MIDDELBIJRGSCHE
COURANT.
F 22,
Maandag'
1874.
26 Januari.
Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2ea Paascli- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m., franco is
Middelburg 24 Januari.
Da commissie, die in Zeeland bijdragen heeft verza
meld om aan Z. M. den koning op 12 Mei a. een aan
denken aan te bieden, heelt, zooala bekendis, gemeend
zich niet te kunnen aansluiten aan bet planom alle
geschenken aan den koning tot éen nationaal geschenk
te vereenigen, op grond dat men hier, toen het plan
geopperd werd, reeds te ver gevorderd wasen de
commissie meende niet te kunnen en mogen terugkeeren
zonder het in haar gestelde vertrouwen te schenden.
Thans heelt de burgemeester van Middelburg aan zijne
ambtgenooten in deze provincie eene circulaire gezon
den, waarin hij als zijn gevoelen te kennen geeft dat
het in vele opzichten te betreuren zou zijn indien bij
een nationaal aandenken de naam vau Zeeland ontbrak
en de Zeeuwen die altijd de vaaa der eendracht om
hoog hitltien, thans, zij het geheel ten onrechte, den
schijn op zich laadden van het bevorderen van twee
dracht. Daarom stelt bij als een der onderteekenaars
der circulaire voor het nationaal plan voor, gezamenlijk
pogingen aan te wendeD, teneinde bij het aandenken
door Zeeland aangeboden, ook het nationale geschenk
met bijdragen uit Zeeland te doen prijken, en geeft hij
zijnen ambtgenooten in overweging om hetzij zelf, hetzij
met medewerking van anderen zich beschikbaar te
stellen tot het ontvangen van bijdragen voor het natio
naal geschenk en do ingezetenen hunner gemeente daar
mede bekend te maken. Tevens komt het hem wen-
schelijk voor, dat aan de hoofdcommissie de keuze van
het geschenk worde overgelaten, daar de som, die later
beschikbaar zal blijken te zijn, daarop een overwegen
den invloed moet uitoefenen.
Het beden uitgegeven Provinciaal blad van Zeeland
n° 11 bevat het gisteren genomen besluit van gedepu
teerde staten dezer provincie, waarbij, ter bepaling van
het aandeel door de gemeenten te dragen ia het ge
deelte hetwelk de provincie in de lichting voor de
nationale militie van 1874 moet leveren, de volgende
gemeenten worden samengevoegd: a Sluis eu St. Anna
ter Muiden; b Groede en Nieuwvliet; c 's Gravenpolder
en 's Heer Abtskerke; d Biggekerke en Zoutelande;
e Grijpskerke en Meliskerke; Domburg en Aagte-
kerke; g Serooskerke (Walcheren) en St. Laurens;
h Haamstede en Burghi Renesse en Noordwelleh Ei
kerzee en Ellemeetl Nieuwerkerk en Ouwerkerk.
Bij brief van den 16cn dezer heeft de minister van
binnenlandsche zaken aan deu commissaris des kooings
in Zeeland medegedeeld, dat de stand van de longziekte
onder het rundvee in Holland en Utrecht, vroeger
brandpunten dier ziekte, zeer gunstig i3 en zij in de
overige provinciën niet of zelden meer voorkomt, be
halve in Friesland, waar zij in de laatsto weken een
belangrijke uitbreiding heeft bekomen. Niettegens: aan de
de genomen voorzorgs-maatregelen blijft Friesland een
gevaarlijk brandpunt tan besmetting voor de overige
provinciën, indien de veehouders Friesch vee aankoo-
pen. Konden zij gedurende een half jaar wellicht
korter of langer, naar gelang van den loop dien de
ziekte daar verder nemen zal zich onthouden van
het aaukoopen van Friesch vee, dan zonileu zij niet
alleen voor zich zeiveu het gevaar vau belangrijke ver
liezen door de longziekte afwenden, maar ook mede
werken tot de veiligheid van den rijken Nedcrlandsehen
veestapel. Al geschiedt de aankoop buiten de kringen,
waaruit de uitvoer verboden is, geelt dit tociï geene
zekerheid dat het aangekochte vee niet reeds de kiemen
der ziekte bij zich draagt. Herhaaldelijk toch komen
buiten die kriDgen gevallen voor onder vee dat waar
schijnlijk in de weide besmet is geworden. Volstrekte
onthouding van aankoop van Friesch vee, zoo diteenigs-
zins mogelijk is, behoort dus aan alle veehouders buiten
Friesland met den meesten aandrang te worden aan
geraden.
Ia het heden uitgegeven Provinciaal blad van Zeeland
n° 10 noodigt de commissaris des konings, overeenkom
stig 'a ministers verlangen, burgemeester en wethou
ders der gemeenten in deze provincie uit, om den brief
van den minister ter algemeene kennis te biengen, op
dat zoowel veehouders als handelaars op hun belang
opmerkzaam worden gemaakt, eri in het bijzonder de
afdeelingen der Zeeuwsche maatschappij van landbouw
en veeteelt, alsmede de voorname grondbezitters te
verzoeken mot woord en daad mede te werken om den
gegeven raad ingang te doen vindon. Wordt daaraan
gehoor gegeven, dan mag verwacht worden dat de long
ziekte geheel zal overwonnen worden.
De heer J. Sturm, te Neuzenontvanger-griffier
van den Nieuwen Neazenpolder, is gisteren benoemd tot
secretaris-ontvanger bij het bestuur der waterkeering
van genoemden polder.
De bij de expeditie tegen Atsji gesneuvelde officier,
waarvan in het jongste regeeringstelegram uit Fenaog
melding is gemaakt, is, blijkens de Staat3-courant v^n
heden, de lc luitenant G. A. Raaymakers.
Aan een particulieren brief, geschreven ter reede van
Atsji, ontleent het Dagblad vau Zuid-Holland en 's Gra-
venhage de dagorder door generaal van Swieten uitge
vaardigd bij het aanvaarden van zijn kommandement.
Zij luidt aldus:
„Door den koning benoemd tot civiel regeerings-
commissaris en militair opperbevelhebber der tweede
expeditie tegen Atsji, verklaar ik het hevel over de
gezamenlijke strijdmiddelen to hebben aanvaard.
„Het hervatten der oorlogsoperatiën zal aan velen
uwer ontbeiingen en vermoeienissen opleggen, die gij
echter, vertrouw ik, met geduld en volharding zult
weten te dragen.
„Duldt niet, dat uwe vaandels op den vijandelijken
bodem overgebracht, door roof of brandstichting- wor
den onteerd.
„Zij, die de wapenen tegen u keeren, moet gij met
dapperheid en volharding bestrijden, maar aau vrouwen
en kinderen en mannen, die zich vreedzaam gedragen,
moogt gij geen leed doen.
„Vijandelijke versterkingen moet gij onschadelijk
maken, maar de woningen en de kampongs moogt gij
niet verbranden of vernielen.
„Het zijn misdrijvendï9 met den dood gestraft
worden en die u van de middelen berooven om onder
dak tc komen of beschutting te vinden.
„Het vaderland en de koning verwachten, dat gij
uwen plicht zult doen. Laat ons zorgen, dat die ver
wachting niet worde teleurgesteld."
Daar het laatste telegram vau generaal vau Swieten
vrij algemeen in dien zin is uitgelegd, dat men onder
bereening verstaat bestormingzoodat de kraton die
volgens het telegram, om zijn val zeker te maken moet
worden berend, op eenmaal zou worden bestormd,
deelt Het Vaderland voor den oningewijde on ook ter
wegneming van een niet juiste opvatting mede wat
omtrent den aanval van vestingen,"aangaande het hier
geldende puntin het op last van het ministerie van
oorlog uitgegeven Handboek der artillerie is opgeteekend,
„Het beleg wordt voorafgegaan door een nauwe in
sluiting (berenning) der vesting, welke dan tevens,
met haar omtrek, nauwkeurig verkend wordt, teneinde
het front van aanval të bepalen. Alle verdere be
schikkingen, en in het bijzonder de plaatsing van de
verschillende parken, depots en werkplaatsen, voor den
dienst der aitillerie benoodigd, hangen van het gekozen
frout af.
„Tijdens de berenning vangt men zoo mogelijk
ook terstond aan met het vervaardigen der beuoodigde
bekleedingsmiddeleaom daaraan gedurende den wer-
kelijken aauval geen gebrek te hebben."
In plaats van aan bet bestormen moet hier dus,
waar het telegrafisch bericht vun berenning spreekt,
aan het insluiten van den kraton worden gedacht.
De wet van den 15'11 Januari jl., houdende vaststel
ling der begrooting van uitgaven voor den aanleg van
staatsspoorwegen, dienst 1874, is opgenomen in de Staats
courant van hedeu.
De Vereeniging van burgemeesters en secretarissen van
Noord-Holland heeft in zijne Woensdag jl. gehouden
vergadering met algemeene stemmen besloten om aan
de commissie van burgemeesters voor het koningsgeecheck
te berichten, dat zij zich volstrekt niet kan vereenigen
met het denkbeeld, om dit gesehenk te doen bestaan
uit een voorwerp in goud of zilver.
Eergisteren kwam in den gemeenteraad van Amster
dam in behandeling een voorstel van burgemeester en
wethouders betreffende de verbeteriug van land- en
waterwegen naar eu in de stad, met verscheidene daarop
betrekking hebbende adressen.
Dc voordracht is verdeeld in
I. De bianenlandsche waterwegen naar de stad.
1° Het raaken van een kanaal tusscben den Schin
kel en den Arnstel;
2° het daarmede in gemeenschap en op betzelfde
peil brengen en het normaliseeren van de Oude- of
Boerenwetering;
3° het vorbreedeu der bruggen over de Overtcom-
sche vaart.
II. De waterwegen door dc stad.
1° Het inrichten der Nieuwe Heerengracht tot vaar
weg voor grooto binnenlandsch. en Rijnschepen, ter
vervanging van den w^g, waarin thans de St. Antho-
niesluis ligt;
2° het behoud vau de Prinsengracht als gvooten wa
terweg door de stad; en
3° het verbinden van bet kanaal ten westen der
stad met de Kostverloren Vaart.
III. De landwegen door de stad.
1° Het verbeteren van de toegangen tot het begin
eu het einde der Spuistraat;
23 bet verbreeden van het Damrak met bijkomende
werken aan de Koopmans- tn korenbeurzen (behoudens
de wijzigingen welke uit eene beslissing omtrent den bouw
eener nieuwe beurs zouden kunnen voortvloeien), en
het verbreeden der Beurssteeg.
3° het verbreeden der Gelderscho kade, het leggen
van ..ene breedo vaste brug over de St. Anthouie-
schutsluis, het maken van verhoogde voetpaden in de
St. Anthonie- en Jodenbreestraten, de Muideratraat en
de beide Hoogstraten, en het dempen eu gedeeltelijk
overdekken d.r Houtgracht eD Leprozcngracht;
4° het verlagen en veranderen van de Nieuwebrng,
het verbreeden en vastmaken van de bruggen over do
Oudezijds kolk, Gelderscho kade en Kraaus-water-
keeriDgen, het verbreeden van de brug over de West-
indische waterkeering on van die over de Rapenbur
gerschutsluis, het vernieuwen van de Kattenburgerbrng,
het verbreeden on gedeeltelijk vastmaken van de brug
gen op de eilanden, en het maken eener kade aldaar;
5° het maken eener brug over de Oosterdoksluizen;
eener hulpbrug over de Dijksgracht eu het verlengen
van den weg over het Funen naar de kade vóór dea
Oosterdoksdijk
6° het aanloggen van verhoogde voetpaden in den
Heiligeuweghet verlagen en verbreeden van de brug
over den Singel, het verlagen dar bruggen iu do Leid-
schestraat en het aanleggen van verhoogde voetpaden
in die straat;
7° als voren van de Utrechtscbestraut
8° het verlagen vau do brug in do Weesperstraat
over de Keizersgracht;
9° het verbreeden der Stilsteeg en der Gastbuismo-
lensteeg tot aan den Singel.
Na een uitvoerige discussie werden de verschillende
punten der voordracht met groote meerderheid van
stemmen aangenomen.
In de stads bank van leenirig te Leiden heeft vol
gens een mededeeliug van den voorzitter van den ge
meenteraad in de zitting van eergisteren, een der amb