Parapluie!
öuttralanö.
JcetijMngert.
2iöü£rtntttcn.
36jarige Echtvereeniging
den 26«n Februari ji. een hevige gasontploffing plaats in
een zaal, waarin 200 personen tegenwoordig waren. Er
brandden aanvankelijk slechts 6 gaspitten, doch toen te
7 uren een voordracht door den heer Sabina zou worden
gehouden ontstak een bediende de andere pitten; eens
klaps wierp een geweldige ontploffing den bediende
tegen den grond. Hij zoowel als vele andere aanwezige
personen krëgen brandwondenhunne haren waren ver
schroeid en iedereen was van schrik verstijfd. De zaal
en de aangrenzende bibliotheek leverden een treurig
schouwspel op. Bijna alle ruiten waren verbrijzeld, de
schilderijen weggerukt, beelden en sieraden omgewor
pen en stuk geslagen. Het ontvlamde gas baande zich
door de vensters een weg naar buiten en dreigde,met
nog vreeselijker verwoestingen, doch door de beradenheid
van eenige personen was men den brand weldra meester,
zoodat de hulp van de brandweer niet eens noodig was
Op de Pusterthaler spoorbaan heeft in de nabijheid
van het station Ehrenburg een ongeluk plaats gehad,
dat nog ernstiger gevolgen had kunnen hebben
dan het geval is geweest. De trein dieffies avonds te 6 uren
van Brnnneck was vertrokken, kreeg in de nabijheid
van Ehrenburg een zoo snelle vaart dat men geen rollen
van wielenmaar als 't ware slechts glijden hoorde.
Ongelukkigerwijze passeerde de trein een langen hoogen
dam. Te zes uren 22 minuten derailleerden 6 goederen
wagens die zich in het midden van den trein bevonden,
en werden met vreeselijk geweld van den dam naar be
neden geslingerd. De geheele trein werd uit zijn ver
band gerukt. De achterste wielen der locomotief
geraakten uit de rails; de locomotief deed nog éen
ruk, waardoor de passagiers door elkander wer
den geworpen en bleef toen steken, Toen de pas?a-
frgiera, ten getale^ van 40 of 50 uitstapten, zagen zij een
tooneel van groote verwoesting. Niet alleen waren de 6
goederenwagens geheel verbrijzeld en vernieldmaar
zelfs de spoorbalken waren in drie of vier stukken ge
broken de rails als dunne ijzerdraden gebogen en de
locomotief diep in den grond gewoeld, terwijl de wagens
door de passagiers meer hingen dan stonden. Yan de
passagiers waren slechts twee personen licht gewond,
van het dienstpersoneel was éen conducteur ernstig en
twee licht gekwetst.
Algemeen overzicht.
Tbe Times wijdt naar aanleiding van de depêche uit
Philadelphia, waarin in korte trekken de inhoud van
het antwoord der Amerikaansche regeering op de nota
van lord Granville medegedeeld wordt, een artikel aan
de kansen die voor een minnelijke schikking tusschen
Engeland en Amerika bestaan. Het orgaan der City
komt tot de conclusie, dat men het tractaat van Wash
ington als mislukt beschouwen kan, wanneer het
antwoord van de Vereenigde staten in den geest gesteld
is als de depêche uit Philadelphia doet gelooven, omdat
Engeland evenmin van zijn standpunt kan wijken als
de Amerikaansche regeering, die zoo hardnekkig aan
hare eens opgevatte meening blijft vasthouden.
Twee New-Yorksche bladen, the Herald en the Eve-
ningpost, daarentegen gelooven te mogeu voorspellen
dat de Engelsche regeering zich door den concilianten
toon der Amerikaansche nota genoopt zal zienom in
de meening der regeering van de Unie te berusten en de
beslissing omtrent de interpretatie van art. 1 van het
tractaat van Washington eveneens aan de rechtvaardig
heid der scheidsrechters over te laten. Hoe gematigd de
toon dezer bladen der beide partijen ook zijn moge; in
hoofdzaak blijft toch het geschil bestaan en is er weinig
grond voorhanden om aan eene toenadering van een van
beide zyden te gelooven.
Het bericht uit Parijs, onlangs per telegraaf door ons
ontvangenomtrent de reis van den heer von Arnim
Daar Berlijn, verliest veel van zijn gewicht, wanneer
men de mededeeling van le Siècle, waaraan dit bericht
ontleend was, in het^oorspronkelijke leest. Het blad deelt
namelijk mede, dat de heer von Arnim Parijs verlaten
zal, eu niet reeds verlaten heeft, voornamelijk met het
doel om zijne brieven van terugroeping aan den paus
aan te biedenbij wien hij vóór zijn gezantschap bij de
Fransche regeering geaccrediteerd was. Hij is voorne
mens de reis over Berlijn te nemen, en dan persoonlijk
op de goedkeuring der nieuwe schikking bij von Bis
marck aan te dringen. Terstond daarna zal hij als gewoon
lid deel uitmaken van het corps diplomatique te Parijs.
Wat in de depêche hoofdzaak was, is dus eigenlijk bij
zaak, ofschoon men vertrouwen mag dat von Bismarck
zijne toestemming tot het maken der nieuwe schikking
wel reeds voorloopig gegeven zal hebben. Het Journal
des débats geeft in hoofdtrekken eenige bijzonderheden
omtrent deze overeenkomst, waaronder echter de be
spoedigde ontruiming van het Fransche grondgebied
door de Duitsche troepen niet voorkomt. Volgens deze
mededeeliug loopt do overeenkomst slechts over de ver
vroegde betaling der 4.10 millioenen welke nog van het
vierde halve milliard betaald moeten worden, tegen eene
vergoeding aan de schatkist van 5 pet. intrest over twee
maanden, vertegenwoordigende ongeveer een som van
3J millioen. De Döbats zijn bijzonder met deze overeen
komst ingenomen, omdat „zij een bewijs is van de solva
biliteit en de schuldeischers van den staat geruststellen
kan. Wanneer men een nieuw beroep op bet krediet
moet doen, zal de medewerking van geheel Europa ons
niet ontbreken."
De belangrijke discussie, welke heden in de nationale
vergadering plaats moest hebben over de bekende
adressen betrekkelijk de politieke houding der Fransche
regeering tegenover Italië, is weder uitgesteld, tot
groote teleurstelling van de tallooze nieuwsgierigen die
zich van toegangskaarten voor de tribunen voorzien
hebben, en wellicht ook tot grooten spijt der heeren
Dupanloup, Keller, Lucien Bran, de Belcastel en alle
enfant» terribles der rechterzijde," zooals le Temps hen
noemt. Het is niet duidelijk wat tot dit gevaarlijk uit
stel aanleiding gegeven heeft. Men onderstelt dat de
regeering omtrent de conclusie der motie van orde van
zienswijze veranderd is. De commissie wilde voorstellen
om over te gaan tot de orde van den dag, in de verwach
ting „dat de rechten van den heiligen stoel geëerbiedigd
zouden worden," terwijl de regeering in plaats van „de
rechten" het woord „onafhankelijkheid" wilde lezen. De
commissie had zich ten slotte met deze wijziging- ver-
eenigd, doch thans heeft, zooals het gerucht wil, de
regeering deze gemotiveerde orde van den dag nog te
dubbelzinnig geacht en verklaard, daaraan hare stem
niet te kunnen geven. Wanneer dit de ware reden voor
het uitstel is, uan kan men niet anders dan de voor
zichtigheid derregeering prijzen.
Voor het hof van assises te Rouaan zijn gisteren in
de zaak van den ex-prefect Janvier do la Matti de ge
tuigen a décharge gehoord. De beer Pinard, minister
van binnenlandsche zaken onder het keizerrijk, heeft
ten gunste van den beschuldigde gesproken en zijne
vervolging aan partijhaat toegeschreven. De minister
van financiën, de heer Pouyer-Quertier, bracht daarna
vele teiten tot ontlasting van den beschuldigde by en
eindigde op bartstochtelijken toon met een verwijt
tegen den minister van binnenlandsche zaken, die in een
besluit den heer Janvier de Ja Motti den naam gegeven
had van rekenplichtige en schuldenaar te kwader trouw.
Deze verklaring heeft zooveel sensatie teweeggebracht,
dat de voorzitter het noodig scheen te oordeelen, om te
zeggen dat „zulke twisten tusschen ministers voor de
justitie volkomen onverschillig zijn.''
Het feest te Londen.
Algemeen heerscht in Engeland de overtuiging dat,
wanneer de koningin zich in het openbaar zal ver-
toonen, het gunstig weder zal zijn. De ervaring heeft
die overtuiging zoo zeer bevestigd dat men bij mooi
weer zegt „het is queens weatlierGedurende een reeks
van jaren bad zij aan geen openbare plechtigheden deel
genomen doch toen zij Dinsdagomgeven van al den
luister der Engelsche monarchie, zich aan het volk
vertoonde, om deel te nemen aan de plechtige gods
dienstoefening die uit dankbaarheid voor het herstel van
den prins van Wales in de St. Paulus-kerk zou worden
gehouden, was het werkelijk queens weatlier. De optocht
werd door uitmuntend weder begunstigd.
Men herinnert zich de tijden niet, dat de hoofdstad
der Britsche monarchie in zoo feestelijken tooi als Dins
dag was gehuld, om zijne vorsten te ontvangen. Zelden
werden die hartelijker begroet. De huizen in de straten
die de stoet woest passeerenwaren versierd met bloe
men, groen en draperieën, en zelts de daken der huizen
waren bezet met toeschouwers die geen plaats konden
vinden in de straten, voor de vensters, op de tribunes of
de balcons. De menigte die zich op de trottoirs had ge
plaatst was door een haag van grenadiers der konink
lijke garde in hun roode uniformen en hooge haren
mutsen gescheiden van het midden der straat, waarlangs
de stoet passeerde.
De costumes die bij officïeele plechtigheden in Enge
land worden gedragen hebben reeds geruimen tijd de
verbazing en zelfs de bespotting van andere landen op
gewekt en de vreemdelingen gar.n ze zien, om zich
een denkbeeld te kunnen vormen van kleederdrachten
en gewoonten die elders reeds langen tijd zijn verou
derd en vergeten. Engeland echter is op dat punt
zeer conservatief. De optocht van Dinsdag heeft dit
weder in alle opzichten bevestigd. De stoet werd ge
opend door eene afdeeling huzaren; in het eerste rijtuig
zat de speaker van het lagerhuis in ambtsgewaad, met
zijn reusachtige witte pruik getooid. Het rijtuig zelve is
een antiquiteit zooals men te vergeefs in het museum van
Cluny zou zoeken en dagteekent reeds uit de 16e eeuw.
Op het rijtuig van den speaker volgden de lórd-kanse
lier, de hertog van Cambridge en de grootwaardigheids-
bekleeders. Voor de koninklijke koetsen reed te paard
in een purperen en hermelijnen gewaad en bloothoofds
de lord-mayor van Londen met de sleutels van de stad in
de hand.
De koningin, de prins en prinses van Wales bevonden
zich in een rijtuig, en schenen aangenaam verrast door
de wijze waarop zij werden begroet. De geestdrift der
menigte steeg ten top toen de stoet Marlborough House
passeerde. Op een der tribunes bevonden zich de jongste
kinderen van den prins en de prinses van Wales, terwijl
de beide oudste aan den optocht deelnamen in een
rijtuig 't welk onmiddellijk voor dat van de koningin
reed. Toen de kleinen hun oudere broeders zagen begon
nen zij te juichen van vreugde, maar nog grooter werd
hunne blijdschap toen zij hunne ouders en grootmoeder
in de volgende koets zagen, en van weerszijden werden
levendige teekenen van genegenheid gewisseld, tot groot
genoegen van de ontelbare toeschouwers.
Overal was het gedrang geweldig, maar vooral in de
nabijheid der St. Paulus-kerk. Men verzekert dat 70per
sonen daardoor werden gewond en een werd gedood.
De orde werd overal uitmuntend gehandhaafd en de
feestelijke stemming alzoo over het geheel niet gestoord.
Heden zijn van Veere naar zee gezeild de schooners
Adriana Fxaücisca, gezagvoerder A. van Eyk, en de
Adriana Wilhelmina, gezagvoerder C. Reynhout, beide
in ballast van Middelburg naar Newcastle.
ABRAHAM ERASMUS en WILHELMINA JONG
MAN, menschen, die in behoeftige omstandigheden
verkeeren, zijn 6 Maart a. s. 5© jaar gehuwd.
Groede 1872. Namens het burgerlijk armbestuur,
CH°. BRAKMAN.
van
ANTHONIJ JOHANNES BONGERS
en
JEANNETTE DE KEIJZER.
Middelburg 3 Maart 1872.
hunne dankbare kinderen en behuwdkindeben.
Ondertrouwd
A. A. NOEST
en
A. BUSQUET.
Ylissingen 1 Maart 1872.
Eenige en algemeene kennisgeving.
Bevallen van eene Dochter M. WESTERBURGER
Romberg.
Middelburg 2 Maart .1872.
De gezamenlijke werklieden van de heeren DITMARS
en PAGE, bewijzen hunnen dank voor de Feestgave,
hen op den 29en Februari door hunne patroons uit
gereikt.
God zegene hun beiden.
Tegen betaling van advertentie-kosten bij W. APPEL
terug te bekomen, een goud Medaillon met portret,
verloren in het Feestlokaal.
Degene, die in den avond van den len dezer eene
Parapluie VERLOREN heeft, kan dezelve, tegen
betaling der advertentiekosten, terugbekomen bij
J. H. W. VAN MEERENDONK, Abdij.
Vergadering van Middellburgscli Zie
kenfonds, op Dinsdag den 5CB Maart, des avonds te
zeven uren, in de Sociëteit Sx. Joris op de Balans, ter
opname van leden.
Namens het bestuur,
D'. MEEMELING.