ühtttf.ilflnö. Eene beslissing vsa de regeering is dringend noodig in 't belang van de waterschappen, en niet wederom mag een jaar werkeloos verloopen door de scbnld van het ge oeentebestuur van Amsterdam. Worden de opgaven niet verkregen, dan zal met bet werk worden voortge gaan. Komt inmiddels het antwoord in, dan zal op de belangen van Amsterdam en op die van handel en scheepvaart natuurlijk gelei worden. Ten opzichte der kleine rivieren verwijst de minister naar den provincialen wetgever en naar den provincialen waterstaat; tot dur ver is geen aanvraag gedaan, waarop een weigerend antwoord is gevolgd, dat de banden van het provinciaal bestuur .zou hebben gebonden. De minister erkent, dat niettegenstaande de blijvende optimistische beschou wing over de doorgraving van Holland, bepaalde zeker heid voor het slagen van dit kanaal niet bestaat, zoodat hieruit de plicht ontstaat om, ook in 't, belang van het Noordzce-kanaal, voor bet Noord-Hollandsche kanaal bij te dragen. Mo°t die zorg zich nu ook uitstrekken tot de haven van Nieuwediep? Do minister heeft het punt technisch doen onderzoeken. Het bezwaar ligt in de houtschepen en zoodra het nieuwe kanaal maar eenigszina voltooid zal zijn, zullen die schepen zich der waarts verplaatsen. De minister ontwikkelde de rede nen waarom geen subsidie aan Waterland meer noodig is, sedert aan de afscheiding van het kanaal geen be hoefte bleek. Omtrent de Keulsche vaar t zal de minis ter gp.sjne de wenken van den heer Rabusenbehartigen. Bij de afdeeling onderwijs vioeg de beer Hartsen inwilliging van het verzoek van Amsterdam om bij het aanhangige wetsontwerp te dier zake te bepalen, dat de staatscom missiën voor de geneeskundige examens uit hoogleeraren bij het Athenaeum illustre te Amster dam worden samengesteld. De minister antwoordde, dat dit kwalijk kan geschie den bij een wet, die de samenstelling der commission aan den konin? opdraagt; maar bij de uitvoering der wet en ook bij het aangekondigde wetsontwerp op het hooger onderwijs zou vau de belangstelling der regeering voor dat Athenaeum blijken. De heer Vos de Wael bracht bet advies ter sprake, in Augustus 1872 door den inspecteur van het middel baar onderwijs in Gelderland uitgebracht aan den raad van Deventer voor de benoeming van een leeraar aan de booge.re burgerschool: een advies, dat in den raad den indruk had gemaakt van uitsluiting van een katho liek Candida at ter wille van hot geloof. Hij vroeg daar over inlichting. De minister geloofde die niet te kunnen geven. Do bedoeldo inspecteur was sedert, om redenen van gezond heid, afgetreden en zou zijn bedoeling thans niet meer willen zr-ggeu. Intusschen merkte de minister op, dat bet gemeentebestuur van Deventer in bet nevelachtige advies had berust. Ten slotte gaf hij als zijn beginsel te kennen, dat bij benoemingen enkel op capiciteit, niet op geloof meest worden gelet. Bij de afdeeling nij verheid bad eene korte gedachten- wisseling tusscben do heeren Tbooft, Viruly en den minister plaats over de subsicbeering van de onderne ming te Velp, voor kunstmatige vischteelt. De minister verklaardo ook nu daartoe niet bereid te zijn. Hoofdstuk V werd aangenomen met 30 stemmen tegen 1, die van den heer Vos de Wael. Daar de minister van financiën niet tegenwoordig was, werd daarna overgegaan tot de begrooting van hootdsluk VIII (oorlog). De heer Dumbar motiveerde zijn stem tegen de be grooting door zijne onverzwakte overtuiging, dat de. grooto uitgaven voor de defensie improductief zijn, doch geheel afgescheiden van het vei trouwen in dezen minis ter, van wiens antecedenten bij veel verwachtte. De heeren Ilnrtsen en Eahusen daarentegen achtten uitgaven, mits op onze fiuancieele krachten tevens let tende, voor de defensie des lands niet improductief, maar daarentegen hoog noodzakelijk. Laatstgenoemde drong bij den minister op spoed aan in de uitvoering zijner plannen. De heeren Dumbar, Slork en Coenen drongen boven dien aan op de spoedige opheffing der schadelijke vestingen. De minister van corlog gaf in zijn antwoord teken den, dat men den toestand onzer krijgsmacht te land en ter zee roet te donkere kleuren pleegt af te schil deren. Wij hadden in 1870, ware 't noodig geweest, onze neutraliteit zeer goed kunnen verdedigen en aan de noodige voortvarendheid zon het hem niet ontbreken. Tegen de begrooting stemde alleen de heer Bumbar, waarna ook de begrootingea voor Curasao en Suriname eenparig werden goedgekeurd. Zitting ven Vrijdag 16 Jacuari. Per telegraaf.) Hoofdstuk VII B (financiën) der staatsbegrooting voor 1874 werd aangenomen. De minister van financiën beloofde, dat indien geen buitengewone omstandigheden dit verhinderden, hij in dit jaar de afschaffing van den zeep-accijus zou voor stellen. Aan de orde was vervolgens hoofdstuk VI (koloniën). Door de heeren van Goltstein, Hartsen en Cremers werd de koffie cultuur besproken. De heer vrd Goltstein verlangde wettelijke Vr-aarbor- gen voor bet beboud van die cultuur. Door de heeren Duijmaer vau Twist en Rahusen werd do wensch te kennen gegeven tot afscheiding tusscben de fiaanciën van Nederland en Iodië. De heeren van Goltstein en Cremers gaven bet ver langen te kennen, om na den afloop van den krijg in lichtingen te ontvangen omtrent den oorlog tegen Atsji. De heer Cremers noemde den oorlog een gevolg van het in 1870 gesloten tractaat. Door don heer van R hemen werd vooral aangedrongen op gematigdheid in d.en vooruitgang in Iudië. De minister van koloniën verklaarde eïn wettelijke regeling der koffie cultuur ontijdig te achten. De overlegging van meer stukken betrekkelijk Atsji zou in strijd zijn met het belang van ons land. De beraadslagingen zullen in een heden avond te houden vergadering worden voortgezet. tweede kameb. Per telegraaf Vau de regeering is ingekomen een wetsontwerp tof reeeling van het. hooger onderwijs. Daarin worden de hoofdgedachten der wetsontwerpen van 1868 en 1869 gehandhaafd. De drie hoogescholen blijven bestaan. De theologi sche faculteiten worden opgeheven. Daarentegen wordt eene faculteit voor godsdienstwetenschappen ingevoerd. Voor de Nederlp.ndsche hervormde kerk wordt een eigen kweekschool opgericht, waaraan een gelijk bedrag wordt toegekend als thans de theologische faculteit kost. De gymnasiën blijven inrichtingen van hooger onderwijs. Athenea worden evenzeer als bijzondere inrichtingen van hooger onderwijs beschouwd, en zullen worden erkend door mededeeling van hare statuten. Algemeen overzicht. Er wordt in do laatste dagen door verschillende officieuse en onafhankelijke bladen zooveel van vrede gesproken, dat het officieele Europa zelf in den alge- meenen toestand weinig vertrouwen schijnt te stellen, althans eene geruststelling der gemoederen noodig oor deelt. Hoewel voor het oogenblik het gevaar voor het uitbarsten van een corlog nog niet zeer nabij schijnt, ontbreekt het tcch in Europa niet aan lichtontvlambare stoffen, die bij de geringste wrijving de vlammen hoog kunnen doen cpstijgeD. Zoowel de Fransche als de Italiaansche regeering acht het noodig om langs officicusen weg de geruchten omtrent diplomatieke verwikkelingen tusscben beide landen tegen te spreken. Aan de Parij- sche beurs was vóór eenige dagen het g.rucht verspreid, dat Italië de terugroeping van het Fransche schip Oréncque op de reede van Ci/ita-Vecchia geëischt zou hebben. De te Rome verscbijuende Italië spreekt dit gerucht tegen en tevens een ander, volgens hetwelk twee Italiaanscbe officieren, die als werklieden vermomd in do geweer-fabriek to St. Etienne in dienst getreden zouden zijn, door de Fransche politie over de grenzen gezet waren. Van Fransche zijde wordt door ds officieuse Agence Havas omtrent de verschillende geruchten van de gespannen verhoudingen tusscben Frankrijk en Italië eu Duitschland gezegd„Wij kunnen slechts herhalen dat de bui teniae dsohe politiek der regeering eene uit sluitend vredelievende politiek is. De regeering weet dat het land den vrede wil en dien noodig heeft. Men ban er dus van verzekerd zijn, dat. zij niets zal doen waardoor die vrede, dien- zij in stand houden wil en die noodzakelijk in stand gehouden moet worden, in gevaar gebracht kon worden. Zoo zijn. de raeeningen van het geheels kabinet." Intusschen slaat het officieuse orgaan van von Bismarck ecu toon aan, waaruit men zou mogen afleiden dat de vredelievende bedoelingen der Fransche regeering r iet voor iedereen zoo duidelijk uit hare handelingen op te maken zijn. Bismarck althans schijnt eene waarschuwing aan het adres der Fransche regeering noodig te oordeelen, om haar tot bijzondere voorzichtigheid aan te sporen. Hot officieuse orgaan verklaart dat er geen tegenstrijdigheid beslaat tusscben zuiver Duitscbe en zuiver Fransche belangenhet voor uitzicht ep een duurzamen vrede hangt echter af van de wijze waarop Frankrijk tea aanzien van bet ultra- montanism3 zal bandelen: dat vooruitzicht zou verloren gaan zoo de Fransche politiek zich dienstbaar maakte aan de doeleinden van het pauselijk gezag. Geheel zuiver ia do dampkring zeker niet, c-n ook zonder eenige aanleiding zou deze brutale waarschu wing door von Bismarck niet gedaan zijn. Zooveel althans blijkt uit eeo en ander opnieuw, dat do paus met zijne aar-spraken de brandende lont is, die do ontvlambare stoffen welke in Europa opgestapeld liggen telkens dreigt vlam te doen vatten. Opmerkelijk is het dat met deze kleine woelingen in de diplomatieke wereld de in ons oog voor den modernen staat weinig belangrijke twist samenvalt of Pius IX inderdaad wijzigingen bracht in de kanor.icke regelen, die bij de benoeming van e?n paus gevolgd behooren te worden. Door de Köl- nische Zeitung i; aan den vooravond der algemeeue ver kiezingen een pauselijke bul van Mei 1873 openbaar gemaakt, waarbij het kardinaals-college voor de vol gende pauskeuze van de inachtneming van enkelen dezer regelen ontheven wordt. Over de echtheid van dit stuk wordt tusscben de Duitsche regeeringsgezinde bladen en de clericale organen in alle landen gekibbeld, eea op zich zelf voorzeker vrij onschuldig genoegen; maar wat erger is, volgens het officieuse Correspondenz- Bureau zou Oostenrijk in overleg met Duitschland en Italië aan het Vaticaan hebben te kennen gegeven, dat het een niet volgens de gewone regelen benoemde paus niet erkennen zou. Het is bijna onbegrijpelijk hoe staatslieden, die blijkens hnnoen strijd met Rome zoo naijverig zijn op het gezag van den staat, zoo blind kunnen wezen in de keuze hunner midde len. De invloed der ultramoutanen kan er slechts bij winnen, wanneer de staat hun overal den voet dwars zet, en bovendien is de zegepraal van den staat over een obstinaten paus veel waarschijnlijker dan waa neer de staat in schikkingen treedt met een schijnbaar volgzaam hoofd der katholieke kerk. Ia het laatste geval verwart de staat zich opnieuw in de banden, die vroeg of laat toch weder verbroken moeten worden. Het moderne staatsbegrip is niet overeen te brengen met de beginselen der katholieke kerk; eene scheiding is en blijft onvermijdelijk. Van 383 verkiezingen voor den Duitscheo rijksdag zijn de resultaten van 360 officieel bekend gemaakt. Daarvan moet op 36 plaatsen herstemming plaats heb ben, terwijl de nieuwgekozene leden in de volgende verhouding over de verschillende parlementaire groepen verdeeld worden: nation aal-liberal en 130, clericalen 83, Foitschritlspartei 35, Duitsche rijkspartij 30, conserva tieven 17, liberale rijkspartij 8, Poleii 11, sociaal democraten 6, partieularistöfl 2Wurtembergscbe volks partij en Denen elk 1. In de herstemming komen 24 nationaal-liberalen, 17 conservatieven, 11 clericalen, 8 van de Fortschrillsparlei8 sociaal-democraten, 2 dor Duitsche rijkspartij1 Deen en 1 particularism In de Fransche kamer kwam gistereD niets belang rijks voor. Zij besteedde hare gansche zitting aan de discussie over een amendement op de maire-wet van den heer Millaud, dat jaist bet tegenovergestelde beginsel behelsde als dat waarop het ontwerp gebasesrd is. Dat het verworpen werd is niet meer dan natuurlijk. Overeenkomstig baar beginsel heeft de regeering weder twee aanvullingsverkiezicgen in de departementen Pas de Calais en Haute Saöae tegen 8 Februari uilgeschre ven, den juisten datum, waarop de wettelijke termijn van 6 maanden, binnen welken de nieuwe verkiezing moet plaats hebben, voor het eerste departement ver streken was. Een telegram uit Oran brengt, eenige bjzocderhedon omtrent de aankomst der Numancia en de maatregelen welke door de Fransche autoriteiten genomen werden. Het schip verscheen onder Fransche vlagen stelde zich uit naam van generaal Contreras,; Galvez en de revolu tionaire junta ónder de bescherming van Frankrijk. De militaire gouverneur liet de kust onmiddellijk door 1800 man bezetten om een debarkement te verhinderen, terwijl de havenmeester zich in een met matrozen ba- mande sloep naar de Numancia begat en de machine onklaar liet maken, om te beletten dat het schip weder zoe zou kiezen. De regeering zond daarop bevel het schip te ontwapenen en de opvarenden zonder onder scheid te interneeren. De officieren weigerden echter van boord te gaan, wanneer hunne degens hun niet. gelaten werden de gouverneur zond daarop 3 compagniën zoua- ven aan boord om zijne beve'en te deen £.'rwuïaa£en- Het embarkement had daarop geregeld plaats. Inmid dels kwam de Mendez Nunez, eveneens met insurgenten aan boord, te Oran aan, spoedig gevolgd door eenige schepen van het Spaansch eskader onder bevel van ad miraal Chicarro. Men gelooft dat de schepen spoedig aan het Spaansche gouvernement teraggegevea en do vluchtelingen geïaterneerd zullen worden, met uitzondering echter van allen, die eene straf voor een misdrijf in de gevangenissen of het bagno te Carthagenaondergingen, die onmiddellijk zullen worden uitgeleverd. Ook te Barcelona is da opstand geheel gedempt, waarmede men gelooft dat voorloopig althans een einde gemaakt is aan de woelingen der federalisten en com munisten. Laatste berichten. Gent 16 Januari. De clericale Bien public leidt uit een artikel in het Journal de Bruxelles at, dat de gezant van het Duitsche rijk het leedwezen zijuer regeering heeft uitgesproken over de taal van de Belgische clericale pers ten opzichte van Duitschland, Zwitserland en Italië. Het blad brengt het antwoord in herinnering, dat de graaf Vilain XIV vroeger in gelijksoortige omstandigheden aan het Fransche keizerrijk gaf: Nooit! £>rctijömgm. Gisteren arriveerde met schade aan den voorsteven en met verlies van kluiverboom ter reede van Vlissin- gen het barkschip Sasauna Elizabeth, gezagvoerder van der Bordenin ballast van Nieuwediep naar Pen- sacola, na den 13en op de hoogte van Dungeness in aanvaring te zijn geweest met de Nederlandsche schooner Rollo, gezagvoerder Verhagen, met suiker van Rotter dam naar Jersey, welks gansche equipage aan boord van de Susanna Elisabeth overgesprongen is.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1874 | | pagina 3