Verkoopingoii en aanbestedingen.
Gisteren avond is alhier te koop aangeboden een huis
en erf op de Hoogstraat, wijk I n°. 134. Hoogste inschrij
ving 1635. Niet verkocht.
eene menigte half verscheurde brieven, terwijl de diet
nog in het bezit is gevooden van eene Amerikaanscbe
obligatie van 1000 dollars, coupons, Kassenanweisungen
en eene kleine som in specie.
„De belanghebbenden, die vermeenen mochten dat in
de ontvreemde brievenmaal stukken voor hen bestemd
gesloten kunnen zijn geweestworden opgeroepen daar
van aan de directeuren der postkantoren in hunne
woonplaats de noodige opgave te doen."
Benoemingen en besluiten.
consulaten. Benoemd tot Nedcrlandsch consul te
Brussel A de Mare.
politie. Benoemd tot hoofd-commissaris van politie te
's-Gravenhage J. C. van Schermbeek en tot commissaris
van politie te Zaandam, tevens tot commissaris van
de ryks-politie mf. L. C. F. Gasinjet.
belastingen. Eervol ontslagen, op verzoek, als contro
leur der directe belastingen, in-en uitgaande rechten
en accijnsen te Bergen op Zoom, W. C. van Rhijn.
Rechtzaken.
Behalve de reeds gemelde heeft de arrondissements
rechtbank alhier jl. Donderdag do volgende vonnissen
uitgesproken.
Maria Nortier, wed. J. Zonnevijlle, oud 48 jaren,
arbeidster te Sluiswas beklaagd ter zake van bedelarij,
den 27" December jl. te Sluis gepleegd, na reeds vroeger
wegens bedelarij veroordeeld te zijn geweest. Zij is
schuldig verklaard aan het haar ten laste gelegde feit
en veroordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf en in de
kostenmet bevel dat zij na het einde dier straf naar
een bedelaarsgesticht of werkhuis zal worden overge
bracht.
Dirk van Dilst, oud 18 jaren, Gerardus Bennie,
oud 17 jaren, Jacob Spater, oud 19 jaren, en Jacobus
van AkkereDoud 16 jaren, alle werklieden te Ylissin-
gen, waren beklaagd dat zij in vereeniging en op ver
schillende tijdstippen onderscheidene hoeveelheden lood
van het dak der voormalige marine-werf te Vlissingen
arglistig weggenomen en verkocht hebben. Zij zijn
schuldig verklaard aan eenvoudigen diefstal en, met
aanneming van verzachtende omstandigheden veroor
deeld de eerste drie beklaagden tot 4 maanden en de
vierde beklaagde tot 3 maanden gevangenisstraf, in een
zame opsluiting te ondergaan, benevens in de kosten.
Johannes Jacobus Boerjan, oud 19 jaren, schoen
makersknecht te Sluis, was beklaagd dat hij tijdens hij
in dienst was bij P. Bonefaas, zich heeft schuldig ge
maakt aan' verschillende feiten van oplichting en mis
bruik van vertrouwen. De rechtbank heeft hem bij
verstek aan die feiten schuldig verklaard en, met aan
neming van zijn jeugdigen leeftijd en de geringheid van
het toegebrachte nadeel als verzachtende omstandighe
den, veroordeeld tot 4 maanden gevangenisstraf, in
eenzame opsluiting te ondergaanalsmede in de kosten
Suzanna Peket, arbeidster te Oostburgwas be
klaagd dat zij den 11« November jl. uit eene herberg
te Sluis, waarin zij was opgenomen, ten nadeele van
P.Geeraars arglistig heeft medegenomen een blauw ge-
ruiten beddezak en een paar kousen. Zij is bij verstek
schnldig verklaard aan diefstal in eene herberg waarin
zij was opgenomen, en, met aanneming van verzach
tende omstandigheden, veroordeeld tot eene maand
gevangenisstraf en in de kosten.
Roeland de Pagter, oud 15 jarendijkwerker te
Westkapelle, was beklaagd dat hg deD 19" Januari jl.
eenige in den grond gestoken doornen van geringe
waardedienende tof afsluiting eeoer weide onder
"Westkapelle, moedwillig uitgetrokken en arglistig mede
genomen heeft, zulks na reeds vroeger veroordeeld te
zijn geweest. Hij is schuldig verklaard aan eenvoudigen
diefstal, gepleegd met oordeel des onderscheids, en ver
oordeeld tot 14 dagen gevangenisstraf, benevens in de
kosten.
Gemengde berichten.
In den Dacht van 26 op 27 dezer is te Zierikzee
weder een brutale diefstal gepleegd en wel in het kan
toor van den heer R. Koole, waarvan de ingang in het
Vischslop is. Dit kantoor staat door een tuin van zijne
woning afgescheiden. De dief of de dieven hebben door
overklimming en door opschuiving van een raam zich
een toegang tot het kantoor weten te verschaffen en
aldaar kasten en lessenaars opengebroken. Hun vangst
was echter schraaldaar zij in een kast slechts een
geldmandje met eene som van plus minus f 20 gevonden
en ontvreemd hebben. Des morgens werd dit ontdekt,
nog voordat men het kantoor was binnengetreden,
daar men het raam zag opgeschoven. Ook de vorige
week zijn pogingen tot diefstal gedaan.
Een der drie personen waaruit het gevolg van den
graaf van Chambord bestaat is gisteren per Middelburg- I
sche stoomboot van Dordt naar Rotterdam vertrokken. I
Tt Amsterdam zal den len of 2e» April a. een al-
gemeene optocht worden gehouden. Daaraan zal wor
den deelgenomen door ongeveer vier duizend personen,
bestaande uit deleden van arbeiders-vereenigingen, on
derofficieren der land- en zeemacht, gerechtigden tot het
dragen van het metalen en zilveren kruis, liedertafels,
het genootschap „Uiterlijke welsprekendheid", hand
boogschutters, enz. Ook de redactiën der dagbladen
zullen worden uitgenoodigd om zich te doen vertegen
woordigen. Leden der Internationale mogen, als zoo
danig, geen deel van den optocht uitmaken. De kosten
worden geraamd op ongeveer 5COO, te bestrijden uit
onderlinge bijdragen (echter hoogstens 25 cent per
hoofd) en vrijwillige schenkingen, terwijl vooral wordt j
gerekend op den krachtigen bijstand der feest-commissie
en der VereenigiDg tot veredeling van het volksvermaak, j
BandelsblJ
De gemeente Purmerend heeft voor f 100,000 aan i
deelen genomen in den Noor(J-Hollandsch-Frieschen
spoorweg.
In sommige streken van Groningen is de landver
huizing naar Noord-Amerika weer in vollen gang. Uit
Leens vertrekken meer dan 60 personenuit Middel-
stum en omstreken ongeveer 50.
De laatste soiréeeergisteren aan het hof gegeven,
zette de kroon op alle vorige. De prins van Oranje
woonde haar wederom bij. Verder waren de ministers,
leden van het corps diplomatiqueciviele en militaire
autoriteiten als naar gewoonte genoodigd,
Z. M. de koning vertrekt morgen, des morgens te
4 uren, per Rijnepoor naar het Loo, om te 7 uren te
Deventer aan te"komen.
De procureur-generaal bij het hof in Drenthe
deelt thans in de Drentsche courant mede, dat aan
Hendrikje Kolk kwijtschelding van straf is verleend
alleen op grond van de vergevorderde hartkwaal en
longtering, die haren dood binnenkort zullen tenge
volge hebben.
Op de reede van Brest is jl. Zaterdag middag door
e§n valwind een vaartuig met 40 passagiers omgeslagen,
van welke slechts 18 met veel moeit© door een nabij-
zijnd vaartuig gered werden.
Bij besluit van den koning van België is met twee
jaren, aanvangende 13 dezer, verlengd de termijn voor
de uitvoering van werden in de concessie, dd. 21
September 1869voor den aanleg en de exploitatie van
den spoorweg van Antwerpen naar de Nederlandsche
grenzen in de richting van Gladbach gesteld. Stoomp
Het Journal de Gënève verbaalt, dat in een zie
kenhuis te Bern twee vrouwen zijn vergiftigd door
morphine die baar in plaats van quinine was toegediend.
De geneesmiddelen worden door de pbarmacie van den
staat geleverddie onder directie staat van professor
Fliickiger, en het schijnt dat die inrichting bare genees
middelen bij een drogist aanschaft. Eene enquête is inge
steld doch over den uitslag daarvan is nog niets bekend
geworden. De geneesmiddelen bij den drogist voorhan
den zijn allen in beslag genomen en aan een bijzonder
onderzoek onderworpen.
Als een bewijs voor de zedeloosheid van de groote
Pruisische steden kan de volgende opgaaf dienen, die
ontleend wordt aan üe officiële statistische opgaven der
Pruisische regeering. Volgens deze statistiek bedroeg
het aantal zelfmoorden in het koninkrijk Pruisen gedu
rende het jaar 1869, 3554, dat is ongeveer 15 op 100,000
inwoners. In het district Maagdenburg alleen, hadden er
204 plaats, bijna 26 op 100,000 inwoners, en ongeveer
evenveel in het district Mertenburg.
Burgerlijke stand.
(Van 17—24 Februari.)
Goes. Bevallen: G. van der Mark, geb. de Koning, d.
J. K. Schrijver, geb. van der Linde, d. W. A. van den
Broeke, geb. Verhagen, z. J. Rogge, geb. Nout, z. L. C.
van der Horstgeb.Fukken,z.C.Mulder,geb.Zuurveld,d.
Overleden: K. P. Heinsdijk, d. 3 j. L. A. de Jonge,
gehuwd met G. de Jonge, 67 j.
ZiEfiiKZEE. Bevallen: Th.Versteeg,geb.Heuseveldt,z.
Overleden: A. Kaler, vrouw van T.G. Kamminga,49j.
Tkermoineterstaud.
27 Feb.'s av. 11 u. 34 gr.
28 'smorg^u.Slgr.'smidd.lu^lgr.'sav.öu^gr.
Staten-generaal.
tweede kamer.
Zitting van Dinsdag 27 Februari. Voortzetting behan
deling zaak-Janssen.
De discussie over de zaak van kapitein Janssen is
voortgezeten teneinde gebracht.
De conclusie door de commissie voorgesteld luidde:
1° om ten aanzien van het eerste adres over te gaan
tot de orde van den dag
2° het verslag in afschrift aan den minister mede te
deelen onder dankbetuiging enz.;
3° zich te vereenigen met de beschouwingen van het
rapport.
De heer rvan Eek had voorgesteld de conclusie aldus
te doen luiden:
„De kamer, overwegende dat geen officier buiten
eigen verzoek mag worden ontslagen dan met inacht
neming van de waarborgen in de wet omschreven
„Overwegende dat die waarborgen in meer dan éen
opzicht niet zijn in acht genomen en het gegeven ont
slag derhalve is in strijd met de wet;
„Noodigt de regeering uit het ontslag, aan Pieter
Arnoldus Janssen gegeven, in te trekken en hem te
herstellen in zijne betrekking."
De heer van Eek nam, bij de toelichting van dit voor
stel de partij voor kapitein Janssen. Deze had z. i.
niets misdreven. Hij bad gebruik gemaakt van zijn
recht en niemand met name beleedigd; hij was veroor
deeld wegens een door de kamer afgekeurden maatre
gel, het gedwongen kerkgaan, en de kamer moest dit
dus niet dulden. Zij mocht niet volstaan mdt een plato
nisch schouderophalen, maar, terwijl ook de wet van
1851 in zes opzichten door hem aangetoond was
geschonden, bleef niets anders over dan het verleende
ontslag in te trekken.
De heer de Roo van Alderwerelt leverde in hoofdzaak
hetzelfde betoog. Het rapport der commissie noemde hij
te onbepaald en de conclusie niet in overeenstemming
met de praemissen. In elk geval was ook z. i. de wet
geschonden, en waar dit erkend was, moest de kamer
handelend optreden. Nu was de circulaire van den
minister Blanken reeds ingetrokken en daardoor de
kroon op 'thoofd van kapitein Janssen gezet; maar de
minister mocht het hierbij niet laten. Hij moest den
kapitein Janssen in zijn eer herstellen. Indien hij ver
klaarde dit niet te zullen doenzou spreker een andere
conclusie voordragen. Later gat hij inderdaad hier
aan gevolg en stelde den kamer voor te besluiten:
„3° te verklaren dat de wet van den 28e° Augustus
1851 (Staatsblad n«. 128) bij de behandeling van dezaak
van den voormaligen kapitein P. A. Janssen in menig
opzicht verkeerd is opgevat en toegepast eu dat alzoo
het aan dien officier verleend ontslag uit den militairen
dienst niet voldoende gerechtvaardigd is," enz.
De heeren Godefroi en Storm van 's Gravesande (pre
sident der commissie) verklaarden in scherpe bewoor
dingen het gedrag van kapitein Janssen at te keuren.
De eerste meende dat, als alle officieren hun roeping
opvatten als kapitein Janssen het leger onbestaanbaar
was; de tweede wenschte het leger er geluk mede een
man als kapitein Janssen, uitzijn gelederen te zien ver
dwijnen. "VVel is waar was de wet in eenige opzichten
verkeerd toegepast, zeide de heer Godefroi, doei* dit kon
niet leiden tot vernietiging van het ontslag, omdat de
zekerheid geenszins bestond dat kapitein Janssen niet
zou zijn ontslagen wanneer de wet wól goed ware toege
past. De heer Storm stelde in 't licht dat de heer Jans
sen steeds een lastig man was geweest; dat hij zichzelf
in 't ongeluk had gestort en bij kon daarmede geen
medelijden hebben. Hij had door kinderachtig verzet
tegen het gedwongen kerkgaan den eerbied voor zijn
rang verbonden en dit keurde spreker af evenals hij het
laakte dat een officier of burger in een kerk gemis aan
eerbied toonde.
De heeren Stieltjes en de Lange spreken beiden in
tegenovergestelden geest. Zij wilden tot eiken prijs het
gepleegde onrecht hersteld zien en dit was, volgens den
eersten, zeer wel mogelijk en zelfs noodzakelijk ook
ten aanzien ran den luitenant adjudant Keizer.
De heer van der Linden vereenigde zich daarentegen
met het advies, dat, al waren er informaliteiten gepleegd,
het ontslag niet gezegd kon worden niet te zijn gerecht
vaardigd.
Eindelijk de minister van oorlog. Hij ving zijn rede
aan met een dankbetuiging aan den heer Nierstrasz voor
diens hulde aan den raad van onderzoek waarmede hij