MÏDDELBÜRGSCHE C O U R A N T. F 200. Vrijdag 1872. 23 Augustus. Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2™ Paascn^^n Pinksterdag en een der Kerstdagen. De prijs per 3/xn. franco is f 3.5Ö. Middelburg 22 Augustus. Aangaande de doorbraak van den dijk van het Zwin schrijf, men uit het voormalig vierde district van Zee land nog het volgende: Nadat vóór ongeveer 2 maan den door de daartoe benoemde Nederlandscb-Belgiscbe commissie was aanbesteed de indijking van de groote oppervlak!e schor, uitmakende het nog overige deel van den voormaligen zeearm het Zwinis met het leggen van den dijk of datn door den Belgischen aannemer al spoedig een begin gemaakt en naderde de voltooiing met rassche schreden. Nu eu dan hoorde men echter door deskundigen bezwaren opperen tegen de uitvoering- van het werk, en werd verzekerd dat door de mindere bekend heid van den aannemer met de werking van den vloed en de gesteldheid van den grond, veel kans bestond dat door de gevolgde wijze van werken de afsluiting niet te vei krijgen zou ziju. Desniettegenstaande was 11, Don derdag namiddag de laatste opening van den dam gevuld en dus do afsluiting tot stand gebracht; des avonds te half "10 uur evenwel is het werk voor den aandrang van den opkomenden vloed bezwekenen wel met zoodanige kracht dat van de ter plaatse tegenwoordige personen enkelen bijna het slachtoffer zouden geworden zijn. Het vloedwater wordt namelijk door de voorliggende platen of zandbanken gedurende een goed deel van het was send getij teruggehouden en stort dan eindelijkwan neer het boven de kruinen dier banken is gerezenmet vreeselijlce kracht op de schorren van het Zwin; met dezen ongewonen toestand schijnt de aannemer geen rekening te hebben gehouden, vandaar de doorbraak. Het is te hopendat door krachtig aangewende pogin gen de doorbraak zal hersteld worden, ofschoon voor 'toogenblik veel vrees voor het tegendeel bestaat. (Het Vaclerl.) De gemeenteraad van Amsterdam heeft in zijne gis teren gehouden zitting met IS tegen 3 stemmen aange nomen een voorstel van burgemeester en wethouders betreffende de aanwijzing van een terrein voor de aca demie van beeldende kunsten op den buitensingel over de gasfabriek. Voorts heeft de benoeming plaats gehad van een kommandant der brandweer, eene nieuwe betrekking op een traktement van f 3000, waarnaar, volgens algemeen gerucht, een paar honderd personen hebben gesolliciteerd, grootendeels officieren van land- en zee macht. Er werd driemaal, gestemd. Bij eerste stem ming erlangden de heeren Steenkamp en van Braam Houckgeest (kapitein bij de mariniers) ieder 12, de heer J. C. de Ruyter de Wiidt (luitenant ter zee le klasse) 3 stemmen. Bij he'-stemraing tegen den heer van Braam Houckgeest, die 12 stemmen erlangde, werd eindelijk met li stemmen benoemd de heer P. W. Steenkamp, 1" luitenant der artillerie bij de torpedo-compagnie te Brielle. BENOEMINGEN EN BESLUITEN. belastingen. Opgeheven de volgende ontvangkan toren dat der directe belastingen en accijnsen gevestigd te Wedde, bevattende de gemeenten Wedde en Ylagt- wedde; dat der in- en uitgaande rechten en accijnsen gevestigd te Bourtange (gemeente Vlaghvedde). Ingesteld een nieuw ontvangkantoor der directe be lastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen te Bour tange, voor de gemeente Vlagtwedde. Benoemd tot ontvanger der directe belastingen, in- en uitgaande rechten en accijnsen te Bourtange, G-. D. Coninek Westenberg, thans ontvanger der in- en uit gaande rechten en accijnsen te Bourtange; en de ge meente Wedde gevoegd bij het ontvangkantoor dei- directe belastingenin- en uitgaande rechten en accijnsen te Oude Pekela, onder voortdurend beheer van den tegenwoordigen titularis J. A. Geukama Bakker. leger. Eervol ontslag uit den militairen dienst ver leend, op verzoek, aan den generaal-majoor bij het leger in Nederlandsch-Indië D. L. de Brabant, thans op nonactiviteit.met behoud van recht op pensioen en onder dankbetuiging voor de vele gewichtige en lang durige diensten door hem aan den lande bewezen. MA NINE EN LEGES. De luitenant ter zee 2e klasse D. G. Brand, dienende aan boord van Zr. 3D. wachtschip te Amsterdamwordt met den laatsten dezer op nonactiviteit gesteld en met den le" September daaraanvolgende vervangen door den luitenant ter zee 2C klasse J. P. Hovy. (Staats-cour.) KOLONIËN. De laatste uit Nederlandsch-lndië aangevoerde be richten loopen tot 6 Juli jl. Aan het 3fai(overzicht van het Nieuw Bataviaasch Handelsblad ontleenen wij bet volgende: Het nieuws uit Indië bepaalt zieh tot een enkel, maar belangrijk feit. De expeditie, die eenigen tijd geleden naar Deli ge zonden werd, om er op verzoek van den sultan twee Dato's te tuchtigen, slaagde spoedig om de door hen opgeworpen versterkingen te nemen. De twee rebellen, hoofden, vroegen den sultan vergiffenis. Het antwoord was dat zij in persoon moesten opkomen. De Pinang- sche bladen beweerden, dat men ze naar Batavia wilde opzenden. De wanhoop schijnt hun kracht te hebben gegeven. Eergisteren ontving de regeering toch hier een telegram, tengevolge waarvan het halve lle rechter bataljon met achterladers gewapend, 4 houwitsers en 2 mortieren, met 40 artilleristen en ruim "100 ketting-gangersals koelies, te zamen 5 a 600 mixu, heden naar Deli zijn vertrokken. De regeering heeft tot onze verwondering niets daar omtrent in het gisteren verscheden officieelo blad open baar gemaakt. Dientengevolge wordt beweerd, dat onze troepen aldaar tegen twee nieuwe bentings oprukten, die namen, maar nu omsingeld zijn. Ook vreest men voor het leven der Europeesche kolonisten op Deli. Waarom men de Oud-Ind'sehe gewoonte van geheim houding wil volgen is niet te vatten, want thans is de onrust des te grooter. Met klem en spoed is door de regeering evenwel gehandeld. Heden morgen ten half 5 uur trok de infanterie van het expeditiekorps van Meester Cornelis af, begeleid door bet achterblijvende gedeelte van bet llc bataljon en door het 10e. Op Weltevreden voegde de expeditionaire artillerie zich bij de infanterie en eindelijk nog een detachement cavalerie. Te 7 uren kwamen de troepen, begeleid door den kommandant der militaire afdeeling, en vele andere officieren en muziek, aan den Boom, waar zich bevonden de generaals Whitton (bij afwezigheid van zijne excellentie den legerkommandant, die zich op Sumatra bevindtfungeereud hoofd van het departement) en Happé, de chef van bet stoomwezen en van andere takken van dienst, de heeren André Wil tens en van Delden, president en secretaris van het Indisch comité van Het roode kruis (dat eene belangrijke bezending van het noodige heeft verscheept) en vele officieren en burgers, die afscheid kwamen nemen. Terstond werd het embarkeereu begonnen. Nog vóór halfS uur vertrok de Tjiliwong met een aantal prauwen op sleeptouw naar de reedewaar het stoomschip William Mackmnon gereed lag om naar Deli te vertrekken. Het officierkorps bij de expeditie is aldus samengesteld als wij goed ingelicht zijninfanterie, de heeren P. F. L. von Ilombracht, luitenant-kolonel, kommandant; W. Vas- seur, luitenant-adjudant; J. II. P. Kroesbeek, kapitein B. J. C. van Eersel, kapitein; F. Lucher, kapitein; H. F. Weychard, le luitenant; 31. A. J. L. Keule- mans, 1° luitenant; J. H. van der Veen, 1° luitenant; L. L. A. Maurenbrecber, 2e luitenant; J. 31. Sanders, 2" luitenant; P. L. Logeman, 2eluitenant; K.ILRüpke, 2® luitenant; C. F. G. Gölz, 2e luitenant, en F. Soeterik, 2C luitenant. Artillerie. H. Adama van Scheltema, kapi tein-komman dant; D. 3Ioreau, 2° luitenant. Geneeskun dige dienst. H. J. van der Weide en J. S. Cremer, officieren van gezondheid 2e klasse. Administratie. H. J. Ebbink, lu luitenant. Op het oogenblik dat de troepen heden morgen ge reed stonden te embarkeeren, werd, naar wij vernemen, het volgende telegram aan boord gebracht: „Buitenzorg, 6 Juli. Overste Hombracht, Expeditie-Kommandant Reede Batavia. Ik weet dat het brave en trouwe Indische leger zich immer verdienstelijk maakt eu onderscheidt waar het te velde trekt. 3Iijne meest oprechte en liavtöjjjke-,wenschp^..voor het welzijn van uhoogedelgestenge^ -heeren^meieren, van de troepen en voor het sell ittferènd"~sticces der ex peditie vergezellen u. De gouverneur-generaal Loudon." Tegen 10 uren vertrok de William 3Iackinnon. De reis zal rechtstreeks naar Deli ondernomen worden, zonder Riouw aan te doen. Woensdag morgen hoopt men ter plaatse van bestemming- te zijn. Als men na gaat wat uoodig, ja onmisbaar is voor dergelijke expe ditie, naar een landstreek die geen hulpmiddelen ople vert, dan verdient de regeering- en het militair depar tement bovenal allen lof voor den spoed, waarmede gehandeld is, GEMENGD® BERICHTEN. Van den pleiziertrein van Middelburg naar Utrecht bebbeu gisteren circa 1000 personen uit de versch illen do tusschengelegen plaatsen gebruik gemaakt. Aan de Goesscke courant van heden ontleenen wij het volgende „Een groot publiekwaaronder mamnen, gebaarde mannen, overmeesterd door het gevoel, rechters en pleitbezorger zichtbaar bewogen bij de uitoefening van hun plicht, een meisje smeekend om genade zulk een schouwspel leverde de openbaarde zitting onzer rechtbank jl. Maandag op. En toch zij had gesto len, de bevallige IGjarige, zij had zich vergrepen aan 't goed van een anderEn 't recht moest zijn loop hebben. „Wat was het dan dat zooveel sympathie voor deze zondares opwekte? Dacht men er aam dat die jeugdige scboone nog zoo'n lang leven vóer zich heeft en gedu rende dat lange leven nu dezen smet heeft mee te dragen? Ja ook die gedachte had de sympathie doen ontstaan, maar meer nog was zij geboren uit zekeren wrevel tegen de aanklaagstervan wie men zoo gaarne had gewenschfc dat zij de christelijke liefde boven de harde gerechtigheid gesteld had, te meer daar de waarde van bet gestolene haar weinig opoffering kosten zou. Die wrevel uitte zich het allereerst bij het publiek door teekenen van toejuiching van het vonnis, toen de- rechtbank het meisje slechts eene straf van veertien dagen oplegde. Ware het hierbij geblevenmen zou de uiting van den volksgeest in deze zaak met zeker welgevallen hebben aanschouwd en reeds daardoor zou de aanklaagster geleerd hebbendat de menigte barm hartigheid en geene wrekende gerechtigheid van haar gewenscht had. „3Iaar het medelijden, de aandoening, ze maakten dra plaats voor een tooneel, dat den goeden* mdjuk der zaak geheel wegnam. Onder getier en gejouw w|rd de aanklaagster, de meesteresse van de Veroordeelde, door de menigte naar huis geleid. En des avonds verzamelde die menigte zichzingende en tierende voor hare woning. Zelfs werden steeaen tegen de winkel ramen geworpen en moesten politie en justitie zich doen gelden. Toen werden de vuilste liederen toepasselijk gemaakt op de aanklaagster, en vergat men dat, zoo al de volksmenigte in den -morgen door medelijden tot eene edele aandoening-, tot zekere geestdrift was ver voerd, het nog'tans niemand vrij staat eene soort van eigene rechtspleging uit te oefenen, en dat geestdrift voor 't voorwerp van puriteinsche rechtvaardigheid zich het allerminst gunstig openbaart in het aanheffen van straatliederen en het gooien met steenen. „Wij nemen aaQ dat de meesteres niet heel christe lijk heeft gehandeld met hare bediendemaar men ver- gete niet dat de justitie aangifte eischt van iedere overtreding der wetten, die de orde en de eerlijkheid in de maatschappij moeten handhaven. En het meisje

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 1