van de Putte zeide toen, dat de koloniën moeten wor den bestuurd in het belang van het moederland en van de koloniën zeiven. Doch in dit wetsontwerp was oor spronkelijk geen bepaling ten voordeele van het moe derland. Hi) komt er daarbij tegen op dat zoo ter elfder ure ingrijpende veranderingen in het ontwerp zijn gemaakt. ÏIct consignatie-stelsel was een aequiva lent voor de differentiecle rechten, doch het consigna tie-stelsel sterft weg. Hij betoogt nu dat er in werke lijkheid geen diffcrentieele rechten tusschen Nederland eu Indië bestaanen dat zij niet identiek zijn met die diffcrentieele rechtenwelke de wetenschap in het algemeen veroordeelt. Het Zollverein komt volkomen met den toestand overeen die nu bestaat. Behalve het natuurlijke is het ook politiek de differentiecle rechten te behouden, want willen wij Nederland en Indië ver bonden houdendan moeten beider belangen zooveel mogelijk in Nederland zijn geconcentreerd. Ook deze spreker komt op tegen de nieuwe verliezen welke dit tarief financieel zal opleveren. Dit is even min wenschelijk voor Nederland als voor Indië, dat uit eigen bronnen veel zal moeten putten. Ten slotte komt ook hij er tegen op dat dit wetsontwerp niet wordt achtergesteld bij de census-herzieniug. De heer Gevers Deijnoot daarentegen verdedigde het wetsontwerp, als uitgaande van gezonde beginselen. Men moet trachten naar geheele afschaffing der diffe- rentieele rechten. Uitstel zal in dezen de moeilijkheden niet overwinnen of verminderen: de discussiën van 1865 bewijzen dit. De katoenindustrie heeft, volgens spre ker, den nadeeligen steun der diffcrentieele rechteneen overblijfsel uit de dagen onzer verceniging met België, niet meer noodig. Kunstmatig onze industrie in het leven houden leidt tot armoede. Industrie is dan ook ons bestaan, onze hoofdbron niet; deze is te vinden in handel, scheepvaart, landbouw. En voor handel en scheepvaart is protectie verouderd, zoodat zij de diffe- rentieele rechten zeer goed kunnen missen De heer Heemskerk Az. begreep niet hoe men, de financieele wetten verschuivende tot na de consus-her- zieningdeze wetdie toch ook van groot financieel belang is, wel in behandeling bracht? In de tweede plaats vestigde hij de aandacht op het tot stand komen van het Siak-tractaat in 1870, bij welke gelegenheid de Britsche gezant „met genoegen kennis had geno men van het voornemen onzer regeering om dit tarief te baseeren op het stelsel van handelsvrijheid." Dat tractaat werd echter verworpen, cn, hij wijst hierop, de tegenwoordige minister van buiterd'andsehe zaken heelt verklaard dat met dat verworpen tractaat ook de gedane belofte natuurlijk was vervallen. Ook kwam hij op tegen de late indiening der belangrijke wijzigin gen in deze wet en protesteerde tegen dergelijke han delwijze, die ook ten aanzien der Indische begrooting is gevolgd. Hij betoogde vervolgens dat vrije handel niet hetzelfde is als geheel onbelaste handel. Behalve dat echter, is bet oogenblik tot afschaffing der diffc rentieele rechten slecht gekozen, en de regeeriug ziet veel te laag neer op de adressen der belanghebbenden in deze zaak, die toch meerendecls de afschaffing on tijdig noemen. De eenstemmigheid dier adviezen mag intusschen wel wegen. De ondervinding bewijst daar enboven, dat de diffcrentieele rechten den indischen consument niet hebben beroofd van producten uit vreemde landen, en dat zelfs in de gevallen, waar liet hoogste recht, werd geheven (Engelscho manufacturen) de in lander zeer weiuig daardoor werd gedrukt. Al ware ook onze industrie een kunstmatig in bet leven gehou den plant, dan nog mag men haar niet de noodige be scherming onttrekken nu zij in bloei toeneemt. Lang zamerhand kon men die bescherming verminderen; doch dit nu reeds te deen is onmogelijk. Dc aischaffing op dit oogenblik zal een grooten schok geven aan den handel, die 3/4 barer producten naar Indië ter markt brengt; die schok zal voor sommige streken een ramp zijn. Ook met het oog op den gespannen toestand dei- arbeidende klasse is de maatregel dus ontijdig. Daarbij zal de afschaffing een groot financieel verlies geven; hij berekent het op niet minder dan millioen 'sjaars, behalve nog dat in dit ontwerp ook het aequivalent (verhoogd recht op het gedistilleerd) wegvalt. Dat wegwerpen van 2jr millioen is onverantwoordelijk op dit oogenblik. Al deze nadeelen zijn te groot, dan dat men zou mogen toegeven aan een schoone theorie. Ook de heer s'Jacob kwam op tegen het meer en meer verminderen der Indische inkomsten. De com -ensatie, die men zal vinden in meerderen invoer, is problematisch. Men mag op dit oogenblik geen inkomsten wegwerpen. Evenzoo verdedigde hij de industrie en haar recht op bescherming. Die steun zal onze nijverheid nog langen tijd noodig hebben. Een termijn van overgang is das in elk geval een dwaasheid. De nijverheid kan de bescherming ontberen of zij heeft ze ook na dien termijn noodig. Eveneens verdedigde hij de diffcrentieele uitvoerrechten, op grond dat een koloniale mogendheid een markt voor hare stapelproducten noodig heeft, en van die markt het behoud van onzen suiker- en koffie handel afhangt. Door dit tarief nu zal die markt ver loren gaan. Onbeschermd kan de particuliere suiker markt de concurrentie niet volhouden. En ook ten aanzien van de koffiemaikt doen 3 pet. beschermend recht veel af. Men moge het nu een kunstmatig raiddel noemen tot instandhouding onzer nijverheid, alle mo gendheden van Europa, Engeland vooraan, huldigen hetzelfde systeem en doen wat zij vermogen om hunne markt in stand te houden. Daarentegen werden weder door den heer Mirandolle de differentiecle rechten veroordeeld, zoowel uit een economisch als uit een politiek oogpunt, lieeds in 1865 had men afschaffing van het beschermend stelsel ver langd, en meende men dat de nijverheid er zich op had kunnen voorbereiden. Overgang acht hij dus in ieder geval onnoodig. Men kan er nu reeds gerust toe overgaan. De verlaging van rechten zal goed wer ken en ten slotte hoogere inkomsten geven, vooral omdat er nu minder zal worden gesmokkeld. De heer Bredius blijft volhouden dat men door een overgangsmaatregel gaandeweg van Java een vrijhaven maken moet. In- en uitvoerrechten zijn in Indië niet inbeemsch; de heffing heeft dus vele 'bezwaren in. Wat de financieele bezwaren aangaat, de Indische schatkist kan, getuigen de overschotten, het verlies dragen, en op de Nederlandsche schatkist mag men zich niet beroepen. Daarenboven zal, na aanneming van het door hem voorgesteld amendement, de opbrengst der belastingen hooger worden dan volgens dit wets ontwerp. De heer van der Linden noemde zich een freetrader en wilde ook nu, gelijk hij in 1865 verlangde, een normaal recht en vrij verkeer tusschen moederland en koloniën. Een tarief is dwaasheid. Vooral moet men geen hinderpalen stellen aan het verkeer tusschen moe derland en koloniën, men behoort dus de bestaande tol barrière te laten vallen. Iedere tariefsbepaling is een soort van protectie; wil men dus geen protectie, men schafte het geheele tarief af. Waarom zou men vrijheid geven aan vreemde landen en onze eigen inlanders laten betalen'? Een financieel bezwaar kan hij niet aannemen; daarvoor sprong men bij de Indische begrooting te veel met tonnen om. Men heeft sprekers stelsel bestreden als onmogelijk op administratieve gronden. Dat is ech ter niet voldoende, en evenmin is het voldoende dit stelsel een utopie te noemen. Noch eens vraagt hij waarom handhaafd men de barrière'? Daarop wenschte hij antwoord te erlangen. De heer Rutgers van Rozenburg kwam ten slotte nog op tegen de jongste wijzigingen in de wet, die de eenige belasting wegnemen, die niet alléén op den inlander drukt; de heer Heydenrijck verlangde te weten of men nu reeds, vooraf, bij de vreemde mogendheden had aangedrongen op lagere invoerrechten in ruil voor dit lager tarief; terwijl de heer Hoffman eindelijk ook zijnerzijds de voordracht bestreed. In de zitting van heden werd bij de voortzetting der algemeene beraadslagingen over liet wetsontwerp tot vaststelling der tarieven van in-, uit-, en doorvoerrech- tcn in Nederlandsch Indië, de voorgestelde wet door den minister van koloniën verdedigd. Hij berekende dat het financieel verlies bij de invoe ring der voorgestelde tarieven minder groot zou zijn dan men zich voorstelt. Voorts gaf hij te kennen, dat hij eene vermeerdering der inkomsten in Indië tegemoet zag door een verbeterde belastingheffing, tengevolge van de zending van den heer Motké. De heer van Lijnden van San denburg bestreed op financieel-oeconomische gronden de opportuniteit van dit wetsontwerp. Aan de algemeene beraadslaging namen verder nog deel de keeren s' Jacob de Bruijn KopsBlussévan NaaraenVader en den minister van koloniën. Bij de behandeling der artikelen lichtte de heer Bre dius het door hem op aitikel 1 voorgestelde amende ment toe, waarna ook nog de heeren van der Linden en de Bruijn Kcps het woord voerden. Morgen zullen de discusciën worden voortgezet. De regeering heeft een nadere wijziging van het Indisch tarief in artikel 1 gebracht. De bepaling omtrent stroop wordt gelezenStroop, stropen uit vruchten, niet met gedistilleerd samenge steld, 100 flessehen f 15. De heeren de Jong en Gratama hebben als amende ment voorgesteld om van het artikel manufacturen nog tot 1877 een differentieel recht van 10 pet. te behouden voor producten uit den vreemde, en na dat tijdstip het normaal recht van 6 pet. voor Neder land sche'en vreemde manufacturen in te voeren. Het gewijzigde amendement-Bredius op het Indisch tarief is in druk rondgedeeld. De voorsteller berekent dat dc opbrengst volgens het nu gewijzigde regeerings- ontwerp zal zijn 4 millioen. Hierbij neemt hij aan de meerdere opbrengst van f 280,000 op het gedistilleerd, die door de thans ingediende wijziginging iets minder zeker geworden is. Tengevolge van de nu dcor den heer Bredius voor gestelde amendementena om van gambier te heffen een invoerrecht van 20 per 100 kilogram; b om het invoerrecht van suiker te verhoogen van 30 cents tot f 1 per 100 kilogram, wordt het cijfer, dat volgens het oorspronkelijk amendement f 2,354,800 zou bedra gen, vermeerderd met f 1,692,756, en alzoo gebracht op f 4,047,556. aUuiirnlanZ). ALGEMEEN OVERZICHT. Omtrent de houding der regeering in de zitting der permanente commissie van heden kan geen twijfel meer bestaannu alle onrustbarende geruchten omtrent het tot verantwoording roepen der prefectenhet ontslaan der moires en al wat naar aanleiding van Gambetta's politieke reis aan Thiers en zijne ministers werd toege dicht ten stelligste wordt tegengesproken. Bovendien wordt door den Brusselscken Nord, in overeenstemming met eene mededeeling van de Agence Havasopnieuw verzekerd dat onmogelijk ten aanzien van de Fransche staatkunde in het binnenland een diplomatieke opmer king door Rusland gemaakt kan zijn. Le Francais en la Patrie en alle geestverwanten dezer reactionnaire bladen hebben derhalve weinig succes op hunne onware uitstrooisels en slaagden er niet in de regeering tot onverstandige maatregelen te verleiden. Een openlijke scheuring tusschen de republikeinen moest hunne belan gen bevorderenvooral wanneer die scheuring ontstond door een politieke fout der bestaande regeering. Ook ditmaal bereikten zij hun doel niet en voorloopig zullen zij opnieuw van de vervulling hunner wenschen moeten afzien. Een ander gerucht van hetzelfde allooi en uit dezelfde bron gevloeid, namelijk dat de regeering vóór de aan staande verkiezingenuit vrees voor de radicalen, eene circulaire aan de prefecten zou zend en, waarin zij wel aan hunne neutraliteit herinnerd zouden worden, maar die tevens een uitvoerige uiteenzetting der regeerings- politiek behelzen zou, wordt gelukkig ook tegengespro ken. Dergelijk besluit zou de eerste schrede wezen tot de officieele candidaten van het keizerrijk, bij zooge naamde vrije keuzen door het algemeen stemrecht! Blijkens twee circulaires van den prefect van Morbi- han aan de sous-prefecten en aan de maireswaarin zij er aan herinnerd worden dat hun eenige plicht is voor de goede orde en de volmaakte vrijheid der verkiezin gen te waken, heeft de regeering haar juist standpunt niet verlaten en eerbiedigt zij nu niet minder dan vroe ger de vrije keuze der kiezers. Ernest Picardde Fransche gezant aan het Brussel- sche hof, heeft als zoodanig zijn ontslag gevraagd en op eervolle wijze verkregen. Le Temps geeft als reden op, dat de heer Picard met het oog op de constitutio- neele vraagstukken, welke in de nationale vergadering waarschijnlijk op het tapijt zullen komen, zijne krachten niet tusschen Brussel en Versailles wil verdeelen. L'In- dépendance beige verzekert eveneens dat geen enkele andere reden voor dit plotselinge besl uit bestaat, onder bijvoeging dat de heer Picard sedert 10 a 12jaren een der beste en meest geliefkoosde redenaars is, waarop het politieke Frankrijk kan wijzen, zoodat bet niet te verwonderen is dat hij niet langer den lust kan bedwin gen om weder aan de parlementaire debatten geregeld deel te nemen. Bovendien is de tegenwoordigheid van den heer Picard voor de politieke fractie, waartoe hij be hoort eu die voortaan ongetwijfeld het meeste gewicht in de schaal zal leggen, van zeer groot belang, omdat het linker-centrum in verhouding tot zijn ledental niet zeer rijk is aan talentvolle redenaars. Het gerucht dat de Duitsche militaire autoriteiten in de bezette departementen geëmigreerde Elzassers, die voor Frankrijk geopteerd hadden, gevangen genomen en met geweld naar het rijksland teruggevoerd hebben om bij het Duitsche leger te worden ingelijfd, is van allen grond ontbloot. Dat gerucht is waarschijnlijk hierdoor ontstaan, dat te Nancy enkele jongelieden aan gehouden zijn, wier optie niet aan de voorgeschreven eicchen voldoet en die derhalve Duitschers worden en zich door hun vertrek aan desertie schuldig maken. Zelf3 wanneer dit waar is, oordeelt 1' ladépeudance beige dezen maatregel te gestreng en verwacht zij daar om dan ook dat de Duitsche regeering niet op deze wijze de gevoeligheid en den haat der bevolking ten haren aanzien zal aanblazen. Die hoop zal echter wel ij del bli/ven; Duitschland zal zich in deze quaestie, zoo als bij alle vroegere gelegenhedenniet buiten de gren zen van bet strenge recht begeven, maar daarbinnen dan ook uiet vatbaar wezen voor de stem van bet ge voel eu der humaniteit. Aan een anderen maatregel der Duitsche kanselarij is door de Fransche dagbladen, en op hun gezag ook door ons, een verkeerde uitlegging gegeven. De invoering van de paspoorten voor Franschen, die zich naar Duitschland wenschen te hegevenis geen gevolg van het verstrijken van den termijn der nationaliteitskeuze voor dc bewoners van het rijksland, maar een gewone maatregel van internationale reciprociteit. Slechts aan de Duitsch-Fransche grenzen woidt door de Fransche regeering nog een paspoort gevraagd en niet ten onrechte worden over die onbillijkheid talrijke klachten verno men. Door de verplichting wederkeerig te stellen hoopt de Duitsche regeering te bewerken dat de Fransche regeering baar voorschrift intrektzooals de officieus© Duitsche bladen verzekeren. Of dit nu weder het humaanste middel genoemd mag worden om het doel te bereiken, laten wij geheel in het midden. Weigerde de Fransche regeering aan een desbetreffend gedaan verzoek te voldoen, dan zal die reciprociteitsmaatregel der Duitsche regeering weinig baten en vervalt der halve het door de officialise pers aangegeven motief. Werd geen verzoek tot het Fransche gouvernement gericht, dan willen wij het door Duitschland aange grepen middel om het voorgestelde doel te bereiken liever niet qualificeeren. De verkiezingen in de Yereenigde staten van Amerika hebben weder hare offers gecischt. Te Cincinnati beeft Maandag een gevecht plaats gehad tusschen blanken en een troep gewapende negers. Negen blanken bleven op de plaats dood. Ofschoon het motief van dit gevecht niet bekend is, staat het ongetwijfeld met de verkie zingen in verband. Wat de kansen der beide candida ten voor den presidentszetel betreftschijnt door den uitslag der algemeene verkiezingen in Penusilvanië, waar de republikeinen met eene meerderheid van 22,000

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 3