*3 uiten lanö.
raing te geraken, doch zij hadden bezwaar tegen de
wijze waarop de landbouw door het voorgestelde wets
ontwerp zou worden getroffen. Zij zouden daarom liever
willen overgaan tot eene herzienning van het kadaster,
voorts de patentrechten afschaffen, de accijnsen nog
behouden en de heffing der inkomstenbelasting op een
half of op een percent bepalen.
De heer Idzerda stemde met het betoog van de heeren
Akerlaken en Lenting in, doch had ook bezwaar togen
de uitsluiting van zedelijke lichamen van de verplich
ting om belasting uit hunne inkomsten te betalen. Hij
wil de inkomsten uit den arbeid tot f 2500 slechts half
belasten.
De heer van Naamen was van oordeel, dat dit wets
ontwerp een zuiver economische zaak betreft en geen
aanleiding tot eene portefeuille-quaesiie behoeft te geven.
Hij verklaarde meer genegen te zijn om in de bestaande
belastingen verbetering te brengen dan de onbillijke en
moeilijk uitvoerbare income-tax in te voeren. Daarente
gen noemde de heer Sraidt de invoering daarvan eene
daad van rechtvaardigheid, waardoor men tot eene
herziening van den census kon geraken. Behalve de
income-tax zou hij ook genegen zijn tot de invoering
van eene verterings-bclasting. De bezwaren die hij
tegen dit wetsontwerp heeft zijn van ondergeschikt
belang.
De voornaamste grief van den heer van Wassenaer
tegen de inkomstenbelasting was, dat daardoor het ge
heim van het familieleven en de sluier die de onzede
lijkheid der huizen van ontucht, drankhuizen enz.
bedekt, worden opgeheven.
Morgen zal de heer Bergsma aan het woord zijn.
De middagzitting werd heden ook door den heer
Thorbecke bijgewoond.
GEMEENTERAAD VAN MIDDELBURG.
Zitting van heden, 24 April.
Voorzitter de heer Schorer.
Afwezig de heeren Dronkers, van Hoek en ('onrad.
De lieer Rekker komt later.
De notulen van het verhandelde in de zitting van
17 dezer worden gelezen en goedgekeurd.
Van de heeren Conrad, van Hoek en Dronkers is
bericht ingekomen dat zij verhinderd zijn deze zitting
hij te wonen, de twee eerstgenoemden omdat zij uit de
stad zijn, de laatste wegens huiselijke omstandigheden.
Blijkens een brief van gedeputeerde staten van Zee
land,' kan de Israëlietische begraafplaatsals niet scha
delijk zijnde voor de volksgezondheid, in stand blijven.
Van hetzelfde college is voorts bericht ingekomen,
dat aan het burgerlijk armbestuur de gevraagde mach
tiging wordt verleend tot onderhandsche aanbesteding
der herstelling van het Sint Jorishofje, alsmede dat
de raadsbesluiten tot onderhandsche aanbesteding der
bazaltglooiing hij Maïsbaai en tot aankoop van grond
zijn goedgekeurd.
Van het bestuur der godshuizen is ingekomen een
vergelijkende staat van baten en lasten met daarbij
behoorende memorie van toelichting, waaruit blijkt dat
op verschillende posten eene ongenoegzaamheid bestaat
tot een gezamenlijk bedrag van f 925.77. Genoemd
bestuur vraagt machtiging tot overschrijding dier posten
tot gemeld bedrag. De beslissing is aangehouden en het
stuk in handen der financieele commissie gesteld.
Hetzelfde is het geval met de ingekomen rekening
omtrent de leenbank.
De heer W.Auer, hoofdonderwijzer op school D alhier,
heeft een adres ingediend, houdende verzoek om met
1 Juli of 1 Augustus a. eervol uit zijne betrekking te
worden ontslagen, op grond van zijn 70jarigen leeftijd,
onder herinnering dat hij bijna 52 jaren aan het hoofd
eener school heeft gestaanwaarvan 38 in deze ge
meente, en met betuiging zijner erkentelijkheid voor
de medewerking die hij van de zijde van het gemeente
bestuur heeft mogen ondervinden. Dit adres, waarom
trent bereids de schoolopziener is gehoord, zal thans
in handen der plaatselijke schoolcommissie gesteld wor
den, teneinde daarover advies uit te brengen.
Van den heer E. van den Bosch, graanhandelaar te
Goes, is een adres ingekomen, houdende verzoek om
vrijstelling van het betalen van plaatsgeld voor een
tafel op de graanbeurs. Dit verzoek ij om advies ge
steld in handen der kamer van koophandel en fabrie
ken, terwijl burgemeester en wethouders zijn uitgenoo-
digd om in de volgende raadszitting daaromtrent, een
voorstel te doen.
Daar, blijkens bericht van commissarissen over de
wisselbank, geen bezwaar bestaat om het door den heer
H. Tak gevraagd eervol ontslag als adjunct-kassier dc-r
wisselbank te verleenen, wordt daartoe zonder hoofde
lijke stemming besloten.
Op voorstel van burgemeester en wethouders wordt
mejufvrouw A. Knol alhier aangesteld als tijdelijke
onderwijzeres in de handwerken op de school voor
gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor meis
jes, hoofdonderwijzeres mejufvrouw Achilles, en zulks
ter vervanging van mejufvrouw H. Kap. De jaarwed de
bedraagt f 100. De benoeming wordt gerekend met
Januari jl. te zijn ingegaan, aangezien mejufvrouw Knol
reeds van 1 Januari tot Paschen die betrekking waar
genomen heeft.
Geschiedt voorlezing van een voorstel van burge
meester en wethouders tot wijziging van het besluit
van den 27rn September 1871 betrekkelijk liet werk op
den staat van buitengewone werken gebracht sub. n°. 3
A en B, te weten: aanplemping en ophooging van het
terrein achter de Noordbrug met slooping van deze
f 5393; demping en ophoogen van de gracht tusschen
de Noordbrug en de -Volderijlaagte met aanleg van
riool en vergaarputtendemping 2(5,773 M3 grond uit
de kaaien f 19,647, en aanleg riool c. a. f 7457, samen
alzoo f 32,497. Daar echter gebleken is dat de kosten
aanmerkelijk hooger zouden zijn, stellen burgemeester
en wethouders thans, in overleg met de commissie van
fabricage, voor, dien staat te wijzigen en te besluiten:
1° de Zoutegraclit niet verder te dempen dan ongeveer
10 a 20 meter voorbij de Noordbrug naar de zijde van
de Seisbrug; 2° de Heerengraclit. tot A. P. uit te gra
ven, zoodat daar steeds 1 meter waterdiepte is; 3° de
vervallen beschoeiing langs den Penninghoeksingel uit
te breken, evenals liet bovendeel van den muur tot de
Seisbrug, den bovenkant afvlakken en langzamerhand
door ecu puinglooiing te vervangenmet gras begroeid
4° de 26,600 M3 of meer slijk, die bestemd waren tot
demping- van de Heerengracht, buiten de haven te doen
vervoeren; 5" aan tc houden het aanleggen eener huis
leiding ter verversching van het water in de gracht
totdat de noodzakelijkheid daarvan mocht, blijken; en
derhalve den staat te wijzigen als volgt: art. 2 AenB
vervallen en wordt art. 2 A, demping en ophooging-van
het terrein achter de Noordbrug met slooping van deze
f 8000; art 2 B, aanleg eener buisleiding van de Noord
brug naar de manégetc vervaardigen indien later de
raad zulks noodig zal oordeelen, 3500; art 2 bis uit
baggeren van 26,627 M', slijk uit de kaaien te brengen
buiten de haven, f 11978; art. 14 (nieuw), ter nadere
bestemming disponibel 9019. De kostendie bij dem
ping der Heerengraclit f 42,280 zonden bedragen, zijn
thans bij niet-demping 23,478 en zonder buislei din<r
f 20,000.
De heer Dobbelaer de Wind had aanvankelijk cenig-
bezwaar tegen dit voorstel, doch vereenigde zich daar
mede nadat de voorzitter enkele inlichtingen had gege
ven, waaruit onder anderen bleek, dat volgens een
officieus schrijven van den eerstaanwezend ingenieur
der staatsspoorwegen te Vlissingen met 1 Juli alhier
een vaste waterstand zal verkregen worden. De
heer Fokker achtte de aanleg eener buisleiding tot
doorspuiing in ieder geval wenschelijk en wilde die
gelijktijdig met de andere werken doen uitvoerendoch
ook hij werd bevredigd door de nadere inlichtingen
van den voorzitter, die te kennen gaf, dat het
volstrekt niet zeker is dat aan die buisleiding be
hoefte zal bestaan, terwijl wanneer later die behoefte
mocht blijken de aanleg slechts weinige guldens meer
zal bedragen dan wanneer hij gelijktijdig met de
andere werken werd uitgevoerd. Óp de vraag van
den heer Nagtglas: wanneer de werken, bij aanneming-
van dit voorstel, gereed moeten zijn? antwoordt de
voorzitter, dat de grond vóór 1 Juli uitgegraven moet
zijn en naar achter de Noordbrug overgebracht.
Het eerste gedeelte van het voorstel wordt metalge-
meene stemmende overige gedeelten allen zonder
hoofdelijke stemming goedgekeurd.
Vervolgens is behandeld een voorstel van burgemeester
en wethouders tot wijziging en aanvulling der inkom
sten en uitgaven van de gemeentebegrooting voor 1871
bij wijze van suppletoire begrooting no. 2, to weten:
De uitgaven te verhóogen metf 465 voor kaaimuren
in de zoute gracht; j 1520 voor aflossing van geves
tigde schuld der gemeente; f 233 voor herstelling en
vernieuwing schoolgebouwen96,43 voor verplcgings-
kosten van krankzinnigen; f 100 voor pensioen gemeente
ambtenaren, en 65,87 voor schadeloosstelling van huur
voor buiten de kazerne gehuisveste onderofficieren. Voorts
een nieuw artikel onder de 4c afdeeling van hoofdstuk
VIII uit tc trekken f 1000., voor kosten van de con
versie der gevestigde schuld. Het totaal der verhooging
bedraagt f 3480,30.
De ontvangsten te verhoogeu met: f 539,10 voor
rente kapitaal 21/. pet. inschrijving grootboek; f 900
als aandeel in de zuivere winst van de stads wissel
bank; 1300 voor schoolgelden; J 741,20 onder alle
andere ontvangsten niet bij de begrooting voorzien,
zoodat ook het totaal der verhooging van de ontvang
sten f 3480,30 bedraagt.
Het totaal der ontvangsten en uitgaven wordt door
genoemde wijzigingen f 275,275.03.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming
is deze suppletoire begrooting goedgekeurd.
Daarna wordt voorgelezen een voorstel van burge
meester en wethouders tot wijziging cn reorganisatie
der burger-avondschool. Volgens een brief van de plaat
selijke commissie van toezicht over de scholen van mid
delbaar onderwijs, heeft de ondervinding geleerd, dat
de leerlingen meestal de school verlaten wanneer hunne
ontwikkeling juist van dien aard is dat eene voortzet
ting van het onderwijs de verlangde vruchten zou kun
nen afwerpen. Om aan dit bezwaar tegemoet te komen,
acht zij het wenschelijk den 2jarigen cursus tot een
Sjarigen uit te breiden. Behalve eene misschien in
ieder geval onvermijdelijke verhooging van de jaar
wedde voor een of meer leeraars, zal de bedoelde uit
breiding van het onderwijs jaarlijks hoogstens 300
meer aan de gemeente kosten. Burgemeester en wethou
ders stellen voor, zich met het voorstel der commissie
te vereenigen, en alzoo te bepalen dat de 2jarige cur
sus op de burgeravondschool met September a. tot een
Sjarigen zal worden uitgebreid; en voorts om ander
maal voor den tijd van 6 jaren aan den koning ont
heffing te vragen van het oprichten eener burger-dag
school.
De beraadslaging over dit voorstel is aangebonden
en de stukken zijn voor de leden ter inzage gelegd.
De voorzitter deelt mede, dat na de weder openstel
ling der gelegenheid tot conversie van stedelijke obli-
gatiën daarvan nog voor f 267,000 is gebruikgemaakt,
zoodat het geheele bedrag ihans 1,990,000 is.
Bij de thans aan de orde zijnde uitloting van drie
aandeelen in de geconverteerde schuld zijn getrokken
de non mers 995, 355 en 368, die met.l Juli ontvang
baar zullen zijn.
Namens burgemeester en wethouders is overgelegd
het jaarverslag van den toestand der gemeente over 1871.
Ten slotte is, uithoofde van de vele aanvragen, be
sloten om de gelegenheid tot conversie weder open te
stellen, en wel tot 1 April 1873.
De zitting wordt gesloten.
ALGEMEEN OVERZICHT.
Uit Parijs verneemt men dat Thiers ongesteld is.
Reeds Maandag in de nationale vergadering was het
zeer merkbaar aan zijne stem, dat hij door een zware ver
koudheid aangetast was. Zijn toestand boezemt echter
niet de minste bezorgdheid in.
Zijne ongesteldheid was dan ook geenszins oorzaak,
dat de behandéling der wet op de legerorganisatic nog
eenige weken uitgesteld werd. Ofschoon niemand de
ware reden uitsprak, begreep, volgens le Temps, de
nationale vergadering toch reeds terstond dat de sen
satie-berichten der vorige week een debat over de reor
ganisatie der Fransche strijdkrachten minder wenschelijk
maakten. Alle geruchten echter omtrent dreigende of
geruststellende en vredelievende nota's, welke tusschen
Berlijn en Versailles gewisseld zouden zijn, zijn van
allen grond ontbloot, cn de. hernieuwde verzekering van
the Daily Telegraph, dat eene waarschuwing aan de
Fransche regeering gericht is, is niets anders dan eene
poging van het blad om zijne prestige tegenover de
verpletterende officieele dementis nog zoo goed mogelijk
to redden.
Men verzekert dat het Fransche ministerie eindelijk
weder au grand complet zou zijn. De heer Teisserenc de
Bort zou de benoeming tot minister van koophandel
aangenomen hebben. Een correspondent van lTndépen-
dance beige schrijft van den nieuwen minister, dat hij
een onbekende grootheid is, doch voor Thiers de on
schatbare verdienste heeft een tegenstander van vrijen
handel te zijn. Volgens denzelfden correspondent zou
de Fransche gezant bij den paus, de heer d'IIavcourt,
door den heer de Bourgoing, gezant bij de Nederland-
sche regeering, vervangen worden en zelf tot gezant te
Londen benoemd zijn.
Maandag hervatte de Duitsche rijksdag zijne werk
zaamheden. Aan de orde was de interpellatie van den
heer Wiggers: „op welke hoogte is de rijkswet op de
drukpers?" De interpellate lichtte zijn vraag toe en
toonde aan hoe treurig het er op dit gebied in het
Duitsche rijkmaar bovenal in Pruisen uitzag. De pre
sident van den bondsraadde heer Delbrückantwoordde
dat het ontwerp gemaakt en aan de bondsregeeringen
toegezonden was. Eerst vóór korten tijd waren alleant-
woorden ingekomenen de werkzaamheden welke hieruit
voortvloeien zijn zoo veelomvattend, dat liet waarschijn
lijk niet mogelijk zal zijn om het ontwerp in deze zitting
van den rijksdag te brengen. De heer Biedcrmann
betreurde dit antwoord en hoopte dat het ontwerp
bijtijds openbaar gemaakt zou worden, in de verwach
ting dat het de openbare critielc niet behoefde te schuwen.
Eenige leden spraken nog tegen de borgstellingentegen
de voorloopige confiscation, enz., doch de rïjksregee-
ring liet zich over al deze opmerkingen volstrekt niet
uit. De interpellatiën over de drukpers hebben dus
in de Pruisische kamer en den rijksdag plaats gehad,
de regeering heeft op beide plaatsen geantwoord en
de vertegenwoordiging en de natie zijn bijna nog even
wijs als voor de interpellatie!
Het regeeringsrapport over de administratie der rijks
provincie vond algemeene goedkcuiingalleen de ultra-
m on tan en beklaagden zich, bij monde van een hunner
leiders, den heer von Reichenspergerover de onderdruk
king der katholieke geestelij kheid en der katholieke
pers in Elzas-Lotharingen.
Van de beide vragen aan de Engelsche regcering,
welke Dinsdag avond door de heeren Disraeli en Jen-
kinson tegen de zitting van gisteren aangekondigd
waren, brengt de telegraaf heden slechts bijzonder
heden omtrent het antwoord dat aan den laatste
gegeven is. De heer Jenkinson wenscht te vernemen,
of de Belgische regeering het recht had, om zich
tegen de uitlevering van Marguerite Dixblanc, de moor
denares van mevrouw Riel in Londen, door Frankrijk
te verzetten. Lord Enfield antwoordde dat dc Fransche
regeering het noodig oordeelde om van de uitlevering
aan België kennis te geven, omdat de moordenares eene
Belgische van geboorte is. Doch daar er geen uitlcve-
ringstractaat tusschen Engeland en België bestaat en
er in het tractaat met Frankrijk van de nationaliteit
der opgeëischte personen hoegenaamd geen sprake is,
zal België zich niet tegen de uitlevering kunnen ver
zetten.
Dc heer Disraeli kwam nogmaals op dc Alabaraa-
quaestie terug. Hij vroeg of de regeering bereid was
om aan het parlement de verzekering te gevendat zij
het te Genève aangevangen geding harerzijds zal schor
sen. wanneer de Vereenigde staten hunne eischen
wegens indirecte schade niet intrekken. Het antwoord
der regeering kan, dankt ons, niet twijfelachtig zijn
na de reservesdie zij in de begeloidende nota bij hare
repliek maakte. In den wankelen toestand, waarin
het ministerie verkeert, is het echter minder raadzaam
om met cenig zelfvertrouwen gissingen uit te sprekendie
in gewone omstandigheden voor de hand zouden liggen.
Uit de verte is het moeilijk te bepalen, of er al dan