öuitmlcmi).
aangekomen. Wij liggen op den rechteroever van de
Atsjiiivier, omstreeks tien minuten van den kraton
af, die aan den linkeroever is gelegen.
Toen wij hier aankwamen, werden uit naam van
den sultan de vredesvoorwaarden gevraagd: doch spoe
dig zagen wijdat hij het niet ernstig meende, want
reeds den volgenden dag werden wij uit den overlig-
genden kampong beschoten. De vijand werd echter
spoedig door ons vuur van daar verdreven.
Den 25en December rukten wij des morgens om half
acht uit, tot hot maken van een groote verkenning. Wij
waren nog ver buiten de voorposten, toen de vijand
ons met een hevig vuur begroette. Hierop volgde een
vreeselijk gevecht; de kogels vlogen ons van alle
kanten om de ooien en menig soldaat vid rechts en
links van mij neêr. Toch rukten onze manschappen
moedig vooruit; nergens bestond de minste weifeling
en allen luisterden naar onze kommando's, evengoed
als op een excercitieveld.
Het gevecht duurde tot des namiddags half vijf;
vier versterkingen werden door ons genomen en het
terrein vóór den kraton werd verder door ons ver
kend, vooral em een geschikte plaats te vinden tot
het opstellen van het zware geschut. Daarna keerden
wij naar ons bivouak terug.
Den volgenden dag, den 26en, rukten wij weder op;
ons bataljon kwam toen evenwel niet zoo dicht in
het vuur als den vorigen dag. Tóen was ik bijna
weg geweest. Onze compagnie kreeg namelijk last om
met de sappeurs een veld met suikerriet om te kappen,
teneinde daardoor een beter uitzicht naar voren te
krijgen. Wij waren reeds een half uur bezig en bijna
gereed, toen eensklaps een kanonskogel vlak langs mij
heen snorde en niet meer dan vijf passen achter my
in den grond sloeg; had ik een pas meer links ge
staan dan had hij mij zeker getroffen. Toen kort
daarna een tweede kanonskogel uit den kraton in onze
gelederen sloeg, werd dc compagnie verzameld en keer
den wij naar onze vorige plaats terug.
Zooals gy zeker reeds in de dagbladen hebt gelezen,
hebben wy den 25fn en 2Ge" zware verliezen geledenbij de
toen gesneuvelden behoort ook de 2e luitenant Kroese.
Wij hebben met een dapperen vijand te doen: velen
hunner houden tot het laatste oogenblik stand en
moeten met de bajonet worden afgemaakt.
(Gemengde berichten,
In Florence is esn zonderling toonwerk uitgevoerd;
het is geschreven voor orebest, militaire muziek, koor en
twintig piano's voor vier banden. Sigaor Maglioni is
de componist van dit nataurlijk geraasmakend werk.
De maatschappij of het comité voor den onderzee
Bchen tunnel tnsschen Calais en Dover heeftnaar men
uit eeretgemclde plaats meldt, tot het nemen eener
practische proef ten aanzien van het grootsche plan
besloten. Zij zal namelijk aan het strand te Calais eene
uitgraving ter diepte van verscheidene honderden ellen
doen, vervolgens een horizontalen onderzeeschen gang,
ter lengte van een kilometer, aanleggen, om daarnaar
de uitvoerbaarheid van het werkde eventueele kosteu
daarvan enz. te kunnen beoordeelen.
Volgens officieele opgaven der Oo3tenrijkache
regeering kan de cholera iu de provincie Galicië als
geweken beschouwd worden na aldaar gednrende twee
jaren zonder opbonden gebeersebt te hebben.
Uit Teheran wordt gemeld, dat de schab nog altijd
zeer vermoeid is tengevolge van zijne reis door Europa,
die ten slotte in het nadeel van den vooruitgang van het
Perzische rijk is uitgevallen, omdat de voorname voor
stander der Europeescbe beschaving, de grootvizier
die hem vergezelde, door hofkabalen onbruikbaar is
gewordeu, vooral omdat hij de drie gemalinnen uit Rus
land huiswaarts beeft gezonden. Een andereu grootvi
zier wil de schab niet, de geestelijkheid eu princessen
willen de gevallen grootheid niet, zoodat nu algeheels
stilstand heerscht. er wordt niets gedaan en er is een
algeheele stagnatie in de openbare aangelegenbeden.
In het hotel der Engelsche ambassade te Lissabon
is een hevige brand uitgebarsten, die het grootste ge
deelte van bet gebouw in de asch heeft gelegd. Dó
gezant, sir Charles Murray, en zijn echtgcnoote ziju
met groote moeite gered.
Een detachement infanterie, dat op marsch was
van Tonlon naar Antibes, hield onderweg stil in een
dorp. Een twintigtal soldaten ging ia een herberg oin
eecige ververschingen te gebruiken. De zwaarte van
die mannen iu een klein vertrek deed den vloer instor
ten met dat gevolg dat vier soldaten en de waardin
in den kelder vielen. Door de hulp van btir. makkers
die buiten stonden, werden allen weder naar boven ge
holpen. Alleen de waardin is ernstig gewond.
Het Oatavio-meer is op verscheiden plaatsen buiten
zijn oevers getreden en heeft daardoor aanzienlijke
schade veroorzaakt.
Te Nantes was een tooneelgezelschap in een lokaal
bezig repetitie te houden van een tooneelstuk, dat dien
avond zou worden opgevoerd. Eensklaps stort het dak
dat zeer vermolmd was inmet bet gevolg dat twee
tooneelspelera en de directeur zwaar verwond werden.
Te Altendorf bij Essen neemt de woestheid en
ongebondenheid der arbeidersbevolking in verontrus
tende mate toe. Moord en mishandeling zijn aan de
orde van den dag.
Te Konstantinopel is door brand een honderdtal
buizen, waaronder het paleis van don groot-vizier, in
de asch gelegd.
Aangaande de gevangenzetting van den aartsbis
schop Ledochowski wordt nader bericht'dat deze kerkvorst
aau verschillende boeten eene eom van 30,000 thalcrs
aan de schatkist verschuldigd is, welke hij weigert te
voldoen. Daar nu eene boste van 100 thaler gerekend
wordt gelijk te staan met zes weken gevangenisstraf,
zou de prelaat gedurende 33 jareu in hechtenis moeten
blijven, hetgeen met levenslange gevangenschap gelijk
zou staan. De beurt zal eu spoedig aan audere Duitsche
bisschoppen komen en wel in de eerste plaats aan dien
van Keulen, wiens geheele inboedel reeds in beslag is
genomen en wien men het voornemen toeschrijlt om in
Hollandseh Limburg eene schuilplaats te zoeken.
De geschiedenis der vervalschingenwaarmede han
dige namakers de lichtgelovigheid der liefhebbers van
antiquiteiten eu kunstvoorbrengselen weten to verschal
ken, zou, de stof voor monig belangwekkend verhaal
kunnea opleveren. Thans is echter de directie van het
rijks-museum te Berlijn zelve het slachtoffer geweest
van een dergelijk bedrog. Met groote kosten bad men
zich te Jerusalem meester gemaakt van eene belang
rijke verzameling beelden en vazen, bedekt met oud-
Moabitische inscriptiën en naar den naam van den vroe-
geren eigenaar bekend als de colIectie-Shapira. Aan de
echtheid scheen hoegenaamd geen twijfel te bestaan.
De dikke laag salpeter, welke de voorwerpen bedekte,
was een bewijs voor de oudheid er van en de geleerd
ote BerÜjnsche taalkundigen sloofden zich af in vruch-
telooze pogingenom de geheimzinnige opschriften te
ontcijferen. Het Engelsche blad the Atheneum bevat
thans een brief van den heer Ganneau, waarin bewe
zen wordt dat de geheele verzameling niets anders is
dan namaak. De heer Ganneau had reeds lang twijfel
gekoesterd aan de echtheid der verschillende voorwer
pen, aan welker vorm wel eene ruwe hand, maar niet de
naïveteit, aan voortbrengselen eaner nog weinig gevor
derde beschaving eigen, te ontdekken was. Eindelijk,
na vele vruchtelooze nasporingen, is het hem gelukt
uit den mond zelf van den namaker de bekentenis te
verkrijgen, dat al de vazen en beelden uit eene potten
bakkerij te Jerusalem afkomstig zijD. De straat, waar
deze winkel te vinden is, wordt door den heer Ganneau
aangeduid. Daar de maker met de taal derMoabieten
niet bekend was, had Lij de voorwerpen slechts be
krabbel d met een verwarde massa grillige figuren en
karakters, die hoegenaamd geen zin bezaten. Geen
wonder dus dat de Berlijnsche geleerden er niet uit
wijs wisten te worden! De salpeterlaag had bij er
waarschijnlijk op gebracht door de voorwerpen in een
sterke oplossing van dat zout te dompelen. De goede
trouw van Sbapira schijnt boven twijfi-1 verheven, nij
is waarschijnlijk zelf het eerste slachtoffer van den
slimme-; pottenbakker geweest. Voor het Berlijn ach
museum is het gelukkig dat de zaak thans nog tot
klaarheid gebracht is, want reeds was eeno tweede col
lectie hare voltooiing nabij en gereed om aan den koop
last der Duitsche geleerden te worden aangeboden.
Millie Christine, de vrouw met twee hoofden,
is na een kort verblijf to Angers en te Nantes naar
Lyon vertrokken. Men berekent dat de bezichtiging
van haar persoon wekelijks 5000 franken oplevert. Te
Parijs is haar door het circus, waar zij twee mean den
lang geëngageerd was en zij zich heeft laten zien, 500
franken per dag uitbetaald.
Yerkoopingen en aan bestedingen.
Gisteren avond zijn alhier te koop aangeboden:
1° Een huis en erf iu de Lange Breestraat, wijk O
n° 175. Verkocht voor /805.
2° Een huis en erf in de Korte Breestraat, wijk O
n° 174a. Verkocht voor 625.
Bij do aanbesteding van het verplaatsen van den
preekstoel en verdere verandering van de ir.richting der
hervormde kerk te Aarden burg, is gisteren op f2700
gemijnd door den heer J. van Baar, to Oostburg. De
begrooting was 2960.
Heden heeft op het raadhuis alhier de aanbesteding
plaats gehad van het leveren «au 20,000 stuks eerste
soort straatklinkers. Er zijn vijf biljetten ingeleverd,
te weten van de heerenA. Einders, te Brcskens, voor
19.68; A. Loois, te Vlissingen, voor /T8.28; W. van
Uye zonen alhier, voor f 17.58; J. Holm alhier,
voor f 17.40 cc Gebr*. Boudewijoseaibier, voor 17.25
per 1000. Aan laatstgenoemden is de levering voor
loop ig toegewezen.
Tiiermometerstand.
5 Feb. 'sav. 11 n. 28gr.
6 'soiorg.7u.27gr. s' midd, ln.34gr.'aav.6a.34gr.
Staten-genoraal.
TWEEDE KAMER.
Per telegraaf.)
Uit. het algemeen verslag der afdeelingen betreffende
het wetsontwerp tot wijziging der muntwet blijkt,
dat verscheidene leden van oordeel zijn, dat de nood
zakelijkheid der verandering van muntstelsel niet ge
bleken is.
De groote meerderheid is tegen den dubbelen stan
daard, en zoo tot verandering van stelsel mocht worden
besloten dan geeft zij de voorkeur aan den gouden
standaard. Omtrent do keuze der munt bleek groot
verschil van meening te bestaan.
Nagenoeg algemeen gaf men zijn leedwezen te ken
nen over gemis van voorstellen betreffende het Indisch
muntwezen.
Het verslag gaat vergezeld van het antwoord der
regeering met een gewijzigd wetsontwerp.
De commissie van rapporteurs acht het antwoord
der regeering onvoldoende, doch het wetsontwerp
rijp voor behandeling in de openbare zitting der
kamer.
Algemeen overzicht.
Op het oogenblik dat de verkiezingsstrijd in Enge
land op het hevigst is komt, als om de hand ter onder
steuning aan de liberale zaak te reiken, van over den
Oceaan de tijding van den vrede met de Ashantijnen.
Gelukkiger dan Nederland in zijnen strijd met den
Atsjinecscbeu sultan en ten koste van veel minder
menschenlevecs, mag Engeland alzoo deze zaak als
afgedaan beschouweu en ziet het zich daarenboven met
eere som van 200,000 ponden sterling voor zijne oor
logsuitgaven tot zekere hoogte schadeloos ge3teld.
Omtrent de verkiezingen, op welke wij later meer in
haar geheel weuscben terug te komen, vermelden wij
thans alleen dat, volgens de laatste berichten, op de
339 leden 181 conservatieven gekozen zijn, en de libe
ralen 19, de tegenpartij daarentegen 43 nieuwe zetels
veroverd hebben. Wat de hoofden der verschillende
partijen betreft, zij zijn, gelijk te verwachten was, her
kozen de heer Forster, minister van onderwijs, te
Bradfo d, de heer Gladstone te Greenwich, laatstge
noemde met een minder aantal stemmen nochtans,
dan die welke de neer Board, de conservatieve candi-
daat voor den tweeden parlementszetel in hetzelfde
kiesdistrict, op zich vereenigde.
Terwijl de stem des volks in Groot-Brittannië over-
komstig de wet op het punt is uitspraak te doen over
de toekomstige richting der Engelsche staatkunde, is
in Frankrijk, ouder gewoonte sedert bijna eene eeuw,
die richting weder bepaald geworden door eene persoon
lijke beslissing \an het tijdelijk hoofd van den staat.
De woorden, door den maarschalk de Mac-Mahon tot
den president cn de leden van het gerechtshof van
koophandel gesproken, zijn thans, door mededeelingin
het Journal offieiel, bevestigd en ter algemeene kennis
gebracht. De beteekenis dier korte rede is te gewich
tig om haar niet in hoofdzaak te vermelden.
De voorzitter van het gerechtshof, de heer Daguia,
had de hoop uitgedrukt dat door de bevestiging van
het voor zeven jaren aan den maarschalk toevertrouwd
gezag als president der republiekbet vertrouwen her
leven en de handel zijne vroegere opgewektheid her
nemen mocht. De maarschalk antwoordde hierop dat
de regeering alles zon doen wat in haar vermogen
was, om de Parijsche nijverheid uit den staat van
kwijDing, waarin zij zich tijdelijk bevindt, opteheffeü,
tot welk doel hij de voorgenomen hervatting van een
aantal groote publieke werken, den herbouw van de
door de commune vernielde gedeelten der Tuileriënen den
aanleg van nieuwe forten rondom Parijs toezegde.
Vervolgens zeide hij
„Onder de punten welke door n straks zijn vermeld
als oorzaken van de fhuwe stemming der handelszaken,
behoorde ook de bezorgdheid op staatkundig gebied
en de onzekerheid, welke ten opzichte der degelijkheid
(stabiliteit) van het gezag onder de bevolking heerscht
Eeoige maanden geleden zou ik eene dergelijke be
zorgdheid begrepen hebben, thans echter moet ik
die als ongegrond beschouwen.
„De nationale vergadering heeft mij op den 19" No
vember voor zeven jaren het hoogste gezag toevertrouwd.
Mijn eerste plicht is, voor de uitvoering van dit opper
machtig besluit te waken. Wees dus volkomen gerust.
Gedurende zeven jaren zal ik de orde van zaken,
welke op wettige wijze in het leven is geroepenweten
te doen eerbiedigen.
„Op die wijze zullen wij, hoop ik, dc kalmte in de
gemopderen zien terugkeeren en het vertrouwen dcon
herleven. Het vertrouwen kan niet door een bevel opge
legd wordenmaar mijne handelingen zuilen het weten
te rechtvaardigen."
Den indruk, door deze woorden op de politieke par
tijen teweeg gebracht, gelijk die zich ia hare verschil
lende dagbladen reeds openbaartlaten wy ophot oogen
blik ter zijde, daar de Parijache bladen het over den