Faubourg Montmartre en des Martyrs geleken beken en stroomen, terwijl het water de kelders vulde en in de benedenste verdieping der huizen stond. Op de wan delplaatsen waren boomen ontworteld en omgevallen. De tuin der Tuileriën geleek een groot meer. Dit alles is echter nog niets in vergelijking met de verwoestingen door een hoos en wolkbreuk in de omstreken van Parijs ten westen en noorden van de stad aangericht. De bui, die gedurende twee uren stroomen waters over Parijs uitgoot, schijnt zich in al hare woede buiten de stad te hebben ontlast. Als in breede waterstroomen viel de regen neder, zoodat de grond, hoewel door de voorafgegane hiite sterk uitgedroogd, Maandag morgen al het water nog niet had verzwolgen. Op som mige plaatsenvooral in de nabijheid van de cein tuurbaan aan het einde van de Rue der Poissonnières waren de droge grachten der vestingwerken vol water en geleken stroomen. Van genoemde straat was over een lengte van 100 meters het plaveisel geheel vernield en tegen den spoorweg gespoeldde spoorbaan was sterk beschadigd zoodat de reizigers de wagens moesten verla ten en een eind loopen om verder weder in andere wagens plaats te nemen. Eerst te 10 uren van den volgenden dag was de weg weder bruikbaar. Op het Kerkhof Saint Ouen zijn verscheidene grafteekenen een meter diep in den grond gezakt die te week was geworden om den last te dragen. Uit Halberstadt, in de Pruisische provincie Sak sen, wordt het volgende medegedeeld. Op 27 dezer hebben te dezer stede zeer betreurenswaardige uitspat tingen plaats gehad. Gedurende verscheidene dagen hadden personente Halberstadt van elders aangekomen, zich onder de massa begeven en in openbare lokalen op hevige wijzen uitgevaren tegen bestaande toestanden en onder anderen tegen de duurte der eerste levens behoeften. De hooge prijzen, door landbouwers, vee houders, zuivelbereiderswarmoeziers, enz., enz., voor hunne ter markt gebrachte producten gevorderd, steun den niet op een natuurlijken grondslagmaar moesten slechts worden behandeld als het gevolg van de alle perken te buiten gaande baatzucht der landlieden, die zich ten koste van het zweet en bloed der hen in zoo menig opzicht verre t? boven strevende stedelingen op de meest ongepaste wijze pogen te verrijken. Nauwe lijks was op 27 dezer de markt bezet, of de ongere geldheden namen een aanvang. De verkoopers beweer den dat hunne prijzen voor geen vermindering vatbaar waren en de marktbezoekers verklaarden stoutweg dat zij een hoop bedriegers waren. De verkoopers moesten eindelijkmet achterlating van hunne aangevoerde waren, de vlucht nemen. Door de opgewonden menigte vervolgd, werden de huizen, waarin zij een schuilplaats hadden gezocht, belegerd als het ware, veroverd en vernield. Omstreeks 9 uren des avonds werd bevel gegeven aan een gedeelte der te Halberstadt in bezet ting liggende kurassiersom de rust te herstellen. Dewijl die poging te voet geschiedde, werd zij zonder eenig goed gevolg ondernomen. De troepen keerden daarop naar de kazerne terugstegen te paard en veeg den alle toegangenwelke naar de markt voerdenmet het marktplein zelf, binnen weinig tij ds schoon. Aan vankelijk ging dit niet, want voor goede woorden en wijzen raad was de menigte doof en het gevolg daar van was, dat van de wapenen gebruik moest worden gemaakt. De kreet van: Leve de communewerd her haaldelijk vernomen. Vele personen zijn meer of minder ernstig gewond, anderen zijn onder den voet geloopen en hebben hun aandeel aan de gepleegde ongeregeld heden nog duurder betaald. Yan welke zijde de op ruiing heeft plaats gehad, is voldoende uitgemaakt. Mochten dergelijke uitspattingen herhaald worden, dan zal, naar de officieele bekendmaking te oordeelen, met minder verschooning dan vroeger de orde worden her steld en gehandhaafd. Het stadje Pillkallenin de nabijheid van Gum- binnen gelegen, is op 27 Juli jl. door een geduchten brand geteisterd. Ruim een derde gedeelte der huizen is een prooi der vlammen geworden 5 meer dan 150 ge zinnen ziju van have en dak beroofd. Nadat men het vuur meester was gewordenis het den volgenden dag weder uitgebarstentengevolge waarvan een detache ment militairen uit Gumbinnen derwaarts is gezonden. Men weet tot heden niet aan welke oorzaak die onhei len moeten toegeschreven worden. Uit Berlijn wordt aan de Elberlelder Zeitung ge schreven „De berichten over het uitbreken der cholera alhier dragen alle kenmerken van overdrijving. Van 16 tot 28 Juli hebben zich slechts vier gevallen voor gedaan. Dit is hier des zomers niets ongewoons en kan onmogelijk eene epidemie genoemd worden." Yolgens het Petersburgsche politieblad zijn aldaar van 11 Juni tot 7 Juli 819 choleragevallen voorgekomen, waarvan 339 met doodelijken afloop. Alzoo ongeveer 30 gevallen en 10 sterfgevallen per dag. Sint-Petersburg telt 540,000 inwoners; dit geeft dus 1 lijder op de 18,000 en 1 sterfgeval opde 54,000 ingezetenen. Eergisteren heeft te Parijs de algemeene verga dering van de aandeelhouders in de Suez-kanaal maat schappij plaats gehad. Uit het jaarverslag, door den heer de Lesseps uitgebracht, blijkt, dat de dienst van 1871 een nadeelig saldo van 2,642,204 francs heeft op geleverd. Voor 1872 rekent men op een overschot van 6,550,000 f a-nes, waarvan 3 millioen worden besterad tot aflossing van obligation en het overige grootendeels tot dividend-uitkeering. In liet eerste halfjaar van 1872 zijn 887 vaartuigen door het kanaal gevaren, met een op brengst van 7,244,000 francszijnde 45 pet. meer dan over het tweede halfjaar van 1871. In het jaarverslag wordt geconstateerd, dat de schepen van de grootste tonne- maat thans ongehinderd het kanaal kunnen passeer en- Op het meer van Constanz zag men dezer dagen drie waterkoozen te gelijk, tot grooten angst der reizi gers op een stoomboot, die zich op het meer bevond; zij kwamen echter met den schrik vrij. De petroleum-magazijnen op Hunters-Point, tegen over New-York, zijn een prooi der vlammen geworden; de schade bedraagt éen millioen dollars. VERKOOPIEGENEN AANBESTEDINGEN. Heden heeft aan het gebouw van het gewestelijk bestuur alhier de aanbesteding plaats gehad Yan net bouwen van een kaaimuur voor eene los- en lading plaats bij het kanaal door Zuid-Beveland. Voor dit werk is het minst ingeschreven door den heer B. Bolier, te Scherpenissevoor f 11,470. THERMOMETERSTAND. 1 Aug. 's av. 11 u. 58 gr. 2 :smorg. 711.61 gr. 'smidd. 1 n. 66 gr. 'sa v. 611.63 gr. öititmlanD. ALGEMEEN OVERZICHT. Met zijn gewone handigheid is Thiers er weder in geslaagd om de verschillende partijen der nationale vergadering met zich te verzoenen. Zooals zich reeds Dinsdag liet aanzien, heeft de commissie van prorogatie zich met zijne ophelderingen tevreden gesteld cn bet daarna onnoodig geoordeeld om de binnenlandsche poli tiek der regeering tot een onderwerp van openbare discussie te maken. Ook aan eene fractie der linker zijde, de zoogenaamde gauche républicaineis de bijzon dere eer te beurt gevallen, door Thiers persooalijk omtrent zijne binnenlandsche politiek te worden inge licht, en hoewel dit onderhoud niet openbaar gemaakt is, verzekert men toch dat de ophelderingen van Thiers ook op deze fractie den gunstigsten indruk hebben achtergelaten. Behoudens eenige onverzoenlijke ultra's verkeeren dus alle partijen der kamer weder eenmaal in den zoeten waan, dat Thiers in volkomen overeenstemming is met ieder harer en zij, elk voor zich, in hem haren man ge vonden hebben, terwijl feitelijk de president der republiek zich al bijzonder weinig om de zienswijze van een der partijen bekommert. Hoe lang die begoocheling duren zal, is moeilijk te bepalen; het aanstaand reces opent het vooruitzicht dat zij van iets langeren duur zal wezen dan eene der vroegere begoochelingen. Intusschen levert het incident, dat Woensdag morgen nog het vertrouwen der commissie van prorogatie in de schoone woorden van Thiers dreigde te schokken, een nieuw bewijs, door welke middelen de partijen vaak tevreden gesteld worden. De conclusiën betreffende het voorstel waren reeds genomen, het rapport voorge lezen en daarin verzekerd dat de commissie volkomen genoegen nam met de ophelderingen van den president der republiek, toen plotseling de heer Cumont opstond en zich meende te moeten beklagen over de dubbel hartigheid van den heer Thiers. Ziehier het ergerlijke vergrijp van de regeering: Zes leden van den arron- dissementsraad te Villefranche hadden in een adres den president der republiek met het succes zijner politiek geluk gewenscht en tevens aan bet slot op de ontbin ding der reactionnaire kamer aangedrongen. Op dit adres werd door den secretaris van het kabinet van den presi dent, den heer Barthélémy St.-Hilaire, geantwoord, dat het stuk ontvangen was en de president den onderteekenaars daarvoor zijn dank betuigde. Eenige leden der commissie wilden terstond op hooge bsenen naar Thiers gaan en hem zijne handelwijze onder het oog brengen. Zeer terecht merkte de heer Bertauld op dat dit bewijs van wan trouwen een grove beleediging zou wezen. De heethoof- digsten bekoelden iets, en men besloot den heer Barthélémy St.-Hilaire ondere handen te nemen. Dit geschiedde, en het resultaat van dit onderhoud kon men gisteren in het Journal officiel lezen. In een offi cieele nota verontschuldigt de regeering zich hiermede, dat voor de beantwoording der tallooze adressen aan den president gedrukte formulieren gereed liggen waarin onder toevoeging van eenige beleefdheden de ontvangst medegedeeld wordt. Terstond was ook aan de adressanten te Villefranche zulk een formulier toe gezonden, maar „wanneer het adres met meer nauw keurigheid gelezen waredan zou daarop in afkeu renden zin geantwoord zijn." De commissie nam met deze opheldering genoegen, hoewel zij weinig eervol voor de regeering klinkt. De zaak zelve moge toeval lig van zeer ondergeschikt belang wezen, het aanzien der regeering kan er toch zeker niet bij winnen wan neer zij zich zelve van nalatigheid en nouchalance be schuldigt, teneinde eene partij tevreden te stellen. Op welke wijze ook de vredebreuk tusschen Thiers en de rechterzijde hersteld werd, zooveel staat vast dat het rapport goedgekeurd is en gisteren in de nationale vergadering werd voorgelezen. De conclusie tot aanne ming van het verdagingsvoorstelechter met deze wijziging, dat de zittingenden 4<n Augustus gesloten en den llen November weder geopend zullen worden, werd zonder belangrijk debat door de kamer aangenomen. Heden vertrekt de Duitsche keizer van nomburgom morgen namiddag te Salzburg aan te komenwaar hij den Zondag vertoeven zal om Maandag de reis naar Gastein voort te zetten. Vóór zijn vertrek naar het Oostenrijkscbe bad, verzekert de officieuse Provincial- Correspondenzzal de minister van eeredienst nog dcor den keizer ontvangen wordenteneinde de koninklijke bekrachtiging van verschillende besluiten van den ministerraad ten aanzien van de weerspannige bisschop pen te erlangen. Met ongeduld ziet men te Berlijn naar het resultaat dezer audiëntie uit. Niet-officieuse bladen maken zich met het oog op den bekenden tegenzin des keizers voor maatregelen van geweld tegen gods dienstleeraars van welke gezindte ookweinig illusiën over het welslagen dezer poging om den keizer voor de meening van den ministerraad te winnen. De naaste toekomst zal thans omtrent dit punt spoedig voldoende zekerheid geven. Opnieuw heeft de Roomsehe curie échec geleden. De Zwitsersche bondsraad beeft verklaard volstrekt niet geneigd te wezen, om in de stichting van een nieuw bisdom te Genéve te berustenwaartoe de paus buiten kennis der regeering plotseling het besluit nam. Het departement voor buitenlandsche politiek heeft de goed keuring van den nationalen raad gevraagd voor de maat- gelen, welke de regeering tegen de uitvoering van dit pauselijk besluit wenschte te nemen. Waarin die maat regelen bestaan wordt niet gemeld, maar het is niet aan te nemen dat de bondsraad zich tegenover de arbi traire handelwijze van den paus met een eenvoudig protest vergenoegen zal. Uit Spanje verneemt men dat de koning zich heden van Santander naar St. Sebastian begeven zal. Nergens worden wel is waar vijandige manifestatiën waargeno men, maar alle berichten behalve die der regeering stemmen hierin overeen dat de koning overal koel en zonder eenige geestdrift door de bevolking ontvangen wordt. Duitschland en de nieuwe paus. Onder den titel „Ein Wort über die Papstwahl" ver scheen vóór eenige dagen te Berlijn eene brochure, die algemeen de aandacht trok. Daarin wordt in strijd met de beweringen van enkele officieuse bladen de mee ning bestredendat Duitschland het recht van veto ten aanzien van den nieuw te benoemen paus zou kunnen uitoefenen, maar als het eenige juiste en rechtvaardige middel aangewezen om prseventieve maatregelen te nemen, en wel dezen dat het Duitsche rij t eerst dan de keuze goedkeuren zalwanneer de kardinalen van te voren de verzekering geven dat de gekozen persoon in den geest valt van de Duitsche rijksregeering. Later is gebleken dat dez? brochure uit officieuse pen gevloeid is en waar schijnlijk de zienswijze der regeering weergeeft. Dit is natuurlij k reden genoeg voor de officieuse en niet-officie- euse bladen om hunne ingenomenheid met dit „verstan dige en bezadigde woord" te betuigen. Als schrijvers worden genoemd prof. Hubner adsistent-referendaris bij het departement vaneeredienst, en dr Ilinschius, hoog leeraar in het kerkelijk recht te Berlijn. Het is bijna onbegrijpelijk hoe men zich in Duitsch land met deze quaestie zoo het hoofd kan breken. Degeheele zaak is eene donquixoilerieeen gevecht tegen windmo lens van de ergste soort. Wanneer men eenig praktisch resultaat van praeventieve maatregelen kon verwachten, dan liet het zich nog verklaren, dat staatsambtenaren en hoogleeraars in het kerkelijk recht zich de moeite getroostenom toch hier of daar nog naar een recht te zoekeo, waarop de Duitsche regeering hare aanspraken baseeren kan. Dat dit recht echter moeilijk te "inden is, springt duidelijk in het oog. Het nieuwe Duitsche rijk is in geen enkel opzicht eene voortzetting van het oude, en Pruisen zou de eerste wezen die er zich tegen verzette, om overeenkomstig de traditiën van dat oude rijk te handelen. De geleerde schrijvers der brochure hebben dit zeker ook zoo begrepenwant zij zoeken het recht van inmenging der Duitsche regeeriug elders. Zij baseeren dat recht op deu zeer zwakken grondslag, dat men in Rome steeds bij de keuze van een pau3 op

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 2