Bij de overwpging der wetsontwerpen tot naturali- i
satic van F. C. Wildmann en zes anderen is in de sectiën i
de vraag gedaan, of er bezwaar tegen zou bestaan om,
ter bekorting in 'i Staatsblad en tot vereenvoudiging bij
stemmingen, bij meerdere naturalisatiën slechts éen wet
voor te dragen van even zoovele artikelen als perso
nen genaturaliseerd moeten worden.
Ouitmlanö.
Algemeen orerziclit.
Een brief van den Franschen gezant bij het Duitsche
rijk, den heer de Gontaut-Bironaan den president van
het comité tot het verleenen van hulp aan krijgsgevan
genen te Rijssel, door een dagblad van het departement
du Nord publiek gemaakt, brengt een goede tijding om
trent de nog in Duitschland gevangen gehouden Fran-
sche militairen. Op het voorbeeld van den koning van
Beieren heeft thans ook de Duitsche keizer gratie
verleend aan alle Fransche krijgsgevangenen, die ten
gevolge van een rechterlijke uitspraak nog in de Duit
sche vestingen en gevangenissen achtergebleven zijn.
Bevreemdend is het echter, dat het publiek deze goede
tijding op deze wijze het eerst verneemt en de regeering,
aan wie do gezant toch zonder twijfel van dit besluit
kennis gegeven heeft, het niet noodig oordeelde om
daarvan in het Journal offieiel mededeeling tc doen.
Niet minder onverklaarbaar is het dat het Fransche
publiek uit Berlijn en uit Duitsche couranten vernemen
moet, dat de laatste financieele overeenkomst tusschen
von Arnim en Pouyer-Quertier geslotendoor de Duit
sche regeering bekrachtigd is. Het Journal offieiel be
waart ook het stilzwijgen over deze gewichtige gebeur
tenis, die Frankrijk buiten vele financieele voordeelen
het voorrecht verschaft alle aandacht te kunnen wijden
aan het vraagstuk, om zoo spoedig mogelijk het Fran
sche grondgebied van de Duitsche bezetting te bevrijden.
Een Duitsch blad brengt de plotselinge reis van den
heer von Bülowden militairen attaché aan het Duitsche
gezantschap te Parijs, met onderhandelingen over deze
zaak in verband, doch zonder eenigen grond voor zijn
beweren op te geven. De heer von Arnim is Donderdag
van Berlijn naar Rome vertrokken, om eindelijk zijne
brieven van terugroeping aan den paus aan te bieden.
De algemeene beraadslagingen over de wet tegen de
Internationale zijn gisteren in de nationale vergadering
ten einde gebracht. Het wetsontwerp is daarop naar de
commissie gerenvooieerd, teneinde de ingediende amen
dementen en tegenvoorstellen te onderzoeken. Op de orde
van den dag van heden komt de interpellatie in zake
het oatslag van den heer Ponyer-Quertier in de eerste
plaats voor. Men vreest dat zij niet alleen de geheele
zitting in beslag nemen, maar ook tot onstuimige debat
ten aanleiding geven zal.
De beer Thiers heeft zich gisteren persoonlijk gewend
tot de commissie die belast was met het onderzoek
der wet van den minister Victor Lefranc, en verklaard
dat de regeering zich niet met de wijzigingen vereeni
gen kan, welke de commissie in het oorspronkelijk voor
stel gemaakt heeft. De president der republiek drong op
het behoud van art. 2 aan, doch eischte in de voornaamste
plaats het herstel der redactie van art. 1,omdat hij niet
kon toelaten dat constitueerende besluiten, die aan het
bestaan der regeering het leven geschonken hebben,
werden genegeerd en zoodoende de wet juist geene be
scherming schenken zou aan het gouvernement, tc wiens
behoeve het voorstel gedaan was. Het beste blijkt deze
bedoeling van de meerderheid der commissie nit de
weglating van de tweede alinea van art. 1 van het
regeerings-voorstel, luidende: „Iedere openbaarmaking
van geschriften, welke het opruien of aanzetten tot de
omverwerping van het gouvernement ten doel hebben,
zal gestraft worden enz." Door hare weigering om deze
alinea aan te nemen, geeft zij implicite te kennen, dat
zij die handelingen geoorloofd acht, dat men die omver
werping kan bepleiten en zich daaraan straffeloos kan
overgeven. Blijkbaar nemen de monarchale partijen
iedere gelegenheid te baat, om zich voor het mislukken
van het; geruchtmakende „manifest der 80" schadeloos
te stellen.
In éen enkel opzicht is Frankrijk op den weg zijner
reorganisatie een belangrijken stap vooruitgegaan. In de
laatste zitcing der commissie voor de reorganisatie van
het leger heeft de minister vau oorlog, de heer de Cissey,
namens de regeering verklaard dat zij zich met het be
ginsel der algemeene dienstplichtigheid vereenigd heeft-
De minister maakte slechts bezwaar tegen de jaarlij ksche
inlijving van alle dienstplichtige jongelieden omdat dit
het budget van oorlog te veel bezwaren zou. Nu echter
de regeering en de commissie het in de hoofdzaak eens
geworden zijn, zal men gemakkelijk een middel vinden
om deze quaes tie van ondergeschikt belang op te lossen.
Het Pruisische heerenhnis heeft gisteren de debatten
over de artikelen der wet op het schooltoezicht aange
vangen en ten slotte de geheele wet, zooals zij van de
kamer van afgevaardigden ingekomen was, met de
belangrijke meerderheid van ongeveer 50 stemmen, na
melijk met 125 tegen 76, aangenomeu, nadat de door de
commissie gewijzigde eerste paragraaf met 126 tegen 75
verworpen was.
De beslissing omtrent de dotatiën is eindelijk bekend
geworden. Do som van 300.000 thaler is geschonken aan
den organisateur en den leider van het Duitsche leger,
den generaal von Roon en den veldmaarschalk von
Moltkeen aan de chefs van zelfstandige legerafdeelin-
gen, namelijk aan prins Frederik Karei, de generaals
von Manteuffel, von Werder en von Goeben, terwijl de
groothertog van Mecklenburg en de kroonprins van
Saksen voor eene dotatie bedankt hebben. Dotatiën van
200,000 en 100,000 thaler zijn geschonken aan de gene
raals von Podbielski, von Stosch, von Kameke en de
erfgenamen van generaal von Hindersin, verder aan de
chefs der generale staven van de drie hoofdarmeeën, aan
alle kommandanten der 12 Noordduitsche armeekorpsen,
aan de chefs der Beiersche, Wurtembergsche en Baden-
sche troepen, aan de ministers van oorlog van Wurtem-
berg, Beieren, Baden en Saksen, en aan den president
van den bondsraad, de heer Delbriiek.
Men verneemt geene bijzonderheden meer omtrent
den aanslag op het leven van von Bismarck, die het ver
moeden rechtvaardigen dat de jeugdige Westerwell met
soortgelijke voornemens naar Berlijn kwam. Het maakt
integendeel den indruk alsof deze vermoedelijke aauslag
als voorwendsel gebruikt werd om met de intriges der
Poolsche geestelijkheid nader bekend te worden. Zooals
men zich herinnert werd te Posen terstond het jezuïeten
klooster door de politio doorzocht en beslag gelegd op
alle aanwezige papieren. In Berlijn schijnt men thans
ijverig daarin te snuffelen. Een eerste onderzoek heelt
reeds tot de ontdekking geleid, dat de aartsbisschop
van Ledochowski voor eenigen tijd door den paus tot
primaat van Polen benoemd is, geheel zonder voorkennis
der Pruisische regeering. Daar aan dit hoogste kerkelijke
ambt tevens de waardigheid verbonden is van plaats
vervanger van den koning, zoodra de Poolsche troon
vacant is zoo heeft deze benoeming thans ook een poli
tieke beteekenis. Volgens h *t Poolsche staatsrecht, dat
door de meerderheid der Polen nog als vigeerend be
schouwd wordt, is dus de aartsbisschop niet alleen de
hoogste geestelijke, maar ook de hoogste wereldlijke
autoriteit. Het is niet te ontkennen dat deze ontdekking
van groot gewicht is, doch dit neemt niet wegdatopde
wijze, waarop de Pruisische regeering tot die ontdek
king gekomen iswel iets valt af te dingen.
Parijsche kroniek.
Men is tegenwoordig in Parijs niet meer zoo b^zonder
ingenomen met de weldaden van de „Haussmannisatie"
van Parijs. Hoewel men erkent, dat door den aanleg van
nieuwe straten in sommige kwartieren de circulatie van
de lucht en het licht veel verbeterd is, zijn toch velen
van oordeel, dat de tot het uiterste gedreven zucht om
zelfs de breedste en goed gebouwde straten in boule
vards te herscheppen tot eentonigheid heeft geleid, en
behalve de kosten die er aan besteed zijn groote bezwaren
heeft veroorzaakt.
De grondslag van het Haussmansche stelsel was de
rechte lijn tegen wil en dank, de rechte lijn in weerwil
van alle bezwaren, en daar deze lijn de kortste weg is
van eenïg punt naar een anderwas het voortdurend
streven, de hoogste gedachte van de prefectuur van de
Seine twee punten ter verbinding te vinden. Was dit
gelakt, dan werden de houweelen in werking gebracht
en niets was meer heilig voor do stedelijke sapeurshot
Parthénon, de kerken van St. Pieter van Rome en
St. Sophie, het Alhambra zouden hen zelfs niet weer
houden hebben. Voorwaarts! voorwaarts! klonk voort
durend het bevel en men ging voort en haalde de muren
omver, die den weg versperden.
De gevolgen zijn in vele opzichten onaangenaam, als
gevaarlijke scherpe of vreemde stompe hoekeu, lijn
rechte straten telkens door andere gekruist, waarin men
geen 3 minuten ver rustig op het trottoir kan loopen
reusachtige pleinen die, daar er geen wegwijzers zijn
geplaatst, den voetganger tot zeer juiste topographische
waarnemingen noodzaken. Om niet in den maalstroom
van rijtnigen te worden opgenomen, vlucht men op het
trottoiren men is geheel ingesloten; men kan niet meer
ontsnappen, en verkeert in denzelfden toestand als
iemand die in een versterkte plaats gedeporteerd is.
Op de Place dn Chateau d'eau ziet men het stelsel
tot volkomenheid gebracht: groote straten braken en ver
slinden onophoudelijk een stroom van rijtnigen en voet
gangers, die zich in bontste verwarring in allerlei rich
tingen bewegen. Als men het ongeluk heeft om des
avonds ophet midden van het terrein te geraken, waar
zich de stroom verdeelt, is men niet zeker ongedeerd te
zullen te huis komen men berekent toch, dat er dage
lijks twee ongelukken plaats hebben; dit is het offi-
cieele cijfer.
Iedere maatregel daarom die ten doel heeft om het
gebied voor de manoeuvres der koetsiers eenigszins to
beperken, eenige orde te brengen in de circulatie der
rijtuigen en het verkeer voor de voetgangers gemakke
lijker te maken verdient toejuiching.
„De heer Pouyer-Quertier, zegt le Temps, is einde
lijk vervangen voorloopig door den heer Goulard.
Wat een kostelijk mensch, die mijnheer GoulardUit
stekend geschikt om leemten aan te vullen De regeering
heett behoefte aan een vertegenwoordiger bij den koning
van Italië, niet iu de daad maar in naam; de heer
Goulard is bereid om die rol op zich te nemenwel te
verstaan theoretisch. Het ministerie van koophandel
verliest onverwachts zijn chefmen laat de heer Goulard
roepen, en deze laat terstond zijn onzeker gezantschap
varen en installeert zich in de Rue Saint Dominique.
Ter nauwernood heeft hij zijn nieuwe betrekking aan
vaard of de portefeuille van financiën wordt vacant.
Hoe zal men die vervullen Gelukkig is de heer Goulard
bij de hand, doch ditmaal moet men hem verdubbelen;
welnu, daar is niets aan gelegende heer Goulard zal
zich hervormen in de heeren Goulardde een zal op
den linker- en de ander op den rechteroever der Seine
wonen en ieder van die ministers, die slechts éen per
soon vormen, zullen beurtelings te Versailles of te
Parijs vertoeven. Ziedaar iemand dien men het zeer
druk maakt en die bet druk heeft."
Uit Amerika.
Op den 12e» Februari deed in den Amerikaanschen
senaat de heer Suraner een voorsteldat een hevigen
schrik onder de ambtenaren der administratie teweeg
bracht. Op grond van talrijke daadzakendie hij ver
meldde, stelde de heer Sumner voor dat een enquête zou
worden ingesteld naar den handel in wapenen met Frank
rijk, die gedurende den Fransch- Duitschen oorlog door
de Amerlkaansche regeeriug niet alleen zou zijn geduld,
maar waaraan zij zelfs medeplichtig zon zijn geweest.
Hij deelde o. a. mede dat de Fransche regeering voor
wapenen aan de Vereenigde staten 45,000,('00 francs
gelijkstaande met 11,000.0( 0 dollars in goud of 14,000,000
in papier betaalde. De wapenen werden gekocht door
agenten van het Fransche gouvernementdie 2J pet.
commissieloon genoten voor hurne bemoeiingen. Het
zal nu de taak der commissie zijn om te onderzoeken
waar de 4,000,000 dollars zijn geblevendie tusschen
het Fransche gouvernement en dat der Vereenigde staten
zijn zoek geraakt.
Een andere merkwaardige bijzonderheid van deze
zaak is, dat bet bewijs is geleverd', dat in de werkplaat
sen van de Amerikaansche reeeering met alle kracht
gewerkt werd om patronen te maken voor Frankrijk.
net voorstel werd met groote meerderheid van stem
men aangenomen en heeft zeer de aandacht getrokken
van de Amerikaansche bladen, die er bijna eenparig op aan
dringen dat bet onderzoek met groote gestrengheid en
onpartijdigheid zal plaats hebben. De New-York Tribune
zegt o. a.: „Er moet noodzakelijk een onderzoek worden
ingesteld naar den verkoop van wapenen en patronen
aau Frankrijk door de regeering van de Vereenigde
staten. Het zou een ellendige verontschuldiging wezen
(a pitiful excuse) dat de eventueele uitslag van de enquête
onze aanspraken voor het scheidsgerecht te Genéve zou
kunnen 6cbaden. liet Amerikaansche volk heeft zich
niet aan bedrog, diefstal of overtreding schuldig ge
maakt als zekere ambtenaren dit hebben gedaan, dan
moet dit ter algemeene kennis worden gebracht, en
moeten de schuldigen worden gestraft. De natie zal er
geen schade door lijden dat haar onschuld aan den dag
komt en dat haar ontrouwe dienaars hun gerechte straf
niet ontgaan."
Over het algemeen heeft het voorstel-Sumner groot
opzien gebaard, en men vreest dat het op de herkiezing
van Grant een ongunstigen invloed zal uitoefenen. De
Duitschers in Amerika zijn zeer benieuwd naar de hou
ding die von Bismarck ten opzichte van deze quaestie
zal aannemen.
De liberaal-repubükeinsche beweging, die haar uit
gangspunt in Missouri heeft, schijnt een grooten omvang