löuitmlanö. 802. 24° 1 hectare 29 aren 30 centiaren weiland in de gemeente Sint Laurens, 25° 1 hectare 21 aren 75 centi aren weiland en sprink aldaar en 26° 1 hectare 26 aren 33 centiaren weiland en sprink aldaar. Samen verkocht voor 5940. 27° 1 hectare 30 aren 30 centiaren weiland in de gemeente Vrouwepolder. Verkocht voor 1700.28° 2 hectaren 7 aren 60 centiaren weiland aldaar en 29° 1 hectare 46 aren 70 centiaren weiland aldaar. Samen verkocht voor 4975. Het totaal dezer verkcoping bedraagt 48,864.75. Gisteren is te Krabbendijke te koop aangeboden de in die gemeente gelegen hofstede genaamd Welgelegen, met verschillende perceelen bouw-en weiland, boomgaarden dijken in 31 perceelen, te weten: le perceel, bestaande uit genoemde hofstede met 24 hectaren 37 aren 80 centiaren bouwland, weiland en boomgaard; 2e perceel 2 hectaren 2 aren 50 centiaren weiland, beiden in den Maagspolder; 3C perceel 1 hectare 92 aren 60 centiaren weiland in den Monnikenpolder; 4e perceel 8 hectaren 91 aren 30 centiaren weiland aldaar: 15e perceel 2 hectaren 83 aren 28 centiaren bouwland in den polder van Krabbendijke; 16® perceel 2 hectaren 70 aren 60 centiaren bouwland aldaar; 17e perceel 2 hectaren 40 aren 70 centiaren bouwland aldaar; 18c perceel 1 hectare 45 aren 91 centiaren bouwland aldaar en 19e perceel een arbeiders woonhuis met weiland en tuin aldaar. Samen verkocht voor 120,180.50. 5C perceel 1 hectare 89 aren 60 centiaren bouwland in den Monnikenpolder. Verkocht voor 3,450.72. 6C' perceel 4 hectaren 10 aren 10 centiaren ouwland aldaar; 7e perceel 4 hectaren 13 aren 50 centiaren bouwland aldaar en 8C perceel 4 hectaren 10 aren 30 centiaren bouwland aldaar. Samen verkocht voor 26,158.68. 9° perceel 2 hectaren 99 aren 20 centiaren ouwland in den polder van Krabbendijke. Verkocht voor f 6,208.40. 10® perceel 4 hectaren 79 aren 40 centiaren bouwland aldaar. Verkocht voor 8,389.50. lle perceel 1 hectare 94 aren 20 centiaren weiland aldaar. Verkocht voor 3,592.70. 12e perceel 4 hectaren 17 aren 80 centiaren bouwland aldaar. Verkocht voor ƒ6,684.80. 13e perceel 1 hectare 13 aren 30 centiaren weiland aldaar. Verkocht voor f 2.832.50. 14e perceel 3 hectaren 93 aren bouwland aldaar. Verkocht voor 6,288. 20e perceel 1 hectare 81 aren 90 centiaren bouwland in den polder van Krabbendijke. Verkocht voor 3,365.15. 21e perceel 12 aren 20 centiaren bouwland aldaar. Verkocht voor 158.60. 22e perceel 2 hectaren 94 aren 40 centiaren weiland in de gemeente Ivruiningenin Stiershoek. Verkocht voor 4,048. 23® tot en met 31e perceel, bestaande uit 20 hectaren 13 aren 77 centiaren dijken in de gemeenten Krabbendijke en Kruiningen. Samen verkocht voor f 11,580. De gebeele opbrengst dezer verkooping bedraagt 202,937.55. Het vroegere ijkkantoor te Goes, behoorende aan de gemeente Goes, is eergisteren voor ƒ1570 verkocht. Gisteren heeft de directie der Breede watering bewesten Yerseke getracht aan te besteden le perceel, het leveren, maken en zinken van 14400 meters rijs zinkstuk (8 stukken) met 1080 Ms vlet- grond en 3320 scheepston gewone vilvoordsehen steen. Afgemijnd door A. Volker, te Sliedrecht, voor 41,500. 2® perceel, overstorting van eenige oude zinkstukken en tot bestorting der bovengemelde zinkstukken te leveren: 15,675 scheepston Doorniksche of bazaltsteen, 8055 scheepston afval van Doorniksche of Lessinesche steen. Afgemijnd door G. Dekker, te Sliedrecht, voor ƒ87,000. In massa was de minste inschrijver H. Hage te Bruinisse voor 134,000, doch het werk is niet afgemijnd. STATEST-GENERA AL. EEESTE KA MEE. Avondzitting van Woensdag 18 December. Naar aanleiding van het bericht betrekkelijk het overlijden van den minister van staat Schimmelpenninck van der Oij°, lid der kamer, bracht de voorzitter hulde aan de nagedachtenis van den staatsmandie zich ge durende tal van jaren jegens het vaderland verdienste lijk maakte en zich in aller vriendschap en achting mocht verheugen. De door de tweede kamer laatstelijk aangenomen wetsontwerpen zijn ingekomen en naar de opnieuw samengestelde afdeelingen verzonden. TWEEDE KA MEE. Zitting van "Woensdag 18 December. {Nader verslag.) Bij de voortzetting der beraadslaging van hoofd stuk VHi (financiën) der staatsbegrooting voor 1873 werd een groot aantal speciale punten besproken, en wel hoofdzakelijk de volgende: Overlegging van statistieke bescheiden in het belang van handel en scheepvaart, waarom de beer Tak ver zocht, en waaromtrent de minister beloofde een onder zoek in te stellenomdat hij niet wist of ze wel aan zijn departement voorhanden zijn. Verhooging der bezoldiging van de kommiezen bij de directe belastingen, waarop de heer de Lange aan drong, die door de heeren Godefroi en Idzerda werd ondersteund. De minister erkende dat de bezoldigingen laag zijn, maar daar het eene zaak van grooten omvang is, heeft den minister de tijd nog ontbroken, om haar te onderzoeken. Intusschen weigerde de minister thans de begrooting te verhoogen met een post voor dat doel. De maatregel bij koninklijk besluit van 14 Septem ber jl. genomen met betrekking tot de gemetileerde alcohol, welke bestreden werd door den heer de Lange en verdedigd werd door den heer Idzerda en den minis ter, die verklaarde dat althans van geen misbruiken aan zijn departement gebleken was. De bevoorrechting van de beetwortel-suikerfabrikanten boven de raffinadeurs van koloniale suiker, door den heer Jolles aangetoond, welke de minister niet ontkende. Vóór 31 Juli 1873 moet echter de aanslag worden her zien, zoodat dan wijziging in die bescherming moge lijk zal zijnoverigens wees de minister ook op de voordeelen van het internationaal suikertractaat voor de raffinadeurs. De St. Agatha-goederen, door den heer Lenting ter sprake gebracht, die op nieuwe regeling op grond der rechtvaardigheid aandrong, maar tegenspraak vond bij den heer Luyben, die meende dat de vraag wat rechtvaardig wasmoeilijk te beantwoorden is zonder diep in de quaestie door te dringen. De minister lichtte de zaak met eenige historische herinneringen toe. De afdamming van het Slaakover de vertraging in welk werk de heer van Kerkwijk zich beklaagde. De heer Stieltjes lichtte de zaak toe. De heer Blussé verdedigde de vorige regeering. De minister had door zijne talrijke werkzaamheden nog niets aan de zaak kunnen doen, oordeelde dat de zaak zeer moeilijk was, maar dacht toch dat binnen eenige dagen eene trans actie tusschen den staat en de ambachtsheeren zou kunnen plaats hebben. De qualiteit van het zegelpapier. Bij het betrekke lijk artikel was de minister de eenige spreker daarover, die tot de kamer de vraag richtte wie de „men" was die in het verslag heeft durven beweren, dat het slechte papier goed- en het goede afgekeurd werd. Niemand antwoordde terug. Maar aan het slot der zitting kwam de heer Wintgens, lid der commissie van rapporteurs, op die zaak terug, met de verklaring, dat onder „men" verstaan moest worden een groot aantal leden, die eene menigte klachten over de slechte qualiteit van het zegelpapier hebben geopperd. De slechte toestand van het Haagsche Bosch. De heer Wintgens waarschuwde tegen het opvolgen van het advies van den heer von Petrold. De heer Saay- mans Yader ried draineeren aan. De heer Begram wees meer bepaald op den slechten toestand van het bosch grenzend aan 't Malieveld. De minister ver klaarde de denkbeelden van den heer von Petrold vol strekt niet te zijn toegedaan, en het denkbeeld der draineering wel te willen overwegen, mits het niet te veel koste. De slechte bezoldiging van brievengaarders ten plat ten lande, van de loopeis aldaar, die zelfs hun eigen tasschen moeten betalenwelke punten breedvoerig door de heeren Bergsma, Yader, Begram en van Loon wer den aangedrongendie daarin de oorzaken aanwezen van trage, ongeregelde en niet secure bestelling der brieven. De minister verzekerde dat daarin zooveel doenlijk door de administratie wordt voorzien. Ter verbetering der te lage bezoldigingen was op deze be- grooting reeds iets gedaan. De slechte post-communicatiewaarover door den heer Pyls werd geklaagd in 't bijzonder met het oog op de gemeenschap tusschen Holland en Limburg, die daarbij aantoonde boe de postdienst verslimmerde naar mate spoorweg-aansluiting verbetert en hoever wij daar omtrent ten achter zijn bij bet buitenland. De minister erkende dat de toestand met 1 November jl. slechter was geworden en gaf daarvan de schuld aan de slechte verbinding tusschen Rotterdam en Feijenoord. Het is in overweging daarin door postkanen le voorzien, maar men wil nog eerst afwachten of eene in overweging zijnde nieuwe dienstregeling op het zuidernet tot stand zal komen. De gelegenheid om op postwissels de oorzaak der overmaking van het geld te vermelden, waarop de heer Begramaandrong. De minister beloofde daartoe ge legenheid te zullen geven, als de voorraad formulieren zou zijn opgebruikt. De gebrekkige postkantoren in groote steden, speciaal te Amsterdam, waarop de heer van Loon wees. De minister opende het uitzicht op de inrichting van bij-postkantoren in de hoofdstad. Enveloppen, met ingedrukte postzegels, welke de heer van Loon wenschelijk achtte, maar de minister meende dat wie daaraan behoefte gevoelde even goed een pak enveloppen met postzegels kon doen beplakken. De diefstal van een postpakket door den conducteur Dikkens op den Rijnspoorweg. De heer Godefroi vond het onverantwoordelijk de postpakketten zoo maar aan Jan en alleman toe te vertrouwen. De minister meende dat de Rijnspoorweg-maatschappij niet Jan cn alleman is. De onvoldoende post-communicatie tusschen Rotter dam en Brielle, waarin de heer Rombach verbetering vroeg, welk verzoek de minister beloofde te overwegen. Het plaatsen op de adressen der telegrammen van de namen der plaatsen van afzending, wat de lieer van TVassenaer wenschelijk achtte, maar de minister en de heeren de Jong, Sandberg en Blom waren het daarmee niet eens. De ingenieur van den algemeenen dienst bij de rijks telegraaf. De heer Idzerda betwijfelde of die ambte naar wel noodig is. De minister verklaarde met de werkzaamheden van dien ambtenaar niet bekend te zijn, maar te zullen onderzoeken. Hiermede is de bogrooting tot en met art. 56 goed gekeurd en gevorderd tot de ai'deeling „eerediensten", welke in de volgende zitting zal behandeld worden. In deze zitting werd nog met 42 tegen 21 stemmen aangenomen zoodat een gewijzigd voorstel van den heer Gratama niet in stemming kwam de conclusie der commissie van rapporteurs op de nadere inlichtin gen van de regeering op het adres van den heer J. van Gilse, predikant bij de doopsgezinde gemeente te Gro ningen, in zake kinder-, school- en academie-gelden. Zitting van Donderdag 19 December. {Per telegraaf.) Bij de algemeene beraadslagingen over de afdeeling eerediensten van hoofdstuk Vlli (financiën) der staats begrooting voor 1873 hebben de heeren Saaymans Vader, van der Does de Willebois, van Lijnden van San den burg, de Brauw, de Smidt, Jolles, Arnoldts, C. van Nispen en Lu'j ben het woord gevoerd. Met uitzondering van den heer de Smidt hebben allen het stelsel van den minister bestreden, die bet vervolgens kor tel ijk heeft verdedigd. De artikelen 57 tot 62 van hoofdstuk VIIó werden goedgekeurd. De discussiën over het amendement van den beer van der Maesen de Sombreff, betreffende de posten voor traktementen voor nieuwe standplaatsen en ver hoogingen en toelagen aan geestelijken, zijn aangevangen. Nadat de heer van der Maesen 'zijn amendement had toegelicht werd het door de heeren C. van Nispen en Verheijen verdedigd. Morgen zullen de discussion worden voortgezet. GEMEENTERAAD VAN ZIERIKZEE, Zitting Aau Dinsdag 17 December. Tegenwoordig 9 leden. Na onderzoek en goedkeuring der geloofsbrieven van het onlangs gekozen raadslid, den lieer U. J.S. J. Blom, wordt tot zijne toelating besloten. Wordt gelezen een brief van burgemeester en wet houders van Goedereede aan den raad van Zierikzee, houdende adhaesie aan het plan tot oprichting eener burgerschool te Zierikzee, en voorts medegedeeld dat gelijke brieven van adhaesie, aan burgemeester en wet houders dezer gemeente gericht, zijn ingekomen van de gemeentebesturen van Noordgouwe, Burgh, Haam stede, Nieuwer kerk en St. Annaland, die bij de reeds ingelcomene zullen worden gecolligeerd. Reeds vroeger waren brieven vau gelijke strekking ontvangen van de gemeentebestuien van Eikerzee, Ellemeet, Oawerkerk, Kerkwerve, Zonnemaire, Dreischor, Bruinisse en Oos- terland. De voorzitter geeft kennis dat sollicitatiën naar de betrekking van afslager en collecteur van aard- en boomvruchten, sedert de vorige raadsvergadering waren ontvangen van J. C. van Tetterode, J. van Hesten, M. S. Polak, C. Patei'ik en J. Baars, welke bij do reeds ingekomene worden gevoegd. (In de vorige zitting is medegedeeld dat. sollicitatiën naar die betrekking waren ingekomen van C. M. Le Sage ten Broek, M. Leeuwe, A. Tuijte, H. Abels en H. J. van den Berge.) ALGEMEEN OVERZICHT. Ondanks de verzekeringen van le Bien public en le Temps, dat de groote conslitutioneele commissie met den besten geest van verzoening bezield is, zoekt men overal te vergeefs naar eenig feitelijk bewijs om dit beweren te staven. La Gazette de Paiis en andere organen der rechterzijde bekomen meer en meer van hunne bedwel ming waarin de redevoering van Dufaure hen gebracht heeft. Twee a drie dagen hebben zij in de illusie ver keerd, dat zij overwinnaars waren en de regeering naar hunne zijde was overgeloopen, bij nader inzicht hebben zij echter bespeurd dat de redevoering van Thiers, Maandag in de vergadering der commissie-Dufaure uit gesproken, volstrekt niet zoo vriendschappelijk is als zij oorspronkelijk meenden. De meerderheid der commissie is volstrekt niet voldaan over die redevoering, zeggen zij, en is van oordeel dat het conflict tusschen de re geering en de kamer ernstiger is dan ooit. De rcpublikeinsche bladen zijn eveneens hoogst onte vreden over de dubbelzinnige houding der regeering die den éenen dag verzekeringen geeft welke een der ministers den volgenden dag weder intrekt of althans illusoir maakt. De regeering staat dus niet meer alleen tegenover de rechterzijde, maar heeft ook nog een groot deel der linkerzijde van zich vervreemd. Zeer terecht, gelooven wij, zegt dan ook la Gazette de Paris dat de klove tusschen de vijanden van 29 November wijder is dan ooit. De manoeuvre van Thiers ia blijkbaar mislukt, want de monarchalen liepen wel in den val maar bespeurden spoedig hunne dwaling. De redevoering van Maandag moge een handige kunstgreep zijD, omdat men daarin evenzeer een vasthouden aan de presiden- tieele boodschap als aan de speech van Dufaure kan zien, de toeleg is echter mislukt. De zitting der commissie van gisteren bewijst dit. Thiers woonde die niet bij, hoewel de officiense bladen dit Dinsdag avond nog verzekerden. Een voorstel van den heer Aragoom de twee subcom- missiën welke in de voorlaatste zitting gevormd werden samen te 3melten, om een bewijs van inschikkelijkheid aan Thiers te geven en te toonen dat men van de af zonderlijke regeling der ministerieele verantwoordelijk heid afzag, werd verworpen. Vervolgens besloot zij geene algemeene vergadering meer te houden zoolang de sub-commissiën met hare werkzaamheden niet gereed wa ren. Verder schijnt uit de inlichtingen van de monarchale leden der commissie opgemaakt te moeten worden, dat deze hoegenaamd geen haast zal maken met haar rap port en dat, al vereenigt zij zich met het denkbeeld tot stichting eener tweede kamer, die kamer echter eerst na de ontbinding der bestaande kamer ia werking zal treden. M. a. w. wanneer ook de volmachten van Thiers zijn afgeloopen, zoodat die kamer hem geene diensten meer zal kunnen bewijzen. Dit is dan de coaciliatie welke le Bien public nog steeds blijft waarnemen! Men draait in een cirkel, welks

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 2