maar dat zy een anderen wanhopigen zet zullen onder
nemen blijkt uit de mededeeÜDg van le Constitutionnel
en Paris Journal, dat de regeering besloten heeft voor
alle resteerende vacatures in da kamer door de
veroordeeling van Ranc weder tot 13 gestegen de
verkiezingen tegen 16 November a. uit te schrijven.
Het schijnt hun onbegrijpelijk dat de uilslag der
verkiezingen onder hunne regeering, onder hunne pre
fecten en administratieve ambtenarenzoo republikeinsch
kon zijn. Nous voulons faire les éleciions" was het
wachtwoord sedert den 24£n Mei, en nooit was hunne
nederlaag verpletteren der dan juist bij de eerste verkie
zingen, welke zij uitschreven. Dit kan slechts aan
lauwheid en verzuim worden toegeschrevenwant twin
tig jaren lang stemde Frankrijk zooals de keizer wilde,
en waarom zou het nu ook niet zoo stemmen als de
„rechtschapen" redders „der moreele orde" bet in zijn
eigen welbegrepen belaDg wenschen. De 16e Novem
ber moet op schitterende wijze den 12sn October teniet
doen,* de kiezers van 13 departementen zullen aan de
hand der preiecten van de „moreele orde" bewijzen dat
de kiezers der vier departementen Zondag misleid waren
door radicalen, communisten en petroleurs! Het is te
vreezen dat de regeering zich niet slecht3 aan een
nieuwe teleurstelling blootstelt, maar ook in haar wan
hopigen overmoed het paard van Trojö binnenhaalt.
Want een tweede zegepraal der republikeinen is onver
mijdelijk de genadeslag voor de Jigue der rechtschapen
mannen."
Den 7C» Augustus richtte Pius IX een brief aan den
Duitschen keizer, waarin hij zich beklaagt dat de
maatregelen „welke door zijne regeering genomen wor
den, meer en mter de vernietiging van het katholicisme
ten doel hebben." De paus kan zich de redenen hier
voor niet verklaren, en daar hij verneemt dat die maat
regelen genomen worden tegen zijn zin, verzoekt hij
den keizer de ondermijning van den godsdienst van
Jezus Christus te staken, welke onvermijdelijk gepaard
moet gaan met de ondermijning van zijn troon. De
paus zegt dat hij met vrijmoedigheid spreekt, omdat
zijn plicht gebiedt waarheid te zeggen ook aan hen,
die niet katholiek zijn, want allen die den doop ontvin
gen behooren den paus toe, euz. Den 3eB September
antwoordde de keizer op dezen brief. Hij verheugt
2ich de gelegenheid te hebben den paus op de dwalingen
opmerkzaam te maken, waarvan zijn brief getuigt. De
constitutie zijner staten eischt voor alle regeeringsmaat-
regelen zijne goedkeuring, zoodat het onmogelijk is dat
vijue regeering een weg inslaat, dien hij niet goedkeurt.
Daarbij wijst de keizer op de vijandige houding van
enkele katholieken, voorgegaan door de geestelijkheid,
tegen het Duitsche rijk en den modernen staat; eene
houding welke hem diep bedroeft, maar waarvan hij de
oorzaken niet nader wenscht aan te wijzen. Hy vleit
zich dat de paus, van den waren stand van zaken onder
richt, al zijn invloed zal aanwenden om de geestelijk-
beid tot gehoorzaamheid aan de wetten des lands op
te wekken, daar de keizer het zijn plicht acht, al zij
het ook ten aanzien van geestelijken, tot eerbiediging
der wetten te dwingen. De keizer eindigt met een pro
test tegen het beweren, dat alle gedoopten den paus
toebehooren; „de evangelische geloofsbekentenis veroor
looft niet in het verkeer met God een anderen middel
laar aan te nemen dan Jezus Christus enz.
In het kort is dit de1 inhoud der onvruchtbare brief
wisseling tusschen den paus en den Duitsehen keizer,
welke natuurlijk tot niets leiden kon. Het eenige resul
taat is dat beide partijen zich thans op den onwil van
haren tegenstander kunnen beroepen, om den weg des
vredes te bewandelen. De beide Btukken waren dan
ook waarschijnlijk reeds definitief ad acta gelegdmaar
nu de wapenkreet bij den verkiezingsstrijd voor den
Pruisischen landdag uitsluitend zal wezen: Hie Kaiser!
Hie Pabst! kwam men waarschijolijk plotseling op het
denkbeeld dat deze briefwisseling nog als verkiezings
reclame dienst kon doen. De stukken werden uit het
archief te voorschijn gehaaldvan stof gereinigd ea aan
den vooravond der verkiezingen openbaargemaakt, om
te bewijzen dat de streng-orthodoxe protestantsche keizer
volstrekt geene vervolging der katholieke kerk beoogt.
Deze openbaarmaking herinnert aan zekere proclamatie
met gekleurde randjes in een ander constitutioneel land
van Europa, waar ook de vorst op den voorgrond ge
schoven werd om de kiezers het schandelijke hunner
handelwijze voor oogen te houden dat zij het waagden
oppositie-leden in de vertegenwoordiging te kiezen.
Een der hardnekkigste tegenstanders van de kerkelijke
politiek der Pruisische regeeringde heer Kbtt, bisschop
van Fulda, is Maandag op 73jarigen leeftijd overleden.
Over de aanstelling der bisschoppen zwijgen de nieuwe
wetten geheel, zoodat de regeering den bisschop zal
moeten aanneraep dien de paus benoemen wil. Ï3 het
echter te verwachten dat na de openbaarmaking dezer
briefwisseling een verzoeningsgezind man door den
paus gezonden zal worden? Nieuwe conflicten, en dan
wel direct met Rome, staan dus in Pruisen voor de
deur. De uitslag der kerkelijke verkiezingen te Genève
heeft bewezen hoe zwak de tegenstand der katholieken
tegen hun geestelijk hoofd is, in Pruisen is het te
vreezen dat die tegenstanders in de minderheid zonden
zijn. In elk geval speelt de Pruisische regeering een
zeer gevaarlijk spel.
Proces-Bazaine.
Na de voorlezing der rapporten van generaal Rivière
is door maarschalk Bazaine eene contra-memorie inge
diend, waarvan insgelijks voorlezing gedaan is. Zij
is weinig meer dan een résumé van het reeds vroeger
van zijne hand verschenen werk1' Armeé du Rhin. Ter
wille der onpartijdigheid maken wij kort melding van
de antwoorden, welke in dit stak op de beschuldigingen
van den regeerings-commissaris gegeven worden.
Ten aanzien van den slag bij Forbach houdt Bazaine
staande dat het isolement van generaal Frossard het
gevolg was van de verplaatsing der naastbij gelegen
korpsen op bevel van het hoofdkwartier. Hy legt de
pêches over om te bewijzen dat bij aan zijn onderbevel
hebber alle beschikbare troepen zond en zelfs tot dek
king van het bedreigde punt St. Avoid geen voldoende
macht bij zich hield. Andere depêches van verschillende
divisie-kommandanten bewijzeD volgens hemdat hij voor
deze gebeurtenis niet verantwoordelijk gesteld kan
worden.
Zoodra de terugtocht op Chalons bepaald was heeft hij
zich zooveel mogelijk gehaast, maar onder Metz aanko
mende waren soldaten en paarden zeer afgemat, zooals
vele generaals kunnen getuigen. Bovendien moesten
de pontons en hunne bespanning welke verloren waren
weder vervangen worden en men den overtocht over de
Moezel voorbereiden, terwijl de rivier buitengewoon
woest en gezwollen was. De vijand viel gedurende dien
overtocht aan en reeds was een deel zijns legers te Pont-
<VMousson, teiwijl men zelfs zeide dat prins Friedrich
Carl bezig was het Fransche leger naar het noorden om
te trekken.
Zonder opheldering te geven van het gebruik maken
van slechts éen weg, behalve misschien deze dat eeu
gerucht liep dat de weg over Briey niet vrij was, maakt
de maarschalk melding van de ontmoeting met de
Duitschers bij Mars-la-Tour, welke tegen zijne bedoelin
gen een formeele slag werd. Hij moest overigens positie
nemen om de achtergebleven korpsen af te wachten,
o. a. dat van generaal Ladmirault, hetwelk in den nacht
tusschen 14 en 15 Augustus nog te Borny lag en eerst
den IC* 's morgens op den linkeroever overging.
Na het gevecht hadden de korpsen, die veelgeleden
hadden, behoefte om uit te rusten en zich te herstellen, en
de maarschalk was daarom genoodzaakt eenigszins
achterwaarts positie te nemen. Hij Het die positie nog
door veldwerken versterken, want in zijn oog was
het 't beste om den Duitschers een defensieven slag te
leverendie hun groote verliezen zou veroorzaken en
hem meer vrijheid zou geven om zijn marsch te hervat
ten. Dit was het gronddenkbeeld van den slag van
den 18cn. Hetgeen men hem verwijt is niet zijn werk;
maarschalk Canrobert, die eerst in het centrum der
linie te Vernéville stood, verzocht zelf St. Privat te
mogen bezetten.
Op Metz teruggeworpen bleef hij hopen in de richting
van Louguyon te kunnen ontkomen, maar eerst moesten
amunitie en levensmiddelen worden aangevuld van een
legerdat drie slagen geleverd had zonder met zijn
reserve-park in verbinding te staau, en gedurende dit
tijdsverloop maakte de vijand de insluiting spoedig vol
komen. Bazaine deelde den keizer zijne bezorgdheid
mede en vooral waarschuwde hij Mac-Mahon om geen
beweging naar het noorden te ondernemen alvorens hij
hem nader bericht gezonden had. Hij ontkent kennis
gedragen te hebben van Mac-Mahon's tocht op Mont-
médy; de bekende depêche van den 23en blijft hij ont
kennen ontvangen te hebben. Van andere zijde vernam
hij dat het leger van Cbfiloos was opgebroken en ver
moedende dat het wellicht hem ten zuiden te hulp zou
komen, maakte hij den 2icn de schijnbeweging om het
gros der Duitsche troepen naar het noord-oosten te
lokken.
Ongelukkig belemmerde een zeer ongunstige weers
gesteldheid hem in zijne bewegingen en de vrees dat
het aanhoudend wassen der Moezel den terugtocht der
troepen op den linkeroever onmogelijk zou maken deed
hem besluiten hen in het kamp te doen terngkeeren.
De legerhoofden te Grimont in raad vergaderd waren
van oordeel, dat in het veld te blijven staan hoogst
gewaagd was, dat bet leger moest afwachten tot men
het de hand kwam reikenen zoodoende 200,000 Duit
schers rondom Metz moest vasthouden.
De nieuwe poging naar aanleiding der depêches van
den 29cn en 30cn Augustus omtrent Mac-Mahon 's komst
beproefd was niet gelukkig. De infanterie toonde niet
zijn gewonen élan, de detachementen lieten zich inden
nacht van den 3ien Augustus op den lea September
verrassen en ten gevolge van het onophoudelijk aanruk
ken van versche Duitsche troepen moest men den
volgenden dag de veroverde position weder verlaten.
Weinige dagen later kwam de tijding van de ramp
bij Sédan en daarop van de revolutie van den 4m Sep
tember. Bazaine ontving de bevestiging dezer berichten
op zijn verzoek van prins Friedrich Carl. Hij deelde
deze gebeurtenissen aan het leger mede. en spoorde tot
strenge krijgstucht aan die onafhankelijk moest blijven
van alle politieke gebeurtenissen. Hij trachtte daarna
met de regeering der nationale verdediging in relatie
te komenmaar zonder dat hem dit gelukte en zonder
dat het scheen dat de regeering iets deed om met
heui relatiè'n aan te knoopen. Toen verscheen Régnier-
Hij sprak met zooveel stelligheid en juistheid van de
keizerin dat Bazaioe geloofde van hem juiste inlichtin
gen over den algemeenen toestand te kunnen inwinnen,
en door zijne tusschenkomst aan Frankrijk de gelegen
heid te kuDnen aanbieden om uit de treurige omstan
digheden te geraken. Hij veroorloofde generaal Bour-
baki daarom Metz te verlaten. Maar hij vernam niets
meer, tot een anonieme depêche uit Ferrières hem vroeg-
of hij op de door ltógnier voorgestelde grondslagen,
wilde onderhandelen. Hij was steeds bereid eervolle
voorwaarden aan te nemenmits omtrent het lot der
vesting niets beslist werd. Maar daar een persoon
zonder mandaat geen serieus onderhandelaar kon zijn,
riep hij opnieuw zijne korpskommaudanten bijeen, maakte
hen deelgenoot van zijn toenemenden aDgst en ver
kreeg hunne goedkeuring op de zending van zyn adju
dant Boyer.
In dien tusschentijd had net gevecht van 7 October
plaats, toen de maarschalk nogmaals wilde beproeven
in de richting van Thionville door te breken. Maar
hij beweert dat met uitzondering van het élite-korps
der garde de soldaten meer neiging toonden om bij do
geringste paniek te wijken dan met vastberadenheid
voort te rukken, en bovendien kwam het hem gevaarlijk
voor om zich in de smalle vallei der Moezel tusschen
twee ryen vijandelijk zwaar geschut te wagen.
Er bleef dus niets anders over dan de gebeurtenissen
af te wachten totdat de levensmiddelen op waren. In
dit opzicht had de maarschalk van de eerste dagen
zijner retraite op Metz maatregelen genomenen het
is zijne schuld niet wanneer men verzuimde den oogst
in de omstreken binnen te halenzooals hij bevolen had.
Hij beklaagt zich ook over de Duitschers, die men ia
de stad bad gelaten en een geregeldeu spionnen dienst
organiseerden wat natuurlijk hoogst nadeelig was
voor de manoeuvres van het leger. Eindelijk verwijt
hij zijnen ondeigeschikten gebrek aan toewijding en
vooral aan voorzichtigheidwelke de omstandigheden
meer dan ooit voorschreven. Door dit slechte voorbeeld
ontstond een slechte geest ouder de bevolkiog en het
leger, en het droeg niet weinig bij tot verslapping der
tucht en ontzenuwing van het opperbevelterwijl het
tevens acn den vijand de zekere hoop verschafte om
tot een bijna onvoorwaardelijke overgave te zullen
komen.
Ten slotte verkreeg de maarschalk geen andere voor
waarden dan men aan het hoofd van eau uitgehongerd
en geiudisciplineerd leger verkrijgen kan. Hij had be
volen de vaandels in het arsenaal te verbrandenmaar
eenige korpsen voldeden te laat aan dit bevel zoodat
de voorwaarden der capitulatie, waaraan men zich in
de eerste plaats behoorde te houden, de geheele uit
voering van dit bevel verhinderden. De krijgseer wei
gerde hij aan te nemen, omdat hij vreesde dat de
onvoorzichtigheid van een enkel soldaat de grootste
ongelukken zou kunnen ten gevolge hebben. Zijn gewe
ten verwijt hem niets, en hij heeft zich zelfs liever
laten beschuldigen dan rechtvaardigingen bij te brengen,
die de tucht van het leger ondermijnd en de verbete
ring van zijnen geest onmogelijk gemaakt zouden hei>-
ben. Hij hoopt dat de geschiedenis, en misschien zijne
meer verlichte tijdgenooten, hem en zijn leger recht
zuilen laten wedervaren.
GRAANMARKTEN ENZ.
Oostbtjrg, 15 October. De aanvoer van granen in het
algemeen was heden weder zeer kleio. Van haver alleen
was die betrekkelijk ruim te noemen, doch bijna uit
sluitend waren de aangeboden monsters van lichte quali-
teit. Voor alles was de vraagprijs buitensporig hoog,
't geen een langzame verkoop ten gevolge had, die zich
voornamelijk bepaalde tot de beste monsters. Van afwij
kende qualiteiten bleef het uieereodeel onverkocht. De
prijzen waren: Tarwe f 11 a 14.50, rogge f 9.75 a
f 10, wintergerst f 8, f 8.25 a f 8.50, zomergerst f 7.25,
f 7.50 a f 7.75, haver f 4,/" 4.50, fb,f 5.25 a f 5.50,
paardenboouen f 9, erwten op f 10 gehouden, zonder
nemers.
Mjddelbueg, 16 October. Het gunstige weder voor
den veldarbeid, waardoor het dorachen wordt vertraagd,
was oorzaak dat wij heden uit Walcheren van tarwe,
gerst en groene erwten zeer weinig en van de overige
artikelen een middelmatigen aanvoer hadden, en uit het
overige gedeelte van Zeeland nagenoeg niets was aan
gevoerd. Jarige Walchersche tarwe werd alleen voor
de coD8umtie prijshoudend gekocht, puike nieuwe Wal
chersche tarwe zeer begeerd en 25 a 50 cent hooger
betaald, nieuwe Zeeuwache tarwe prijshoudend; jarig®