bijeenkomst werd waargenomen door den heer John Boyd. Het bleek dat tusschen de beide afgevaardigden nog al een belangrijk verschil van opinie bestond. Sir Charles Dilke, die met levendige toejuichingen werd ontvangen, sprak zijn vrees uit dat, bij de mogelijk heid van een oorlog met Amerika, bet algemeen belang in dit jaar opnieuw zou worden opgeofferd aau debuiten- landsche aangelegenheden. De regeering, zoo meende hij, zou de moeielijkheden van de hangende quaestie hebben voorzien, evenzeer als de individuen dit hadden gedaan, en als Engeland daarenboven nog in oorlog ge raakte, en de strijd tusschen de beide meest onafhanke lijke en beschaafde machten van de wereld mocht uit breken, zou een verontwaardigd volk de mannen van de regeering uitsluiten, die door bunne onachtzaamheid, onwetendheid en vooroordeelen zooveel onheil over de mcnschheid zouden hebben gebracht. Bij het vooruit zicht van een zoo geduchte gebeurtenis als een oorlog met Amerika was het moeielijk de aandacht met andere zaken bezig te houden. Ongeveer vijf weken geleden kon iedereen in Engeland, zonder zich bespottelijk te maken, verklaren dat hij republikeinschgezind was, doch thans zou zulk eene verklaring als verraad worden beschouwd. Dit was waarschijnlijk een gevolg van het feit dat zij diein hunne geschriften verzekerden, dat de algemeene opinie van het volk gunstig was voor de monarchie, er voor waar schuwden dat de richting die tot een andere denkwijze voerde, sterk aangroeide. Hij zelf was beschuldigd van verraad en dat hij de koningin zelve had aangevallen. Hij wilde de redevoeringen die hij gedurende het reces had gehouden niet herhalen of verdedigen,maar zou dat weldra in het lagerhuis doen. Sir Charles ging er vervolgens toe over om sommige van zijne denkbeelden te verklaren en toe te lichten. Men had hem beschuldigd, dat hij den eed van trouw die door ieder lid van het lagerhuis moet worden afge legd, had geschonden. Dit was echten niet het geval. De eed, die van de leden wordt geëischt, bevat een een voudige verklaring dat zij zich niet tegen de wet zul len verzetten, doch dit sluit niet in zich dat zij niet ieder wettig middel zouden mogen bezigen om de wet te ver anderen. De koningin zelve heeft een eed afgelegd, waaraan zij zich niet houdt, als de publieke opinie in het land eischt dat de wetten, die de koningin beloofd heeft te zullen eerbiedigen, veranderd zullen worden.Behalve een onderzoek naar de administratie van de civiele lijst waren er nog eenige andere onderwerpen, waarover hij zich voorstelde in dit jaar in het lagerhuis te spreken. Hij was voornemens opnieuw zijn Public lands and com mons bill in te dieneneen bill voor te stellen ter ophel dering van de duistere plaatsen in de. Criminal law amendment act en daarenboven te blijven ijveren voor het openbaar onderwijs der kinderen van minvermogenden in vrije gemeentescholen. De collega van den heer Dilke, sir Henry Hoare, die met teckenen van toejuiching zoowel als van afkenring was ontvangen, verklaarde dat hij den hoogsten eerbied koesterde voor de eerlijkheid en bekwaamheid van zijn ambtgenootdoch dat hij diens republikeinsch gezinde gevoelens niet deelde. Het regeeringstelsel dat hij voor stond was een constitutioneele monarchie, zooals in Engeland bestaat. In den loop van zijn rede betuigde sir Henry zijn leedwezen over de moeilijkheden van de Alabama-quae8tiedoch hij was er van overtuigddat do regeering de nationale eer zou handhaven. Hij zou geen deelnemen aan een votum dat daarmede in strijd was. Toen de heer Hoare zijn rede geëindigd had, werd eene resolutie aangenomen, waarin de vergadering haar ver trouwen in de beide afgevaardigden uitsprak en nog een andere, waarin zij aan den heer Dilke bare dankbaarheid te kennen gaf voor zijne houding. Als een bewijs voor de vele eigenaardige en bespot telijke gebruiken in het Engelsche parlement kan dienen wat in de vorige week in het lagerhuis bij de tweede lezing der ballot-bill is voorgevallen. De groene banken bleven bijna allen ledig, en gedurende eenige minuten was behalve de speaker slechts éen lid tegen woordig. Daar dit lid, een afgevaardigde uit Derby, een rede hield, en de speaker eerst dan op het ontbreken van het voldoende aantal leden (40, wat men een „vol tallig huis" noemt) mag wijzen, als hij door een lid daarop wordt opmerkzaam gemaakt, duurde de kluch tige scene van het eenige lid, dat uitsluitend voor den speaker sprak, ongestoord voort. In verscheidene jaren was zoo iets niet voorgevallen. De nieuwe speakerde lieer Brand, toonde bij dezo gelegenheid volkomen op de hoogte van zijn ambt te zijn. Hij vertrok zijn gelaat niet, zat vol ernst voor de ledige banken en hoorde den redenaar met groote welwillendheid ten einde toe aan. „Wat hij zou gedaan hebben zoo schrijft een corres pondent als niet een tweede was binnengekomen en alzoo niemand tegenwoordig ware geweest aan wien hij het woord had kunnen gevenweet de lieve God, die voor den kleinsten worm zorgt en nog nooit een speaker van het Engelsche lagerhuis in den steek liet." De nieuw benoemde onderkoning voor Engelsch Indië, lord Nortbbrook, heeft blijkens een telegrafisch bericht die betrekking aangenomen. Dit geeft aanlei ding tot de vraag, hoe de Franschen het bij dit bericht met den naam van den nieuwen onderkoning zullen maken. Toen lord Mayo benoemd werd, vertelden Fran- sche bladen, dat deze lord Mayo(r) de eerste overheids persoon in Londen was, en in éen blad verscheen zelfs een geleerd hoofdartikel over de handelsbetrekkingen tusschen Indië en de Londensche kooplieden, over de beteekenis van de waardigheid van lord mayor en andere dergelijke onderwerpen die met de eigenlijke quaestie niets te maken hadden. 2tot)£rtenttm. Voorspoedig bevallen van een Meisje E. P. BAARENS» DrOOGENDLJK. Kruiningen 21 Februari 1872. Tot diepe droefheid van mij, mijne kinderen, moeder, broeders, zusters en behuwdzusters, overleed heden mijn hartelijk geliefde echtgenoot, de heer JAN FAK BROUWERin den ouderdom van 44 jaren. Middelburg Wed*. M. C. FAK BROUWER, 22 Februari 1872. Steehdijk. Heden ontvingen wij het voor ons zoo treurig bericht dat onze geliefde zoon CHRISTIAAN, in den ouderdom van 45 jarente Amsterdam is overleden. Oost-Souburg CHRISTIAAN SCHUHMAN. 22 Februari 1872. HEILTJE DE GROOT. ÉjanMsl)£ri£l)t£n. Graanmarkten enz. Gent, 23 Febrnari. Roode en witte tarwe met onbe duidende markt fr. 26.75; rogge fr. 16.50: gerst fr. haver fr. 12; boekweit fr. 18; paardenboonen fr. 16: koolzaad fr. 50; lijnzaad fr. 39; lijnkoeken fr. 29.75; koolzaadkoeken fr 21; boter per kilogram fr. 2.95; eieren fr. 2 per 26 stuks. Vlissingen 23 Februari. Boter f 1.28 a f 1.34 per kilogram. Amsterdam, 23 Februari. Raapolie op 6 weken f 49. Lijnolie op 6 weken 401. Prijzen van effecten. Amsterdam 23 Februari 1872 Nederland.♦Certific. "Werkelijke schuld. 2\ pet. 56| ♦dito dito dito 3 66f ♦dito dito dito 4 „88 ♦Aand. Handelmaatschappij 4£ 134£ ♦ditoexploitatie Ned. staatssp 12lf België. ♦Certificaten bij Rothschild 21 Frankrijk. ♦Inschry vingent 3 ♦dito5 Rusland. ♦Obligatiën 1798/1816 5 98 ♦Certific. adm. Hamburg 5 68| ♦dito Hope C°. 1855, 6e serie 5 85! ♦Cert. f 1000 1864 5 961 ♦dito 1000 1866 5 961 ♦Loten 1866 5 „255 ♦Oblig. Hope&Co.Leening 1860 41 89! ♦Ceitific. dito4 7l| ♦Inscript.Stieglitz&Co.2ea4eL. 4 71| ♦Obligatiën 1867—69 4 „741 ♦Certificaten 6 47 ♦Aand. spoorweg Gr. Maatsch. 5 226 ♦Oblig. dito4 178 Obl. spoorweg Poti-Tiflis 5 „91 dito dito Jelez Orel 5 901 dito dito Charkow Azow. 5 90| Polen. ♦Schatkistobligatiën4 Oostenrijk. ♦Oblig. metall. in zilver Jan.Juli 5 61! ♦dito dito April/Oct. 5 6lf ♦dito in papier Mei/Nov. 5 54fV ♦dito dito Febr./Aug. 5 „541 Italië. Leening 1861 5 6l| Spanje. ♦Obligatiën. Buitenl. 1867—70. 3 312 dito 18713 31| dito Binnenlandsche8 271 Portugal. ♦Obl. 1850—623 39 ♦dito 1867—69 3 39^ Turkije. dito (binnenl.)5 481 Egypte Obl. 1868 7 831 Amerika. ♦Obl. Vereenigde Staten (1874) 5 ♦dito dito dito (1904) 5 ♦dito dito dito (1882) 6 96} ♦dito dito dito (1885) 6 97| ♦Obl. Illinois. 7 ♦dito dito Redemtion v.. 6 Oblig. Atl.Gr.W.Spw.Ohiosec.(7p) dito dito geconsolideerde .7 dito dito debentures8 Obl. St.Paul Pac.Spw. lesec. 7 dito dito dito 2«sec. 7 „74 dito dito 1869 dito 7 74 Brazilië. ♦Obl. 1863 41 ♦dito 1865 5 Mexico. dito 18513 Grenada. dito afgestempeld6 181 Venezuela, dito 3 9 Ecuador. dito,1 Prijzen ran coupons. Amsterdam, 22 Februari. Metall. 21.821; Dito zilver 24.371; Dito Eng. per £f 11.871; Eng. Russen per fEng. Portugal per 11.871; Fransche 551. Belg. f 55§; Pruis. 341; Harab. Russen fRussen in Z. R./321; Pools, in F1 .f;Napelsche fSpaan- scke Piasters f 2.24.JSpaansche in frs. f 11.871; Ame- rikaansche Dollars 2.4015 Papier 2.16. HEDEN den een en twintigsten Februari achttien honderd twee en zeventig; Heb ik ondergeteekende WILLEM ZOELLERDeur waarder by de Arrondissements-Rechtbauk te Middel burg, wonende aldaar, als zoodanig gepatenteerd; Ten verzoeke van CAREL PETTER AUGUST WENSTEDT zeemanwonende te Middelburg. Zijnde hij bij geregistreerde beschikking der Arrondissements* Rechtbank te Middelburg, van den dertienden Septem ber 1800 een en zeventigtoegelaten in deze kosteloos te procedecren. Verkiezing van woonplaats doende te Middelburg, ten kantore van den heer HUBERTUS REKKER, Procureur bij evengemelde Rechtbank, wonende aldaar in de Boogaardstraat, wijkD,nom- mers 34/35, die in dezen tot zijnen procureur is aange steld en dan ook als zoodanig voor hem in rechten zal occupeeren. En uit kraebte van een op expeditie geregistreerd vonnis door gemelde Rechtbankop den veertienden Februari jongstleden gewezen. Ten tweeden male gedagvaard: SWEN CAREL PETTER WENSTEDT, wiens tegen woordige woon- of verblijfplaats onbekend is, doch laatst gewoond hebbende te Middelburg, dieDsvolgens voor hem exploit doende bij aanplakking zoo aan de voorname deur der vergaderplaats van gemelde Rechtbank te Middelburg, als aan het huis der gemeente Middelburg, terwijl ik verder een afschrift van hetzelve heb overge geven aan den Edel Achtbaren heer Officier van Justitie bij meergenoemde Rechtbank, exploit doende ten zijnen parkette en aldaar sprekende tot Zijn Achtbare in per soon, die het origineel dezes met gezien heeft geteekend, en voorts nog bij plaatsing in de Nederlandsche Saats- en Middelburgsche couranten Om na verloop van drie maanden na heden en alzoo op Woensdag den twaalfden Juni achttienhonderd twee en zeventig, des voormiddags te tien uren, bij vooraf- gestelden procureur te verschijnen ter terechtzitting van de Arrondissements-RecbtbaDk te Middelburg, gehou den wordende in eene der benedenzalen van het Ge meenteraadhuis aldaar teneinde: Aangezien des eischers zoonde gedaagde in dezen die als matroos op den tweeden September 1800 vijf en zestig is aangemonsterdop het Nederlandsche fregat schip: „Minister Pahud," gezagvoerder E. LIPJES, varende onder boekhouderschap van den heer J.H. VAN SANTEN, te Krimpen aan de Lek, met dat schip is uitgezeild naar Cardiff, van daar den vierden October 1865 vertrokken naar Batavia en van daar den eersten Januari 1800 zeven en zestig naar Nederland terug; Aangezien sedert dien tijd van gemeld schip niets meer vernomen zijnde, hetzelve alzoo naar alle waar schijnlijkheid zal zijn vergaan, terwijl de eischer de laatste tijding van zijnen genoemden zoon heeft ontvan gen bij eenen brief in dato een en dertig December 1800 zes en zestig, uit Batavia aan hem gericht, welke brief in rechten overgelegd is geregistreerd te Middel burg, in debet den twintigsten September 1800 een en zeventig, deel 13, blad 20, keerzijde vak 4, een blad zonder renvooi. Verschuldigd voorrecht f 0.80, voor 38 opcenten f 0.30!samen f 1.101. De Ontvanger g. a., (get.) L. J. BOURICIUS. Aangezien van den gedaagde die zonder volmacht tot het waarnemen zijner zaken of orde op het beheer der- zelve gesteld te hebben, zijne woonplaatsheett verlaten, sedert dien niets meer is vernomennoch ook eenige tijding van zijn leven of dood is ingekomen; Aangezien er meer dan driejaren sedert het vertrek van den gedaagde met bedoeld schip van Batavia ver- loopen zijn en deze omstandigheid den eischer de be voegdheid geeft omingevolge daartoe verkregen rech terlijk verlof, hem bijopenbare dagvaarding op te roepen op de wijze bij de wet bepaald, teneinde alzoo te geraken

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 3