worden voorgedragen. De regeering zon, dit doende,
rechtvaardig hebben gehandeld en er zou stagnatie in
het werk zijn ontstaan, terwijl thans niets wordt ge-
praejudicieerd. De Maatscbappii kon gerust voortgaan.
Die daarin geen vertrouwen stel Jen, handelden rationeel
wanneer zij dadelijke overname door den staat vragen.
Maar de groote meerderheid wil dat niet en bovendien
zou dat zeer nadeelig zijn én voor den staat én voorde
aandeelhouders. De noodige verbeteringen moeten
worden gemaakt, maar dit is onafhankelyk van de
financieele regeling met de Maatschappij.
Zoowel wat de remmiDgwerken bij de Oranje-sluizen
aangaat als de havenkom bij Spaarnwoude zal door den
staat voor de betrokken belangen worden gezorgd, voor
zooveel de Maatschappij daartoe niet verplicht is.
De minister van financiën gaf eenige inlichtingen om
te doen uitkomen dat voor de geldelijke guarantie van
den staat behoorlijk gezorgd is, daarbij te kennen
gevende dat, zoo er al geen bepaalde zekerheid bestaat
dat het geleende geld in de staatskas zal terugvloeien,
het voornamelijk aankomt op de goede voltooiing van
het werk; terwijl zoo, wat mogelijk was, de Maatschappij
op bet einde des jaars opnieuw bij den staat om hulp
mocht komen, dit tegelijk gelegenheid zou geven om
de overgebleven technische punten definitief te regelen.
Het wetsontwerp werd ten slotte aangenomen met 24
tegen 6 stemmen, die van de heeren de Dieu Fontein,
Smit, Rahusen, Messehert van Vollenhoven, Prins en
Tan Goltstein.
Na eenparige aanneming van het wetsontwerp waarbij
de aangevraagde gelden worden uitgetrokkenheeft
de kamer in comité generaal hare huishoudelijke be
grooting voor 1874 behandeld en is zij daarna op reces
gescheiden.
©uitenlanï».
ALGEMEEN OVERZICHT.
Gisteren namiddag heeft de heer de Baragnon zijn
rapport over de machiiging tot de vervolging van den
heer Banc in de nationale vergadering voorgelezen en
is in overeenstemming met de regeering besloten, dat
de discussiën daarover heden zullen plaats hebben.
Het rapport concludeert, zooa's wij reeds gisteren mede
deelden, tot het verleenen der gevraagde machtiging.
De aanvrage der regeering is gegrond op ernstige
feiten, zooals in het rapport gezegd wordt, zij heeft
een gerechtvaardigd doel en het publiek belang eischt
dat de justitie voor allen gelijk zij. De soldaten der
commune zijn gestraft, niets is billijker dan dat ook de
hoefden rekenschap hunner daden afleggen. Teneinde
de preventieve gevangenis te ontgaan is de heer Ranc
naar Londen vertrokken.
Lyon schijnt het 'tmeest te moeten ontgelden, dat
de meerderheid der natie zich volstrekt niet vereenigen
kan met de beginselen der kamermeerderheid te Ver
sailles. "Want niet alleen zal zijn vertegenwoordiger
door de regeering van het sociaal behoud vervolgd en
dientengevolge verhinderd worden om zich van zijn
mandaat te kwijtenmaar ook in geen enkel departe
ment is de pers aan zulke vervolgingen blootgesteld
als in het departement du RLöne. De beperkingen,
waaraan de nieuwe prefect Ducres het debiet van open
bare «reschriften onderworpen heeft, hebben blijkbaar
niet die vruchten gedragen, welke de regeering zich
daarvan voorstelde. Trouwens geen wonder! Lyon zal
door maatregelen van geweld niet van opinie veran-
dereu, en die maatregelen op zich zeiven wekken waar
lijk niet zoo groote bewondering, dat do openbare
meenicg tot inzicht barer dwalingen zou komen. Die
maatregelen hebben niet gebaat, want le Petit Lyon-
nais is bij besluit van gisteren morgen voor tw ee maan
den geschorst. Het is mogelijk dat de regeering van
24 Mei op deze wijze de moreele orde herstelt, doch
waarschijnlijker is het, dat zij baar eigen positie daar
door zoo ondermijnt, dat de heerlijke vruchten van
die mcreele orde haar niet meer in den schoot zullen
vallen, maar ten bate zullen komen van hare opvolg
sters waDneer dezen niet meer last dan voordeel
van deze herstelde orde zullen hebben!
Het linker-centrum der nationale vergadering is sedert
gisteren weder in bet bezit van een bestuur. De heer
Casimir Périer beeft uitdrukkelijk geweigerd de be
noeming tot voorzitter aan te nemen, doch zich zonder
eenig voorbehoud weder bij deze parlementaire fractie
aangesloten. De keuze is thans gevallen op een ander
lid van het laatste ministerie van Thiers, den heer
Léoa Say, terwijl de heeren Labouleye en Scherer-
Kerstrer tot ondervoorzitters gekozen werden.
In de commissie voor het initiatief is gisteren een
belangrijk besluit gevallen. Met eenparige stemmen
heeft zij na eene redevoering van den Parijschen pre
dikant de Pressensé en eenige nadere toelichtingen van
den heer d'Haussonville besloten, om het wetsvoorstel
in behandeling te nemen, waai bij de vrijheid van ver-
eeniging voor elk kerkgenootscbap tot uitoefening van
den ritus erkend wordt. Tot dusverre is in Frankrijk
de uitoefening van eiken godsdienst, behalve de Roomsch-
katbolieke ecredienst, aan zeer beperkende bepalingen
onderworpen.
In den Duitsehen rijksdag is gisteren het ontwerp
tot invoering der rijksconstitutie in Elzas-Lotharingen
met den len Januari 1874 in derde lezing aangenomen.
Omtrent de muntwet en eene beslissing ten aanzien van
de aanhangige drukperswetgeving verneemt men niets.
De beraadslagingen over het Pruisische ontwerp eener
drukperswet zijn, zooals door enkele Beilijnschebladen
werdt medegedeeld, in den Jusüz-Ausschusz van den
bondsraad plotseling gestaakt. Als reden wordt opge
geven dat Beieren geprotesteerd heeft. Waartegen dit
protest gericht is, wordt niet gemeld. Daar de Beier-
sche wetgeving op de drukpers oneindig liberaler geest
ademt dan de in Piuisen vigeerende, is het niet onmo
gelijk, dat Beieren tegen het schandaal protesteerde dat
door de Duitsche regeering in het jaar 1873 een ont
werp werd ingediend, dat van zulken bekrompen en
reactionairen geest getuigt als met het door de Pruisi
sche regeeiing ingediende ontwerp het geval is.
Ten aanzien van de werkzaamheden der koninklijke
commissie, die naar aanleiding van de beroemde rede
voering van Lasker in het Pruisische lagerhuis over de
misbruiken bij het verleenen van spoorwegconcessiën
benoemd werd, verneemt men dat haar rapport gereed
is en dat dit Vrijdag door h3ren voorzitter, den heer
Güotber, aan den keizer zal worden aangeboden. In
middels heeft Wagener entslag uit den staatsdienst en
pensioen aangevraagd. Zooals licht te begrijpen is werd
dit verzoek tct dusverre nog niet beantwoord. Onmid
dellijk na het openbaar maken der knoeierijen had dit
ontslag gegeven kunnen worden, thans zou het ontijdig
zijn omdat het resultaat der enquête tenminste behoorde
afgewacht te worden. Daarbij komt dat von Eismarck,
zcoals het gerucht wil, Wagener gaarne in zijn dienst
wil behouden en nog altijd den moed niet opgeeft om
hem van alle schuld te kunnen schoonwasschen.
Een correspondent van le Temps schrijft uit Madrid
weioig opwekkends over den algemeenen toestand. In
schijn zijn gematigden en iniransiffcnics verzoend en
hebben zij een gelijk deel in de regeering der republiek,
maar leitelijk voeren de laatstee, gesteund door het
gepeupel in do straten, waarvoor de gematigden ieeds
eenmaal weken, den boventoon. Van welken aard
de ongeregeldheden zullen zijn die men verwachten
van welke zijde een coup gedaan zal worden weet men
niet, maar een nieuwe botsing tuascben de partijen zit
in de lucht cn geen inwoner der hoofdstad laat zich
dit uit het hoofd praten. De een spreekt van een mi
litair pronunciamientode ander houdt eene reactie ten
gunste van de ondeelbare conservatieve republiek voor
waarschijnlijk. De telegrafische berichten uit Madrid
v.;n eergisteren spreken daarentegen nog van verscheidene
plannen der nieuwe regeering, o. a. omtrent het leger,
de financiën enz. Zooals de correspondent den toestand
schildert kan het niet zeer lang meer duren of het zal
moeten blijken of hij de zaken al of niet te zwart
voorstelde.
Dinsdag avond heeft de Italiaansche senaat bijna zon
der discussie met 68 tegen 20 stemmen hare goedkeu
ring gehecht aan de kloosterwet voor Rome.
Vermelding verdient ook nog het bericht uit Solo-
thurn, dat aan de groote volksvergadering, welke aldaar
Zondag gehouden werd, door ruim 20,000 personen uit
alle oorden van Zwitserland werd deelgenomen en dat
door haar een ontwerp-bondsconstitutie is aangenomen
die in hare hoofdstrekking niets anders is dan een pro
gramma van bestrijding van het ultramontanisme in
den staat en in de katholieke kerk.
Ranc, afgevaardigde dei Rhöne.
Omtrent den levensloop van den heer Ranc, wiens
vervolging thans door de Fransche regeering gevraagd
wordt, kunnen wij de volgende bijzonderheden medc-
deelen.
Ranc behoort tot dat geslacht, hetwelk van 1848 tot
1851 in het Quartier latin te Parijs de zonderlinge
leerstellingen van de toenmalige democraten en socia
listen inzoog, en van dien tijd dsgteekent ook zijne
kennismaking met mannen als Delescluze (de oudere)
en Jules Vallés. Na den coup d'élat leefde hij stil en
onopgemerkt, totdat hij, zonder zelf recht te weten hoe,
in het zoogenaamde komplót van de Opera comïque werd
betiokken. Een van de aangeklaagden, dien men
sommeerde om al zijn medeplichtigen of hen die met
het plan bekend waren op te noemen, verklaarde, dat
hij Ranc zijn voornemen om op Napoleon te schieten
had medegedeeld. „En wat heeft Ranc geantwoord?"
vroeg men. „Dat ik het plan liever moest opgeven,
want dat ik door mijne bijziendheid toch zon mis
schieten", was het antwoord. Dat was voldoende om
Ranc te verocrdeelen tot deportatie naar Lambessa.
Na het uitvaardigen der amnestie keerde bij terug,
leefde weder zeer rustig en schreef slechts voor bniten-
landsche bladen, totdat Delescluze in 1864 den Réveil
oprichtte. Hierin schreef hij eenige scherpe politieke
artikelcD, doch bewoog zich meest op belletristisch ge
bied; zoo leverde hij bijv. het Theater feuilleton in bet
Journal de Paris, voor welks conservatieve redactie hij
dus toen nog geen steen des aanstoots was. Tevens
schreef bij toen een tendenz-roman, en eenigen tijd
later een tweede, welke beide over de toestanden onder
het keizerrijk handelden.
Na de gebeurtenissen van den 4cn September werd bij
maire in het negende arrondissement van Parijs mairie
Drouot, een der belangrijkste arrondissementen van de
hoofdstad), en uit de populariteit die hij zich in die
betrekking wist te verwerven, zou men moeten opma
ken, dat hij goed administreerde. Toen Gambettanaar
Tours was vertrokken volgde Ranc hem per ballon, en
ook later ging hij met hem naar Bordeaux; op beide
plaatsen was bij minister van openbare veiligheid {chef
de la suretéen in die hoedanigheid was hijevenals
alle Fransche partij-ministersgetrouw aan de leer,
die hij zelf eenmaal had verkondigd„Eene regeering
redeneert niet met hare tegenstanders, maar onder
drukt hen."
Van algemeene bekendheid is het, dat hij den prins
van Joinvilledie zich als gewoon soldaat in het leger
wilde doen opnemen, twee dagen liet opsluiten en
daarna over de grenzen zette. In zijne betrekking meet
hij uitstekend bekend geworden zijn met de archieven
der keizerlijke politie, meer wellicht dan den Bona-
partisten lief is. Den 8en Februari 1871 werd hij te
Parijs gekozen; met Gambetta stemde hij tegen den
vrede en toen deze toch gesloten werd legde hij met
Pyat en Victor Hugo zijn mandaat neder. Naar Parijs
teruggekeerd liet hij tot de uitbarsting van den opstand
niets van zichhooren; bet negende arrondissement stelde
hem candidaat voor de communewaarin hij den 27en Maart
zitting nam. Als lid onderteekende hij al hare eerste
besluiten o.a. ook dat van 7 April betreffende het
nemen van gijzelaars. Onmiddellijk daarna nam hij
zijn ontslag, omdat de commune weigerde met Versailles
in onderhandeling te treden. Hij schijnt namelijk tot
die personen behoord te hebben die den opstand slechts
als middel gebruikt wilden zienom op Thiers pressie
uit te oefenen ten gunste van de definitieve republiek,
en de buitensporigheden der commune-mannen laakte hij
openlijk, reeds lang vóór zij tot moord en plundering
oversloegen. In het geschrift, waarin hij zijnen col
lega's zijn ontslag mededeelt, zegt hij: „Ik wil als
eenvoudig soldaat in de rijen der strijders voor de
commune teruggaan", maar het is van verschillende zij den
bewezen, dat hij nooit aan den strijd heeft deelgenomen.
Toen de opstand ten ondergebracht was en de hoof
den der commune voor een groot deel gestraft en geëxe
cuteerd waren bleef Ranc op vrije voeten en scheen de
justitie hem niet op te merken. Er waren over hem tal
van schrifturen gewisseld en conferentiën gehouden,
zooals de conservatieve pers zeide, en later zou do
rechts ingang die tegen hem verleend moest worden
door de regéering van Thiers weder zijn ingetrokken
en de processtukken ten aanzien van hem zouden thans
met 400 andere bundels papieren spoorloos verdwenen
zijn. Eene interpellatie in December 1871 tot de regee
ring gerichteindigde met de permanente verklaring,
dat zij noch de terechtstelling van Ranc verhinderd,
noch ooit een verzoek om machtiging tot zijne veroor
deeling ontvangen had. De conservatieve pers liet des
niettemin den heer Ranc niet met rust en wist voortdu
rend de aandacht op hem gevestigd te houden.
In conservatieve kringen vreest men hem, zelfs schrijft
men hem meer talent dan Gambetta toe. Wat dit talent
aangaat, een heftig partijstrijder is hij zeker; daar de
stukken in La lépubliqde frac$aise niet onderteekend
worden valt m eilijk iets omtrent zijn nieuwere geschrif
ten te zeggen, maar wat hij vroeger geschreven heeft riekt
ODgetwgfeld ie-.wat Daar kruit. Begaafdheid om meer
dan uitstekend journalistnamelijk staatsman te worden,
kent men hom niet toe. Behalve de journalistiek maakt
hij eene studie van het politievak, en hierin moet hij
zeer bedreven zijn en belangrijke diensten bewezen heb
ben. Naar ziju optreden te oordeelen is hij doctrinair;
tegen maatregelen van geweld zou hij misschien niet
opzien, wanneer hij de macht in handen heeft, maar
een bloedvergieter is hij niet, bij is Jacob ij n maar geen
Montagnard. Do conservatieven vreezen hem, zooals
wij reeds zeidenen daaraan moet het dan ook wel in
de eerste plaats worden toegeschrevendat hij aan de
„moreele orde" eu het „sociale behoud" ten offer ge
bracht wordt.
Hij heeft echter een gunstig antecedent voor zijn vrij
spraak. Ulysoe Parent trad denzelfden dag als lid van
de commune *.p als Rancdenzelfdea dag als hij uam
hij zijn ontslag eu dezelfde besluiten zijn door beiden
onderteekend; de krijgsraad te Versailles heeft Pa-
rent vrijgesproken.
ijcmïtclst'cricljten.
GRAANMARKTEN ENZ.
Oostburg, 38 Juni. De aanvoer van granen was
heden wel niet ruim, doch van tarwe en gerst grooter
dan men in dit seizoen en in verband met de aanbie
dingen der laatstelijk gehouden markten kon verwach-