De naaste perceelcn zijn bijna ruïnes geworden. Ge spleten mureningestorte dakenverpletterde of ge heel van hun plaats gestooten meubelen, in éen woord, onbeschrijfelijk en soms grillig is het tooneel van verwoesting dat de plaats oplevert. Een oogge tuige verzekert onsdat hij stukken muur, naar gis sing wel 100 kilogr. zwaar, op een afstand van onge veer 70 voeten in het weiland gevonden heeft; ijzeren staven, uit het fabriekgebouw afkomstig en vier a vijf meters langzijn op verren afstand in den grond geboord. Deskundigen vermelden, dat de oorzaak van den brand noch aan onvoorzichtigheid, noch aan achteloosheid zal zijn toe te schrijvenmaar dat men hier te denken heeft aan de volgende oorzaak. Zooals men weet, heeft het ongunstige weder onlangs belet het groote vuur werk, bestemd tot opluistering van de landbouwfeesten te 'sGravenhage op den bepaalden tijd af te steken. Dit nu is tot nader order in de fabriek geborgen. Daar bij zijn stukken, rijk met kleurstoffen voorzien, wier chemische samenstelling, vooral na van water doortrok ken te zijn geweest, van dien aard kan zijn, dat broeiing en zelfontbranding denkbaar is." Zaterdag middag is de bliksem geslagen op den bliksemafleider van de groote kerk te Haarlem. De platina spits van den afleider is gedeeltelijk gesmolten. De trein die te 10.30 Arnhem verlaat, passeert te ongeveer 12 uren het station Deldenwanneer het postpaket voor die plaatsterwijl de trein in volle vaart is, op het perron wordt geworpen. Toen Zondag het postpaket op de gewone wijze uit den trein werd ge worpen, geraakte het onder de wagons, waardoor tal van brieven, couranten, enz. geheel of ten deele werden vernield. THERMOMETERSTATN D. 15 Oct. 's av. 11 u. 47 gr. 16 'smorg. 7u.44gr.'smidd.lu.52gr.'sav.6u.50gr. STATEN-GENERAAIi. TWEEDE KAMER. Zitting van Dinsdag 15 October. Nader verslag.) Nadat de minister van koloniën een inlichting had gegeven omtrent het gebruik bij den handel van een garantie voor de retourlading naar Nederland, van goederen uit Indië uitgevoerd met bestemming der waarts, doch die eerst vreemde havens aandoen, werd een tweede stemming gehouden over het amendement van den heer de Bruijn Kops over art. 3 (strekkende om de thee bij den uitvoer niet te belasten). Opnieuw staakten de stemmen. Er werden 37 stemmen vóór en 37 stemmen tegen uitgebracht, zoodat het amendement alsnu geacht moet werden verworpen te zijn. Vóór stemden de heeren Idzerda, Cremers, KopsKappeijne, Wybenga, de Brauw, Bergmann, Tak, van Beyma, Mackay, de Willebois, van Lijnden, van Wassonaer, Blussé, van Rees, Bredius, van Akerlaken, Jonckbloet, de Roo, de Jong, Blom, Stieltjes, van Loon,Gratama Heemskerk, Dam, Hingst, Smitz, van Houten, Miran- dolle, Bergsma, Brouwer, Lenting, Moens, van dei- Linden, Zylker en van Kerkwijk. Afwezig waren de heeren de Lange, Rutgers, Storm van 'sGravesande, van Voorthuysen en Westerhoff. Daarna werd de beraadslaging gevoerd over het amendement van den heer Bredius op het laatste arti kel der wet en strekkende om de herziening der wet verplichtend te stellen vóór 1 Januari 1880. De minis ter verklaarde dit amendement over te nemen, ofschoon hij later zeide dat het hem alleen van belang voorkwam, voor zoover het de gelegenheid opende na eenigen tijd nadat de ervaring zou hebben gesproken opnieuw van gedachten te wisselen over beginselenwelke om ver schillende redenen bij deze tariefsherziening door de kamer achterwege waren gelaten. Dat was ook het motief waarop de heer Bredius zijn amendement had gegrond. De heer van Naamen evenwel had tegen dat voorstel een principieel bezwaar. Hij wenschte niet mede te werken tot een nieuw debat over het beginsel, dat de heer Bredius had verdedigd. De heer van Eek had een formeel bezwaar, in zoover de vorm van het amendement niet genoegzaam waakte tegen de mogelijkheid, dat de daarin bevolen herzie ning niet tijdig genoeg zou kunnen plaats hebben. De heer van Naamen stelde voor om de door den minister voorgenomen wijziging weder uit artikel 11 te lichten. Dat amendement werd aangenomen met 43 tegen 31 stemmen. Tegen stemden de heeren: Dumbar, Bredius, Sandberg, Jonckbloet, de Roo, Gevers? de Jong, Blom, Stieltjes, Gratama, Dam, Hingst, Rom- bach, van Houten, Smidt, Mirandolle, Bergsma, Brouwer, Lenting, Moens, van der Linden, Zylker, van Kerkwijk, HoffmanIdserdaKopsKappeijneVirulyTak, Mackay en de voorzitter. De artikelen 3 tot en met 11 zijn dus onveranderd aangenomen. In art. 9 werd echter door den minister nog een kleine wijziging gebracht, strekkende om te bepalen, dat de in Indië nog bestaande verordeningen op de tarieven zullen vervallen tenzelfden tijde, dat de nieuwe wet in werking zal treden. Het wetsontwerp werd ten slotte aangenomen met 38 tegen 36 stemmen. Tegen stemden de heeren C. van Nispen, de Brauw, van Zinnicq Bergmann, s' Jacob, van Kuyk, van Hardenbroek van Lookhorst, Arnoldts, van Naamen van Eemnes, Begram, van der Does de Willebois, van Lynden van Sandenburg, van Wassenaer van Katwijck, van Zuylen van Nijevelt, Bots, Luyben, van Nispen van Sevenaer, Verheijen, van Reenen, Taets van Amerongen, Nierstrasz, van Loon, Heyden- rijck, Heemskerk, Wintgens, Kien, Smitz, van Houten, van Foreest, Brouwer, van der Linden, van Sypesteyn, Hoffman, Saaymans Vader, van den Heuvel, Borret en Haffmans. Er werden nog eenige rapporten over petitiën uitge bracht, o. a. over een adres van den heer de Bosch Kemper, houdende een klacht over de vertraging in de bewerking van de vroegere handelingen der kamers. De heer van Eek beaamde die klacht, ofschoon bij hulde bracht aan den ijver van den heer Noordziek: den bibliothecaris der kamer. Hij meende dat de huis houdelijke commissie veel er toe kon bijdragen om die klacht weg te nemen. STATEN-GENERAAL. Zitting van "Woensdag 16 October. (Per telegraaf Bij de algemeene beraadslagingen over het wetson- werp ter voorziening tegen besmettelijke ziekten heb ben de heeren Dumbar en Wintgens tegen de voorge stelde wet gesproken, op grond dat zij die in strijd achtten met de individueele vrijheid en de autonomie der gemeenten. Daarentegen verklaarden de heeren GodefroiRom- bach, Idserda, van Wassenaer Catwijk en Smidt zich voor de wetbehoudens eenige bezwaren op onderdeelen. De minister van binnenlandsche zaken heeft vervol gens de verschillende sprekers beantwoord en te ken nen gegeven, dat hij bereid was kleine gemeenten in de kosten uit deze wet voortvloeiende te gemoet te komen. De algemeene beraadslagingen werden hierop gesloten. Morgen zal de discussie met de behandeling der artikelen worden voorgezet. GEMEENTERAAD VAN MIDDELBURG. Zitting van Woensdag 16 October. Voorzitter de heer Schorer. Afwezig de heer CoDradvolgens ingezonden bericht uitlandig. Later komen de heeren Rekker, Mathon, van Visvliet en Dobbelaer de Wind. Na goedkeuring der notulen van het verhandelde in de zitting van 25 September jl., wordt voor kennisge ving aangenomen eene missive van gedeputeerde staten van Zeeland, houdende goedkeuring van het raadsbe sluit tot nadere regeling der jaarwedde van de hoofd onderwijzeres op school B. Geschiedt voorlezing van een ingekomen adres van de Keizer c. s., wonende buiten de Koepoort alhier, strekkende om, in plaats van de tegenwoordige pont, over de vest bij genoemde poort eene voetbrug te leg gen. De voor dit verzoek aangevoerde motieven zijn in hoofdzaak dat de werkman door de pont wordt be moeilijkt; dat voor kinderen die de school bezoeken jaarlijks f 1 per kind voor den overtocht met de pont moet betaald worden, hetgeen voor zeer velen bezwa rend is; dat zij die bij de schutterij of de brandweer zijn geplaatst bij avond of bij nacht, wanneer met de pont niet wordt overgezet, genoodzaakt zijn een groo- ten omweg te maken, terwijl evenzeer op het bezwa rende van het gemis eener brug gewezen wordt voor hen die bij avond of nacht geneeskundige hulp moeten gaan inroepen. Tevens verzoeken adressanten vergun ning tot kosteloozen overtocht met de pont zoolang de gewenschte brug niet gelegd is. Dit adres is gesteld in handen van burgemeester en wethoudersteneinde daaromtrent advies uit te brengen. De heeren van Visvliet, Rekker en Mathon zijn in middels ter vergadering gekomen. Nog is ingekomen een adres van het bestuur der Vereeniging van genees- en heelkundigen in Zeeland, waarin gewezen wordt op het toenemen der gevallen van hondsdolheid en het gemeentebestuur wordt uitge- noodigd om zooveel mogelijk maatregelen ter voorko ming dier ziekte te nemen. De middelen' worden aan het gemeentebestuur overgelaten, doch adressanten meenen op een dier middelen als huns inziens wenschelijk te mogen wijzen, en dat middel is de invoering eener belasting op de honden. De voorzitter stelde voorook dit adres naar bur gemeester en wethouders te verzendendoch op voor stel van den heer van Hoek is besloten het te stellen in handen der plaatselijke gezondheidscommissie. Vervolgens komt in behandeling de in de vorige zitting overgelegde gewijzigde concept-ver ordening op het marktwezen. [Van de voornaamste wijzigingen hebben wij een overzicht gegeven in het nommer dezer courant van 28 September jl.] Bij de artikelen die betrekking hebben tot de op te richten veemarkt is door den heer Snijders als amen dement voorgesteld, om ook varkens op de voor de veemarkt bestemde plaats ter verkoop toe te laten, en op de dagen dat geen veemarkt gehouden wordt op de gewone plaats, zijnde de Varkenmarkt. Bij de toe lichting van dit naar eisch ondersteunde amendement zegt de voorsteller dat hij gelooft dat de vrees van bur gemeester en wethouders voor benadeeling van hen die op en nabij de Varkenmarkt wonen bijaldien de markt voor varkens verplaatst werdveel zal kunnen ver minderen als bepaald wordt dat op de dagen dat geen veemarkt gehouden wordt de markt der varkens op de Varkenmarkt zal gehouden worden. De wenschelijkheid der aanneming van hetgeen hij bij zijn amendement heeft voorgesteld wordt ook door de afdeeling Walche ren der Maatschappij van landbouw en veeteelt ge deeld. De voorzitter erkende dat burgemeester en wethou ders belanghebbenden bij de Varkenmarkt niet door eene verplaatsing daarvan hebben willen benadeelen; doch daar natuurlijk bij de oprichting eener veemarkt het hoofddoel is die markt te doen bloeien, heeft hij geen bezwaar tegen het amendement als de aanneming daarvan door landbouwers en andere deskundigen wen schelijk wordt geacht. De heer Fokker ondersteunt het denkbeeld van den heer Snijders en acht de aanneming daarvan zeer ge- wenscht. Gesteld bijvoorbeeld dat iemand gelijktijdig met een kalf en met varkens ter markt komt, dan zou het bezwaar opleveren indien de markten op verschil lende plaatsen gehouden werden. Het amendement wordt daarna met 11 tegen 3 stem men aangenomen. Tegen stemden de heeren Lam- brechtsen van Ritthem, van Visvliet en Snouck Hur- gronje. Nog is door den heer Snijders een amen dement voor gesteld, hetwelk door burgemeester en wethouders werd overgenomen en waarmede de vergadering zich zonder hoofdelijke stemming vereenigde, strekkende om stieren, waartoe ook behooren stierkalveren desnoods vrij te laten van de bepaling der verordening dat zij bij ver voer ter markt een ring door den neus zullen moeten hebben, mits behoorlijk toezicht gehouden worde. Overigens zijn in de voorgestelde concept-verordening geen wijzigingen gebracht en is zij met algemeene stem men goedgekeurd. Evenzeer is met algemeene stemmen goedgekeurd de voorgedragen concept-verordening tot handhaving der orde op de buitenpleinen van en de toegangen tot het station alhier. Alleen de heer Fokker bracht een bezwaar in het midden tegen de bepaling dezer verordening, dat rijtui gen van de kanaalbrug tot het station stapvoets moeten rijden. Dat bezwaar was gegrond op de mogelijkheid dat een rijtuig, eerst kort vóór het vertrek van den trein bij de brug zijndete laat komt indien de afstand naar het station verder stapvoets moet worden afgelegd. De voorzitter kon dit bezwaar echter niet toegeven, aangezien het stationsterrein hier niet zoo groot is als elders en door de bepaling der verordening slechts zeer weinig vertraging kan veroorzaakt worden. Mocht het daarenboven een enkele maal gebeuren dat het noodig was van de brug naar het station te draven, dan zou de ambtenaar die met het toezicht op de naleving der verordening belast is wel iets door de vingers kunnen zien, evenals dit bij de toepassing van alle verorde ningen geschiedt en ook behoort te geschieden. Daar het gevoelen van den heer Fokker door niemand wordt gedeeld, onthoudt genoemde heer zich van het voor stellen van een amendement. Zonder hoofdelijke stemming wordt, op voorstel van burgemeester en wethoudersingewilligd een verzoek van de commissie van bestuur over~den Middelburg Veerschen rijweg, om 's konings machtiging te vragen tot vernieuwde tolheffing op dien weg op denzelfden voet als thansen tevens om gemachtigd te worden om de tollen weder voor drie jaren te verpachten. Op voorstel des voorzitters worden voor éen jaar met het onderwijs in het rechtlijnig teekenen op de bur geravondschool belast de heer J. M. van Wuijkhuizenop eene jaarwedde van f 250, en als adsistent de heer J. Holm, op eene jaarwedde van f 200. De voorzitter deelt mededat tengevolge van het over lijden van den heer mr. A. F. Sifflé vacaturon zijn ont staan in de plaatselijke schoolcommissie en in de plaat selijke gezondheidscommissie. Op zijn voorstel wordt besloten, de schoolcommissie uit te noodigen tot het inzenden eener aanbeveling, en de benoeming van een lid der gezondheidscommissie aan te houden tot een volgende zitting. Thans komt in behandeling een voorstel van burge meester en wethouders tot wijziging der gemeentebe- grooting voor 1872. Deze wijzigingen betreffen de vol gende posten: a Inkomsten. Aan art. 6 van hoofdstuk II toe

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 2