dit verlangen mocht. Eene verzending naar de afdee lingen acht hij niet wenschelijk. De heer Fransen van de Putte antwoordt, dat hij nog altijd de scherpzinnigheid van het lid uit Hein- kenszand bewondert, maar daar eene vergadering als die der staten zoo zeldzaam bijeenkomt, is het volstrekt niet hetzelfde of eene mededeeling omtrent een zoo be langrijke zaak als de overbrugging der rivier de Een dracht ter griffie wordt nedergelegd of naar de afdeelin gen verzonden wordt. Eene nederlegging ter griffie stelt hij, op grond van ervaring, gelijk met het van de baan schuiven der quaeatie. Geen cler punten van de agenda der werkzaamheden heeft meer sympathie bij hem opgewekt en meer zijne aandacht getrokken dan juist dit punt, en hij vertrouwt dat zijne medeleden zullen toe stemmen, dateene behandeling in de afdeelingen vrucht baarder is dan het ter griffie deponeeren van zoodanig stuk. Bij meent dus bij zijn voorstel te moeten persisteeren. De voorzitter verklaart, dat hij zijnerzijds bereid is, om toe te geven aan het verlangen vau hen die het stuk naar de afdeelingen wenschen te verzendendoch dat het volkomen juist is wat de heer van der Bilt heeft opgemerkt, dat de bedoeling van zijn voorstel om de mede deeling ter griffie voor de leden ter inzage te leggen geen andere was dan den leden de gelegenheid te gevenom hunnerzijds desverkiezende een nader voorstel te doen. De heer van der Bilt merkt nog op, dat eene nederlegging ter griffie niets wegneemt van de belang rijkheid dezer aangelegenheid en hij bij zijne zoo even geuite opinie moet volharden. Het geldt hier alleen een eenvoudige mededeeling van den stand der zaak, en nu begrijpt hij niet welk practisch nut eene verzending naar de afdeelingen zou kunnen hebben en welk besluit daarop zou kunnen vallen. Die naar aanleiding der mededeeling een nader voorstel mocht willen doen ofschoon hij nog niet inziet welk voorstel dit zou kun nen zijn kan uit de nederlegging ter griffie daartoe aanleiding nemen, maar eene behandeling in de afdee lingen van dit stnk acht hij niet verkieselijk. Eene behan deling in de afdeelingen zou alleen wenschelijk zijn wan neer een bepaald voorstel aan de orde was. De heer Fransen van de Putte meent, dat de heer van der Bilt de zaak op het juiste terrein heeft ge bracht. Zijns inziens wordt de zaak in de afdeelingen veel vruchtbaarder behandeld en door eene nederlegging van het stuk ter griffie veeleer vergeten dan gerele veerd. Met den vorigen spreker erkent hij, dat het moeilijk is op dit oogenblik een voorstel te formuleeren, maar dit kan uit eene bespreking in de afdeelingen voortvloeien, en dit is juist de reden waarom hij dit om trent eene zoo hoogst gewichtige zaak al3 deze wenscht. Nadat de beraadslaging is gesloten wordt het voor stel van den heer Fransen van de Putte tot verzending dezer mededeeling naar de afdeelingen in stemming ge bracht en aangenomen met 18 tegen 11 stemmen. Te gen stemden de heeren Fokker, van Citters, Snouck Hur- gronje, van der Bilt, Sprenger, Callenfels, van der Have, Becius, Moolenburgh, Lambrechtsen en H. J. van Deinse. m Voorstel tot .wijziging van het bijzonder reglement voor het bestuur eu beheer der waterkeering vau het ealamiteuze waterschap Waarde, met twee nota's, terwijl in de afdeelingen afschrift zal overgelegd worden van de berichten der polderbesturen. n Voorstel tot verplaatsing van het aan de provincie toebehoorend wachthuisje, staande aan de westzijde van het Sloe naar den dijk van den Onrustpolder, in het belang van het overzetveer van Kamperland op Veere. o Adres van de Zeeuwsche spoor boot maatschappij tot vermindering der rechten voor het gebruik van de stei gers te Kortgene en Katsche veer, met een voorstel van gedeputeerde staten. p Voorstel tot het toekennen van een pensioen aan den commissaris van deu stoombootdienst op de W ester- Schelde, J. Hemmekam, te Vlissingen. q Voorstel tot het toekennen van eene gratificatie aan de weduwe van den gewezen conducteur van den stoomboot- dienst op de Wester-Schelde, A. v. d. Plank, te Vlissingen. Al deze stukkeu worden naar de afdeelingen verzonden. Mede worden naar de afdeelingen verzonden De verantwoording van gedeputeerde staten wegens de enkel provinciale en huishoudelijke inkomsten en uitgaven over 1871. De begrooting der kosten van het provinciaal bestuur, voor zooveel het rijksbestuur is, voor 1874. De begrooting der enkel provinciale en huishoudelijke inkomsten eu uitgaven voor 1874, met een voorstel van gedeputeerde staten betreffende de te heffen opcenten op de grond- en personeele belasting ten behoeve der provincie, met een nota van drukfeilen, in de begroo ting voorkomende. Een adres van het gemeentebestuur en ingezetenen van Stavenisse, tot het bouwen van eene aanlegplaats of steiger aau het veer aldaar, en adressen van de ge meentebesturen van Tholen en St. Annaland tot onder steuning van dit verzoek met een voorstel van gedepu teerde staten. Een adres van G. Larooij, schipper in het overzetveer van Gorishoek en Yersekendam, om subsidie, en mede deeling van gedeputeerde staten omtrent het veer. Nog wordt gelezen een adres van Christi Nolet en de Kuijper, fabrikanten van stoom- en andere werktuigen enz. te Delfshaven, om kwijtschelding van de beloopen boete, ten bedrage van 4,440, wegens te late opleve ring van de stoomboot Zeelandia. Met bet oog op de te late ontvangst van dit adres en op den nog niet geëindigden proeftijd der boot, is be sloten dit adres te verzenden naar gedeputeerde staten, teneinde in de aanstaande najaarsvergadering der staten daaromtrent zoodanig voorstel te doen als zij vermeenen zullen te behooren. Voor kennisgeving wordt aangenomen de mededee ling dat de presentielijst der vergaderingen van gede puteerde staten, mitsgaders eene opgave der sedert do vorige vergadering plaats gehad hebbende onderhand- sche aanbestedingen, ter griffie zijn nedergelegd. Bij de splitsing der vergadering in afdeelingen worden aangewezen als te behooren tot de: eerste afdeeling: de heeren Mathon, Callenfels, Mazure, Snijder, Cau, J. G. van Deinse, Hoogenboom en Pierssens, en als leden van gedeputeerde staten de hee ren van Citters en H. J. van Deinse; tweede afdeeling: de heeren Hennequin, Spren ger, Becius, Brevet, van der Vliet, Hammacher, van der Have en Wagtho; beuevens als leden van gedeputeerde staten de heeren Lambrechtsen en Snouck Hurgronje; derde afdeeling: de heeren Moolenburgh, de Smidt, Risseeuw, van Eek, de Casembroot, Hombach en Fransen van de Putte; alsmede de heeren Fokker en van der Bilt als leden van gedeputeerde staten. De voorzitter noodigt de leden uit, zich naar de af deelingen te begeven tot de benoeming van voorzitters en ondervoorzitters, alsmede de te benoemen rapporteurs, om zoo spoedig mogelijk en althans tijdig in deu voor middag van a. Donderdag hunne rapporten in te dienen, opdat gedeputeerde staten die alsdan in overweging kunnen nemen. De volgende openbare zitting wordt bepaald op Don derdag 3 dezer, des namiddags te 2 uren, en de tegen woordige gesloten.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1873 | | pagina 7