ten derde behoort in aanmerking te worden genomen dat de uitgevers der Middelburgsche courant gedurende verscheidene jaren alleen kosten hebben in rekening gebracht voor de plaatsing van stukken die meer dan een kolom ruimte in de courant innamen en dus een groot deel publicatiën gratis hebben opgenomen, zoodat het onbillijk zou zijn hen te kort te doen in hetgeen hun rechtmatig toekomt. Ook merkt hij op, dat het burger lijk wetboek, hoezeer de gemeentewet daaromtrent an ders spreekt, voor de verjaring van dergelijke pretentiën een termijn van vqf jaren toekent. Zeer bevreemdend acht hij het ook, dat de administratie der gemeente niet wakker is geworden en de uitgevers niet opmerkzaam heeft gemaakt dat hunne rekeningen niet waren ingeko men. Als particulier zou hijindien hij wist iets schul dig te zijn, zijn schuld betalen ook zonder rekening, en hetzelfde verlangt hij van het gemeentebestuur tegenover De gebroeders Abrahams. De heer van Uije Pieterse wees er op, dat de vorige speker zich plaatst op het gebied van convenientie, maar het dagelijksch bestuur niet anders kan doen dan de wet handhaven. Art. 228 der gemeentewet schrijft voor, dat de termijnen van verjariug voor de vorderin gen ten laste van het rijk bij de wet bepaald of te bepa len, op de vorderingen ten laste der gemeente van toe passing zijn, en dat burgemeester en wethouders de termijnen minstens eene maand vóór den afloop daarvan by openbare kennisgeving in herinnering brengen. Dit laatste geschiedt ook te Vlissingen ieder jaar en de hiertoe uitgevaardigde publicatie treedt in de plaats van de waarschuwing door den heer Hector verlangd. Ook zou het nog al vreemd zyn dat de reke ningen drie jaren zouden zijn ingediend en nooit ont vangen. De heer J. G. Hector volhardde bij zijne zienswijze en merkte nog op, dat in de gemeentewet wel staat dat de rijkswet van toepassing is, maarniet dat die wet moet toegepast worden. De heer Ver- kuyl Quakkelaar noemt het vreemd dat het dagelijksch bestuur niet zou opgemerkt hebben als gedurende ver schillende jaren geen rekeningen waren ingekomen en, met de wetenschap van schuld te hebbengeen aan merking gemaakt en ook de schuld niet betaald heeft. De heer J. I. P. Hector meende ook dat de verjaring vol gens de wet niet per se moet toegepast worden. - De heer Pot wilde, alvorens een besluit te nemen van het dage lijksch bestuur het bewijs hebben dat het niets verschul digd is. Bovendien wenscht hij in allen gevalle de billijk heid in achtte nemen en het niet indienen der rekening te beschouwen als een gebrek in den vorm. De heer Kleijnhensplaatste zich mede op het standpunt der wet en was het met het voorstel van burgemeester en wethouders tot afwijzing der vordering eens. Ten slotte merkte de heer J. G. Hector nog op, dat bijaldien volgens zijn verlangen besloten mocht worden de rekening der heeren Abrahams te valideeren, daarop in allen gevalle de goed keuring van gedeputeerde staten moet gevraagd worden, onder raededeeling van den bestaanden twijfel of de re keningen wel zijn ingediend. Hij vertrouwt echter, dat gedeputeerde staten het besluit tot betaling zullen goed keuren. Het voorstel van burgemeester en wethouders tot toe passing der verjaring wordt thans in stemming gebracht en verworpen met 8 tegen 4 stemmen. Vóór stemden de heeren de Kruijff, de Groof, Kleijnhens en van Uije Pie terse. De heer Callenfels hield zich bniten stemming. Overeenkomstig de conclusie van een rapport der finan- cieele commissie wordt zonder hoofdelijke stemming be sloten tot het toestaan van een verzoek van bet algemeen armbestuur tot betaling eener vorderinggroot 85.52, uit de onvoorziene uitgaven van den loopenden dienst, wegens verpleging van personen in de koloniën der Maat schappij van weldadigheid over 1871. De volgende mededeelingen des voorzitters werden voor kennisgeving aangenomena dat de boeken en kas van den gemeenteontvanger zijn opgenomen en in orde bevonden; b dat het jongste besluit tot afstand van ge meentegrond door gedeputeerde staten is goedgekeurd c dat mede is goedgekeurd de wijziging der overeen komst betrekkelijk wegen, en d dat de spoorweglijn Mid delburg—Vlissingen met 1 November a. voor personen vervoer zal geopend worden. De openbare zitting wordt voor eenigen tijd geschorst. Na de hervatting der werkzaamheden wordt op voor stel van burgemeester en wethouders, naar aanleiding eener missive van de kamer van koophandel en fabrie ken, zonder hoofdelijke stemming besloten tot het zen den van een adres aan de tweede kamer der staten- generaal, ter verkrijging van een dry vend of een vast droogdoken de redactie van dat adres aan het dage lijksch bestuur op te dragen. Tengevolge van eene ingekomen missive van den directeur der gasfabriek wordt besloten om met 10 No vember a. eene som van 19,662 francs beschikbaar te stellen voor de levering van gaspijpen. In verband hier mede wordt aangenomen een voorstel van burgemeester en wethouders tot het aangaan eener geldleening groot 35,300, tegen een intrest van 5 pet.'s jaarsten be hoeve van de uitbreiding der gasfabriekwaartoe het bestuur van het gasthuis zich bereid heeft verklaard fondsen af te staan. Het concept-besluit tot het aangaan dezer leening, alsmede een tot wijziging dientenge volge van de gemeentebegrooling voor 1872, worden goedgekeurd. De voorzitter deelt namens de commissie van be heer en toezicht over de gasfabriek mede, dat voor de levering van een gashouder enz. de minste pnjs- opgcaaf is ingekomen van den heer N. van der Kuyl, te Slikkerveer, ad 11,579, en van de heeren L. J. Ent hoven O. te 'sGravenhage, voor het leveren van drie kalkkisten enz. 7,525. Op zijn voorstel wordt besloten de commissie te machtigen om voor de levering van be doelde werken met de genoemde heeren de noodige con tracten te sluiten. De commissie van fabricage heeft een rapport aan burgemeester en wethouders ingediend betreffende de in gekomen adressen van 22 sollicitanten voor de betrek king voor tijdelijk opzichter over de te maken gaskuip. In de eerste plaats geeft de commissie in overweging om 70 per maand als bezoldiging voor die betrekking te bepalen. Voorts beveelt zij de volgende drie personen, in alphabetische orde gesteld, aan: W. C. K. Antheu- nissen, gedurende drie jaren werkzaam geweest als bui tengewoon opzichter voor de gemeente Middelburg bij de aarde- en kunstwerken aldaar, wonende te Middelburg; A. Labrijn, meermalen als opzichter bij werken gebezigd, wonende te Heenvliet, en J. A. Terwiel, tijdelijk leeraar aan de burger-avondschool te Vlissingen. Na eene korte discussie waarbij de heer de Kruijff den laatstge noemden sollicitant ter benoeming aanbeval werd be sloten het traktement op hoogstens ƒ70 per maand te be palen en voorts ooi de benoeming aan burgemeester en wethouders over te laten. Een rapport der finaneieele commissie omtrent eene missive van het algemeen armbestuur ter wederlegging van gemaakte aanmerkingen over te hooge armenver- pleging wordt, evenals eene door den heer Ockers voor gelezen memorie te dier zake, voor de leden ter inzage gelegd en de beraadslaging aangehouden. Van H. J. van der Meer, kommies 3e klasse bij de plaatselijke belastingenis een verzoek ingekomen om als keurmeester voor het brood te worden benoemd. De benoeming wordt aangehouden. Een verzoek van II. A. Polak om vergunning tot bij bouwing aan een hem toebehoorend perceel op de Zeil- markt, is gesteld in handen der commissie van iabricage tot het uitbrengen van advies. Thans is aan de orde de behandeling der gemeentebe- grooting voor 1873. De daaromtrent uitgebrachte rap porten wordenop voorstel van den heer Schraver niet in haar geheel voorgelezen, maar van de gemaakte op merkingen en gedane voorstellen mededeeling gedaan bij de artikelen der begrooting waarop zij betrekking hebben. Bij de algemeene beraadslaging werd alleen het woord gevoerd door den heer Kleijnhens, die het standpunt aangaf waarop hij zich bij de stemming over sommige posten van uitgaaf plaatsen zou. Dat standpunt was de bijzondere ÊDaDcieele toestand waarin Vlissingen ver keert en dien hijook lettende op de vele nog vereischte gelden voor de uitvoering van werkenniet gunstig acht. In het breede deed hij voort8 uitkomen, dat van den sluitpost van 10,000, op de voorgedragen begrooting voorkomende, vermoedelijk slechts f 1000 als batig slot zou overblijven ten gevolge van vermeerderde uitgaven, zoodat bij tot zuinigheid meende te moeten aansporen. De artikelsgewijze behandeling der begrooting ving aan met de Uitgaven. Hoofdstuk I. Bij art. 5 verklaarde de heer Schraver zich evenals vroeger tegen het ad 400 uitgetrokken presentiegeld van de leden van den raad. Het artikel werd echter met 9 tegen 3 stemmen goedgekeurd. Tegen stemden de heeren SchraverLaernoes en de Groof. De heer J. I. P. Hector was bij de stemming afwezig. Bij art. 4 der tweede afdeeling is de jaarwedde van de vroedvrouw, tevens lavementzetsterop f 150, zijnde 50 hooger, voorgedragen; de commissie stemt hier mede in en de raad keurt het artikel goed. Ten aanzien van art. 13 derzelfde afdeelingJaar wedden leeraars en onderwijzers enz. aan de scholen voor lager en meer uitgebreid lager onderwijs 13,150, werd in het rapport der commissie gezegd dat zij met ingenomenheid kennis had genomen van de voordracht van burgemeester en wethouders tot verhooging der jaarwedden van het hulppersoneel op de scholen, doch zij stelt voor het traktement der hoofdonderwijzeres op de meisjesschool te bepalen op 1100 in plaats van 1200 zooals was voorgedragen. Nadat de voorzitter in lichtingen betreffende de voorgestelde verhoogingen ge geven had en ecnige leden, naar aanleiding van de voordracht en van het rapport, het woord hadden ge voerd, werden achtereenvolgens de volgende besluiten genomen a Zonder hoofdelijke omvraag, dat de vroegere aan de twee hulponderwijzers op de school voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor jongens verstrekte toelage voor woning vervalt en het bedrag daarvan ge voegd zal worden bij hunne jaarwedde, zoodat die thans bedraagt voor den eersten 750 en voor den tweeden /"650. b Met 11 tegen 2 stemmen, om het traktement van de hoofdonderwijzeres op de school voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor meisjes te stellen op 1100. Tegen stemden de heeren de Groof en Laernoes. c Met 9 tegen 4 stemmenom de jaarwedde der eerste hulponderwijzeres op die school te stellen op 550. Te gen stemden de heeren J. I. P. Hector, van der Hijden, Kleijnhens en Laernoes. d Met 11 tegen 2 stemmenom de jaarwedde der tweede hulpouderwijzeres op die school te bepalen op 450. Tegen stemden de heeren Kleijnhens en Laernoes. e Met algemeene stemmen, om de jaarwedden aan de' eerste hulponderwijzers op al de scholen voor lager ou derwijs te stellen op 500 voor ieder. Met 12 stemmen tegen 1, om de jaarwedden van de tweede hulponderwijzers op die scholen te bepalen op 450 voor ieder. Tegen stemde de heer Kleijnhens. g Met 12 stemmen tegeD 1, om de jaarwedden van de hulponderwijzers der derde en vierde klasse op de school voor on- en minvermogenden te bepalen op 425 voor ieder. Tegen stemde de heer Kleijnshens. h Met algemeene stemmen, om de jaarwedden van de hulponderwijzers der vijfde en zesde klasse op dezelfde school voor ieder hunner te stellen op 400. i Zonder hoofdelijke stemmingovereenkomstig het voorstel der commissie, om de toelage der kweekelingen te bepalen als volgt: tot den leeftijd van 15 jaren 25, van 15 tot 16 jaren ƒ30, van 16 tot 17 jaren ƒ40; van 17 tot 18 jaren 50, onder voorwaarde dat zij alsdan examen voor hulponderwijzer zullen moeten doen en de toelage dan ophoudt. Tengevolge der genomen besluiten bedraagt het totaal der jaarwedden van de hoofd- en hulponderwijzers en onderwijzeressen behalve de toelage aan de kweke lingen, 100 minder dan de voordracht,zoodat be\irti- kel ook met ƒ100 verminderd wordt en dus 13,05'wtelt. Nog is besloten de verordening onveranderd te b.ten, waarbij het geven van privaatlessen door de hulponder wijzers facultatief is gesteld. Alle vroegere besluiten ten aanzien der regeling van de jaarwedden der onderwijzers zijn voorts ingetrokken. Art. 20 derzelfde afdeelingjaarwedden van de die naren van politie 2550, wordt op voordracht der com missi e verhoogd met ƒ300 door het toebennen van ƒ50 verhooging aan ieder der zes dienaren van politie. Het totaal van hoofdstuk I bedraagt thans ƒ41,984.80 Hoofdstuk II. Onder art. 3: onderhoud \an gebou wen, geen gemeente eigendom zijnde, uitgetrokken op ƒ617, waren ƒ70 begrepen voor het maken van een nieuwe ijzeren balustrade aan hetbalcon van het raad huis, hetgeen echter naar aanleiding van het rapport der commissie van fabricage vervallen is. Het artikel be draagt thans ƒ547, en het totaal van het hoofdstuk ƒ4509. Hoofdstuk III. Art. lt'der eerste afdeeling, onvoor ziene uitgaven voor gewoon onderhoud 260, is op voor stel des voorzitters verhoogd met 200 voor naambordjes der straten en pleinen enz. Bij de tweede afdeeling had de commissie van fabri cage voorgedragen 360 uit te trekken voor een huisje tot het koken van olie, en ƒ800 voor een muziektempel. De finaneieele commissie evenwel noemde in haar rapport het eerste onnoodig en het tweede ontijdig. Daar burgemeester en wethouders zich, wat het kook huisje betreft, met het gevoelen der laatstgenoemde com missie vereenigden, is nieUalleen besloten aan de voor dracht der commissie van fabricage omtrent dit punt geen gevolg te geven, maar ook de verordening te dier zake in te trekkeD, aangezien aan dergelijk buisje geen behoefte meer bestaat. Aangaande den muziektempel bestreed de heer Verkuyl Quakkelaar de meening der commissie dat het maken daarvan ontijdig zou zijn, vooral met het oog op de in het volgende jaar te verwachten feestviering bij de opening der kanaalwerken. Van andere zijden werd opgemerkt dat eene partieele voorbereiding voor die feestviering niet wenschelijk is, maar dit aan eene speciale commis sie moest overgelaten worden. Het voorstel om geen post voor een muziektempel uit te trekken werd met 10 tegen 3 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren Verknyl Quakkelaar, J. I. P. Hector en van der Hijden. Daar thans toch van de feestviering in het volgende jaar gesproken werd, gaf de heer de Kruijff in overwe ging om reeds nu eene subsidie daarvoor van do provin ciale staten te vragen. Burgemeester en wethouders worden gemachtigd de aanvrage daartoe te doen. Bij dezelfde afdeeling vraagt de heer Schraverwan neer het bouwen van een schoollokaal met onderwijzers woning, hetgeen andermaal voor memorie op de begrooting is uitgetrokken, zal worden aanbesteed? nierop antwoordt de voorzitter, dat hij hoopt eerstdaags de plannen en bestekken te zullen ontvangen. Het totaal van dit hoofdstuk is door de gemaakte toe voeging met 200 verhoogd en alzoo gebracht op 12,270.83£. {Wordt vervolgd.) GEPAUKT BIJ DE GEBROEDERS ABRAHAMS, TE MIDDELBURG

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 6