welker zaad ongeveer dezelfde werking op de menschen
uitoefent als het lachgas. Deze plant groeit slechts in
Arabië en de eigenaardige invloed op de lachspieren
der menschen is eerst voor korten tijd ontdekt. Het
zaad heeft veel overeenkomst met prinsessenboontjes en
smaakt zoet; tot meel gemalen en opgegeten, brengt
het die merkwaardige verschijnselen teweeg. Zij die
het gebruikt hebben beginnen weldra luid te lachen,
te dansen, te zingen en de grootste gekheden te doen.
De vroolijke bui duurt ongeveer een half uur en het
lachen, zingen en dansen werkt ook aanstekelijk op de
toeschouwers; zoodra de werking ophoudt, valt hij die
er aan onderhevig was dood vermoeid in diepen slaap
en weet bij zijn ontwaken niets meer van hetgeen er
gebeurd is.
Te Maagdenburg en in de omliggende plaatsen
hebben zich sinds eenige dagen verscheidene gevallen
van cholera voorgedaan.
BURGERLIJKE STAND.
Middelburg. Eerste huwelijksafkondiging van den
27eu dezer: D. L. A. van de Kreke jm. 24 j. met
C. Dronkers, jd. 20 j. P. Buise,jm. 32 j. met J. C. Mari
gold, jd. 25 j. J. Bosselaar, jm. 25 j. met T. Sturm,
jd. 26 j.
(Van 1926 Juli.)
vlissingen. Gehuwd: A. L. Brackx, jm. 27 j. met
C. F. Gillebert, jd. 28 j. M. H. J. Schroevers,jm.24 j.
met A. Groenenberg, jd. 19 j. M. Eoelse, jm. 37 j.
met F. Meinders, jd. 30 j.
Bevallen: L. Stroo, geb. Groenenberg, d. J J. Lee-
naaris, geb. Deijbel, z. J. G. Smit, geb. Perwez, z.
Overleden: A. S. Grotendorst, d. 11 w. N. Koole,
wedr. van M. S. Bosschaart, 54 j. C. de Ruijterman
van A. S. Kindt, 55 j. L. J. van Driel, z. 5 m.
Goes. Gehuwd: J. C. Coops, jm. 35 j. met J. E. Kake-
beeke, jd. 29 j. F. J. Frenks, jm. 24 j. met J. A. Kuij-
per, jd. 23 j.
Bevallen: A. E. Mol, geb. Sanderse, d. C. Melse,
geb. Boer, z. K. Daleboudt, geb. Verheule, d.
Overleden: I. Melse, z. 4 d. B. v. d. Linde, d. 17 m.
Zierikzee. Gehuwd: J. W. D. SchuurbequeBoeije,
jm. 28 j. met E. C. W. de Jonge, jd. 21 j.
Bevallen: C. Bakker, geb. de Rijke, z.
Overleden: J. Papeveld, z. 4£ j. A. Trijselaar, d. 2 m.
J. M. Pistoriusd. 8 m.
THERMOMETERSTAND.
26 Juli'sav. llu. 64 gr.
27 'smorg. 7u.64gr.'smidd.lu.71gr.1sav.llu.60 gr.
28 'smorg. 7u.62gr.'smidd.lu.72gr.'sav.6u. 68 gr.
öuitenlrtnïr.
ALGEMEEN OVERZICHT.
Reeds Zaterdag is door den hertog de Decazes in de
openbare zitting der Fransche nationale vergadering
het rapport voorgelezen over het voorstel van den heer
Rouvier, om met de intrekking der wet van 13 Juli
1872 tot heffing eener belasting op de grondstoften te
vens de heffing van de surlaxe de pavilion ingevolge de
wet van 30 Januari 1872 te doen eindigen. Dit rap
port concludeert tot aanneming van het voorstelzooals
trouwens moeilijk anders te verwachten was na de
ingenomenheid, welke de kamer Vrijdag voor het voor
stel van den heer Rouvier aan den dag legde. Het
rapport maakt van verschillende feiten meldingdie
op welsprekende wijze tegen de commercieele politiek
van Thiers getuigen. Zoo is gebleken dat dit recht,
waarvan de opbrengst op 6 rnillioen geraamd was,
nauwelijks éen millioen vcor den schatkist afwierp, dat de
buitenlandsche havens als Antwerpen en Genua van deze
belemmering van den handel zichtbaar voordeel genoten,
in plaats van dat de Fransche scheepvaart daardoor boven
de buitenlandsche bevoorrecht werd, enz. De bestaande
scheepvaavtstraelaten verhinderden dat dit recht op alle
buitenlandsche schepen geheven werd, slechts Engelsche,
Amerikaansche, Deensche en Grieksche schepen kunnen
nu door dit recht getroffen werden, doch het gevolg was
dat deze wegbleven en de schepen van andere natiën
voor hen een dubbele concurrentie met de kunstmatig
bevoorrechte Fransche scheepvaart onderhielden. „Het
is geenszins ons doel, zegt de heer Decazes o. a. in zijn
belangiijk rapport, om verplichtingen voor de toekomst
te scheppen. Niet wegens het beginsel, maar wegens
de feiten concludeeren wij tot aanneming van het
voorstel. Thans bezitten wij op commercieel-politiek
gebied onze vrijheid niet, in 1877 zullen wij die geheel
erlangen en deze wordt door de afschaffing van het
recht op buitenlandsche seheepsladingen niet gepraeju-
dieieerd." De discussiën over het rapport werden op
heden vastgesteld nadat de heer Babin-Chevaye tever
geefs getracht had de beslissing op de lange baan te schui
ven door zijn voorstel om de discussiën na het reces te
doen plaats hebben. Door den heer Paris werd daarna het
voorstel gedaan, waarmede de kamer zich vereenigde,
om niet uiteen te gaan alvorens de handelstrac taten
met Engeland en België goed te keuren. Het rapport
daaromtrent zal waarschijnlijk heden of morgen op het
bureau der kamer gedeponeerd worden.
Naar verzekerd wordt is de opening der debatten in
het proces tegen Bazaine definitief op Maandag den
6en October vastgesteld. Reeds sedert eenigen dtij
worden de noodige toebereidselen op het kasteel te
Compiègne gemaakt, om den krijgsraad en den preven
tief gevangen maarschalk te ontvangen. Het parket
en de griffie van den derden krijgsraad van de militaire
afdeeling van Versailles zijn reeds daarheen ver
plaatst. De reden waarom het besluit waarbij de leden
van den krijgsraad benoemd worden zoolang op zich
laat wachtenmoet worden toegeschreven aan het feit,
dat bijna alle generaals, die door den minister van
oorlog voor deze betrekking zouden aangewezen zijn,
zonder uitzondering veronschuldigingen doen gelden,
teneinde van dezen weinig bengdenswaardigen eerepost
ontslagen te worden. Voor elk lid van den raad be
nevens voor den verdediger van den maarschalk, den
advocaat Lachauddie allen gedurende den loop van
het proces op het kasteel hun intrek moeten nemen,
worden vertrekken in gereedheid gebracht. De zittin
gen zullen dagelijks te 12 uren aanvangen, om des
namiddags te 4 a 5 uren gesloten te worden. Men kan
zich eenigszins eene voorstelling maken van het ontzag
lijke dossier stukken in dit proces, wanneer men ver
neemt dat alleen de kosten van het copieeren dezer
stukken ten behoeve van den verdediger voor den maar
schalk 14,000 francs bedragen.
Men schijnt meer en meer te mogen aannemen dat
de optreding van het ministerie-Salmeron te Madrid
inderdaad een goede wending gegeven heeft aan de
treurige omstandigheden waarin Spanje verkeert. Na
tuurlijk kan er na een bestuur van slechts eenige dagen
nog weinig sprake zijn vaa groote en energieke daden en
nog veel minder van gunstige gevolgen van deze daden,
maar uit verschillende berichten kan men voldoende
afleiden dat dc nieuwe regeeriDg het niet bij groote
woorden laat en zij ia het algemeen vertrouwen inboe
zemt. Niet anders toch dan een goed getuigenis voor
de regeering en hare krachtige houding kan het zijn,
dat de hoofden der liberale partijen van verschillende
nuance in het land zich bij deze regeering aansluiten,
ofschoon zij niet tot de republikeinsche partij behooren.
Reeds voor eenige dagen kondigde Rios Rosas, 'eender
weinigen van de partij der monarchaal-radicalen (Zorilla,
Martos enz.), die in de tegenwoordige rcpublikeiosche
Cortes zitting hebben, in een schitterende redevoering
zijn voornemen aan om der regeering in haar strijd
tegen de opstandelingen zijn steun te verleenen. Thans
heeft onder voorzitterschap van maarschalk Serrano te
Biarritz een bijeenkomst van Spaansche staatslieden van
naam plaats gehad, waarin besloten is om het bewind
van Salmeron bij te staan in zijnen strijd en admiraal
Topete af te vaardigen om hunne hulp aan te bieden.
Omtrent den toestand van Spanje zei ven valt voor
het oogenblik slechts mede te deelen dat daarin geen
merkbare verandering is gekomen. Dit is voor de re
geering reeds veel, omdat zij in den laatsten tijd aan
houdend en angstwekkend snel terrein verloor. Wan
neer hieraan ondanks hare zwakke krachten een einde
komt, dan mag dit reeds als vooruitgang beschouwd
worden. De Carlistiache benden trekken veel heen en
weêr, maar vorderen volstrekt niet en ook de intransi-
genies kuunen op geen nieuwe aanwinst bogen. Al heeft
het beleg dat door de regeeringstroepen voor Yaleneia
geslagen is nog geen resultaat opgeleverd, toch schijnen
zij voldoende gezag in te boezemen om de opstande
lingen te beletten verder voort te dringen.
Met voldoening vermelden wij bet bericht dat het Duit-
scbe fregat, Prinz Friedrich Carl, genoodzaakt is gewor
den het buitgemaakte schip Vigilante weder vrij te
geven. Contreras dreigde den Pruisischen consul en
zijne familie te zullen fusilleeren en zijn huis in brand
te steken, eene bedreiging die zeker ten uitvoer gelegd
zou wezen. Eerst dan wanneer de schepen der opstan
delingen zich inderdaad op zeeroof toeleggen, zal de
marine van andere mogendheden dan Spanje hel recht
hebben jacht daarop te maken. Een eenvoudige ver
klaring van het bestuur te Madrid kan dit recht vol
strekt niet doen geboren worden.
De Zwitsersche ontwerp-constitutie.
Omtrent het belangrijkste punt waarover de herzie
ning der Zwitsersche bondsconstitutie looptde verhou
ding tussehen staat en kerk, zijn wij in verband met
een vroeger artikel onzen lezers nog eenige mededee-
lingen schuldig. Reeds terstond verblijden wij er ons
over te kunnen constateeren dat de artikelen der ont
werp-constitutie, aan deze materie gewijd, een liberalen
geest ademen en noch met de methode der Pruisische
regeering noch met de richting overeenstemmen, die
door enkele Zwitsersche kantons aan dit onderdeel
hunner wetgeving gegeven is. Daarmede is echter niet
gezegd, dat maatregelen, zooals Genève en Basel tegen
de aanmatigingen der geestelijkheid genomen hebben,
in het vervolg door deze bepalingen der grondwet
onmogelijk zullen worden. Straks zullen wij gelegen
heid hebben hierop meer bijzonder de aandacht te
vestigen.
De federale raad beeft althans niet gemeend de wet
van Genève als algemeene wet te moeten overnemen,
dat de geestelijkheid door de gemeenten gekozen wordt.
Het groote bezwaar dat elke onpartijdige in die wet
moet zien is, dat men ten slotte een door den staat
geprotegeerden godsdienst verkrijgt, en dat de zooge
naamde vrijheid welke men daardoor beweert in de
hand te werken eindigt met onderdrukking van die
katholieken, die getrouw aan Rome en den paus, ook
na de onfeilbaarheids verklaring, blijven. Het ontwerp
laat deze quaestie volmaakt in het midden, zoodat de
'benoeming der geestelijken door de gemeenten wel
volstrekt niet onmogelijk wordt, wat trouwens wanneer
het van de gemeenten zei ven uitgaat hoogst onbillijk zou
wezen.
Volgens de nieuwe constitutie erkent de bond geen
enkelen godsdienst; bij wenscht er geen bijzonder te
begunstigen. Slechts erkent hij de vrijheid van geweten
voor allen en schenkt hij allen gelijke bescherming,
voor zooverre zij binnen de perken der wetten tot hand
having der openbare orde en rust blijven. In ditopzicht
stelt de nieuwe Zwitsersche bondsconstitutie zich op
een hooger standpunt dan in eenigen staat van Europa
door den wetgever is ingenomen. De bond is ook finan
cieel onafhankelijk van eiken godsdienst; hij beschermt
het geloof van elk individu, zoolang de vrijheid van
anderen niet belemmerd wordttegen allen, particulieren
of gemeentelijke en kantonale autoriteiten, die op die
vrijheid op de eene of andere wijze inbreuk maken.
In dit opzicht is dit ontwerp een behartigenswaardig
voorbeeld voor Pruisen, enkele Zwitsersche kantons en
de Duit8chgezinde radicalen der Italiaansche kamer.
De beide artikelen van het ontwerp, waarop het ten
aanzien dezer belangrijke quaestie aankomt, luiden als
volgt
„Art. 48. De vrijheid van geweten en geloof is on
schendbaar.
„Niemand kan gedwongen worden om deel uit te maken
van eenig godsdienstig genootschap, eenig godsdienstig
onderwijs te ontvangen of eenige godsdienstige hande
ling te doen.
„De uitoefening van burgerlijke of politieke rechten
kan niet afhankelijk gesteld worden van voorschriften
of voorwaarden van geestelijken of godsdienstigen aard.
„Niemand kan wegens zijn godsdienstige meening
ontheven worden van eenigen burgerlijken plicht.
„Niemand kan tot betaling van belastingen gedwon
gen wordenwier opbrengst uitsluitend bestemd is
voor de kosten eener godsdienstige gezindte, waartoe
hij niet behoort.
„Art. 49. Binnen de grenzen der wetten tot handha
ving der openbare orde en goede zeden belijdt ieder
zijn godsdienst met gelijke vrijheid en geniet ieder voor
zijn eeredienst gelijke bescherming.
„De kantons en de bond kunnen de noodige maat
regelen nemen voor bet behoud der openbare orde en
van den vrede tussehen de leden van verschillende
godsdienstige genootschappen, evenzeer als tegen weder
zij dsche machtsoverschrijdingen van het burgerlijke op
het kerkelijke terrein, en omgekeerd.
„Men kan bij den bond in beroep komen tegen be
slissingen der kantons omtrent twisten van publiek- of
privaat-rechtelijken aard, waartoe de stichting van
nieuwe of de splitsing van bestaande godsdienstige
genootschappen aanleiding geeft."
Met hoeveel sympathie elk liberaal man deze bepa
lingen der nieuwe Zwitsersche constitutie ook begroete,
na hetgeen men op het gebied der verhouding tussehen
staat en kerk in Genève en Basel heeft zien gebeuren,
kan men de vrees niet onderdrukken dat de tweede
alinea van art. 49 in de toepassing waarschijnlijk niet
aan het ideaal: een vrije kerk in een vrijen staat, be
antwoorden zal. Het voorbeeld van Duitschland en
Pruisen en van de beide genoemde Zwitsersche kantons
leert, dat de machtsoverschrijding zoowel van staat als
kerk niet absoluutmaar zeer relatief beoordeeld wordt.
Hetgeen Pruisen omtrent de opleidiDg der geestelijkheid
bepaald heeft, hetgeen Genève ten aanzien van de
benoembaarheid der geestelijken bepaalde wordt, blij
kens de daaromtrent uitgevaardigde wetten, door ds
meerderheid der respectieve vertegenwoordigingen geen
machtsoverschrijding genoemd, en toch is het buiten
kijf dat deze bepalingen wel degelijk ingrijpen in de
inwendige inrichting der kerk.
Niettegenstaande dit bezwaar gelooven wij het ont
werp der nieuwe Zwitsersche bondsconstitutie als een
belangrijke schrede op den weg der vrijheid te mogen
beschouwen en verdienen de ontwerpers dezer consti
tutie, de bondspresident Ceresole, en de leden van bet
bondsbestuurde heeren Welti en Borel, voor hun
arbeid de dankbaarheid niet slechts hunner medebur
gers, maar van het geheele liberaal deukende Europa.