MIDDELBURGSCHE
F 189.
Zaterdag
1872.
COURANT.
10 Augustus.
Dit blad verschijnt dagelijks met uitzondering van den Zondag, den 2-D Paasch- en Pinksterdag en een der Kerstdagen.
.De prijs per 3,'m. franco is f' 3.50.
Middelburg 9 Augustus.
De raad van state, afdeeling voor de geschillen van
"bestuur, zal Woensdag 14 Augustus a. eeue openbare
vergadering honden, waarin o. a. verslag zal worden
uitgebracht in zake van het beroep van: 1° het bestuur
van een calamitens waterschap in Zeeland, van een be
sluit van gedeputeerde staten van Zeeland van 22/28
Maart 1872waarbij zijn aangewezen de onderwerpen
van uitgaaf, welke geacht moeten worden te geschieden
in het belang der zeeweering en oeververdediging van
dat waterschap, en 2° van een besluit van dezelfde staten
van 22/28 Maart 11., houdende aanwijzing der onderwer
pen van uitgaaf voor de calamiteuze polders Margaretha,
Klein-Huijssens en Eendracht.
Onze ïlaagsche correspondent schrijft ons van 2 dezer:
„Moest ik dan waarlijk de bosschen van denTaunus
en de restauratie van Chevet daar ginder verlaten, om
hier te 's Gravenhage met de neus in 'fc vet een heel
ander, een viezer vet trouwens dan dat der sau
zen en fijne schotels der Homburgsche AtfrnraZ-keuken
midden in eene verkiezing voor den gemeenteraad te
vallen! Nauwelijks was ik in de afgeloopen week voor
de naderende zon van Kaissr Wilhelm geweken en
naar den Haag afgezakt, of daar was 'tlieve leventje
in vollen gang. Frenez inon oursprenee won ours!
schreeuwden de Haagsche dagbladen u luidkeels toe,
en ze riepen even hard dat ge den beer van de tegen
partij niet nemen moest. Dan slingerde de een u ver-
tronwelijk de hand door den arm en vertelde u
confidentieel welke gruwelijkheden de tegenpartij voor
had, en dat de candidaten die zij stelde eigenlijk
haar ware candidaten niet warenen wanneer ge
dat natuurlijk verschrikkelijk gevonden liadt, kwam de
tegenpartij en fluisterde u eenige confidenties in het
oor van de schandelijke knoeierijen der andere. Voeg
daarbij do gebruikelijke ongeteekende advertentiën
en strooibiljetten van vele, eenige enz. enz. kiezers
(die mij altoos doen denken aan de oude voorloopige
verslagen van de tweede kamerof aan een samenge
steld koor in een opera -libretto) en deftige door ach
tenswaardige medeburgers onderteekende aanbevelingen,
en ge hebt een volledig beeld van onze Haagsche ver
kiezing, terwijl ge ons Hagenaars niet benijden zult
dat we, omdat geen verkiezingen zijn gedaan, in de
volgende week nog eens van voren af aan zullen beginnen.
„Ook te Rotterdam is er heel wat misbaar over de
verkiezing van koning Otto gemaakt. De Nieuwe Rotter-
damsche courant toonde bij die gelegenheid dat ze
zeker instrument van zwaar kaliber, waarop gewoonlijk
in de residentie nog al eens obligaat gegeven wordt
zooals PietPaaltjeszeido „nietonverdienstelijk bespeelde."
„liet schijut tegenwoordig een gelukkige naam te
zijn, die naam van van Rees! Maar ik weet nog niet
met zekerheid te zeggenof deze verkiezing nu wel
zulk een groote felicitatie waard is voor de liberale
partij, en vooral voor den nieuwen minister van kolo
niën, aan wiens warme aanbeveling de benoemde zijne
verkiezing, of althans zijnecandidatuur te danken heeft.
De tijd zal dit moeten leeren.
„En Blussé heeft te Deventer met van Delden zijne
chassez-croisez volbracht. Ik wil wel bekennen dat ik
geen vriend ben van het onmiddellijk in de kamer
optreden van afgetreden ministers; zij brengen meestal
hun dé/Al in de kamer mede. Toch doet mij Blussé's
we der-optreden op het politiek tooneel genoegen. Een
zoo practisch man mag in de kamer niet ontbreken,
waar we nu al overvloed hebben van juristerijadvo-
caterij, enz. enz.
„Ik behoef u niet te zeggen dat het hier in de poli
tiek zeer stil is. Men hoort noch ziet iets, eu de nieuw
tjes waarmede men zich gedurende mijne afwezigheid
uit den Haag hier schijut verkwikt te hebben, zooals
het gerucht van ecne gewichtige en geheime zending
van het kamerlid van Sijpesteyn naar de West mis
schien om mijnheer Sassen per dwangbuis terug te
brengen voor de voeten des nieuwen ministers van
koloniën! blijken mij bij onderzoek geheel uit de
lucht gegrepen of aan de welwillende bedoelingen van
goede vriendjes het leven schuldig te zijn.
„Dc koninklijke familie is ook niet in den Haag;
Scheveningen is zóo vol Duitschers dat men er zich
geannexeerd waant, en wij drijven zoo zoetjes aan den
stroom weer af, die ons ter bekwamer tijd bij bet ge
bruikelijk ceremonieel der kameropening zal doen be
landen.'
Bij het dezer dagen te 's Gravenhage aan bet depar
tement van financiën gehouden examen voor ds betrek
king van landmeter 3e klasse bij het kadaster, hebben
de navolgende adspirant-landraeiers aan de véreischten
v.in dat examen voldaan, te weten: T. F. ter Beek, te
Geldrop; A. J. van Baarle, te Middelburg; H. G. A.
Mongers, tS^VoeiiwoudenP. Vierkant, te Assen;
A. Veenhuysen, te Amsterdam; D. A. Berkhout, te
's Graveuliage; R. A. M. Vermeulen, te Assen; C. W.
Gombault, te Veen wouden; J. U. Polman, te Zwolle;
R, Nicolaï, te Assen; J. J. van Roosmalen, te 's Her
togenbosch en H. J. F. Bingen, te Geldrop.
Door den minister van fiaanciën zijn bevorderd tot
landmeter 3e klasse bij bet kadaster, de adspirant land
meters: W. van Dijk, te 's IlertogenboschT. F. ter
Beek, te Geldrop; A. J. van Baarle, te Middelburg.
II. G. A. Mongers, te Veenwouden; P. Vierkant, te
Assen; A. Veeohuysen, te Amsterdam; D. A. Berk
hout, te 's Gravenhage; R. A. M. Vermeulen, te Assen;
en C. W. Gombault, te Veenwouden. Staats-ccur
Uit Coevorden schrijft men ons van 7 dezer
„Deze voormalige grijze veste is sedert een paar
dagen reeds in feestdos getooid. Van de meeste huizen
wappert de oranjevnaa of de nationale driekleur.
„Heuen ochtend te 9 uren kondigden een'ge kanon
schoten de opening van het feest aan. Tegen 10 uren
stroomde de met oranje getooide menigte naar de groote
kerk, alwaar de Leer A. L. Lesturgeon, predikant te
Zweeloode feestrede zou uitspreken. In welsprekende
taal wist genoemde predikant de geestdrift zijner toe
hoorders voor het nationale feit van Coevorden's herrij-
ding van het juk des bisschops van Munster in 1672
op te wekken, en tot dankbaarheid te 3temuien voor
het wclgelukken van den aanslag, die onder leiding
van Meindert van der Thijnen door een handvol dap
peren werd volvoerd. De door de liedertatel „Espe-
rance" uitgevoerde, toepasselijk daartoe vervaardigde
gezangen, waarmede de feestrede werd afgewisseld,
maakte door de uitstekende uitvoering een goeden in
druk. Onder de aanwezigen merkte men in de eerste
plaats op 's kouings commissaris in Drenthe, den heer
Gregory. Verder waren aller blikken gevestigd op de
nazaten van het geslacht Sickinge, waarvan vier leden,
een als majoor cn drie als vrijwilligeis, aan de vermees
tering van Coevorden hadden deelgenomen. Die naza
ten waren de heeren Sickinge, oud-majoor der infanterie
van het leger bier te lande, en zijn broeder, oud
kapitein van liet Nederlandsch Oost-Indisch leger. Die
heeren waren door de feestcommissie tot bijwoning-
van het feest uitgenoodigd. De heer Elout van
Soeterwoude, lid van den raad van 3tate, mede
dGor de feestcommissie nitgenoodigd als nazaat van
den luitenant-kolonel Frederik vanEijbergen, den alge-
meenen aanvoerder van den aanslag, bad zich wegens
ambtsbezigheden verontschuldigd.
„Te 12 uren gaf het muziekkorps van het lc regi
ment infanterie, uit Leeuwarden overgekomen, eene
matir.ée musicale op de Markt. Te 3 uren had eeue hard
draverij plaats, waartoe van Z. M. den koniug waren
ontvangen als prijs 2 porseleinen vazen en van H. M. de
koningin 2 lampen, die tot premie werden bestemd.
De prijs werd behaald door den heer de Jong van de
Dedemsvaart, de premie door Ellering van Rooswinkel.
Des avonds, bij het invallen van de duisternis, werd
een gecostumeerde optocht bij fakkellicht gehouden,
voorstellende de voornaamste personendie tot de
belangrijke gebeurtenis in betrekking stonden en de meest
beroemde mannen uit het jaar 1672. 0. a. merkte men
op: prins Willem UI, den keurvorst van Brandenburg
prins Casiurir, raadpensionaris Fagel, de vlootvoogden de
Ruijter, Tromp, van Gent, de Liefde enz., Meindert
van der Thijnen, Eijbergcn, Sickinge en Wijks, verder
krijgslieden te water en te land.
„Op het raadhuis waren verscheidene merkwaardige ge
denkstukken uit dien tijd voor 't publiek ten toon ge
steld, zooals: gedenkpenningen, oude platte gronden
der vesting uit verschillende tijdperken het handschrift
van M. van der Thijceninhoudende een uitvoerig
verslag van de inneming der vesting; portretten van
Rabenhaupt en andere officieren, die aan den aanslag
hebben deelgenomen; een op de Munsterschen verover
de helm, tot heden bij de familie van den majoor
Sickinge bewaard geblevenverscheidene handschriften
betreffende de gebeurtenis van Coevorden's bevrijding;
verder nog twee oude vaandels van de compngniën,
tot de inneming der vesting gebruikt; eindelijk
de geschenken van HH. MM. den koning en de koningin.
„Tegen 10 uren verzamelde zich het publiek in de
feesttent ter bijwoning van de opvoering van een drama,
door den predikant Lesturgeon ontworpen voorstellende
de inneming van de vesting, en ton tooneele gevoerd
door de rederijkerskamer Van der Hoeven."
KERKNIEUW S
Uit het vroeger medegedeelde zestal ter beroeping
van een predikant bij de Nederduitsche hervormde ge
meente te Sneek is het volgende drietal opgemaakt:
de heeren B. Mossel, te Renkum; A. A. Ploos van
Amstel, te Hilversum, en E. C. Segers (Waalsch pre
dikant), te Groningen.
Beroepen tot predikant bij de doopsgezinde ge
meente te Enschedé de heer S. Cramer, te E inden.
Te Amsterdam is de algc-meene kerkelijke verga
dering der hersteld evangelisch luthersche kerk in
het koninkrijk der Nederlanden geopend. Het mode-
ramen dezer vergadering bestaat uit de heeren G. W.
Stemler als voorzitter, F. W. G. Kemman als tweeden
voorzitter, P. J. Heiwig als secretaris en D. Bonner
man als adjunct-secretaris.
MARINE EN LEGER.
De luitenant ter zee le klasse R. H. Jarman, behoo-
rende tot de rol van Zr. M8. wachtschip te Hellevoefc-
sluis, wordt met den 15cn dezer op nonactiviteit gesteld.
GEMENGDE BERICHTEN.
Het Vaderland deelt de volgende oplichterij mede
welke eergisteren te 's Gravenhage heeft plaats gehad. Een
logé van een der voornaamste hotels, zich noemende
Stipriaan, deed alsof hij zijn vertering wilde betalen en
gaf, onder voorwendsel dat het hem aan contant geld
ontbrak, aan den kellner een wissel groot f 500 opeen
bekend bankiersbuis aldaar. De knecht kwam onver
richter zake terug, daar bet kantoor gesloten wasmaar
zou in den namiddag andermaal den wissel presentee
ren. De logé gaf daarop zijn voornemen te kennen om
naar Scheveningen te gaanmaar da ir hij in elk geval
daarvoor geld moest hebben, vroeg en bekwam hij van
den hotelhouder f 100 ter leen, hetgeen bij ontvangst
van den wissel zou worden verrekend. Werkelijk
kwam er ook een rijtuig voor en werd den koetsier
bevolen naar Scheveningen te rijden, maar naar men
later vernomen heeft, gaf de beer, een goed eind op
weg zijndeden koetsier bevel terug te keeren en hem
naar Delft te brengen. Inmiddels werd de wissel op
het bepaalde uur vanwege den hotelhouder aangeboden,
maar niet met betaling gehonoreerd, om de eenvoudige
reden dat de wissel niet deugde. De hotelhouder is
dus de dupe, en wacht nog steeds den wisseltrekker
om hem f 100 en de gemaakte verteringen te voldoen.
Het vertrek naar Brussel van het muziekkorps
van het regiment grenadiers en jagers, onder directie
van kapitein Dunkler, is voorloopig uitgesteld. Wegens
het ingevallen ongunstig weder had men uit België's
hoofdstad daartoe het verlangen te kennen gegeven, om
dat de voorgenomen concerten geheel in dc open lucht
moeten plaats hebben en bij zwaien regen de uitvoering
alzoo onmogelijk kan genoemd worden. Wanneer zij
nu zullen doorgaan, is nog niet bepaald.
Een wisselwachter te VelpK. Vlemingheeft on-