58 tegen 5 stemmen. Tegen steraden de heeren Ileyden-
rijck, NierstraszIloffman, Heemskerk en Begram.
Na aanneming van het wetsontwerp tot wijziging der
begrooting voor de gestichten Ommerschans en Veen-
huizen dienst 1872is de vergadering gescheiden tot
18 November a. wanneer de staatsbegrootingaan de orde is.
Naar aanleiding van hetgeen in het midden is ge
bracht bij het afdeelings-ondcrzoek van hooidstuk VIlb
der staafsbegrooting voor 1873 is de commissie van rap
porteurs voor dat hoofdstuk (de heeren Blom, Tak,
Lepting, van Kuijk en Wintgens) met den minister
van financiën in schriftelijk overleg getreden omtrent
twee punten.
Zij stelde toen 1° de vraag: of de regeering genegen
is om aan eenen geregel den maildienst tusschen Neder-
landsche en Engeische of Noord-Amerikaansche havens,
bijaldien deze door naar hare meening soliede personen
binnen eeno niet al te lang tijdsverloop wordt op touw
gezet, voor zooveel van haar afhangt, geldelijken steun
uit 's rijks schatkist te verschaffen
De minister geeft in zijn antwoord te kennen dat deze
vraag wegens hare onbestemdheid moeilijk beantwoord
kan worden.
Bij elke aanvraag om subsidie voor dergelijke onder
nemingen moet zoow -1 op de beschikbare middelen wor
den gelet als op andere behoeften, voor wier vervulling
de hulp der schatkist wordt ingeroepen, en het behoort
uitgemaakt te zijn, dat de zaak aan particuliere krach
ten kan worden overgelaten. Ook moet worden verme
den dat door het verleenen van subsidie de particuliere
ondernemingsgeest wordt verlamd of gedood.
„Kortom, bij de beslissing over aanvrage van gelde
lijken bijstand voor ondernemingenals in de gestelde
vraag worden bedoeld, moet op zoovele zaken en omstan
digheden gelet worden, dat een bepaald bevestigend of
ontkennend antwoord op de in vele opzichten zeer on
bestemde vraag niet kan gegeven woiden, maar de re
geering zal bij het ontvangen van bepaalde aanvragen,
belangstellend overwegen of en in welke mate aan een
verzoek om hulp zal kunnen worden voldaan."
De tweede vraag aan den minister gesteld luidt
aldus
„Is de weglating der posten traktementen voor
nieuwe standplaatsen en verhoogingen, voorkomende
onder de art. 63 en 73 der begrooting voor het loopende
dienstjaar, een eerste stap om tot een jaarlijksche uit-
keering der aan de kerkgenootschappen van rijkswege
verstrekte gelden te geraken'? Zoo ja, zal hij spoedig
door verdere stappen worden gevolgd'?"
In zijn antwoord geeft de minister te kennen dat hij
de bedoelde posten heeft weggelaten, omdat hij van
oordeel is, dat het verhoogen der bijdragen uit de
schatkist ten behoeve van de bezoldiging der gods
dienstleeraars moet worden gestaakt. Het beginsel van
scbeidiog van kerk en staat, dat hier te lande in de
laatste jaren meer en meer in practijk is gebracht,
vordert dat ook aan dè financieele betrekkingen tusschen
kerk en staat geene uitbreiding worde gegeven en geene
nieuwe banden worden aangeknoopt.
„Teneinde gelijke bescherming en gelijk recht voor
alle kerkgenootschappen en voor alle geloofsovertuigin
gen tot een waarheid te maken, moet de staat zich
vooral nu, bij het groote verschil van inzicht, dat zich
allerwege in het godsdienstig en kerkelijk leven open
baart, zooveel mogelijk onzijdig houden, ook wat gel
delijke ondersteuning betreft.
„De tot dusverre gevolgde weg moet daarom niet
verder worden gevolgd en met eerbiediging van ver
kregen rechten en bestaande toestanden moeten geene
nieuwe sommen worden beschikbaar gesteld voor
nieuwe of verhoogde jaarwedden van godsdienstleeraars.
„Het staken der velhooging van de uitkeeringen uit
's rijks schatkist ten behoeve der jaarwedden brengt
intusschen nog niet mede eene verandering in de wijze
van uitkeering van hetgeen tot nogtoe genoten werd
en in zoover is het voorgestelde op zich zelf niet te
beschouwen als een eerste stap om tot een vaste jaar
lijksche uitkeering, der aan de kerkgenootschappen van
rijkswege verstrekte gelden te geraken. Terwijl de
minister de rechtmatigheid en wenschelijkheid van zulk
eene uitkeering hetzij jaarlijks, hetzij in eens, als
gecapitaliseerd bedrag, ter vervanging van hetgeen de
staat nu bijdraagt tot de bezoldiging van godsdienst
leeraars, in beraad wenscht te houden, zal intusschen
het staken van veidere uitbreiding der geldelijke hulp
in dit opzicht eene eindregeling der financieele betrek
kingen zeker zeer in de hand werken."
GEMEENTERAAD VAN ZIERIKZEE.
In de jl. Vrijdag gehouden zitting waren afwezig de
heeren van Dongen, Cau, Moens en Zuurdeeg.
De behandeling der gemeentebegrooting is voortgezet
en ten slotte met eenige wijziging goedgekeurd zooals
zij door burgemeester en wethouders is opgemaakt, in
ontvang en uitgaaf op f 107,342.55. Hierna brach
ten burgemeester en wethouders ter tafel de voordracht
ter vervulling der vacatures van hulponderwijzers, door
hen in overleg met den schoolopziener en de hoofd
onderwijzers opgemaakt. Die voordracht luidt als volgt
Voor de betrekking van hulponderwijzeres aan de
openbare 2C school voor gewoon en meer uitgebreid
lager onderwijsmejufvrouwen E. M. Quintuste Amster
dam en J. Dhuy te Zierikzee.
Voor lcn hulponderwijzer aan de openbare school
voor minvermogendeu (tusschenschool) de heeren J. Buyk,
te Zierikzee; N. Silvius, te Zierikzee, en A. Bethe, te
Zevenhuizen.
Voor 3™ hulponderwijzer aan dezelfde school de
heeren A. II. Lemsen, te Axel, en C. van der Iloek
te Barendrecht.
Voor zesden hulponderwijzer aan de openbare school
voor onvermogenden (armenschool) de heeren J. Aal-
brechtse, te Zierikzee; A. H. Lemsen, te Axel, en
C. van der Hoek, te Barendrecht.
Deze voordrachten worden voor de leden ter inzage
gelegd om in de eerstvolgende vergadering tot de be
noeming over te gaan.
Tot leden van het bureau van stemopneming voor de
verkiezing van een raadslid op November a. worden
gekozen de heeren Schorer en van der Vliet.
öuitrnlattö.
ALGEMEEN OVERZICHT.
Ondanks de tegenspraak van le Temps, gesteund op de
mededeelingen der dagbladen welke in de departementen
de la Marne en de la Haute-Marne verschijnen, blijven de
Parijsche bladen en zelfs de Agence Ilavas berichten aan
gaande de ontruiming vermelden. Waaraan die tegen
spraak moet toegeschreven worden is niet recht duidelijk.
Het is toch niet denkbaar dat de redactiën der bladen
in de bewuste departementen met opzet een feit zouden
verloochenen, dat voor hunne oogen plaats heeft. Daaren
tegen mag men evenmin aannemen, dat de regeering
zöo slecht ingelicht zou zijn omtrent hetgeen in die
departementen voorvalt, dat zij niet in staat zou wezen
een einde te maken aan leugenachtige en bovendien
gevaarlijke geruchtenwelke in hare naaste omgeving
openbaar gemaakt worden. Alleen uit Mourmelon
verneemt men dat het kamp van Ch?ilon3 Zaterdag
ontruimd isdoch te Chalons zelf komen meer Pruisen
dan er weggaan, schrijft le Progrès de la Marne, Vrij
dag kwamen 355, Zaterdag 365 man in de stad, die
allen bij do burgers werden ingekwartierd. In plaats
van vermindering krijgen de inwoners der beide depar
tementen dus nog vermeerdering van lastenwaaraan
bovendien in de eerste dagen nog geen einde schijnt te
komen omdat, zooals officieus gemeld wordt, men
hoopt dat 4 November de definitieve termijn der ont
ruiming zal zijn, ofschoon tal van barakken niet goed
gekeurd werden daar „zij dreigden in te storten reeds
voor dat zij bewoond worden."
Deze officieuse mededeeling geeft evenmin een hoog
denkbeeld van de administratie in het departement van
oorlog der Fransche republiek en van hare voortreffe
lijkheid in vergelijking met die onder het keizerrijk als
het volgende voorvalhetwelk Donderdag te Chalons
plaats had. Zooals wij boven reeds mededeelden stond
de ontruiming van het kamp van Chalons in de laatste
dagen der week voor de deur. Met het oog op die ontrui
ming werd door het Fransche ministerie, waarschijnlijk
ook met medeweten der Duitsche autoriteiten, eene com
pagnie hospitaal-soldaten ter sterkte van 90 man naar
het kamp gezonden. Te Chfilons moesten die man
schappen in en romdom het stationsgebouw over
nachten, daar de Fransche militaire administratie geen
enkele schikking getroffen had om deze manschappen
veilig en goed in eene door de Duitschers bezette stad
onder te brengen. Op de een of andere wijze, onver
schillig van welke zijde aanleiding gegeven werd, ont
stond botsing tusschen de Duitsche en Fransche solda
ten, met het gevolg dat de Duitsche bevelhebber de
geheele Fransche compagnie outwapeuen en tot hun
vertrek den volgenden morgen streng bewaken liet-
De sergeant, die de compagnie kommandeerde, en
twee soldaten zijn dientengevolge met arrest gestraft,
de eerste omdat hij de krijgstucht niet wist te handhaven,
de laatsten wegens vergrijpen tegen de discipline.
„Die straffen worden opgelegdschrijft le Progrès de
la Marne, maar men kan niet nalaten de hooge militaire
administratie de eerste en eenige schuldige te noemen.''
Ten eerste verdient het afkeuring dat eene compagnie
Franschendie nog door Duitschers bezette plaatsen
moet aandoen en waarover dus buitengewoon toezicht
gehouden moet wordenonder koramando geplaatst
wordt van een onderofficier. Bovendien schijnt men in
het ministerie van oorlog niet geweten te hebben dat
het kamp van Chalons 3 a 4 mijlen van de stad Cha
lons ligt en beter te bereiken is langs een anderen
weg dan over de stad die nog door de Pruisische
troepen bezet is. Niettemin luidde de do.or het ministerie
opgegeven reisroute over Chalonswaar de troepen des
avonds te 10 uren aankwamendoch waarvoor geen
trein of andere gelegenheid tot het verder transport
naar Mourmelon was zorg gedragen. Van de komst
dezer manschappen was noch bij do Duitsche militaire
autoriteit noch bij het stedelijk bestuur iets bekend.
Dat ongeregeldheden daarvan het gevolg waren, kan
niemand verwonderen.
Dezelfde geheimzinnige sluier blijft het Fransch-
Engelsche handelstractaat omgeven. Terwijl de Agence
Havas uit Versailles meldt dat men elk oogenblik uit
Londen het bericht van de onderteekening verwacht,
leest men in the Daily News dat „men het in welon
derrichte kringen onwaarschijnlijk acht dat, met het
oog op den stand der onderhandelingen over het han
delstractaat, dit vóór veertien onderteekend zal kunnen
worden." Bovendien leest men in de Engeische dagbla
den een korte mededeeling omtrent een onderhoud,
hetwelk eene deputatie van de kamer van koophandel
van Manchester met lord Granville Donderdag gehad
heeft. De deputatie beklaagde zich vooral over den
protectionistischen geest, dien de voorstellen der Fran
sche regeering ademen, en hoewel de minister de
deputatie hoogst voorkomend ontving, „is het niet
waarschijnlijk dat zij er in slagen zal het tarief geheel
naar hare wenschen veranderd te zien," zocals o. a.
the Daily News schrijft. Aan de mogelijkheid eener
gedeeltelijke wijziging wordt door de Engeische pers
dus nog niet getwijfeld.
Bij de tweede verkiezing voor een lid van den Parij-
schen gemeenteraad in het quartier des Halles, welke
gisteren plaats had, werd de radicale candidaat Lamou-
roux met 1300 stemmen meerderheid gekozen. De vorige
candidaat Piétrement had na de laaghartige manoeuvre
van zijn naamgenoot zijne candidatuur ingetrokken.
Met de Kreisordnvnrj heeft de Pruisische regeering tot
dusverre nog geen geluk. Wel worden verschillende
bepalingen, in strijd met de conclusiën der commissie,
in den vorm aangenomen zooals zij door de kamer van
afgevaardigden geredigeerd zijnmaar in détails welke
vooral de feodale rechten en gebruiken van den oud-
Pruisischen landadel betreffen, besliste de meerderheid
reeds tweemalen in den zin der commissieondanks
de lange redevoeringen en het verzet der ministers von
Eulenburg en Camphausen. Een correspondent der Köl-
nische Zeitung schrijft reeds dat do Pruisische pairs
blijkbaar niet voor overreding door woorden vatbaar
zijn en laat tevens de mogelijkheid doorschemeren, dat
de groote man uit Varzin zal moeten komen om
in extremis het behoud der wet te verzekeren. Alle
treurige gevolgen eener eventueele verwerping, dezer
wet door het heerenhuis worden door dezen correspon
dent opgesomd, een onnoodige moeite voorzeker, daar
onder de tegenwoordige omstandigheden aan die even
tualiteit niet te denken valt. Den Pruisischen Junker
ontbreekt het aan moed om het zóóver met hun strijd tegen
de regeering te laten komen,en daarom verwijderen
zij zich liever vóór de stemming, zooals het voorbeeld
der wet op het schooltoezicht doet zien.
In de Spaansche kamer van afgevaardigden dreigt
Zorilla een klein echec te zullen lijden. De afdeelingen
hebben ondanks de bestrijding van den minister-presi
dent eene commissie benoemd, die het voorstel tot af
schaffing van de doodstraf voor politieke misdrijven
zeer gunstig gezind is. Voor zoover men op een afstand
kan oordeelen, schijnt het tijdstip tot aanneming van
dit voorstel juist niet zeer gunstig gekozen. Tusschen
een voorloopig onderzoek en een definitieve aanneming
bestaat echter nog een groot verschil. De afdeelingen
hebben eveneens besloten een voorstel van eenige leden
tot het in staat van beschuldiging stellen van het
ministerie-Sagasta in behandeling te nemen. De eerste
lezing zal heden plaats hebben. Naar aanleiding van
de klachten van den heer Pascual over de rijkstelegraaf
en zijne voorstellen daaromtrent heeft de minister-pre
sident te kennen gegeven, dat hij weldra een krediet
van 12 millioen zal aanvragen voor verbeteringen in
den dienst en aan het materieel der telegraaf.
iertijhtttgen.
Heden is te Vlissingen in het dok gekomen het Ne
derlandsche barkschip Burgemeester van Middelburg
gezagvoerder Hoekin ballast komende van Rotterdam,
bestemd om in het droogdok gerepareerd te worden.
É)anödsbrrict)tm.
Rotterdam, 28 October. Tarwe met ruimen aan
voer onveranderd, puike onveranderd, mindere25cent
lager; rogge met redelijken aanvoer flauw gestemd;
gerst en haver met redelijken aanvoer prijshoudend
bruine- en wittcboonen met ruimen aanvoer 50 cent
lager, blauwe met ruimen aanvoer 25 cents lager;
overigens onveranderd.
Amsterdam, 28 October. Raapolie op zes weken f 45.].
Lijnolie op zes weken f 41|.
PRIJZEN VAN EFFECTEN.
Amsterdam 28 October 1872.
Nederland. *Certific. Werkelijke schuld 24 pet. 54-^
♦dito dito dito 3 64J
♦dito dito dito 4 87TV
♦Aand. Handelmaatschappij 44
♦dito exploitatie Ned. staatssp.116J
België. ♦Certificaten bij Rothschild .24
Frankrijk. ♦Inschrijvingen3
♦dito5 78$
Rusland. ♦Obligatiën 1798/1816 5 „984
♦Certific. adm. Hamburg 5 734
♦dito Hope C°. 1855, 6e serie 5 86|
♦Cert. 1000 1864 5 „97
♦dito f 1000 18665 „97
♦Loten 18665 2434
♦Oblig. Hope C°. I ieening 1860 44
♦Certific. dito4 „744
♦Inscript.Stieglitz'bC0.2ea4cL. 4 741
♦Obligatiën 1867—69 4 „75^
♦Certificaten6 „48