de gemeente aan, te meer daar het zak water mettertijd slechter zal worden, tengevolge der rioleering. De voorzitter merkt op dat burgemeester en wethouders het hiermede eens zijn, en zij dit ook hebben doen blijken door het in de band werken der pogingen van den heer Dirk Dronkerster verkrijgingeener waterleiding. Mocht daarvan niets komen, dan zou men de resultaten kunnen afwachten van eeue elders genomen wordende proefne ming met een artesischen put. Op dit oogenblikkan men niet anders doen dan de menschen waarschuwen. Omtrent art. 3 der tweede at'deeliug: aankoop van straatklinkers 800, bleek uit het rapport der commissie van fabricage, dat bij sommige leden bezwaar bestond om in 1874 40,000 straatklinkers op te doen, met het oog op de tegenwoordige duurte; bovendien wilden zij dat geen voorraad voor twee of drie jaren opgedaan worde, inaar slechts zooveel als voor het gebruik strikt noodzake lijk zou blijken te zijn. Anderen daarentegen meenden, dat de prijs der klinkers in het volgende jaar niet ver minderen zal, en zij achten eeneaanbesteding van 40,000 stuks wenschelijk, omdat dit getal ongeveer eene scheeps lading vormt en men dus meer kans heelt op concurrentie. Burgemeester en wethouders bleven bij hun voorstel volharden, doch de heer Dronkers stelde als amendement voor, om den post met de helft te verminderen en alzoo op 400 te brengen. Hij deed dit voorstel grootendeels wegens de tegenwoordige duurte, maar niet geheel. Den vorigen keer, in 1871, zijn ook 40,000 klinkers aanbesteed, dat is dus ongeveer 13,000 per jaar. Neemt men nu in aanmerking dat de voetpaden in deze ge meente in vry voldoenden toestand verkeeren, dan heelt men in het volgende jaar geen klinkers noodig. Hij is tegen het aankoopeu van materieel dat eerst in 1*876 gebruikt moet worden. Burgemeester en wethouders zeggen wel, dat 40,0U0 klinkers ongeveer eene scheeps lading vormen, maar er zijn ook grootere schepen, zoo dat men op dat argument wel voor zes jaren zou kunnen inslaan; daarentegen zijn er echter ook kleinere sche pen die voor 20,000 klinkers ruimte bieden, en daarom heeft hij voorgesteld het bedrag met de helit te vermin deren. De kans op concurrentie en dientengevolge goedkooper prijs acht hij zeer gering, op grond van de voorkomende aannemingen uit de tweede hand door aannemers, die 2elve bij de fabrikanten moeten gaan koopen. De voorzitter releveert een paar punten. Vooreerst betwijfelt hij of de klinkers in het volgende jaar goedkooper zullen zijn. Ten anderen is de ver- eischte hoeveelheid van klinkers voor ieder jaar moeilijk te bepalen, daar die afhangt van den aard der stralen die vernieuwd moeten worden. Sedert jaren zijn hier ladingen van 40,000 stuks aangevoerd door schepen die ongeveer dergelijke lading kunnen inhouden. En wat de aanneming uit de tweede hand betreft, is het bekend dat somtijds schippers aan de aanbesteding hebben deel genomen, maar dat waren dan menschen aan wie de naam van den aannemer geleend werd. De heer Snij ders ondersteunt het voorstel van den heer Dronkers, die in de commissie van fabricage er op gewezen heeft dat, als men zoo'n jgrooten voorraad voorhanden heeft, daarvan allicht misbruik wordt gemaakt. Zoo zou bij voorbeeld in de Bleek en voor de woning van den ge meentebouwmeester in de Stadsschool', waar klinker paden zijn gelegd, eene keibestrating beter zijn geweest. Zoo iemand toch met een kinderwagentje over een klin kerpad rijdt wordt hij door de politie beboet, terwijl over het klinkerpad in de Stadscüuur geladen wagens rij den. De voorzitter antwoordt, dat het beboeten voor het rijden met hand- of andere wagentjes langs de voet paden niet geschiedt ter wille van de klinkers, maar ter wille van de voetgangers, die veilig moeten kunnen gaan langs de klinkerpaden die voor hen bestemd zijn. Wat overigens de vree3 voor misbruik betreft, daarte gen zullen burgemeester en wethouders wel waken. De heer Jeras verklaart zich voor het voorstel van den heer Dronkers, daar in 1874 geen behoefte aan klinkers zal zijn en hij het alzoo niet wenschelijk acht ze dan nu reeds aan te koopen, ter voorkoming van renteverlies. De voorzitter acht het gezegde omtrent renteverlies overdreven en meent dat het voor eene gemeente als Middelburg niet mogelijk is om niet bij voorbaat aan- koopen te doen. Het amendement vaii den heer Dron kers wordt ten slotte in stemming gebracht en aange nomen met 11 tegen 5 stemmen. Tegen stemden de heeren Lambrechtsenvan Visvliet, de Jonge, Snouck Hurgronje en de voorzitter. Art. 4: lokaal tot tijdelijke bewaring van overledenen aan besmettelijke ziekten op de begraafplaats, 1300. Hieromtrent was de commissie van fabricage algemeen van gevoelen, dat zoo weinig mogelijk moest worden uitgegeven, en daar het uitvoerbaar bleek om een aan de eischen der wet voldoend gebouwtje te stichten voor- minder dan 700, geelt de commissie in overweging dit artikel met 600 te verminderen. De voorzitter deelt mede, dat burgemeester en wethouders het duurste plan op de begrooting hebben gebracht maar de beslissing aan den raad overlaten; zy stellen thans echter voor,om het cijfer van 1300 op de begrooting te veranderen in 130 en den aanbouw van het bedoelde lokaal voorloo- pig aan te houden tot na de beslissing omtrent de ver andering der begraafplaats, en inmiddels tijdelijk een ander lokaaltje op de begraafplaats voor genoemd doel te bestemmen. Zonder hoofdelijke stemming wordt alzoo besloten. De heer Suyderszegt, dat hij in de stukken heeft ge zien dat op de begraafplaats een lokaal bestemd is tot wachtkamer voor hen die een lijk op de begraafplaats willen volgen. Hij wenschtdit bevestigd te zien, omdat het publiek daarbij groot belang heeft. De voorzitter antwoordt dat de kamer aan de linkerzijde der begraaf plaats altijd voor het publiek toegankelijk is en er onlangs voor gezorgd is, dat dit het publiek kunne blijken. Ten aanzien van art. 5: nieuw schoollokaal metonder- wijzer8wouing op ilen Wal (als eerste termijn) 4655, was iQ de commissie van fabricage de opmerking ge maakt dat eene teekening en begrooting moest worden overgelegd alvorens deze post kon goedgekeurd worden. Ook was men niet overtuigd van de noodzakelijkheid van dea bouw van een nieuw schoollokaal met onder wijzerswoning. Daarom verlangde men dat deze post voor memorie zou uitgetrokken worden en de redactie zou luiden „vernieuwing vau het enz.", opdat in het midden zou blijven of een geheele of gedeeltelijke ver nieuwing zal plaats hebben. Daartegen werd aangetoond dat plan en begrooting thans nog prematuur zouden zijn, daar bij de begrooting eerst het beginsel der ver bouwing van het lokaal moest vastgesteld worden. De noodzakelijkheid der verbouwing achtte men van die zijde boven allen twyfel verheven na al hetgeen vroeger reeds betrekkelijk dat gebouw was voorgevallen. De heer Snijders ontwikkelt zijne bezwaren tegen dit artikel, zijnde dezelfde als in het rapport der commissie van fabricage zijn vermeld, en nadat zijne zienswijze door den voorzitter is bestreden stelt hij als amendement voor „om den post te royeeren totdat door burgemeester en wethouders eeu volledig plan met begrooting van kosten zal worden ingediend." De voorzitter merkt op, dat dan herstelling of vernieuwing van het gebouw, die dringend noodzakelijk is, geheel onmogelijk zal zijn, tenzij men een buitengewonen hoofdelyken omslag heffe. De heer van Visvliet wijster op, dat burgemeester on wethouders steeds de plannen voor verbouwing aan de beslissing van den raad onderwerpen, zoodat dit ook nu het geval zal zijn. De voorzitter kan nu reeds mededeeleu dat de kosten meer dan het dubbele zullen bedragen van het thans voorgestelde bedrag, daar her stelling niet meer doenlijk is. De toestand is van dien aard dat het schooltoezicht reeds voor lang op sluiting der school zou hebben aangedrongen, ware het niet dat het voornemen bekend was om voorstellen tot vernieu wing te doen. Dit laatste wordt bevestigd door den heer Mathon, hetgeen den heer Snijders aanleiding geeft tot de betuiging dat zijne verbazing ten top steeg, daar het, als de toestand zóo erg is als hij wordt voorgesteld, on verantwoordelijk van burgemeester en wethouders is dat zij de school niet gesloten hebben en nog geen plan hebben ingediend. Het amendement wordt alsnu in stemming gebracht en met 13 tegen 3 stemmen verwor pen. Vóór stemden de heeren Jeras, Dronkers en Snijders. Het totaal van hoofdstuk III bedraagt thans 24,330. Hoofdstuk IV. Onveranderd vastgesteld op 1707. Hoofdstuk V. Art. 1 der eerste af deeling: renten van de oude schuld der gemeente 2355, wordt veran derd in 2333, en art. 2renten van geconverteerde gemeenteschuld 10,577.50, in 10,597.50aangezien na het opmaken der begrooting nog eenige conversiën van oude in nieuwe schuld hebben plaats gehad. Het totaal van het hoofdstuk is thans 27,452.50. Hoofdstuk VI. Art. 3: kosten der brandweer 1315. Hieronder zijn begrepen/150 voor vernieuwing van de bedekking'boven de brandladders bij het Oost kerkplein, welke vernieuwing aanleiding gaf tot eene discussie tusschen de heeren Dronkers en den voor zitter over de door eerstgenoemde geuite, doch door laatstgenoemde bestreden meening dat een houten kap de voorkeur verdient boven een zinken zoowel om de meerdere kosten van aanschaffing eener zinken be dekking als het onderhoud daarvan. De heer Dronkers deed hieromtrent echter geen voorstel, zoodat liet arti kel onveranderd werd goedgekeurd. Het totaal van het hoofdstuk is onveranderd gebleven, namelijk 2085. Hoofdstuk VII. Art 1toelage ter bestrijding van de kosten der schutterij /2840. Alsnu komt in behandeling het (iu ons vorig num mer medegedeelde) verzoek en voorstel tot verhooging der subsidie ten behoeve van het muziekkorps der schutterij met 400. De heer Snijders verklaarde zich tegen allq verhoo ging. Zijns inziens zou de schutterij-muziek, indien zij moest bestaan van de toelage der gemeente, veel slechter zijn dan zij ooit te voren is geweest. Maar dit is niet liet geval. De muziek der schutterij wordt gewaardeerd, niet alleen hier, maar ook in verschillende naburige plaatsen; door die waardeering wordt zij gesteund, want voor de concerten die zij dientengevolge geeft wordt zij betaald. Alsnu wordt in stemming gebracht de vraag: of de toe- laag met 400 zal worden verhoogdDit werd verwor pen met 10 tegen 6 stemmen. Vóór stemden de heeren Luteyn, Lambrechtsen, Mathon, de Jonge, Fokkeren van Berlektm. Daarentegen werd met 10 tegen 6 stemmen aangenomen het in de tweede plaats gedane voorstel, om de toelage met 200 te verhoogen en alzoo op 1000 te brengen. Tegen stemden de heeren Damuie, Lam brechtsen, Jeras, Dronkers, Snijders en Snouck Hurgrori je. Het totaal van bet artikel bedraagt thans alzoo 3040, en het totaal van het geheele hoofdstuk 8,055.67. Hoofdstuk VIII. Bij art. 1 d geeft de heer Nagtglas aan burgemeester en wethouders in overweging om met curatoren van het gymnasium te overwegen ot het niet mogelijk zou zijn het gymnasium samen te smelten met de rijks hoogcre burgerschool, zooals dit elders, bijvoor beeld te Alkmaar, met zeer goeden uitslag geschiedt. De voorzitter belooft dit punt in de vergadering van burgemeester en wethouders ter sprake te zullen brengen. Art. 2 der derde afdeeliug: wachtgeld aan onder scheidene ambtenaren ƒ4251, wordt verminderd tot 3964 tengevolge van de benoeming van 11. G. Lukou tot concierge der wisselbank. Bij art. 2 der vierde afdeeling: kosten der straatver lichting 8810, vraagt de heer Nagtglas naar den toe stand der verlichting in den omtrek van het station alhier. De voorzitter antwoordt dat burgemeester en wethouders onderhandelingen hebben aangeknoopt, en hij hoopt weldra een voorstel to kunnen doen tot het verkrijgen van meer en beter licht. Bij art. 14 derzelfde afdeeling: kosten voor het aan plakken van aankondigingen 25, vraagt de heer Jeras of dit werk niet, evenals hij meermalen in Holland heeft gezien, door een bode zou kunnen verricht worden, in welk geval eene besparing van 25 zou verkregen wor den. De voorzitter antwoordt dat die 25 gegeven worden aan twee aanplakkers, doch dit bedrag bijna alleen als eene vergoeding voorde gebruikte stijfsel kan worden beschouwd en niet als belooning; de aanplakkers doen het alleen om daardoor het recht te hebben ook voor notarissen en anderen aan te plakken. Het totaal van het hoofdstuk bedraagt thans ƒ68,370.82. Inkomsten. Hoofdstuk I..Onveranderd vastgesteld op ƒ3628.71. Hoofdstuk II. Art. 2: opbrengst van tienden en grondrenten 1570.04^-wordt verhoogd tot ƒ1572.09. Het totaal van dit hootdatuk bedraagt thans ƒ24,192.47$. Hoofdstuk III, Afdeeling 2 art. 1: hoofdelijke om slag 66,000. Een lid der fiancieele commissie heeft blijkens het rapport verklaard dat hij de vermindering van den hoofdelijken omslag met ƒ2000 te gering achtte om op de individueele aanslagen van beduidenden invloed te zijn. Met het oog op de vele noodige uitgaven en de nog te verwachten lasten der gemeente zou hij den hoofdelijken omslag liever op het cyfer van het vorige jaar behouden. De heer Snijders stelde als amendement voor, „om dezen post met 2000 te verminderen." Bij de toelich ting deed hij uitkomen dat hij instemt met de in definan- cieele commissie geuite meening, dat de door burgemees ter en wethouders voorgestelde vermindering zoo gering is, en daarom heeft hij getracht in de begrooting ver schillende bezuinigingen te brengen dit is hem slechts ten deele gelukt, doch een bedrag van 1570 is toch vrij gevallen, en daarom stelt hij voor den hoofdelijken omslag met de ronde som van 2000 te verminderen. De voorzitter bestreed het amendement op grond van de vele uitgaven die der gemeente wachten, onder anderen voor het schoolgebouw op den Wal en de verhoo ging der hulponderwijzers traktementen, welke verhoo ging tot een bedrag van 1400 zal worden voorgedragen. De heer Snijders handhaafde zijn amendement, waarna deheer van Visvliet zich kennen deed als het eenige lid der financieele commissie die tegen het voorstel van burgemeester en wethouders bezwaar heeftdaar hij de financieele toekomst der gemeente duister inziet. Het amendement wordt daarna in stemming gebracht en verworpen met 11 tegenö stommen. Vóór stemden de heeren Damme, Jeras, Dronkers, van Eekelen en Snijders. Het totaal van het hoofdstuk blijft 122,978.89. Hoofdstuk IV. Blijft onveranderd 59,997.02. Hoofdstuk V. Burgemeester en wethouders hebben voorgesteld, om art. 1 der tweede afdeeling: verkoop van opgaande boomen200, te verhoogen tot/416, en alsdan te roeien de boomen op de Loudensche kaai tusscben de Nieuwstraat en de poort De gouden leeuw. Eenige leden der commissie van fabricage achtten het roeien der boomen op de Londensche kaai niet wensche lijk, omdat die boomen nog steeds iu waarde toenemen en het roeien aan de bewoners der huizen op die kaai grooten last zou veroorzaken. Daartegen werd aange voerd dat de ondervinding leert dat nu en dan van die boomen sterven, en het roeien wenschelijk is, daar de boomen voor het meerendeel krom en schoof zijn, te uit gebreide kronen hebben en door te dichte plaatsing bij de huizen daaraan aaumerkelijk nadeel toebrengenter wijl, nu van die rij reeds verscheidene geroeid zijn, het wenschelijk is ook de anderen te verwijderen, om latei- een goed geheel te verkrijgen. De heeren Dronkers en Fokker verklaarden zich tegen het voorstel, daar de boomen nog steeds in omvang toenemen en zij, volgens verklaring van verschillende bewoners, geen schade of hin der aan de huizen aldaar toebrengen. In stem ming gebracht, wordt het voorstel van burgemeester en wethouders verworpen met 12 tegen tegen4 stem men, zoodat de post eu dientengevolge het geheele hoofdstuk vervalt. Yóor stemden de heer van Vis vliet, alsmede burgemeester en wethouders. Het totaal der inkomsten bedraagt alsnu 210,797.09^. Hooldstuk IX, onvoorziene uitgaven, wordt vast gesteld op 4,958.60$, zoodat het totaal der uitgaven gelijk is aan dat der inkomsten. De geheele begrooting wordt in stemming gebracht en goedgekeurd met 14 tegen 2 stemmen. Tegen stem men de heeren Dronkers en Snijders. De rekening en begrooting betreffende de concert- en gehoorzaal worden goedgekeurd. Geschiedt voorlezing van een adres van 58 nering doende ingezetenen in den omtrek der voormalige Haven barrière, die zich beklagen dat het rijk zich ongeneigd betoont tot het exploiteeren van het gemaakte pontveer aldaar, daar zij door deze onbillijkheid zeer worden be nadeeld. Zij verzoeken daarom dat de raad opnieuw po gingen zal aanwenden om te verkrijgen, desnoods met aanbieding vau tegemoetkoming, dat het rijk tot die exploitatie overga, en zoo dit niet baten mocht, dan het pontveer van gemeentewege te exploiteerea, zoo noodig met een kleine heffing voor den overtocht. Dit adres is door 17 andere, niet direct belanghebbende, ingezete nen ondersteund. De voorzitter deelt mede dat burgemeester en wethou ders eene langdurige correspondentie met den minister van binnenlandsche zaken over dit pontveer hebben gevoerd, doch onlangs het definitieve antwoord hebben ontvangen dat de minister niet voornemens is iets te doen, en de exploitatie aan de gemeente of aan particu lieren wordt overgelaten. Burgemeester eu wethouders zullen eerlang een voorstel hieromtrent doen. Het adres wordt in hunne handen gesteld. Voor kennisgeving wordt aangenomen de mededee- lirig des voorzitters, dat onder dankbetuiging van den geneeskundigen raad in Zeeland ten geschenke is ont vangen de catalogus vau boek- en plaatwerken enz. De zitting wordt gesloten. GEDRUKT BIJ DE GEBROEDERS ABRAHAMS TE MIDDELBURG,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1873 | | pagina 6