Öuitenianö. standen nas op te merken, werd door den minister ontkend. Daarop werd ook 4 goedgekeurd en kwam 5 (zee- en landmacht; leger wetten) aan de orde. Op een vraag van den heer de Roo waarom de mili taire wetten werden ingetrokken in stede van gewijzigd, zooals gemakkelijk had kunnen geschieden, antwoordde de minister van oorlog dat hem een nauwgezet onder zoek van de vestingwet zeer noodig scheen, en dat men, l)ij die wet, tegelijk diende aan te wijzen, waar uit de groote kosten zouden worden bestreden dat hij eerst eene beslissing wilde zien nemen over de plaats vervanging, om daarna militie en schutterij teregelen en dat hij aan de pensioenwet een beperkter karakter wilde geven. Tegen dit laatste kwam de heer van Eek opdie tevens opmerkte dat aan de overige staatsamb tenaren in de trooonrede geen hulde werd gebracht. De minister van koloniën verwees naar de rede van den minister van financiën, en meende met het oog daarop, dat men vóór de censusherziening niet kon denken aan de behandeling van belangrijke wetsont- weipen. De heer Storm van \s Gravesande verdedigde bet recht der regeering om de wetsontwerpen in te trekken en deze eerst rijpelijk te onderzoeken, met welk ge voelen de heer van Sijpesteijn instemt; de heer de Roo was echter niet geheel voldaan en had de wetsontwer pen liever gehandhaafd gezien. Ook over de quaestie der wettelijke legerorganisatie ontstond discussie, daar de minister van oorlog, even eens op een vraag van den heer de Roo, verklaarde in zulk een regeling wel is waar geen grondwettig bezwaar te hebbc-n, maar haar evenwel noch voor moge lijk, noch voor wenschelijk te houden; intusschen was hij bereid een voorstel te doen, zoo de kamer dewen- schelijkheid daarvan uitsprak. De heer Nierstrasz meende dus te moeten constateeren, dat zulk een voordracht van de legeering niet te wachten was en herinnerde ,dat juist om dit beginsel, de ministers Engelvaert en Delprat waren gevallen. De heer de Roo hoopte echter nog den minister van gevoelen te zien veranderen. Door den heer van Znylen werd, aan het einde van dit debat, gereleveerd dat deze regeering weder, even als de vorige, voor éene groote quaestie al bet overige liet stilstaan; de minister "van justitie antwoordde hierop echter dat dit. kabinet, geen stilstand beoogde, maar een zekere orde, juist om stilstand te vermijden. Na goedkeuring van 5 verzocht de heer Godcfroi, bij 6eenige nadere inlichting omtrent de partieëele verbetering onzer wetboeken, die z. i. de eenig practi- sche wijze van herziening is, en hij meent verder dat op die wijze tevens wel iets te doen is ter oplossing van de sociale quaestie. Hij wees hierbij op de bepaling dat de meester op zijn woord wordt geloofd (burger lijk wetboek) en op die omtrent in beslagneming van arbeids- en dienstgoedcren-(burgerlijke rechtsvordering). Ten slotte vroeg hijmet het oog op de vele werk stakingen, of de coalitiewet goed wordt gehandhaafd. De minister van justitie, erkennende dat wijziging van art. 1638 burgerlijk wetboek voor de arbeidende klasse urgent is, gaf verder te kennen dat een gestreng onder zoek wordt ingesteld ten aanzien van de ongeregeldhe den in Overijsel, ofschoon de minister toch moest con stateeren dat de werkstakingen cok wel hun grond vonden in gegronde grieven. Doen zij nu die grieven verdwijnen, dan is er geen reden meer tot klagen over de nieuwe coalitiewet. Na repliek van den heer Godefroi werd deze para graaf goedgekeurden kwam in behandeling 7 (onder wijs) met een amendement van den heer Saaijmans Vader. „Terwijlwat het lager onderwijs betreft, wij tevens den wensch uiten, dat op eene billijke wijze moge worden tegemoetgekomen aan de bestaande be zwaren bij velen in den lande." De heer Saaijmans Vader lichtte zijn voorstel nader toe. Omdat de troonrede zwijgt van dit gewichtig belang, waaromtrent zulk een groote spanning blijlt bestaan, en dat bevredigend kan worden zonder wijziging van grondwet of schoolwet zelfs, was het z. i. noodig dat de kamer daaromtrent bare inzichten aan de kroon mededeelde. De gevaren der Internationale komen voort uit. do verloochening van het geloof in God, en hij ziet met schrik de toskomst tegemoet wanneer lan ger elke godsdienstige opleiding moet worden gemist. Het amendement vond geen steun bij den beer van Kuijk, die de zaak eensdeels beter tehuis oordeelde bij de begrooting van binLenlandsehe zaken, en ander deels meende dat het adre3 van antwoord het gevoelen van de gehecle kamer behoorde uit te drukken, noch bij de lieeren Heydenrijek en van Nispen, die zich geheel bij dit gevoelen aansloten. De minister van binnenlandsehe zakenconstatee- rende dat de troonrede, van het lager onderwijs spre kende, daarvan slechts goeds had kannen vernielden, verzocht te mogen weten door welke maatregelen de wet beter uit te voeren zou zijn, waarop de heer Vader, tevens ontkennende dat liet adres kleuiloos zou moeten zijn, wees op de woorden van den heer Thorbecke, „dat bezwaren zouden kunnen worden weggenomen.5'- Na eenige discussie, waarbij de heer van Wassenaer verklaarde slechts verbetering* denkbaar te achten dcor wijziging van art. 194 der grondwet, werd het amen dement met 60 tegen 5 stemmen verworpenen 7 goed- gekeuid. Bij 8 verlangde de heer Heemskerk Az. te mogen weten, wanneer de ccnsus-herziening zou worden inge diend, daar men toch daarvoor alles schijnt te willen laten rusten, waarop de minister van binneDlanclsche zaken te kennen gaf, dat hij het ontwerp binnen wei nige dagen van den raad van state tegemoet zag. Bij 10 vestigde de heer Nierstrasz de aandacht op den toestand ran Cnracao en gaf in overweging der waarts een commissaris af te vaardigen; doch de minister van koloniën acht dergelijke buitengewone maatregelen onnoodig, daar de handhaving van liet ge zag niets te wenschen overlaat. Tegen het geheele adres stemde alleen de heer Saaij mans Vader. GEMEENTERAAD VAN MIDDELBURG. Zitting van heden 25 September. Voorzitter de heer Schorer. Afwezig de hoeren Sifflé, van Hoek, Dronkers, de Jonge en Conrad. Dé heer Luteyn komt later ter vergadering. Voor kennisgeving worden aangenomen de mededee- lingen des voorzittersa dat de vier laats ten der boven genoemde afwezige loden bericht hebben ingezonden dat zij verhinderd zijn deze zitting bij te wonendat de secretaris uitlamlig is en diens werkzaamheden tijdelijk zijn opgedragen aan den heer J. W. de Raad. 'Vervolgens worden gelezen en goedgekeurd de notu len van het verhandelde in de zittingen van 28 Augus tus en 3 September jl. Van gedeputeerde staten in deze provincie zijn drie missives ingekomen, te weten: a houdende bericht van goedkeuring van het raadsbesluit tot onderhandschcn verkoop van grond aan don beer Butenxb idem van het raadsbesluit tot vermeerdering van het getal scholen en de regeling der jaarweddenc mededeeling dat aan den heer W. Auer, gewezen hoofdonderwijzer alhier, een rijks-pensioen van f 690 is toegekend waarin voor een-derde door de gemeente behoort bijgedragen te worden. Al deze missives zijn voor kennisgeving aan genomen, terwijl op het laatstgenoemde punt bij de be handeling der gemeentebegrooting zal worden gelet. Blijkens ontvangen missive van den commissaris des koning s Sn deze provincie zijn door hem tot leden van het college van zetters benoemd de heeren II. J. Dronkers, K. Baart en J. M. Boone. Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aangenomen. Wordt gelezen eene missive van den heer mr. A. E. Sifflé, die te kennen geeft dat hij buiten staat i3 lan ger aan de vergaderingen en werkzaamheden van den gemeenteraad deel te nemen en mitsdien zijn ontslag- als lid van den raad neemt, terwijl bij zich in het vriendschappelijk a au donken der leden aanbeveelt. De voorzitter vertrouwt, dat alle leden evenais hij met leedwezen de reden van het door den heer Sifflé genomen ontslag- zullen vernomen hebben. De gemeente verliest in den heer Sifflé iemand, die gedureude een tijdvak van twintig jaren tijd noch moeite heeft ontzien om de belangen der gemeente te behartigen. De voor zitter gelooft dan ook namens al de leden te spreken als hij den wensch te kennen geeft, dat de beer Sifflé nog een aantal jaren, bij herstel van gezondheiddc rust van zijn nu ambteloos leven moge genieten. Voorts wordt gelezen eene missive der commissie van bestuur van den Middelburg-Vlissingschen rijweg, die te kennen geeft dat zijna de afwijzende beschikking- van den minister van binnenlandsehe zaken van 14 Au gustus jl. op het adres der gemeenteraden van Middel burg en Vlissingen tot bestrating van den bermweg langs het kanaal tnsscben beide gemeenten voor reke ning van bet rijk, in ernstige overweging heeft genomen of die bestrating voor rekening der gemeenten zou kunnen geschieden, en het is haar wenschelijk voorge komen dat hare administratie zou trachten die te doen plaats hebben, met behulp van een renteloos voorschot van de provincie. Na eene dcor deskundigen opgemaakte berekening van kosten is gebleken dat voor eene keien bestrating plus minus f 75,000 a f 80,000 zcu noodig zijn en voor eene klinker-bestrating plus minus 36,000. Eerstgenoemde som zou ver de krachten der gemeente te boven gaandoch ook de laatste som zou onmogelijk, door de opbrengst van tollen kunnen gedekt worden, want behalve het onderhoud van den weg moet gedu rende 20 jaren jaarlijks f 1800 voor aflossing bestemd worden. De commissie acht liet echter voor het publiek ver- koer van zeer groot belang dat die weg in berijdbaren toestand worde gebracht, en daar het geen tegenspraak kan lijden dat de tegenwoordige Vlissingsche weg op verschillende plaatsen door het rijk voor het vervoer ten hoogste is bemoeilijkt en bij de voltooiing van al dc rijkswerken nog moeilijker zal wordenstelt zij voor, bij den minister van binnenlandsehe zaken eene poging te* beproeven, om door bet geven van eene bijdrage van minstens f 10,000 in de kosten van aanleg het plan te helpen verwezenlijken. Zij twijfelt niet of dc minis ter zal daartoe te eerder overgaan, nu door de aan staande verbinding van het marinedok te Vlissingen met liet spoorwegstation ook tie communicatie voor rijtuigen en wagens over de kanaal brug te Vlissingen uitermate bemoeilijkt zal werden. Door vereeniging der admini stratie van de beide wegen zou de commissie, volgens hare berekeningenbij het bekomen van een renteloos voorschot van f 25,000 van de provincie wel in staat zijn om do aflossing van den nieuwen weg en het onderhoud der beide wegen uit de opbrengst der tol len te bestrijden. De beslissing wordt aangehouden tot een volgende zitting cn de stukken worden inmiddels gesteld in han den der commissie van fabricage. De zitting gaat over in eene met gesloten deuren. Na de hervatting der werkzaamheden blijkt dat de heer Luteiju inmiddels ter vergadering verschenen is. De voorzitter deelt mede, dat mejufvrouw A. M. B. Achilles verzocht heeft om als hoofdonderwijzeres van de openbare school B, voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor meisjes, overgeplaatst te worden naar de op te richten nieuwe meisjesschool. Burge meester en wethouders stellen, in overleg met den districts-Echoolopziener en de plaatselijke schoolcom missie, voor om het verzoek in te willigen. Hiertoe wordt zonder beraadslaging met algemeene stemmen besloten. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig het voorstel van burgemeester cu wethouders mede besloten, om de betrekking van hoofdonderwijzeres aan bovengenoemde school B met 1 Januari a. vacant te verklaren, en de vaste jaarwedde der te benoemen hoofdonderwijzeres te stellen op f 1100, zonder aandeel in de schoolgelden. Geschiedt voorlezing van een voorstel van burgemees ter en wethouders, in overleg mei den schoolopziener en met den heer Mathon, tot wijziging van de jaar wedden der hulponderwijzers aan de openbare scholen dezer gemeente. Bij dit voorstel heeft het denkbeeld op den voorgrond gestaan: a dat de regeling moest ge schieden geheel onafhankelijk van do titularissen die de betrekking thans bekleeden; b dat de te lage jaar wedde verhoogt; c dat alle jaarwedden in beter'ver band met elkaar dan tegenwoordig moeten gebracht worden; d dat aan de jonge hulponderwijzers die zulks verdienen spoediger dan tot dusver de kans op ver hooging van jaarwedde door opklimming in rang worde verstrekt. Ofschoon de vaststelling eener jaarwedde van een hoofd onderwijzer eigenlijk niet bij deze reorganisatie behoort, dragen burgemeester en wethouders de jaarwedde van den hoofdonderwijzer van school G, tien heer L. de Manter verhooging met f 100 voorwaardoor deze in het vervolg f 1000 zal bedragen. Zj achten het onnoo dig iets ter aanbeveling fbzer verhooging aan te voe ren. De verdiensten van dezen kun&igen en ijverigen ambtenaar zijn te algemeen erkend dan dat men niet zou moeten toegeven dat bij eene verhooging van jaar wedden aan hem wel het eerst moest gedacht worden, te meer daar zijne jaarwedde de minste was van al ie openbare hoofdonderwijzers in deze gemeente, Wat bet.eft de regeling van de traktementen der hulponderwijzers stellen burgemeester en wethouders voor School Gvoor kinderen van on vermogen den: l0* hulp onderwijzer met akte van hoofdonderwijzervroeger f 400, te brengen tot f 500; 2°" hulponderwijzer van f 300 te brengen tot 400; 3,:" en 4l" hulponderwijzers van £00 te brengen lot 350; 5C" en Gonhulponderwij zers te laten op f 300. School F, voor kinderen van minvermogenden: lun hulponderwijzer met akte van hoofdonderwijzer, vroeger f 600, te brengen tot f 5002tu hulponderwijzer, van f 450 te biengen tot f 400; 3tn en 4'" hulponder wijzers te laten op f 350, en 5rn, 6cn en 7cn hulpon derwijzers te laten op f 300. School E (hoofdonderwijzer, de heer van Swers): lt,! hulponderwijzer, vroeger f 300, te brengen op f 400, 2'" hulponderwijzer te laten op f 300. School G' (hoofdonderwijzer de heer van Sluijs)lon hulponderwijzer, met akten van hoofdonderwijzer en voor Fransch en wiskunde, te laten op f 800; 2"'hulponder wijzer, met akte voor Fransch, van f 450 te brengen op f 500; 3,n hulponderwijzer van f 350 te brengen op f 400; 4e" hulponderwijzer te laten op 350. School B (hoofdonderwijzeres mejuf vrouw Achilles) lc hulponderwijzeres, vroeger f 450 te brengen op 500; 2C liulponclerwijzeres, vroeger f 400te brengen op f 450. Ter toelichting deelt dc voorzitter mede dat zoo een der tegenwoordige titularissen mocht geplaatst worden in eene categorie die lager bezoldigd is dan die waarin hij nu is geplaatst, hij natuurlijk z jn tegenwoordige jaarwedde zal behouden. Op verzoek van den heer Fokker, ondersteund dooi de heeren van Visvliet cn Dobbelaer de Wind, wordt met algemeene stemmen besloten de behandeling van dit voorstel aan to houden. Voorts worden zonder hoofdelijke stemming aange nomen twee voorstellen van burgemeester en wethou ders, strekkende: a om het huis van den gewezen hoofdonderwijzer W. Au r voor/" 350 'sjaarste huren ter overbrenging van school Ben b om voor f 140 eenige schoolmeubelen van den heer Auer over te nemen. Eene door burgemeester en wethouders voorgedragen gewijzigde verordening op het marktwezen in deze ge meente wordt voorgelezen en met de daarbij behoorende memorie van toelichting voor de leden tér inzage ge legd, om in een volgende zitting behandeld te worden. Hetzelfde besluit wordt genomeu ten aanzien van eene door burgemeester en wethouders overgelegde concept,-veiordening tot, handhaving der orde op de buitenpleinen van en de toegangen tot het station al hier. Ten slotte wordt overgegaan tot de benoeming der vaste commissiënwaarvan de uitslag is dit zijn be noemd tot leden van de commissie tot het ontwerpen van verordeningen tegen wier overtreding straf is be dreigd met den burgemeester als voorzitterde heeren Rekker, Dobbelaer de Wind, van Hoek en Snouclc Iiur- gronje; commissie van financiën, dj heeren Schorer, vooizitter, van Visvliet, Fokker, Luteyn en Mathon; commissie van fabricage, de heeren: .Schorer, voorzitter, Snijders, Dronkers, van Eekelen cu G'onrad. Dc zitting wordt gesloten. ALGEMEEN OVERZICHT. In de tweede helft der vorige maand werd door het be stuur van het linker-centrum der Fransche nationale vergadering de periodieke uitgave aangekondigd van het Bulletin conservateur républicain, cn verscheen toen een eerste nommer gewijd aan het betoog, dat de con servatieve republiek de meest weiischclijke en de eenig mogelijke regeeringsvorm voor Frankrijk is, hetwelk een zeer goeden indruk maakte. Thans is weder een nommer verschenen en voorlaan

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 2