6itttwlanï>.
klaagde bovendien dat hij den 31cn December jl. in de
herberg van A. de Smet den herbergier beleedigend
heeft toegevoegd het woord „hjager." De recht
bank heeft niet-bewezen verklaard dat de rnst der inge
zetenen is verstoord en de beklaagden van dit hun in
de tweede plaats ten laste gelegde feit vrijgesproken.
Overigens zijn zij schuldig verklaard aan het moedwillig
toebrengen van slagen en stootën, zonder dat daardoor
eenige ziekte of beletsel om te werken is ontstaan,
gepleegd onder verzachtende omstandigheden; de eerste
beklaagde bovendien aan het beleedigend uiten van
smaad- en scheldwoorden; en veroordeeld: de eerste
beklaagde tot twee geldboeten en de overige beklaagden
ieder tot eene geldboete van f 8, alsmede ieder voor een
derde in de kosten.
Franciscus Josephus de Roek, oud 23 jaren, werk
man te Sluis, Victoria de Lange, oud 19 jaren, werkster
te Sluis, en Christiaan van Pamelen, oud 32jaren,
arbeider onder Heille, waren beklaagd dat zij in den
avond van den 19en November jl. op de openbare straat
te Sluis elkander moedwilliggeslagen hebben. In overeen
stemming met het requisitoir van het openbaarministerie
zijn de beklaagden echterwegens het niet bewezene
van het hun ten laste gelegde feit, vrijgesprokende
kosten te dragen door den staat. (Wordt vervolgd
Gemengde berichten.
Volgens de Amsterdamsche courant heeft de ko
ning zijn jaarlijltsehe subsidie van f 10,000 ten behoeve
van het Amsterdamsche tooneelbij het eindigen der
loopende concessie en tijdens den herbouw van den
schouwburg, tot wederopzegging toegestaan aan de
heeren Stumpf en Veltman, ingaande met den dag
waarop de tegenwoordige concessie eindigt.
Eergisteren is te Haarlem de derde zitting van
den krijgsraad gehouden in de zaak betreffende de
officieren Ort en de Bije. In deze zitting is conclusie
van eisch genomen. De uitspraak moet drie dagen na
den eisch plaats hebben en is dus morgen te verwachten.
Uit Moerdijk schrijft men aan de Nieuwe Arnhemsche
courant dat de correspondent uit Roozendaal van Het
Vaderland slecht op de hoogte was, toen hij mededeelde
dat een van de pijlers van de spoorwegbrug bij de
Moerdijk reeds enkele decimeters gezakt is. Wel heb
ben eenige herstellingen plaats gehad, aan de spoorweg
brug over het riviertje de Mark nabij het Nieuwe Veer,
den weg van Moerdijk naar Breda, en misschien is dit
de bron van de Roosendaalsche geruchten.
Volgens jl. Vrijdag ontvangen telegram van Odessa
liggen de Nederlandsche stoomschepen Jason en Irene
aldaar ingevroren.
De gewone jaarlijksche roeiwedstrijd tusschen de
achtriemsgieken van Oxford en Cambridge is bepaald op
den 25en Maart a. Reeds nu geven de Londensche dag
bladen dagelijks verslag van de oefenings- en proeftoch
ten, door de mannen van Cambridge en door die van Oxford
gedaan. De algemeene opgewondenheid zal dit jaar even
groot zijn als anders, want nog kan hetEngelsch publiek
maar niet gelooven dat Cambridge twee jaren achtereen
Oxford heeft geslagen, datzelfde'Oxford, dat in 1869 de
Amerikaansche Harvard-roeiers beschaamd maakte. Er
schijnt dan ook eenige verwachting te bestaan dat Ox
ford,'t welk tien of twaalf jaren lang altijd zegevierend uit
den strijd terugkeerde, dit jaar zijn ouden roem zal
handhaven.
De Luxemburgers zijn, volgens l'Opinion natio
nale de slachtoffers geworden van een niet onaardige
oplichterij. Voor eenige dagen werd op plechtige wijze
door een geestelijke van de orde der jezuïeten aan de
inwoners de aanstaande aankomst te Luxemburg van
een Perzisch bisschop aangekondigd. Kort daarna ver
scheen deze werkelijk en maakte terstond op de menigte
die hem luisterrijk ontving, een diepen indruk
door zijn ernstig voorkomenzijn statige houding en de
waardigheidwaarmede hij als een heilige langs den
weg den zegenuitdeel.de. De Perzische bisschop was zelfs
zoo goed in de kerk een predikatie te houden, die ach
tervolgd werd door een eigenhandige uitdeeling van
de hostie aan alle geloovigen en door een inzameling
van giften voor den bisschop, waarbij menig goudstuk
ten offer werd gebracht. Na den kerkdienst genoot de
heer Jonas, ex-gezant van het groothertogdom aan het
hof van Napoleon III, de bijzondere eer den bisschop
aan zijne tafel te ontvangen, wien hij bi) het dessert een
bankbiljet van 100 franc» aanbood. Vele andere notabe
len uit de stadvooral dames, kwamen hem mede nog
aardige sommetjes aanbieden; kortom, de Perzische
bisschop haalde in het geheel 15,000franc» opwaar
mede hij vertrok. Welnu, de bisschop uit Perzië metv
zyn arendsneus, zijn geele tint en fonkelende oogen, die
al de geloovigen in Luxemburg heeft betooverd is thans
ebleken te zijn een der sluwste gauwdieven uit
Muncheu, (volgens de Siècle een Italiaan) die ook te
Metz en te Straatsburg dergelijke oplichterijen met
evenveel onbeschaamdheid heeft gepleegd, en in laatst
genoemde stad in hechtenis is genomen.
Le Droit verhaalt de volgende kluchtige gebeur
tenis die Vrijdag avond ongeveer te 5 uren, bij de poort
van Saint Cloud te Parijs, tot groot vermaak der omstan
ders voorviel: Een Turk, en wel geen carneval-Turk,
maar een echte Ottomaan die, naar men veizekerde, een
in ongenade gevallen pacha was en thans het beroep van
berenleider uitoefent, wil de met zijn gevolg, bestaande
uit zeven personen en een beer, Solimau genaamd, de
stad binnentrekken. Men gaf echter den Turk tekennen
dat het verboden was zelfs met gemuilbande wilde bees
ten binnen de stad te komen, en wilde hem niet door
laten, hoewel hij zijn beer hemelhoog prees en diens
goede eigenschappen opsomde. Het was zoo'n welop
gevoed beest, dat niemand eenig kwaad zou doen en
en dat daarentegen alleraangenaamste hoedanigheden
bezat, waardoor het de vreugde der ouders en de blijd
schap der kinderen was. In een tijd waarin iedereen zegt
„Neem mijn beerl" voegde de slimme Turk er bij, kan
men mij toch niet beletten om ook den mijnen aan te
biedeD." Intusschen had men politie-agenten laten
roepen. De eerste die kwam werd ontvangen door eene
omhelzing van Soliman, die op een teeken van zijn mees-»
ter zich op zijn achterste pooten verhief en zijn voorpooten
uitstrekte tot eene omarming. Het geheele gezelschap
van den ex-pachaallen clown» en soltim banquet, begon ter
stond de zonderlingste sprongen rondom de politie
agenten uit te voeren die niets konden doen. Zonder
het geduld en de flinke houding van den brigadier zou
de zaak waarschijnlijk een verkeerden loop hebben ge
nomen, doch deze wist de vluchtelingen van de Ver
hevene Porte tot rede te brengen en hen met hun beer
te verwijderen.
Inde nabijheid van de Salzbnrgsche voorstad Stein
verheft zich de Capucijnenberg die men in de laatste
jaren zooveel mogelijk heeft beplant, teneinde het afstor
ten van rotsblokken te voorkomen. Werkelijk heeft dit
teg'enwoordig veel zeldzamer plaats dan vroeger, doch
eenige dagen geleden geraakte een rotsblok van onge
veer 30,000 kilogrammen los, stortte in den tuin van
een huis, rolde tegen den gevel van de woning aan,
verwoestte dien gedeeltelijk en raakte er in beklemd.
Een ander nog grooter rotsblok dreigt eveneens te zul
len neerstorten, doch men heeft reeds de noodige maat
regelen genomen om het te verwijderen zonder dat het
ongelukken kan veroorzaken.
De Parijsche guillotine, welke zooals men weet op
de Place Voltaire is verbrandis than» vervangen door
eene verbeterde editie. Bij den bouw van dit nieuwe
instrument heeft men namelijk gebruik gemaakt van de
practische wenken van den tegenwoordigen scherprech
ter. Zoo heeft men o. a, de lederen riemen weggelaten,
waarmede de veroordeelde op de nootlottige plank werd
vastgebonden, en die afbreuk deden aan de snelheid der
executie. Het driehoekige mes hangt hooger, hetgeen
den val krachtiger en stieller maakt. De tegenwoordige
Monsieur de Paris is een man die zijn vak met artistieke
voorliefde uitoefent. Hij heeft eene curieuse verzameling
van gravuren en prenten, waaruit de eorwaardige ouder-
d om van de onthoofdings-machine blijkt. Zoo bezit hij
o. a. twee gravuren, beide van leerlingen van Albrecht
Durer, (Hendrik Aldegrever, geboren in 1502, en Georg
Penez) welke hetzelfde onderwerp voorstellen, nl. Titus
Manlius, die zijn zoon laat onthoofden. Het toestel, dat
voor deze executie dient, gelijkt tamelijk wel op het
thans gebruikelijke. Manlius zelf drukt met kracht het
hoofd van zijn zoon op 'tblok. Het ongelukkige slacht
offer ligt geknield, met de handen op den rug gebonden.
Links staat de beul, met het touw, waaraan de valbijl
boven het hoofd van den veroordeelde is opgehangen,
in de linkerhand. Een derde gravure, van Lucas Sunder,
meer bekend onder den naam van Lucas Cranach, gebo
ren in 1470, stelt een dergelijke onthalzing voor. Opal
de drie platen is de bloedige machine op den vlakken
grond opgesteld, terwijl men thans de misdadiger» op
een hoog schavot het hoofd afsnijdt, zonder twijfel om
er grooter plechtigheid aan te geven. Twee andere,
kleinere gravuren, de eene van Mérian, de andere van
Jacques Callot, geven ook getrouwe afbeeldingen van
de voltrekking van een doodvonnis, waarbij de toestel
eveneens veel overeenkomst heeft met de hedendaagsche
guillotine. Eindelijk wordt nog gewag gemaakt van eene
prent, in 1555 door Jules Bonasone gegraveerd, waarop
de onthoofdings-machine wordt afgebeeld, staande op
een schavot dat men met behulp van een ladder moet
beklimmen. Een vierkante valbijl hangt tnsschen twee
loodrechte stijlendie van boven door een dwarsbalk
zijn vereenigd. De beul staat gereed het touw los te I
latendat hij in de linkerhand houdt. De veroordeelde,
bewaakt door een aantal krijgslieden in antieke kleedij»
is bij den voet van het schavot aangekomen.
Het schijnt dat een dergelijke inrichting tot het vol
trekkeu van doodvonnissen in de middeleeuwen alleen
ten behoeve van edellieden en geestelijken werd gebruikt.
Men onthoofdde deze op de binnenplaats der gevangenis,
met gesloten deuren, en tegenwoordigheid van een
beperkt aantal getuigen, gelijk nog tegenwoordig de
doodstraf in Engeland en sommige andere landen wordt
voltrokken. (Zoo. cour.)
Thermometerstand.
2-4 Feb. 's av. 11 u. 50 gr.
25 'smorg. 7 u. 49 gr. 'smidd. 1 u. 56 gr.'sav. 11. u 46 gr.
26 'smorg.7u.46gr.'8midd.lu.50gr.'sav.6u.46gr.
Algemeen overzicht.
De Fransche nationale vergadering heeft Zaterdag
de behandeling der wet op de bevordering der rechter
lijke ambtenaren geschorst, en is overgegaan tot de be
noeming van de commissie, die belast is met het voorloo-
pig onderzoek der wet, onlangs door den minister van
binnenland8ehe zaken met het oog op de woelingen der
Bonapartisten eu radicalen ingediend. De uitslag is
geweest dat zes leden gekozen zijn, die als voorstanders
der wet beschouwd worden, terwijl de negen overigen
daartegen ingenomen zijn. Het merkwaardigste echter
hiervan is dat de zes eersten tot de linkerzijde behooren,
en juist de tegenstanders uit de rechterzijde voortko-
mer. De monarchale partijen schijnen het voorstel toch
nog niet zoo geheel te vertrouwen, voorzeker omdat
het samenvalt juist met hunne vrij wel mislukte poging
tot voorbereiding, zoo niet vestiging der monarchie.
De dagbladen zijn het er echter over eens, dat de
keuze der commissie nog geenszins zekerheid voor de
al of niet verwerping van het voorstel geeft, niettegen
staande de tegenstanders met grooter aantal stemmen
gekozen zijn dan de voorstanders. Die tegenstand
schijnt trouwens slechts voorwaardelijk te zullen zijn.
In de bijeenkomst van de rechterzijde en het rechter-
centrum,Vrijdag avond naar aanleiding van het bewuste"
wetsontwerp gehouden, heeft! men na lange discussiën
besloten om voor het voorstel te stemmen, doch
met eenige wijzigingen „strekkende om den zin en de
grenzen der wet juister te bepalen." Uit die restrictie
blijkt voldoende dat de rechterzijde voor een ooupd'état
of een complot der linkerzijde, door Thiers en zijne
regeering gesteund, vreestongeveer op dezelfde wijze
als zij door haar „manifest der 80" hare geliefkoosde
plannen trachtte door te zetten. Wanneer ook al de
regeering mondeling geruststellende inlichtingen geeft,
dan nog schijnt het twijfelachtig of de rechterzijde bare
toestemming tot de wet geven zal. Zonder schriftelijke
waarborgen toch begrijpt zij zeer goed dat dit wapen in
de banden eener andere regeering tegen baar gekeerd
zou kunnen worden. Het gedrag der verschillende
regeeringspartijen in Frankrijk rechtvaardigt trouwens
bet onderlinge wantrouwen, en waarschijnlijk zal dit ook
thans weder de grootste fout zijndie het den een of
anderen gelukzoeker gemakkelijk maakt om aan het
verdeelde Frankrijk een krachtige dictatuur op te dringen.
Het rapport der zevende commissie voor het initiatief
over de verschillende voorstellen tot geheele of gedeelte
lijke vernieuwing der nationale vergadering, reeds voor
eenigen tijd o. a. door kolonel Denfert, de heeren Guil-
balLouis Blanc, Edgar Quinet, Gambetta en anderen
ingediend, geeft echter een weinig licht in de duistere
toekomst. Wel nam de commissie het besluit, om de ver
gadering voor te stellen deze voorstellen niet in behan
deling te nemen, maar die conclusie werd genomen met
de geringe meerderheid van 10 tegen 9 stemmen. Het
zou dus niet te verwonderen wezen, wanneer de nationale
vergadering, misschien ook met geringe meerderheid,
eene tegenovergestelde beslissing nam, te meer daar het
linker-centrum in zijn geheel, versterkt door de niet-
onderteekenaars van het manifest, meer en meer tot het
inzicht komt, dat de bestaande toestand voor Frankrijk
te groote gevaren oplevert. In ieder geval kan men over
deze voorstellen een gewichtige discussie tegemoet zien.
Bij al deze moeilijkheden blijft de aanstaande behan
deling der adressen tegen de vestiging van het gezant
schap bij de Italiaansche regeering in de nieuwe hoofd
stad Frankrijk als een zwaard boven het hoofd hangen.
De correspondent van het Journal des débats schrijft,
dat „het Italiaansche gouvernement zich verontrust over
de houding en de stoute taal van den paus tenopzichte
van de verwachtingen die hij omtrent Frankrijk uit
i spreekt," en wanneer men daarbij het onbegrijpelij