MIDDELBÜRGSCHE C O R A N T. F 216. Woensdag 1872. 11 September. Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2Én Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen. De prijs per 3/m.franco is f 3.50. advocaten, soldaten, burgerheeren en eenige werklie den er onder (ik zag er ook een voornaam Haagsch industrieel en gemeenteraadslid tusscken zijne mede burgers ingenepen staan). De zuidelijke limiet van het heiligdom wordt door een kolossaal buffet ingenomen, waar boven eene ook al volgepropte tribune is aange bracht, terwijl in 't westenwaar het bureau van het con gres vlak tegen den wand zit, een veel te kleine tribune voor de pers de vertegenwoordigers en verslaggevers van een aantal binnen- en buitenlandsche bladen bergt. Over het bureau bevindt zich te halver hoogte van de zaal een kamertje ik vermoed dat het bij de oor spronkelijke bestemming der zaal den dienst bewees van de cahinets particuliers der Parijsche restaurants dat met een schuifraam het gezicht op het enceinte heeft, het privaat eigendom van den concierge van de zaal, door wien bij de buitengewone gelegenheid van dit congres voor het binnentreden van dit privatissimum eene schatting van éen gulden wordt gevraagd. Het is warm in de zaal, waar ik mij te midden van het publiek bevind, doch er moet ergens eene soort venti latie zijn; althans van tijd tot tijd voel ik een welda dig tochtje op mijn gezicht. Om u de volte en het gedrang te beschrijven zal ik maar éen woord bezigen: men had moeite om een plaatsje voor zijn voeten te vinden! Hoe onmogelijk het ook schijne en welk ver rassend nieuw licht het feit ook over de samenpersbaar- heid van 's menschen lichaam doe schijnen, letterlijk was het waar dat de omvang der toehoorders door het geweldige gedrang was samengedrongen tot aan de vlaktemaat der voeten. Hetzelfde gedrang belemmert het gezicht. Met moeite krijg ik den president in het oog en in de schuinte heb ik over den schouder van een jager heen een kijkje op Carl Marx in eigen persoon. Evenals Lassalle, Barnum, Meijerbeer en an dere levenmakers behoort hij tot dat oude ras, waaraan Disraeli de toekomst voorspelt, en 't is hem aan te zien. Hij ziet er echter in 't geheel niet uit als een half Hollander, zooals hij is, uit eene Nederlandsche moeder gesproten en zeer nauw geparenteerd (als ger- main of sous germainaan een der voornaamste advoca ten van Amsterdam. Blijkbaar is hij de ziel der ge- heele zaak; want schoon zelf geen deel aan de discus sie nemende, staat hij met den president en den secretaris, achter wiens stoel hij gezeten is, in voort durend contact, zoodat hij zooal niet de hand, dan toch het hoofd blijkt te zijn dat allen dirigeert. Van de andere helden der Internationale kan ik niet veel te zien krijgen; éen slechts hoorde ik in 't Hollandsch spreken waarbij ik hem meteen zag, dat was zeide men de beruchte van der Hout, wiens uiterlijk mij terstond de ommegaande bedienden herinnerde die in de kermistent van Boas en Judels de entre-actes op- vroolyken door hun geschreeuw van „Beiersch bier, ijs, pons, lemenade!" Verder verscheen er nu en dan een zware kerel in zijn hemdsmouwen boven de hoofden van hit gedrang; hij scheen een soort van officieuse politie uit te oefenen en dirigeerde nu den een hier dan den ander daarik hield hem eerst voor een der steun pilaren der Internationale, maar vernam weldra dat het de kastelein van het lokaal was, bezet met eene naïeve vrees dat zijn mobilair van het dringen en duwen schade zou lijden. „En nu de handelingen zelveliet begin der zitting werd ingenomen door een requisitoir van den „burger" van der Hout tegen de redactie van het Dagblad van 'sGravcnhage en vooral tegen den hoofdredacteur daar van waarbij de spreker in niet zeer welriekende biogra- phische détails afdaalde zonder heel veel nut. Met meer goeden smaak dan de eerzame Amsterdammer vervulden de vreemdelingen, die deze speech achtereenvolgens in 't FranschEugelsch en Duitsch moesten vertalen, hunne taak met zeer veel korreltjes zout; de Fransche verta ler maakte met een enkel woord gewag van de mede gedeelde levensbijzonderheden en voegde er bij„nous passerons ces détailscar je trouve noire temps trop pre cieus pour Voccuper de cette saloperieDaarna werden de nieuwe statuten, zooals die op de administratieve (ge heime) vergadering waren aangenomen, voorgelezen. Blijkens die nieuwe bepalingen heeft de partij van Middelburg 10 September. Men meldt ons uit den Haag dat een wetsontwerp tot algemeene verlaging van den census terstond na de hervatting der werkzaamheden bij de tweede kamer zal ingediend worden. Het wetsontwerp moet nagenoeg op denzelfden leest geschoeid zijn als dat van den heer Fock. Z. M. de koning wordt a. Vrijdag van zijn reis naar Zwitserland in den Haag terug verwacht. De Staats-courant van heden bevat het gewone pro gramma voor de opening van de vergadering der staten- generaal, te 's Gravenhage, op Maandag 16 dezer. De minister van buitenlandsche zaken heeft ter ken nis van de belanghebbenden gebracht, dat, volgens mededeeling van den gezant der Fransche republiek, de Nederlandsche reizigers, evenals de Britsche en Belgische, voorloopig zijn vrijgesteld van het vertoonen van een paspoort aan de Fransche grenzen, en alleen verplicht zijn hunnen naam op te geven, met aandui ding hunner nationaliteit. Met ingang van den lcn October a. is de rijkstele- graafkantoorhouder en brievengaarder te Egmond aan zee F. J. Gentie, op zijn verzoek, eervol uit die betrek king ontslagen en weder als rijkstelegraaf klerk in dienst gesteld. Tot brievengaarder en kantoorhouder te Egmond aan zee is met ingang van genoemden datum benoemd H. W. J. G. Slrootman, tot dusver geagreëerd klerk ten postkantore te Appingedam. Staats-courant Onze Haagsche correspondent geeft ons het vol gende overzicht van de zittingen van het congres der Internationalendat wegens plaatsgebrek tot heden moest blijven liggen. „Deze gehecle week is het Internationale „werkers" congres dan toch hier vergaderd geweest, en tot op dit oogenblik heeft het congres aanleiding gegeven tot tevredenheid. Men zou de Nederlandsche regeering bijna beleedigen met er zijne tevredenheid over uit te spreken dat zij het rustig zijn gang had laten gaan daardoor zou men toonen haar een oogenblik te hebben verdacht van ter wille van pressie van buitenaf en van het misbaar eener zekere pers de vrijgevige beginsels onzer wetgeving geschonden en Nederland's ouden roem van gastvrijheid en verdraagzaamheid even schandelijk onteerd te hebben als het ministerie Heemskerk-van Zuijlen het door de wederrechtelijke uitdrijving der Hanoversche uitgewekenen deed. De pressie van buiten werdzooals men wilvooral uitgeoefend van den kant van Frankrijkwelks minister van buitenlandsche zaken in den Haag bepaalde vertoogen heeft laten doen, die bij de zeer groote meerderheid van het ministerie afstie ten op een onverzettelijk vasthouden aan de wet. „Maar meer reden van tevredenheid gaven twee elemen ten, die niet gewoon zijn zich in Nederland bijzonder prijzenswaardig te gedragen, ik bedoel de politie en liet Haagsche volk. Zoowel bij de ontvangst der Inter nationalisten als in hare houding tegenover het ganscbe congres ontwikkelde de Haagsche politie een beleid, gezond verstand en bescheidenheid, die bij den vreem deling, dunkt mij, den indruk moeten gegeven hebben alsof de bevoegdheid der politie in Nederlandin plaats van in den ongeregelden toestand te verkeeren dien wij allen kennen, geregeld werd door de vrijzinnigste en volmaaktste wet. De Hagenaars van den anderen kant vroegen zich vaak met verbazing af, of zij de Haagsche politie wel voor zich zagen, die onder een vroeger régime in vloekendreigementen en aanmatigingin plaats van in beleefdheid en welwillendheid hare kracht zocht. Met genoegen zie ik ook dat in alle Engelsche couranten en haar getuigenis is op dit terrein veel waard hulde aan onze Haagsche politie gebracht wordt. „Maar wat mij nog meer verbaasde en genoegen deed was de houding van het Haagsche volk. Dagen lang was er in de hier vooral door de lagere klassen gele zen courant tegen het te verwachten congres een op ruiende en insinueerende polemiek gevoerd, die, ware ze in de Parijsche Figaro geplaatst geweestaurait fait tache dans la Loue. „Niemand die het doel van deze pogingen niet door zag; velen, de lichtgeloovigheid en onwetendheid van het Haagsche volk kennende, waren ernstig bevreesd dat zij haar doel zouden bereiken en een oploop verwek ken, waaruit misschien, wanneer de zaken wat meelie pen, eenige politieke voordeelen voor zekere partij zouden te distilleeren vallen. Maartot veler verbazing en aller voldoening (behalve van de bedoelde politiekers natuur lijk) hield de Haagsche volksklasse zich voorbeeldig gedurende de gansche weekzij toonde hoogstens nieuws gierigheid naar de lieden, waarvan men hen zooveel geks bad trachten diets te maken; in éen woord het door het Haagsche Dagblad uitgestrooide zaad bleek cp een rots gevallen te zijn. „Maar 't wordt tijd om tot het congres zelf te komen. Het doel dat men zich daarmede vooral voorstelde was de verdeelde elementen der Internationale te hereeni gen en de klove te dempendie de verschillende allen al even onhandelbare richtingen in haar boezem ver deelt. Centralisatie of decentralisatie, unie of federa lisme was ook in die vereeniging de groote strijd. De Internationale, zoo klaagt men in Zwitserland en in Spanje, gaat op in den koofdraad te Londen, welks ziel Carl Marx is, de eenige organiseerende kop (tusschen twee haakjes gezegd) en de eenige man van wetenschap en tact onder de leiders der socialistische beweging; men wil daarom den invloed van den hoofdraad vermin deren en 't door wijziging der .statuten daarheen bren gen dat de nationale afdeelingen der vereeniging eigen lijk de werkende kracht uitmaken en de hoofdraad niets anders hebbe dan een beperkt mandaat van louter administratieven aard. Dat die toeleg geen bijval vindt bij den hoofdraad zei ven is natuurlijk! Hij bestrijdt dien met al de kracht van een strijd pro domo sua en Carl Marx is daarom met al zijne trouwe aanhan gers en familieleden uit Noord en Zuid, maar vooral uit Engeland, opgekomen; van heinde en verre hebben ze zich door afdeelingen en afdeelingtjes als gedele geerden laten benoemen, zoodat zij als eene vast aan eengesloten meerderheid pal stonden voor de bataille royaledie gedurende zes dagen op het Haagsche con gres in publieke en geheime maar vooral in geheime zittingen gestreden is. Geen wonder dat de logica van het cijfer de overwinning behaalde, dat de herziening der statuten weinig te beteekenen haden de hoofdraad door eene schijnbare concessie op een enkel punt zich wist te handhaven op de ingenomen plaats. „Voeg bij die wijziging der statuten eenige persoon lijke quaesties, interpellaties, incidenten, en gij zult een volledig overzicht hebben van hetgeen het Haagsche congres heeft uitgericht, of liever tot gisteren avond uitrichtte, daar er op het oogenblik weder eene „publieke" vergadering met eene door het sluiten der deuren ge temperde publiciteit, waaraan ik helaas mijn aandeel niet heb kunnen machtig worden, gehouden wordt, waarvan ik u natuurlijk niets weet te verhalen. „Wat het uitwendige van het congres betreft, om u daarvan een denkbeeld te geven beschrijf ik u de veel bewogen zitting van gisteren (Vrijdag) avond, waarvan ik reeds met een kort woord gewaagde, en die ik in 't zweet mijns aanschijns in den meest letterlijken en onaangenamen zin des woords bijna tot den einde heb bij gewoond. Door de berichten uit andere dagbladen, wier verslaggevers het buitengewone voorrecht genoten van ook op de geheime zittingen de vergadering te kunnen rondneuzen, weten uwe lezers zich reeds eenige voor stelling te maken van het congreslokaal. Genoeg zij het te vermelden dat het enceinte waar de gedelegeer den zitting hadden dezelfde ruimte waarin gewoon lijk Zondags avonds do Haagsche dienstmeisjes met hun grenadier of jager de edele danskunst beoefenen ten noorden grenst aan een blinden muur, ten oosten aan eene opeengepropte en zeer veel van de warmte lijdende menigte, hoofdzakelijk samengesteld uit ambtenaren,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 1