MIDDELBÜRGSCHE COURANT. r 53. Zaterdag 1872. 2 Maart. Daar wij het personeel onzer drukkerij morgen van het concert wenschen te doen gebruik maken, zal de courant veel vroe ger dan gewoonlijk worden uitgegeven en zullen onze bureaux na 4 uren des namid dags gesloten zijn. Middelburg 1 Maart. In het feit dat het diner gisteren eerst omstreeks 11 uren werd gesloten ligt reeds het bewijs eensdeels dat er een uitmuntende geest heerschte anderdeels dat het noch aan gezellig discours noch aan toasten ontbroken heeft. Voor de laatste was „de brug over den Oceaan" de stof voor een breede behandeling. Velé"gasten entameerden dit onderwerp met geestdrift; maar toch was de behandeling daarvan zoodanig dat zij soms meer geleek op eene bespreking in een deftige vergadering dan op toasten aan hét einde van een diner. Wanneer wij die opmerking maken ligt daarin en wij consta- teercn dit opzettelijk, omdat men zulke opmerkingen licht in verkeerden zin kan opvatten niets wat naar afkeuring zweemt. Integendeel, tot op zekere hoogte ligt er iets goeds in, in elk geval iets natuurlijks, dat zulke belangen ook op een feestmaal tot onderwerpen vau openlijke bespreking genomen worden, mits deze niet ontaarde in een te hartstochtelijk debat, en dit laatste was volstrekt niet het geval. Alleen wekten de uitgesproken wenschen voor de verwezenlijking van dat plan groote geestdrift by het meerendeel der aanwezigen. Maar wij moeten om tot het begin weder te keeren melding maken van andere feestdronken. Bij de eerste, ingesteld door den burgemeester van Middelburg, wees deze er met nadruk op, dat zoo wij bin nen kort het 300 jarig feest zullen vieren onzer onafhan kelijkheid en daarbij zullen gedenken aan den eersten vorst uit het stamhuis van Oranje, die zijn lot aan dat van een fier en naar vrijheid smachtend volk verbond, en door ongelooflijke inspanning bewerkte dat het woord en het geweten vrij werden, wij thans mogen roemen op een vorst uit dat zelfde stamhuis, die, wetende dat hij over dat zelfde fiere volk regeert, geen roem zoekt op oorlogsvelden, geen macht ten koste van hen die met hem en zijne voorvaderen een onverbreekbaar verbond sloten, maar wiens hoogste streven was voor te gaan op de baan van materieele en instellectueele ontwikkeling van bet vaderland, en van wiens regeering in onze publieke werken en onze scholen een gedenkteeken is opgericht als zelden een vorst te beurt valt. De eerste drónk werd alzoo gewijd aan den koning, door de grond wet aan het hoofd onzer staatsinstellingen geplaatst, in wiens kroon zich binnenslands alle partijschappen oplos sen, de verpersoonlijking van het vaderland tegenover den vreemde, het symbool van eendracht binnen, van macht buitenslands. Aan de Zeeuwen in het bijzonder werd voorts herinnerd hoe de vorst de hier een tiental jaren geleden gedane belofte was getrouw gebleven. Het behoeft nauwelijks vermelding dat deze toast evenals trouwens bij schier al de volgende het geval was met groote geestdrift werd toegejuicht. De minister van Bosse voerde als vertegenwoordiger der regeering het woord, om Zeeland en in het bijzonder Middelburg gelukte wenschen met de voltooiing van een zoo zeer gewenscht werk. Mocht hij vier jaren geleden in Goes onze feestvreugde deelen, ook nu was het hem een waar genoegen zich in ons midden te bevinden. Hartelijk was zijn wensch dat ook deze nieuwe stap tot voltooiing van den Zeeuwschen spoorweg tot bevordering der welvaart en ontwikkeling zou bijdragen. De toast uitgebracht door den wethouder de Jonge was een hulde aan den commissaris des konicgs in Zeeland, voor den ijver waarmede hy steeds de belangen van Zeeland, in het bijzonder betrekkelijk de nu tot stand gekomen werken, heeft behartigd. De commissaris des koniDgs stelde een hartelijke feestdronk in, onder verzekering dat hij een zijner vurigste en lang gekoesterde wenschen bekroond zag, op Middelburg en hare ingezetenen, en dronk later nog op onze naburen, en een derden toast op d eambtenaren der staatsspoorwegen. Niet minder hartelijk was de dronk door den minister Jolles ingesteld op de vijf hier aanwezige leden van de in Zeeland verkozen vertegenwoordigers in de beide kamers der staten-generaal. Was het een natuurlijk gevolg der steeds verbeterende middelen van gemeenschap dat de bewoners van verschillende streken meer van elkander overnemen, zoo hoopte hij dat dit ook met Zeeland en andere provinciën wederkéerig het geval zou zijn. Een karaktertrek die hem steeds had getroffen, was de vZeeuw3che rondborstigheid. Het was van deze eigen schap dat hij hoopte dat de Zeeuwen steeds veel zouden mededeelen, zonder er zelve iets van te verliezen. Deze eigenschap, die bij de behartiging der algemeeue belan gen ook steeds de vertegenwoordigers van Zeeland be zield had, hoopte hij dat voortdurend hun doel zou blijven. Deze toast werd beantwoord door de heeren Fransen van de Putte en van Eek. De bij valsbetuigingen die ten deel vielen aan den toast door den heer Hubrecht op den burgemeester van Mid delburg ingesteld vooral daar waar hij dezen geluk wenschte aan het hoofd te staan van eene gemeente als Middelburg, en Middelburg geluk wenschte dat het zulk een burgemeester mocht bezitten deze bijvals betuigingen, zeggen wijleverden het bewijs dat met de gesproken woorden van ganscher harte werd inge stemd. De burgemeester besprak nog in een tweeden toast het belang der tot stand gekomen werken, waardoor Middel burg binnen kort met de zusterstad Vlissingen zal kunnen roemen op zeehavens wier wedergade schier nergens gevonden wordt. Voor de energie en volharding in deze betoond, betuigde hij der regeering erkentelijkheid. Bijzondere dank werd voorts gebracht aan de ministers die door bijwoning van het feest blijk gaven dat ook zij het groote belang van de aanleiding tot deze feestviering erkennen. Niet het minste kwam echter dank toe aan den minister van binuenlandsche zaken, wiens afwezig heid hier zoo zeer betreurd wordtden ijverigen strijder voor deze lijn, wiens scherpe blik reeds sedert lang het groote belang daarvan voor het vaderland heeft inge zien. Hij eindigde met den wensch dat ook de verdere plannen mochten verwezenlijkt worden, en handel en scheepvaart, langs nieuwe wegen geleidvoor Zeeland weldra een bron van ongekende welvaart mochten zyn. Even na het uitspreken dezer laatste woorden werd een telegram van den volgenden inhoud ontvangen, voorgelezen en met daverende toejuiching begroet: „Burgemeester Schorer Middelburg. „Ik tel het onder de gelukkige gebeurtenissen van mijn leven, dat ik bijdragen kon tot een werk, waar mede aan Zeeland, en aan Zeeland niet alleen, een tijd perk van nieuwe ontwikkeling geopend wordt. „Dank dat gij mij door uwe vriendelijke feestgroete in mijn arrest deelgenoot der viering wildet maken. „Thorbeckb." Van de verder uitgebrachte feestdronken die nu grootendeels op de ambtenaren van de staatsspoorwegen en de exploitatie-maatschappij betrekking hadden, en voorts, gelijk reeds is aangestipt, een meer mercantiel karakter kregen, zou ons te ver voerengenoeg zij het nog te vermelden dat bij het einde der feestviering door mr. Ph. van den Broecke ook nog hulde gebracht werd aan den heer D. Dronkers als eersten ontwerper van den Zeeuwschen spoorweg. Wanneer wij hierbij nog opteekenen dat de keus en qualiteit der gerechten door den restaurateur Dekkers alhier geleverd, weinig te wenschen overlieten en dat de zaal zeer eenvoudig doch net versierd was, dan geven wij zeker den indruk weer dat dit feestmaal uit muntend aan het doel heeft beantwoord. In het lokaal op de Markt waren van 7 tot 10 uren velen vereenigd tot bijwoning van het aangekondigde feestconcertuitgevoerd door het muziekkorps der schutterij onder directie van den heer A. de Jong, en een mannenkoor onder leiding van den heer H. J. Kir- wald, dat, behalve een Duitsch lied, eene cantate zong van Richard Hol, getiteld „Holland's glorie Gelijktijdig had op het Abdijplein de muziekuitvoe ring plaats door het muziekkorps van het 3e regiment infanterie, kapelmeester de heer Schmidt. Jammer dat de illuminatie aldaar tengevolge van het ongunstige weer mislukte, want vele honderden waren daar in een blijkbaar vroolijke stemming bijeen. Van de voorgenomen illuminatie van de laan van de Koepoortstraat naar den schouwburg op het Molenwater, kon, om dezelfde reden, geen sprake zyn. Desniette genstaande was een onafzienbare menschenmassa tegen woordig bij het afsteken van het vuurwerk aldaar. Het programma bevatte een aantal schoone nommers en vol deed, hoezeer sommigen wegens den wind minder ge lukkig uitvielen, uitmuntend. Vooral het slot, waaronder een spoorweg-locomotief in wit diamantvuur, die beur telings rook en vuur uitwierpwekte algemeene sympathie. Van het Molenwater begaf de menigte zich weder in verschillende richtingen hetzij naar huis, hetzij naar die plaatsenwaar op een of andere wijze nog gelegen heid tot uitspanning aangeboden werd. Hier en daar was door particulieren, evenals aan het sociëteitsgebouw op de Markteene illuminatie ontsto ken, welke evenzeer slechts ten deele gelukte. Heden morgen, de tweede feestdag, werd het carillon weder bespeeld en zag men opnieuw vele wandelaars, al was de weersgesteldheid niet ten goede gekeerd. Gisteren heeft de feestcommissie, na afloop van de ontvangst der genoodigden, aan Z. M. den koning het volgende telegram gezonden „Sire „Toen in 1867 met de grootsche werken voor kanaal en spoorweg een begin gemaakt werd vierden Middel- burg's ingezetenen feest, en het was bij die gelegenheid, dat wij uwe majesteit onzen dank en hulde aanboden voor hetgeen in het belang daarvan door u was gedaan en goedgekeurd. „Wij ontboezemden toen den wensch, dat het uwe majesteit gegeven mocht zijn, die werken voltooid te zien, en waar nu Walcheren verbonden is aan het schoone en vruchtbare Zuid-Beveland en heden op feestelijke wijze de spoorweg geopend wordt, nu gevoelen wij on der de vreugde die allen bezielt, de behoefte om onzen geëerbiedigden koniDg opnieuw der Zeeuwen dank aan te bieden met de bede dat die weg de welvaart van deze provincie en hoofdstad vermeerdere en daardoor de roem uwer majesteits regeering verhoogd worde!" Heden middag is daarop van het Loo het volgende antwoord ontvangen „De koning zegt u hartelijk dank voor het op gisteren van u ontvangen telegram. Zijne majesteit verheugt zich over de voltooiing van den spoorweg welks opening gis teren feestelijk werd gevierd, en het zal hooostdenzelven gelukkig maken wanneer de welvaart en bloei van Zee land zich daardoor krachtig ontwikkelen. „De adjudant des konings G. Tolsma." Ook de burgemeester dezer gemeente ontving heden middagJhet volgende telegram: „Mr. Schorer, burgemeester van Middelburg. „Z. M. zegt u welgemeend dfcnk voor uwen geluk- wensch en hoopt dat de verbinding van Walcheren met het vasteland de welvaart der Zeeuwen krachtig zal ont wikkelen. „De adjudant des konings G. Tolsma." Met den trein van 2.15 is het muziekkorps van het regiment grenadiers en jagers hier aangekomen. Het werd aan het station opgewacht en door de stad begeleid door de feestcommissiede muziekkorpsen onzer schut- tery en van het 3e regiment infanterie, en door een zeer talrijke volksmenigte. Bij het ter perse leggen van dit nommer neemt het tweede feestconcert een aanvang.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 1