MIDDELBURGSCHE
COURANT.
F 126.
Dinsdag
1873.
27 lei.
Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2eE Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
De prijs per 3/m., franco is f 3.50.
Middelburg 20 Mei.
De kiesvereeniging Nederland en Oranje te Utrecht
heelt tot kandidaat voor het lidmaatschap van de tweede
kamer der staten-generaal den heer mr. J. Messchert
van Vollenhoven gekozen.
Door de kiesvereeniging Vrijheid en orde te Deven
ter is mr. W. H. Dullert candidaat gesteld voor het
lidmaatschap der tweede kamer.
Door de kiesvereeniging Vrijheid en orde te Harlingen
is tot candidaat voor de tweede kamer gesteld de heer
Hingst, aftredend lid.
De kiesvereeniging Burgerplicht voor Bergen-op-
Zoom en omstreken heelt den heer N. R. H. Guljé
metalgemeene stemmen gekozen tot candidaat voor
de tweede kamer, ter vervanging van den heer
Luyben.
In het kiesdistrict Amersfoort is door de onlangs
opgerichte liberale kiesvereeniging mr. W. R. Boer
candidaat gesteld voor het lidmaatschaap der tweede
kamer.
Te Zutfen is prolessor B. J. L. baron de Geer van
Jutpbaas als candidaat der kiesvereeniging Nederland
en Oranje gekozen.
Ofschoon de heer mr. E. du Marchie van Voorthuysen
verklaard heeft de candidatuur voor de tweede kamer
niet meer te willen aanvaardenheeft de Utrechtscbe
kiezersvereeniging toch gemeend dien heer candidaat
te moeten stellen voor de verkiezing op 10 Juni.
Ook de algemeene kiezersvereeniging in het hoofd
kiesdistrict Breukelen heeft den heer du Marchie van
Voorthuyzen opnieuw candidaat gesteld.
De verkiezing van een lid voor de tweede kamer
der staten-generaal in het kiesdistrict 's Gravenhage,
noodig wegens het aannemen der benoeming tot gou
verneur der kolonie Suriname door jonkheer C. A. van
Sypesteijn, zal plaats hebben op Dinsdag 10 Juni a.
De gemeenteraad van Middelburg zal op Woensdag
den 28cn dezer, des namiddags te 2 ureneene openbare
zitting bouden ter behandeling der volgende zaken
missive van gedeputeerde staten vau Zeelandgoedkeu
ring raadsbesluiten; adres mr. A. J. van Deinse, daarbij
verzoekende eervol ontslag als leeraar aan de burger
avondschool. Voorstellen burgemeester en wethouders
a af- en overschrijving van eenige posten der gemeente-
begrooting over 1872; b wijziging politie-verordening,
intrekkiDg van hoofdstuk V voorzorgen bij heerschende
ziektene concept-verordening op het vervoer van lijders
aan besmettelijke ziektenvaststelling kohier der hon
denbelasting 1873.
Blijkens het bestek voor de op 5 Juni a. te 'sGraven
hage te houden aanbesteding van het bestraten met
Belgische keien van een gedeelte van het terrein achter
do bazaltkaai te Middelburg, verkrijgt die bestrating
eene doorgaande breedte van 10 meter, gemeten uit
de achterzijde der dekzerken van den bazaltmuur, met
de noodige vevbreedingen volgens aanwijzing op de
asnsluitingen met beslaande wegen. Er moet 6550 vier -
kaute meter bestrating gelegd worden. Vóór 1 Octo
ber a. moet het werk geheel voltooid opgeleverd worden
en met 1 Augustuster plaatse waar de eerstaanwezend
ingenieur bet zal voorschrijven, eene aaneengesloten
lengte van 300 meter bestraat zijn. De begiooting is
34,230.
Jl. Vrijdag is te Heiligerlee het gedenkteeken ont
huld, opgericht ter herinnering aan de op 23 Mei 1568
op de Spanjaarden behaalde zegepraal. De koning,
alsmede de prinsen Frederik, Hendrik en Alexander,
waren daarbij tegenwoordig. Het feestterrein gaf een
aangenamen indruk. Jammer slechts dat regen en
wind zulke leelijke parten speelden, niet het minst aan
een twintigtal in bet wit gekleede jonge dames, die
met bloemen gevulde kolfjes droegen.
Te ongeveer half drie uur verschenen de koning en
gevolg op het terrein. Professor Hofstede de Groot
hield een kernachtige feestrede, waarin hij sprak van
de beteekenis van Heiligerlee met betrekking tot ons
vorstengeslacht, tot onze natie en tot God. Sprekers
rede werd afgewisseld en besloten met het zingen door
alle aanwezigen van coupletten uit onze volksliederen,
te voren in afdruk uitgereikt. Vervolgens werd het
omhulsel van het gedenkteeken weggenomen. Het is
een groep van drie figuren op een verheven voetstuk:
graaf Adolf van Nassau, doodelijk gewond tegen de
Nederlandsche maagd leunende, terwijl hij het gebro
ken zwaard in de hand houdt met het vaand el waarop
de leus „herwinnen of sterven" in het Latijn te lezen
staat; de Nederlandsche maagd in fiere houding en
vastberaden, en nevens baar de Nederlandsche leeuw,
met opgerezen manen, den rechter-voorpoot zettende
op de door Filips geschonden privilegiën en gereed om
ze te verdedigen.
Na den heer Hofstede de Groot dioeg de hoogleeraar
W. Hecker een gespierd gedicht voor, en tegen 4 uren
uren keerden de koning, de prinsen en een groot aan
tal feestgenooten terug naar het feestelijk getooide
Winschoten.
Eergisteren namiddag zijn de koning en de prinsen
Onze Haagsche correspondent schrijft ons het
volgende
„Langzamerhand begint er eenig leven te komen in de
verkiezingswereld. Onze Haagsche kiesvereenigingen
schijnen het, nu de verkiezing over 14 dagen moet
plaats hebben, tijd te achten om eens over een candi
daat te gaan denken. Althans de liberale en de con
servatieve vereenigingen hebben tegen Maandag en
Woensdag vergaderingen belegd; reeds heb ik in de
dagelijksche conversatie sommige namen hooren noe
men, maar 't bleef bij onbestemde vermeldingen en een
door de algemeene stem aangewezen candidaat schijnt
er in geen der beide kampen te staan. Anders is het
bij de ortfcodox-protestantsche Anti-school wetverbon-
denen; daar staat de voormalige resident van Timor,
thans straatprediker in den Haag, Esser sedert weken
reeds op de muren van Sion. De heer Esser is een man
die uitstekend de kunst verstaat de preparer une candi
dature. Sedert jaar en dag geeft hij in straten en plei
nen, bij pompen en aan lantaarnpalen de doorslaande
blijken dat hij de kunst van in 't publiek te spieken
wèl verstaat en zich ook niet'af laat schrikken door
de zekerheid van teleurstelling, een eigenschap die in
deze dagen in de tweede kamer te pas kan komen;
geen Haagsche kiezer of hij heeft hem bij zijne straat-
predikatiën, die zelfs iu de Fransche Illustratie zijn af
gebeeld geweest, van aangezicht gezien. Vroeger stond
de heer Esser op de Haagsche kermis met eene kraam
waarin bij zonder betaling zijne oithodoxie aan de ge
gadigden ten beste gaf. Met deze kermis was dit ech
ter het geval niet, wat, vooral met het oog op 's mans
te verwachten candidatuur, sommigen verwonderde.
Had de heer Esser de concurrentie tegen de ge
dresseerde olifanten en leeuwen van het Amerikaan-
sche circus niet aangedurfd? vroeg men; zag hij in
dat de sigarenbondskraam de Anti-schoolwetsbonds-
kraam overschaduwen zou? Men vermoedde echter
niet wat de heer Esser in zijne boite a surprises had.
Hij had een nieuw middel gevonden om zijn naam
voor de oogen van het publiek te houden. Hij
opende dood eenvoudig in een der Haagsche adver
tentieblaadjes een polemiek in advertenties met een
predikant over de quaestie of de zoogenaamd moderne
protestanten al dan niet „akelig en vloekende" plegen
te stervende uitgever van het advertentieblad zag
waarschijnlijk de bedoeling van den oud-resident vau
Timor Diet in of wel hij behoorde tot zijne politieke
tegenkanters, want veertien dagen voor de verkiezing
sneed hij wreedaardiglijk den draad der polemiek af
met het bericht dat „over dit onderwerp" geen verdeie
advertentiën zouden geplaatst worden.
„De heer Esser is niet do eenige Hagenaar op het can-
didatenlijstje van bet Anti-schoolwetverbond, naar ik
zie. Ook de heer van den Berch van Heemstede, die
na ontelbare échecs te Leiden naast den heer van Was-
senaer is komen te zitten, welke laat3te evenals de heer
van den Berch non vi sed saepe cadendo zijne plaats in
de kamer veroverd heeftgeniet die eer met zekeren
heer van Velsen die voor eenigen tijd alhier een boek
winkeltje heeft geopend. Verder ken ik den laatstge
noemde niet, maar de candidatuur van den heer van
den Berch van Heemstede wijkt in zooverre van de
usantie der anti-schoolwetmannen af, dat zij inzake van
het onderwijs der kinderen 't lielst hunne woordvoerders
zoeken in ongehuwde oude jongeheeren of in heeren,
wier echt niet met kinderen gezegend is. Ik noem Groen
van Priosterer, van Wassenaer van Catwijck, Biehon
van IJsselmonde, de namen dier heeren zijn te lang
om er meer bij te voegen.
„Van lange namen gesproken, de heer du Marchie
vau Voorthuysen is dus al weder candidaat te Utrecht.
Een vreemd verschijnsel voorzeker, en dat van niet
veel politieke ontwikkeling blijk geelt, dat eene con
servatieve kiesvereeniging een candidaat stelt die ver
klaard heeft niet langer de candidaat der conservatieven
te kunnen wezen; bijna even vreemd als dat de candi
daat in quaestie zich na zulk eene verklaring toch eene
conservatieve candidatuur laat aanleunen. Trouwens
dit laatste wekt minder verbazing. Zooals ik reeds
hoorde zeggen: Voorthuysen heeft wel bedankt, maar
du Marchie zal de candidatuur zeker aannemen. Dub
bele namen zijn gevaarlijk voor de eenheid van een
politiek man. Men denke aan de Bosch en Kemper, die
't nooit eens waren, aan Nedermeijer en van Rosenthal,
Av&afvan de een liberaal en de ander anti-revolutionair
was, en aan zoovele anderen.
„Voor het zuiver persoonlijk incident-de Roo hebt
ge reeds zooveel ruimte over gehad, dat ik daarover
niet meer uitweid. Twee opmerkingen slechts voeg ik
bij hetgeen door u reeds opgemerkt werd: 1° niet het
feit dat er bevordering gevraagd zou zijn of eene bereid
verklaring gegeven om casu quo bevordering aan te
nemen staat ter beoordeeling, maar het verband tusscben
het gebeurde en de tegenover het ministerie aangenomen
„offensieve stelling"; 2° wat was het dat de heerKap-
peyne, die uitstekend weet wat hij zeggen of zwijgen
kan in 'tbelang van clienten, nuttig oordeelde van het
verhandelde in de conferentie van 12 Mei te verzwijgen
wegens de „kieschheid jegens den minister in acht te
nemen"? Wanneer men zulke dingen publiek maakt,
behoort men niet terug te deinzen voor volledige publici
teit. Geen licht is anders oneindig beter dan halt licht."
Door de kamer van koophandel en fabrieken te
's Gravenhage is een voorstel gedaan tot schikking van
het geschil tnsschen de sigarenfabrikanten en de siga
renmakers. In dat voorstel staat het behoud van het
Nederlandsch sigarenmakersverbond op den voorgrond.
Aan de werklieden wordt evenwel in overweging ge
geven meer dan tct heden het geval is in de statuten
te doen uitkomen dat bevordering van de zedelijkheid
in hun bedoeling ligt. Ook de wenschelijkheid van
een loonsverhooging in het sigarenmakers vak wordt
door de commissie erkend.
Dat de patroons elkander getuigenis verstrekken
aangaande het gedrag hunner werkliedendaarin ziet
de commissie niets onbillijks.
In de Staats-courant van Zondag 25 en Maandag
26 dezer is opgenomen het aan den koning uitgebracht
verslag der koninklijke academie van wetenschappen
BENOEMINGEN EN BESLUITEN.
marine. Eervol uit den zeedienst ontslagen, op ver
zoek, de luitenant ter zee 2° klasse L. Voute.
leger. Overgeplaatst in rang bij het wapen der
infanterie van het leger in Oost-Indië de le luitenant
J. M. Romijn van het 2® regiment infanterie.
ONDERWIJS.
Benoemd tot leeraar in het Hoogduitsch aan het
stedelijk gymnasium te Leeuwarden de heer F. F. W.
Kochleeraar in de Hoogduitsche taal- en letterkunde
aan de rijks hoogere burgerschool aldaar.
MARINE EN LEGER.
De kapitein-luitenant ter zee M. 0. de Kanter, laatst
behoord hebbende tot de zeemacht in Oost-Indië, en,
wegens langdurig verblijf aldaar, den 20en dezer in
Nederland teruggekeerd, wordt met dien datum op
nonactiviteit gesteld.
GEMENGDE BERICHTEN.
Dezer dagen zijn een paar curieuse stukken door
den druk publiek gemaakt. Het eene is eene circu
laire bevattende een „Oproep" van de heeren W. Ansing
te Amsterdam, en Aug. Vandekerkhove, te Brussel,
waarin zij het volgende te kennen geven: „Eenige
geestverwanten van Noord- en Zuid-Nederland heb
ben zich vereenigd en in princiep het volgende pro
gramma aangenomenArt. 1. Er is bondgenootschap
ingericht. Art. 2. Tusschen de democraten van
Noord- en Zuid-Nederland. Art. 3. Tot het vestigen
eener federale republiek. Art. 4. Der tegenwoordige
of toekomende provinciën van Noord- en Zuid-Ne
derland." Zij wenden zich tot „alle democratenvolks
mannen en volksmaatschappijen, en noodigen hen drin
gend uit aanwezig te willen zijn of zich te laten ver
tegenwoordigen op het inrichtend bondcongres, hetwelk
zal gehouden worden op 1 Juni, zijnde eerste Sinxen-
dag, te Amsterdam." Het andere stuk voert den
weidschen titel van „Manifest". Daarin protesteert de
Amsterdamsche afdeeling der Internationale vereeniging
van werklieden tegen de voortzetting van den corlog
tegen Atsji, als id strijd met „de zedewet" en „de