Eenige weken geleden maakten wij melding van eene door den commissaris des konings in deze provincie aan de bnrgemeeBte s der gemeenten gerichte circulaire, waarin hij hun kennis gaf, dat aan den heer D. J. Pen- nock alhier vergunning was verleend tot het bezigen van een stoomketel in zijne op te richten chemische stoomzuiveriDgfabriek voor bedden enz.en die inrich ting zeer werd aanbevolen, vooral ook op grond van het gevoelen van den inspecteur voor het rt9neeskundig staatstoezicht in Zeeland, die stoomzuivering het beste middel acht voor ontsmetting, terwijl door de aanwen ding daarvan tevens voorkomen wordt de door de wet voorgeschreven lastige en kostbare onteigening en ver nietiging van voorwerpen die met lijders aan besmet telijke ziekten in aanraking zijn geweest. Thans kunnen wij als vervolg cp dat bericht mededeelen dat genoemde inrichting reeds ten dienste van het publiek in werking is. De opening bad eergisteren met eenige plechtigheid plaats in tegenwoordigheid van eenige autoriteiten en andere belangstellend, n. Bij de laatste operatie tegen den kraton te Atsji is, naar ons uit Vlissingen wordt gemeld, de 1e luitenant bij het korps mariniers J. P. Smith door een kogel aan den linkerarm gewond. De wond i3 niet gevaarlijk. De kogel is uit den arm verwijderd. Te Zierikzee werd eergisteren bij het ontvangen der blijde tijding: „de kraton is ons" bij vele ingezetenen de Nederlandsche vlag uitgestoken. Des avonds ver- eenigden zich een aantal heeren ten huize van den socië- teithouder Kanaar, om die zegepraal feestelijk te geden ken. Menig hartelijk vaderlandsch woord werd daar gesproken en de feestelijke stemming werd nog ver hoogd door het uitvoeren van eenige muziekstukken (strijk-quartet). Gisteren wapperden do vlaggen van de openbare gebouwen. De Goessche courant verneemt, dat do centrale com missie voor een algemeene feestviering aldaar op 12 Mei a. zich heeft geconstitueerd en dat zijn benoemd de heeren Z. D. vau der Bilt Ia Motthe, tot voorzitter, jonkheer M. J. de Marees van Swinderen, tot secretaris, en B. Fabery de Jonge, tot penningmeester. Alvorens by dragen in te zamelen zal door de com missie een plan van feestviering met begrooting van kosten ontworpen en daaraan publiciteit gegeven worden. Het Amsterdarasch adres aan de tweede kamer der staten-generaal tegen het wetsvoorstel heeren 01- denhnis Gratama r. s.. tot intrekking van de bijzon dere bsscherm'tg van de jacht en het jachtbedrijf, is door bijna 1000 personen (grondeigenaars) ondertee kend, en wel uit: Gelderland 175grondeigenaren, Zuid- Holland 108, Noord-Holland 99, Utrecht 87, Zeeland 80, Drenthe ï^0, Noord-Brabant 54, Overijsel 45, Fries land 41, Groningen 19, Limburg 2. De feestelyke stemming was gisteren in de residentie nog niet verflauwd. Integendeel, zij was nog toegeno men. De vlaggen, -die van de openbare gebouwen cn zeer vele huizen waren uitgehangen, gaven aan de stad een feestelijk aanzien. De hoofdstraten, zooals de Veene- straat, Spuistraat, Hoogstraat enz. droegen in de eerste plaats daartoe bij. De voorstelling in den Hollandschen schouwburg werd eergisteren avond naar aanleiding der overwinniug op een gepaste wyze met het aanheffen van fanfares en de uitvoering der volksliederen geopend. De volgende voorstelling die op a. Vrijdag avond zal worden voorafgegaan door de voordracht van een gedicht, voor deze gelegenheid vervaardigd dooi den heei Wijnstok, en dat ten titel voert de slotzin- snede van het regeerings-telegram: „Koning en Vader land zij geluk gewenscht met deze overwinning." Op Let vernemen der heuglijke tijding van de inname van don kraton is het koloniaal militair invaliedenhuis Bronbeek op do bij den gebooitedag van Z. M. den koning gebrnikelijke wijze prachtig met vlaggen en wimpels getooid ter eere van de dappere krijgsmakkers en zijn tevens extra bier en sigaren aan de koloniale militairen verstrekt. Van bevoegde zijde ontving Het Vaderland de vol gende verklaring van het niet zeer duidelijke laatste regeoriugstelegrain uit Atsji. „Nadat de kraton geheel terend (ingesloten) was, heeft men de insluiting ten oosten nauwer dicbtgeha&ld, zoodat de gemeenschap met het omgelegen land afge sneden was. De Atsjineezen die dat per sc hebben willen verhinderen en waarschijnlijk denkends daar te worden aangevallen, zuilen dus op dat pant alle weer bare maum.n vereenigd hebben, hetgeen door het 14e bataljon ten westen zal zijn opgemerkt, door het terug trekken der po3ten. waarvan dit bataljon beeft gepro fiteerd. Ware het andeis, dan zoude de vijand door onze linïënvhejiben moeten heenslaan, want de kraton was geheel ingesloten, en dan zon de depêche dit toch wel vermeld hebben, daar het toch niet aan te nemen is dat generaal van S wieten een vesting geheel en al zal insluiten, waarin zich geen vyand bevindt." Ook de studenten van de hoogescbool te Utrecht en van die te Leiden hebben de inneming van den kraton feestelijk gevierd. Laatstgenoemden hielden een optocht met fakkellicht, voorafgegaan door bet muziekkorps van het 4e regiment infanterie en opgeluisterd door het ontsteken van Bengaalsch vuur. De leerlingen van de kweekschool voor zeevaart, die aan den optocht hadden deelgenomen, werden op de studenten-sociëteit genoodigd en daar onthaald. Door de heeren L. J. Lefèbre, G. P. Grandia en J. C. W. Mensing te 's Gravenbage was een rouwfeest gearrangeerd als blijk van hulde aan de nagedachtenis van den kapitein Lafors, den eerst gesneuvelden officier in de tweede expeditie tegen Atsji. Eergisteren had die plechtigheid plaatsvele hoofd- ec andere officieren van de verschillende wapens cn andere autoriteiten waren in de somber, maar tevens indrukwekkend ge decoreerde zaal bijeengekomen, aan wier eene einde zich een tropee van Indische en Nederlandsche wapens verhief boven een tombe waarop het portret van Lafors, zijne initialen, de datnm waarop hij den heldendood stierf en tevens de eereteekenen, die hij gerechtigd was te diagen, prijkten. Verschillende sprekers voer den het woord om den dapperen officier te herdenken, terwijl uitstekend uitgevoerde treurmuziek de plechtige stemming der aanwezigen verhoogde. In eene, onder voorzitting van den burgemeester van Leiden gehouden vergadering van de regolings-commissie voor het aldaar te houden XIYe Nederlandsche taal- en letterkundig congres, zijn benoemd: tot eere-voorzitter de burgemeester van Leiden dr. W. C. van den Bran- deler; tot voorzitter professor M. de Vries; tot onder voorzitters professor J. H. Kern en professor C. P. Tiele tot l'n secretaris d\ J. Verdam; tot 2cn secretaris mr. J. H. de Stoppelaar (te Middelburg)tot penning meester de heer J. M. E. Dercksen. De Staats-courant van heden bevat de wet van den 20cn dezer, houdende vaststelling van hoofdstuk X der 3taatsbegrooting voor het dienstjaar 1874. In zijn adres aan zijne constituenten in Buckingham shire zegt de heer Disraeli o. a. ook het volgende: „Met een zelden geëvenaarde dwaasheid en onwetendheid heeft de tegenwoordige regeering een tractaat vernie tigd, dat ods voor onzen handel met China en Japan het vrij bezit van de Straat van Malakka verzekerde; en tegelykertijd trad zij ter Westkust van Afrika in die verwarrende en dubbelzinnige verbintenissen, die ons in den Ashactijnscben oorlog wikkelden." Dit gezegde geeft the Times, in verband met de jongste missive van generaal van Svvieten aan den sal tan van Atsji en met het bericht van de inneming des kratons, aanleiding tot eenige opmerkingen. Allereerst leidt de lezing van van Swieteu's brief the Times tot de conclusie, dat, zoo de Engeischen al geen vaste politiek volgen aan de Goudkust, de Hol landers op Sumatra wel degeluk er eene hebben. Zij eischen voor zich de suzereiuiteit over het Atsjineescho rijk: zij verlangen dat de sultan feitelijk van zijne onafhankelijkheid afstand doe; en daartegenover bieden zij hem waarborgen aan, die hem hst ongestoord bezit van zijn gebied en een meer wezenlijk gezag over zijne onderdanen zuilen verzekeren. Die voorwaarden acht the Times geheel in overeenstemming met da gewone praktijken der Europcesch Indische politiek. Geen twijfel ook, of de Nederlanders boden deze voorwaarden geheel te goeder trouw aan. Generaal van Swieten sprak met vertrouwen van de strijdkrachten waarover hij beschikt: een vertrouwen, dat het jongste belangrijks succes go- billijkt heeft. Maar tevens voorzag bij een heftigen tegenstand en een hardon strijd; en daarom, zoo scherp en beslissend zijne sommatie, wilde hij de vergezellende voorwaarden zoo aannemelijk mogelijk maken. Men verzekert evenwel, dat de oorlogspartij niet eens des generaals schrijven in handen van den sultan heeft laten komen ja, dat do dweepzieke hoop dien vorst geheel van zijn gezag beroofd heeft. De oorlog duurt du3 voort, en de afloop kan niet twyfelachtig ziju. Hebben de Nederlanders hun doei bereikt, dan zullen zij wel niet in de verzoeking geraken om den gods dienst en de gebruiken des lauds te moeien. Bemoeienis met die zaken zou trouwens weinig vruchten afwerpen. Wij mogen dus generaal van Swieten op zijn woord gelooven, dat de rechten en vrijheden van het volk van Atsji ongerept zullen blijven, en de nationale instellin gen des ryk.9 grootendeels gelaten worden zooals zij waren. De onafhankelijkheid van Atsji heeft den Neder landers in den weg gestaan, en zij zijn besloten om dio hinderpaal te doen verdwijnen. Dit zal hun wellicht meer kosten dan zij verwacht hebben, doch blijkbaar zullen zij het aangevangen werk niet halverwege laten steken. In de oorzaken van den twist verklaart the Times bij herhaling zich niet te willen verdiepeD. Zij gelij- ken wel is waar meent hij op die voorwendsels, die onder zekere omstandigheden tusschen oorlogvoe renden nimmer ontbrekeD. Doch voegt hij er bij het aangevoerde door Nederland draagt niettemin genoeg zaam den stempel van waarschijnlijkheid. Dat de Atsji- neescbe regeering zich schuldig maakte aan meuschen- roof en slavenhandel, en dat't handelaren geweld placht aan te doen, of bescherming weigerde, kunnen we ge rust aannemen. Zeker is het ook, dat redres goweigerd werd, en dat met vreemde mogendheden onderhandelin gen werden aangeknoopt tot het sluiten van tegen Neder land vijandige allianties. In hoever nu echter de voor onderstelde bedoelingen van de Nederlandsche regeering tot dergelijke stappen aanleiding kunnen gegeven heb ben, wil het blad niet b"slissen. Eindelijk 'tpunt, waarvan the Times uitging: deger volgen van 't traktaat van 1872 voor Engeland. De straat van Malakka wordt voorondersteld beheerscht te worden door de mogendheid die in Atsji gebiedt en magmeu 't er voor houdendat eene vrijheid aldaar, als uit den aard van het inlandsche bewind in Atsji voortsproot, verloren zal wezen. Het geheele onderwerp in den breede overziende, gelooft the Times, dat 'tvoor alle partijen beter ware geweest, indien zoowel aan de Goudkust als op Sumatra de dingeD op den ouden voet waren geblevendoch dat althans de Nederlanders een beteren koop hebben gesloten dan de Engeischen. Den Nederlanders besluit hij zal hun oorlog in Atsji opleveren wat in hunne oogen een beheerlijke verovering is. Ons echter, kan onze oorlog in Afrika niets ople veren. Wij hebben werkelijk, gelijk de heer Disraeli 't zei de, de verplichting tot het ondernemen van eene zeer lastige campagne in Afrika in ruil ontvangen voor de opoffering van kostbare commercieele securiteit in een andere streek van den aardbol. Kerknieuws. Omtrent de kerkelijke quaestie te Opheusden wordt aan de Nieuwe Rotterdamschc courant gemeld, dat de toestand meer ingewikkeld en gespannen wordt. De kerk wordt dag en nacht- door gewapenden bewaakt, daar zij anders, evenals de pastorie, overrompeld zou worden. Zondag heeft de ringpredikant, die i.i de vaca ture moest optreden, zijn beurt niet kunnen vervullen. Het opöiien der kerk zor. tot tooneelen van opschudding en wanorde aanleiding hebben kunnen geven. Het schijnt dat men poogt de kerkelijke gemeente los te maken van het hervormd kerkgenootschap, evenals te Moerdijk, alle keikverband op te geven en eene geheel vrije ge meente te stichten, met behoud van pastorie, kerk en goederen. De pastoralia zijn niet aanzienlijk, hetlands- traktement bedraagt slechts ƒ250. Mocht de meerder heid der leden dit plan al begunstigen, een tamelijk sterke minderheid verzet zich nadrukkelijk. Het is geen slrijd van verschillende richtingen tegen elkander, nagenoeg allea zijn rechtzinnig, maar een streven om zich te ont trekken aan het classicaal, provinciaal en synodaal kerkbestuur. Volgens geruchten zou de heer Koeken van Moerdijk de begeerde man zijn. Marine en leger. In hot Provinciaal blad van Zeeland n° 15 is opge nomen eene circulaire van den commissaris des konings in deze provincie, bevattende een uittreksel uit een brief van den minister van binnenlandsche zaken, betreffende het in 't vorige jaar door de militaire-commissarissen in de verschillende provinciën gebonden onderzoek van de verlofgangers der militie te land, en de verslagen daar omtrent door die ambtenaren uitgebracht. Hoewel op enkele dier verslagen aanmerkingen moes ten vallen, hebben ze over het algemeen een goeden indruk gemaakt; vooral de wijze, waarop het onder zoek heeft plaats gehad, geeft over het geheel reden tot tevredenheid. Met genoegen is daaruit onder ande ren ontwaard, dat de burgemeesters in hun ijver om den geregel den gang van het onderzoek bevorderlijk te zijn, niet verfl mwen, en tevens dit het toezicht en geleide der veldwachters ook thans weder tot den goeden afloop daarvan veel hebben bijgedragen. Hoe zeer die loffelijke pogingen op hoogen prijs gesteld en die goede zorgen van groot belang geacht wordeD, gaat het niet aan, dien maatregel verplichtend te stel len, c-n zal men zich moeten hepaleQ, het geleide der veldwachters, zoowel heen als terug, als zeer wensche- lijk aan te bevolen. Het heeft de aandacht getrokken, dat door vele militie commissarissen herhaaldelijk gewaagd wordt van overtredingen van verlofgangers, van verzuimen van burgemeesters of van tekortkomingen van de zijde der

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 2