging hebben? Het brutale feit, dat de aanhechting der twee gewesten op het geweld berust, wordt evenmin nu, als vóór dat de inlijving een voldongen feit was, door iemand betwist. Prins Bismarck erkende het in zijne samenkomst met Jnles Favre op het kasteel van Ferrières, in September 1870, met zij no gewcne ruwe, veeltijds wèloverlegde openhartigheid, dat de inlijving aan het Dnitsche rijk, in den eersten tijd aiifcans, meer last dan voordeel zou verschaffen. De illnsiën, die men zich destijds van Duitsche zijde maakte, dat de nienwe provinciën zich weldra in baar lot zouden schikken en zich tot het nieuwe vaderland aangetrok ken zonden voelen, zijn sedert in rook vervlogen. De aanhechting was eene daad van geweld en dat blijft zij; of zij ook eene kiem van bederf voor den jengdi- geD, pas met nieuwe levenskracht ontsproten Duitschen boom zal wezen, moet de tijd ons Leren. Praktische waarde kan het protest der Elzas-Lothariugsche afge vaardigden, voor het oogenblik althans, derhalve niet bezitteD. Hun stap was voorzien cn zal dus in den rijksdag geen buitengewonen indruk maken. V an eenig belang is alleen nog de vraag of de afgevaardigden, na hun protest, zitting zullen blijven bonden, zoomede bij welke partij zij zich in het toestemmende geval zullen aansluiten en of de leden der sociaal-democra tische partij, uit wier midden vroeger stemmen tegen de aanhechting zijn opgegaan, hen in hun verzet zullen ondersteunen. Van eene annexatie, tot een nieuwe regeling van het Duitsche krijgswezen, is dö overgang niet zeer groot. Krachtige tegenstand wordt in een rijksdag tegemoet gezien tegen het eerste artikel der wer, waarbij de leger- sterkte in vredestijd voorgoed wordt vastgesteld. Men maakt niet ten onrechte de opmerking dat op die wijze de jaarlijksche behandeling van ^eene begrooting van het ministerie van oorlog niet veel meer dan een nutte- looze vörm wordt. Waartoe dient hef, zoo vraagt men, de wetgevende macht te laten stemmen over een cijfer van uitgaveD, indien deze laatste voor het grootste gedeélte gebonden zijn aan eene te voren vaststaande legersterkteDoor de regeeriug wordt van hare zijde het onde, reeds in den Pruisischeo parlemen airen strijd van vóór 1866 zoo veelvuldig gebruikte argument aan gevoerd, dat alleen bij eene vaste legeisterkte de orga nisatie van het krijgswezen de noodige vastheid en bestendigheid bezitten kan. De onde maarschalk von Moltke verdedigde in de zitting vao Maandag bet ont werp met te wijzen op de militaire toebereidselen, die Frankrijk maakt. „Oaze tegenstanders, zeide hij, heb ben de geheele inrichting van ons krijgswezen over genomen; is het dan voor ons zaak om datgeae te laten varen wat door hen als goed vordt baschouwd?" E-jne commissie van 28 leden is met het onderzoek der militaire wetten belast. De eerstvolgende zitting van den rijssdag is op heden (Woensdag) bepaald. De Russische dagbladpers put zich uit in beleefdheden tegenover den keizerlijken bezoeker van het Peters- burgsche hof. De Deutsche Petersburger ZeitUDg noemt de vriendschap tusschen Duitschiand, Oostenrijk, Bnsland en Italië „de vierhoek, door welkea de vrede van Europa en de rustige ontwikkeling der volken gewaarborgd wordt." Eene der eerste handelingen van keizer Frans Jozef ca zijne aankomst te St. Petersburg, was het brengen van een bezoek aan het graf van keizer Nicolaas, op hetwelk door hem een lauwerkrans werd nedergelegd. Van den keizer van Oostenrijk, die tijdens den Krim-oorlog tegenover den souvereio, die hem uit de gevaren van 1848 gered had, eeae aan ondankbaarheid grenzende onzijdigheid heeft in acht genomeD, kan eene dergelijke daad moeilijk anders be schouwd worden dan als eene soort van schulderken- tenis. De uit Spanje komende berichten luiden tegenstrij diger dan ooit. Aan den eenen kant wordt het ontzet van Bilbao door Moriones binnen eene week aange kondigd. Van de andere zijde verneemt men nienwe verschijningen der Carlisten in een meer oostelijk ge legen deel des rijks, te Manresa, vier uren van Barce lona verwijderd. Uit Madrid worJt het bericht van oneenigheden in den boezem van het ministerie her haald. Men schrijft aan den maarschalk Serrano, het hoofd der regeering, het voornemen toe om door eene volksuitspraak zich in het gezag te doen bevestigen. Daarna, zoo meende men, zou wellicht de heer Castelar genegen worden bevonden in het ministerie te treden en op die wijze de regeering te steunen met eenen naam, die, te midden der ontelbare bedorven staat kundige reputatiën, in Spanje altijd nog zekeren glans behouden heeft. Maakten wij voor eenige dagen, over Tnrkije spre kende, melding van de zending van Sadyk Pacha, als den sleutel tot het geheele Turksche ministerie met zich in den zak voerende, thaDS wordt opeens gemeld dat de groot vizier, wegens een verschil van meening met den Ssraskier (den minister van oorlog), uit zijn ambt ontslagen en door laatstgenoemden opgevolgd is, terwijl de gezant te Berlijn, Aristarchi-Bey, wellicht om de opengevallene plaats in te nemen, in allerijl naar Konstantinopel is opgeroepen. De zending van Sadyk- Pacha blijft echter ongewijzigd. Over de oorzaken dezer verandering vei keert men, als altijd, in het onzekere. Met hoeveel deftigheid de Europeesehe bladen ook ge woon zijn over Turkije te sprekeD, als over eene ordelijke, gevestigde mogendheid, het is alsof er altijd een waas uit de Arabische nachtvertellingen over het rijk blijft hangen. Het valt tenminste moeilijk, bet ontslag van eenen groot-vizier te vernemen zonder daarbij aan den een of anderen geheimzinnigen Serail-inyloed te denken. Eindigen wij met een land, aan het ander uiteinde van Europa gelegen, dat misschien wel romanesk, maar hoegenaamd niet geheimzinnig of onderhevig aan serail invloeden is. De Noorweegsche landdag is den 10tn Fe bruari te Chri8tiaoia door den koning gecpend met eene troonrede, waarin gelukkig van niets anders sprake was dan van verbeteringen, in den staatkundigen, maatscbappelijken en materieelen toestand des lands te brengen. Varia uit het buitenland. Duitschland. Volgens het Deutsche Wochen- blatt zou het nieuwe wetsontwerp, houdende bepalingen omtrent het vervolgen van onwillige geestelijken, ten doel hebben, om aan de regeering de bevoegdheid te verleenen den veroordeelde in den eenen Duitschen staat of provincie het verblijf te kunnen ontzeggen en in een anderen aan te wijzen. De koning van Beieren, die tot nogtoe op advies van zijn geneesheeren op Hohenschwangau was geble ven, keert thans naar MUnchen terug; men ziet daarin het bewijs dat de koninklijke lijfartsen de cholera-epi- demie als geweken beschouwen. In de laatste dagen kwamen dan ook slechts enkele op zichzelf staande gevallen voor. In Posen wordt de handhaving van de kerk el ijk - politieke wetten tegen- de ongehoorzame geestelijken krachtig doorgezet. De vicarissen d*. Goczkowski en Nawrccke en pastoor Schnarback zijn thans gevan gen gezet, omdat zij de hen opgelegde geldboeten niet betaalden. Volgens een besluit van den keizer zal de bibliotheek, door dr. Wolfgang Wenzel te Stuttgart nagelaten en uit 18,400 banden bestaande, op rijkskosten voor de bibliotheek te Straatsburg worden aangekocht. Tengevolge van het scherpe toezicht en de waak zaamheid door de Berlijnsche politie in den laatsten tijd ontwikkeld, om de veiligheid in de straten der hoofdstad te herstellen, zijn de dieven en roovers groo- tendeels naar buiten gevlucht eD tegenwoordig zijn de omstreken van Berlijn zóo onveilig dat bijna geen nacht voorbijgaat waarin niet een aanval of diefstal heeft plaats gehad. Zóóver gaat zelfs de brutaliteit van het gespuis dat het diligences, die naar naburige plaatsen rijdenaauvalt, zelfs al zijn deze vol pasagiers, het welk in de laatste dagen reeds tweemalen het geval is geweest. De pastoor Maricger is door een gendarme te Trier binnengebracht, om z:.jn straf te ondergaan wegens ver zet tegen de kerkelijke wetten. Oostenrijk. Uit Gratz werdt gemeld, dat in de aldaar verschijnende bladen de Leipziger firma F. H. Brockbaus waarschuwde tegen den aankcop van een zoogenaamde nieuwe uitgaaf van het ConverBatioDS- lexicon, terwijl zij zich tevens voorbehield een gerech- tilijke vervolging in te stellen tegen de verkoopers van die nieuwe uitgaaf. Het blijkt namelijk, dat een boek handelaar te Gratz een aantal titelbladen voor het Conversaticns-lexicon met het loopende jaartal beeft laten drukken en die voor de oude exemplaren plaatste; op die wijze wist hij een „nieuwe oplaag" in den handel te breügen. In KariDthië is het aantal wolven zoo groot en worden zij zoo gevaarlijk vo.r het leven van mensehen en vooral van kinderen, dat groote drijfjachten worden georganiseerd en door de regeering premiën zijn uitge loofd voor het dooden van een wolvin van 50van een wolf van 40 en van een jong beneden het jaar van 20. De Neue freie Presse bestrijdt bepaald de meening door sommige bladen verkondigd, dat de reis van den keizer van Oostenrijk naar St. Petersburg met de but- tenlandeche politiek in verband zou staan, maar zij is van oordeel dat deze gelegenheid wel kan worden te baat genomen om de betrekkingen der beide mogend heden ten opzichte der handelspolitiek te verbeteren. De minister van koophandel heefteen wetsontwerp ingediend tot den aanleg van spoorwegendat hem nog veel verdriet kan berokkenenwant evenals hier te lande wil ook daar ieder zijn lijntje hebben, en de afgevaar digden van de verschillende landen hebben reeds Inter- pellatiën gereed waarom de minister deze lijn niet ea gene lijn wel voorstelde. België. l'Etoile beige verneemt dat er eenig ver schil bestaat tusschen de Nederlandscbe en Belgische regeeringen ten opzichte van de internationale con ven» tie over bet kanaal van Neuzen. Nederland zon het ontwerp-traktaat niet willen aannemen en daarin op drie punten veranderingen gebracht willen hebben. In de eerste plaats wil het niet meer weten van het recht van België om het peil van bet water te verhoogen; vervolgens verlangt het, dat de terreinen die gebruikt zijn om de nieuwe werken van het kanaal te maken door België zullen worden afgestaan en domaniale goede ren van Nederland zullen worden; eindelijk verlangt het ten behoeve van de haven te Neuzen zeker voor deel uit de tarieven der spoorwegen. Tusschen het stedelijk bestuur van Brussel en een Belgische maatschappij zijnonderhandelingenaangeknoopt over den verkoop van ongeveer 5000 meters grond aan den Boulevard du Haioaut «n 1' Avenue du Midi, ten einde aldaar een reusachtig gebouw voor publieke ver- koopingen te stichten, zooals het Hotel de Drouot te Parijs. De zijde aan de straat zou een serie van win kels bevatten. Te Brussel bevindt zich thans een historische curiositeit, die in den Cercle artistique et littéraire wordt tentoongesteld, nl. een schilderij: Marat aseas- siné dans son baïD. In 1793 werd de vervaardiging van dit schilderij door de Nationale conventie aan den beroemden David opgedragendoch later werd het naar België verbannen. Men dacht zelfs dat er onder de restauratie eene gravure van was gemaakt, doch dat het oorspronkelijke was vernietigd. Het ward ech ter door baron Jeröme David bewaard en vóór onge veer tien jaren aan prins Napoleon verkocht, die ver lof gaf om het op den Boulevard des Italiens te Parijs ten toon te stellen, alwaar het een algemeene belang stelling verwekte, daar het een der schoonste meester stukken van David's penseel moet zijn. Na de gebeur tenissen van 1870 verkocht prins Napoleon zijn kabinet in zijn geheel, en de kooper daarvan beeft de Marat naar Brussel gebracht, omdat de tentoonstelling sr van te Parijs is verboden. 3Éjanöflsbcricl)tcn Graanmarkten enz. rotterdam, 16 Februari. De aanvoer van granen was heden aan onze markt zeer gering en bepaalde zich hoofdzakelijk nit de omstreden, bij beperkte vraag gingen puike soorlen tot 20 cents per hectoliter verlaging gedeeltelijk van de hand, mindere konden slechts gedeeltelijk tot 30 cents per hectoliter verlaging plaatsing vinden. Voor puike Zeeuwscheen Vlaarascbe bedong men van 12.75 a f 13, voor puike Noord- Brabantscbe en Flakkeesche van 12 60 a 13en goede en mindere soorten van ƒ9.75 a 12.25 per hectoliter; Zeeuwsche, Vlaamsche en Noord-Brabantsche rogge by geringen aanvoer tot 25 cents per hectoliter verlaging bij gerij ven verkocht, voor de Zeeuwsche en Vlaamsche werd van 10 a ƒ10 30, en voor de Noord-Brabant sche van 9.75 a 10 per hectoliter besteed; winter en zomergerst werd heden schaarsch aangeboden, en werd tot ruim vorige prijzen verhandeld, voer de win ter bedong men van Z8.25 a 8.90 en voor de zomer van f 7 a f 8.10 per hectoliter, van Donau gerst werd 98/99 pond a ƒ216 per 1950 kilo gedaan; haver bij rnime aanbieding als voren verkocht, voor den langen werd van 3.50 a ƒ5 en korten van 4 50 a 5.50 per hectoliter besteed, terwijl men voor 78/80 pond inland- sche vwr 11, 74/75 pond dito 10.60 en 70/71 pond dito ƒ10 per 100 kilo bedong; boekweit bij gerijven verkocht, Noord Brabartsche 270 en Overrijselsche veen 253 per 2100 kilo; paardenboonen als voren van 8.15 a 8.60 per hectoliterdnivenboonen als voiea /8.50 a 9 per hectoliter; witte boenen al9 voren, Wal- cher8che van 14.50 a ƒ15 en Zeeuwoche naar deugd van ƒ1150 a 13 50 per hectoliter; bruine boonen als voren, Walcbersche \an ƒ13.25 a 13.75 en Zeeuw sche naar qualiteit van 10.50 a 12.50 per hectoliter; blauwe erwten als voren, mooie qualiteit bracht van 10 a 9 75 en mindere van 9.25 a 9.50 per hecto liter opvoor blauwe mesting erwten besteedde men van 8.50 a 8 75 per hectoliterschokkers betaald naar deugd van 9.50 a /11.50 per hectoliter; hen nepzaad geveild van 8 50 a f 8.75 per hectoliter; van koolzaad weiden geene afdoeningen bekend; kana riezaad als voren ƒ12 tot 13 per hectoliter; van mosterdzaad werd brum van 22 a ƒ24 en geel van 11 a 15 per hectoliter geveild. Rotterdam, 17 Februari. Ter markt van heden war n aangevoerd 715 runderen, 111 vette, 51 nuch tere kalveren, 22 schapen, 244 varkens en 79 biggen?

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 3