kiezingen indienen; die wordt zeker aangenomen; dat
is dan bet eerste voordeel van de overwinning en daar
door kan zij zich weer andere voordeelen verzekeren.
Bij nader inzien komt men evenwel spoedig tot de con
clusie, dat dit laatste onder de tegenwoordige omstan
digheden niet opgaat. Integendeel, zoodra de rechtstreek-
sehe verkiezingen worden ingevoerd, ligt het ministerie
omver. De meerderheid in de stedelijke en in de platte
lands kiesdistricten is federalistisch en derhalve tegen
onze centralistiscligezinde regeering. Deze heeft dus»
om staande te kunnen blijven, een tegenwicht noodig,
en dit zou zij bepaaldelijk moeten zoeken bij de groojfe
grondbezitters, die een afzonderlijken lciezersgroep vor
men. Alleen langs dien weg zou er voor de regeering
kans bestaan op een voor haar gunstigen uitslag der
verkiezingen. Maar ongelukkig is de meerderheid der
groote grondbezitters niet op hare hand; derhalve wan
neer deze met de federalisten uit de andere kiezers-
groepen éene lijn trekken, delft de centralistische partij
in alle niet-Duitsche landen het onderspit en hebben
de federalisten, over geheel Cisleithanic bijeen gerekend
de overhand. Veronderstel nu dat de regeering den
moed had om haar ontwerp tot invoering der recht-
streeksclie verkiezingen in te dienen, dat het nog dezen
zomer aangenomen en door den keizer bekrachtigd
werd, wat zou dan het gevolg zijn? Dat zij in het
najaar in den rijksraad niet de meerderheid, maar slechts
de minderheid aan hare zijde zou hebben."
De tweede quaestie, die op het programma van het
kabinet-Auersperg bovenaan stond was het vergelijk
met de Polen. In het vorige jaar was deze quaestie de
voorwaarde, waarop een Duitsch-Oostenrijksch kabinet
tot stand zou kunnen komen, en dit was daarom zeer
begrijpelijk, omdat de centralistische partij alleen door
concession aan de Polen de vereischte meerderheid in
den rijksraad kon verkrijgen. Het was niet de vraag
of een vergelijk met de Polen strookte met de begin
selen en tradition der Duitsck-Oostenrijkschc partij, neen
het gold alleen de quaestie, op welke wijze zij zou
kunnen blijven domineeren. Een man als von Schmer-
ling, een zuiver centralist, een der leiders van do Duit-
schers, waagde het in den rijksraad een afkeurend oor
deel over de pogingen tot verzoening met de Polen uit
te spreken, en van alle zijden werd hij door zijne vroe
gere volgelingen bestreden en letterlijk genegeerd. En
toch sprak hij volkomen in den geest van de zuiver
Duitsch-Oostenrijksche partij.
De politiek van het gros dezer partij is echter in den
laatsten tijd niet anders dan eene utiliteits-politiek ge
worden, en dan nog wel eene van de laagste soort. Niet
het nut voor het land is het doel, maar het nut voor
de partij. Dit blijkt thans weder uit hare houding tegen
over de Polen. Bij liet optreden van het kabinet was
de Ausgleich met Galicië eene levensquaestiethans nu
de Duitschers toch de meerderheid in den rijksraad heb
ben, is die toegenegenheid' voor Polen geheel verflauwd.
In het vorige jaar moesten in het belang der Duitscli-
Oostenrijksche partij de Polen gewonnen wordenthans
-stemt het beter met de beginselen der partij overeen,
om de Poolsche nationaliteit onder de hegemonie der
Duitschers te houden. Niet alleen is dit in het belang
der partij, maar tevens geeft men geen aanstoot aan Rus
land, dat de autonomie der Polen toch met, minder
gunstige oogen aanzag. Het getuigt inderdaad van
een zeer geringe mate van politieke moraliteit, dat de
officieuse bladen, die in het vorige jaar met ijver voor
de verzoening met de Polen streden, thans bijna in
ronde woorden het tegenovergestelde verkondigen. De
Neue ffeie Pressc, die, zooals algemeen bekend is, in
nauwe betrekking met de regeering staat, schrijft b. v.
naar aanleiding van de opening van den rijksraad het
volgende
„De lang niet beleefde, bijna absolute voltalligheid
van de kamer van afgevaardigden wordt met bijzondere
vreugde begroet. Aan den Galicischen Ausgleich wordt
overal op do koelste wijze gedacht; hij wordt als eene
zaak beschouwd, die niet in het belang van het rijk,
maar in dat der Polen is, en tot welker totstandkoming
alleen de belanghebbenden mogen werkzaam zijn. Willen
de Polen de hun aangeboden concessiën aannemen
goed, de constitutioneelc partij is gewoon woord te
houden; zeggen daarentegen de Galicische afgevaar
digden: neen, welnu wij verliezen niets, maar kunnen
er alleen bij winnen."
Rusland zal misschien tevreden gesteld zijn,wanneer
de Polen blijven wat zij tot dusverre waren. Een andere
vraag is het echter ot Polen, Czechen, Slovencn en Ru
thenen zich op den duur de „liberale" behandeling der
Duitschers zullen laten welgevallen.
Het verpliclit onderwijs in Italië.
Het mirakel is weder geschied. Het fleschje waarin
het bloed van den heiligen Januarius bewaard wordt,
heeft weder aan alle nieuwsgierigen voldaan en zijn
inhoud vloeibaar doen worden; de Vesuvius heelt
zich terstond rustig gehouden. Het is waarlijk toevallig
dat juist terzelfder tijd de Italiaansche regeering een
wetsontwerp tot invoering van het verplicht onderwijs
aan de kamer indient, als bijna de gansche bevolking
eener stad de bijgeloovige dwaasheid huldigt, dat aard
bevingen en vuurbrakingen door een mirakel tot zwij
gen gebracht worden. In gewone tijden heeft deNapo-
litaan echter vaak met het wonder gespot, maar nauwe
lijks komt een ongeluk of opnieuw buigt hij zijn knie
voor de reliquie van den goeden heilige, omdat dat
fleschje met zijn rooden inhoud misschien geluk zou
kunnen brengen cn de Napolitaan niet aan het geluk
zijner stad twijfelt. Hoe het wonder deze keer gelukte,
is een geheim evenals alle vorige malen. Sedert koning
Murat gedreigd heeft de priesters voor een krijgsraad
terecht te stellen, wanneer niet terstond het bloed vloei
baar werd, heeft het fleschje aan gecne regeering zijne
goede diensten geweigerd. En wanneer men bedenkt,
dat de Napolitanen zelf een vulkaan in hun binnenste
verbergen, die bij het mislukken van het mirakel wel
eens tot uitbarsting zou kunnen komenen de regcering
dezen vulkaan niet door een wonder bedwingen kan,
is het haar-niet zoo euvel te duiden, dat zij de dwaas
heid niet verhindert. Een beter bestrijdingsmiddel ligt
in de ontwikkeling der natie.
Men kan van gevoelen verschillen over liet al of niet
wenschelijke van het verplicht onderwijs, over de vraag
of de staat daartoe gehouden isja zelfs of hij wel het
recht daartoe heeft, zooveel is zeker dat wanneer er
een land iswaar het volksonderwijs op zeer lagen
trap staat en het dus wenschelijlc is dat verbetering
in dien toestand gebracht wordt, het Italië is. Op het
platteland groeien de kinderen wild op of worden aan
de zorg van den geestelijke toevertrouwd, welke laatste
echter bijna altijd als een liefhebber van liet dolce far
niente zich liever niet met die zorg belast ziet en die
dan ook zooveel mogelijk verwaarloost. In de steden is de
toestand niet veel gunstiger. Hoewel daar meer onder
wijs gegeven wordt, ontbreekt het ook daar aan den
spoorslag, die den oen tot meer kennis aanspoort omdat
hij bij den ander die meerdere kennis ontmoet. Dit on
derwijs is daarenboven geheel in handen van de gees
telijkheid. Deze omstandigheid maakt het voor de re
geering van Victor Emmanuel, die eerst het kerkelijk
hoofd van zijn wereldlijk gezag beroofde, bijzonder
moeilijk om thans ook zijne onderhoorigen van den
invloed op het volk te berooven op een wijze, die zeker
geheel in strijd is met Encyclica en Syllabus.
En toch is het dringend noodig. De statistiek heeft
het ontzaglijke feit aan het licht gebracht, dat in Italië
niet minder dan 17 millioen menschen gevonden worden,
die niet spellen, laat staan een volzin op het papier
brengen kunnen. En toch moet men zich verwonderen
dat het Italiaansche volk op sociaal gebied betrekkelijk
nog zoo goed ontwikkeld is. Dit dankt het niet aan
zijne priesters, die zelf voor het grootste gedeelte on
ontwikkeld en onwetend, zich weinig moeite geven om
ook maar eenigszins hunne roeping tot ontwikkeling
van het volk te vervulleD. Men schrijft dit toe aan de
eigenaardige verhouding in Italië tusschen grondeige
naar en pachter, welke de verschillende klassen voort
durend met elkander in aanraking brengt cn aan het
feit, dat de stedelijke bevolking die van het platteland
in aantal verre overtreft. In het algemeen is het onder
linge verkeer meestal zeer groot geweest. In dit opzicht
hebben de kleine staatjes, ieder met hunne residentie
veel goeds gedaan.
In het leger bestaat de leerplicht reeds. De onont
wikkelde recruten gaan niet eerder met verlof uit den
dienst, of zij moeten kunnen lezen en schrijven. De
soldaten kan men met arresten en andere militaire
straffen dwingen, het thans aanhangige wetsontwerp
op het burgerlijk onderwijs bedreigt geld- en vrijheid
straffen tegen ouders, die aan hunne kinderen het on
derwijs onthouden.
Rome heeft het meest eene hervorming noodig. In
het rapport van den gemeenteraad komt de volgende
opgave voor, dat in den zetel van het geestelijk opper
hoofd onder de regeering van Pius IX en in de tweede
helft der negentiende eeuw aldaar slechts twee jon
gens- cn eene meisjesschool gevonden werden.
Dit rapport is een welsprekend en waarschuwend ge
tuigenis voor het gevaar, om de regeering en de dier
baarste belangen der natie in handen te geven van het
geestelijk gezag. Een meer afdoend bewijs zou men
niet tegen het verderfelijke eener priesterregeering kun
nen aanvoeren.
Varia uit liet buitenland.
België. Heden morgen is uitspraak gedaan in de
zaak van het krankzinnigengesticht te Evere. De ge
neesheer van Holsbeek is tot 18 maanden gevangenis
straf en 2500 francs boete, de hoofddirecteur de Leuw
tot 20 maanden gevangenisstraf en alle andere beschul
digden eveneens tot gevangenisstraf van éen maand tot
8 dagen veroordeeld. De beide eersten hebben terstond
appèl van het vonnis aangeteekend. In de zitting der
tweede kamer van gisteren heeft de heer de Guillery
de regeering geïnterpelleerd over eene circulaire van
den commissaire dl arrondissement te Yperen aan de bur
gemeesters over de aanstaande verkiezingen, en tevens
aanmerking gemaakt op de circulaires der ministers
van binnenlandsche zaken en openbare werken aan
's lands ambtenaren, eveneens in verband tot de aan
staande verkiezingen. Aan het debat over deze zaak
werd van de zijde der [oppositie door de heeren Bara,
Jottrand, Bergé en Vandcnpeereboom en van de zijde
der clerieale meerderheid door de ministers Delcour en
Malou en de oud-ministers Jacobs cn Kervijn deelge
nomen. De interpellatie leverde natuurlijk geen prac-
tisch resultaat op, doch de clericalen slaagden er toch
niet in om de beschuldiging te weerleggen, dat zij de
vrijheid der verkiezingen schonden door de ambtenaren
feitelijk te beletten om hunne plichten als vrije burgers
te vervullen.
Frankrijk. Algemeen is het gerucht verspreid
dat de minister van oorlog, de generaal deCissey, zijn
ontslag heeft aangeboden. Als reden wordt de aanmer
king aangegeven, welke Woensdag openlijk in de natio
nale vergadering uitgesproken is over de vermelding
van den brief van Bazaine aan Thiers in de motieven
der wetsontwerpen betreffende de benoeming van den
krijgsraad. De generaal Chanzy, wiens naam toch
reeds gedurende de laatste dagen op aller lippen zweeft,
wordt algemeen als zijn opvolger genoemd. Le Temps
meldt echter dat Thiers het ontslag geweigerd heeft.
Bazaine zal zich, volgens le Figaro, eerst ter beschik
king van de autoriteiten stellenzoodra de krijgs
raad geconstitueerd is. De regeering heeft te Ver
sailles voor een half jaar een huis voor hem gehuurd,
gelegen in de Avenue de Picardie, 32. Dit huis is
langen tijd bewoond geweest door Napoleon Patterson
kleinzoon van prins Jéröine en kapitein bij de karabi-
niers. Daarna werd het eenïgen tijd door de prinses
Murat bewoond. Gedurende het beleg van Parijs was
het aan een Engelsch officier, kolonel Waugli, ver
huurd, die zich gedurende den ganschcn oorlog in het
Duitsche hoofdkwartier ophield. Een hoofdofficier zal
het bevel over de wacht houdendieden hoogen rang-
van Bazaine in aanmerking genomenuit een half
bataljon bestaan zal. Rochefort wordt in het hospi
taal van het fort Bayard door zijne zuster verpleegd.
Zijn toestand is van dien aard, dat zijne twee kinderen
met vergunning der regeering ook daarheen ontboden
zijn. Van voltrekking zijner straf, verbanning in een
versterkte plaat3, zal wel geen sprake meer kunnen
zijn. Het transportschip le Rhin is naar Nieuw-Cale-
donië vertrokken, met ongeveer 100 veroordeelden aan
boord. Onder dezen bevinden zich Roux, Pélissier,
Etienne, Lombard, Urbain, Trinquet en Ta vernier,
alle leden of eerste waardigheidbekleeders der commune.
Duitscliland. De Kreuz-Zeitung meldt dat de
wallen van Schlettstad in den Elzas gesloopt zullen
worden. De werkzaamheden komen ten laste van de
stad, welke echter daarvoor den grond in ruil ont
vangt. Tot het examen voor den vrij willigen eenja
rigen dienst hadden zich in de nieuwe rijksprovincie
101 jongelingen aangemeld. Wegens voldoende getuïg-
schriften werden 23 van het examen vrijgesteld55 leg
den een voldoend examen af, 19 werden afgewezen,
1 was niet opgekomenen 3 werden weggejaagdom
dat bij nader onderzoek bleek dat zij Duitschers waren,
die in Duitscliland aan het examen niet konden voldoen
en van de minder strenge eischen in den Elzas gesteld
meenden gebruik te kunnen maken. De gemeente
raad van Dresden heeft bij den rijksdag tegen een
adres van inwoners der Saksische hoofdstad tegen de
uitdrijving der jezuïeten door een tegen-adres geprotes
teerd.
Zwitserland. Morgen12 Meiheeft de algemeene
volkstemming over de nieuwe bondsconstitutie plaats.
Den laatsten tijd zijn nieuwe dagbladen als padden
stoelen uit den grond opgeschoten en men hoort van
niets anders dan van volksvergaderingen en van de
Revision. De Riforma federale teTessino, deEidgenos-
senschaft te Bern, l'Union libérale te Neuenburg en zoo
vele andere dag- en weekbladen, tijdschriften en brochures
hebben hun bestaan aan de bondswets-herziening te
danken. Overal lieersckt leven en beweging, en ieder
een neemt deel aan de discussiën over de politiek, net
Duitsche element is voor de nieuwe constitutielietFran-
sche en Italiaansche element daartegen en hoewel deze
laatsten de minderheid uitmaken, zijn zij krachtig dooi
den steun der geestelijkheid. Ofschoon men nauwelijks
aan de aanneming twijfelt, gelooft men echter niet dat
de overwinning der centralisten over de federalisten
schitterend zal zijn. Het is opmerkenswaardig, dat de
buitenlandscke bladen zeer levendig belang stellen in
deze binnenlandsche hervorming der kleine'republiek.
Alle Duitsche bladen verklaren zich voor de nieuwe
constitutie, terwijl lTndépendance beige, het Journal
des dèbatsle Revue des deux mondes en le Temps
weinig sympathie voor de nieuwe wet koesteren, om-'
dat de Duitsche invloed ook in de Fransche en Ita
liaansche kantons daardoor ontzaglijk toenemen zal.