Meijliok en den Boer de vergadering hebben verlaten, stelt de voorzitter voor die rekening overeenkomstig het advies der commissie goed te keuren en vast te stellen in ontvang op f 36,860.81 4, in uitgaaf op f 26,418.421, en alzoo met een goed slot van f 10,442.39, hetwelk in de eerstvolgende rekening zal moeten verantwoord wor den. Daartoe wordt besloten. Namens burgemeester en wethouders wordt een voor stel gedaan om eene nieuwe oproeping te doen van sol licitanten voor de betrekking van hoofdonderwijzeres aan de Fransehe meisjesschool. Dit voorstel wordt ver worpen met 6 tegen 5 stemmen. Tegen stemden de heeren Pompe van Meerdervoort, Hanlo, Nortier, Meij- link, den Boer en Quist. Daarna wordt uit de vorige sollicitanten een voordracht gedaan van drie personen, zoomede een voordracht van drie uit de sollicitanten naar de betrekking van le hulp onderwijzeres, mede aan de Fransehe meisjesschool, om in eene volgende vergadering tot de benoeming over te gaan, terwijl voor de betrekking van.2e hulponderwij zeres later eene voordracht" zal worden opgemaakt, aan gezien na de vaststelling daarvan de beide eersten had den verzocht niet meer in aanmerking te komen. Een voorstel tot het indienen van een adres omtrent het behoud der arrondissements-rechtbank wordt aan genomen, en burgemeester en wethouders worden ge machtigd daarvan een concept op te maken. Overgaande tot de vereffening der administratie van het gasthuis over 1870 geeft de voorzitter te kennen dat de uitgaven, volgens mededeeling van het bestuur, zijn geweest f 13,264.75, terwijl de begrooting aanwees een eindcijfer van 11,709.614, dus meer uitgegeven dan begroot ƒ1555.134. Hij stelt namen3 burgemeester en wethouders voora, het bestuur van bet gasthuis te machtigen tot verantwoording der overschreden posten van uitgaaf tot een bedrag van 1092.20b. het overige bedrag ad f 465.934 voor rekening te laten van het bestuur van het gasthuis; c. toe1 te staan dat minder als ontvangst verantwoord worde dan geraamd is op de art. 2: huur en opbrengst van vaste goederen 5,71art. 5: kostgelden en vergoedingen f 70.724, samen f 76.431; d. eindelijk machtiging te verleenen om onder afdeeling 2 der ontvangsten te verantwoorden de aflossing van het aandeel in de gemeenteschuld ad 500. Dit voorstel wordt na hevige discussiën, waaraan deelnemen de heeren Pompe van Meerdervoort, Meijlink, Fransen van de Putte en de voorzitter, en nadat de heer van Ren- terghem gewezen had op het vergevorderde uur, zoodat hij het wenschelijk acht een einde te maken aan de beraadslagingen, daar hij vermeent dat de zaak thans genoeg is toegelicht, in hoofdelijke stemming gebracht en verworpen bij staking van stemmen; overeenkomstig het advies der financieele commissie wordt aldus het geheele tekort voor rekening der gemeente gelaten. De voorzitter geeft te kennen dat dit besluit met rekening en stukken aan de beslissing van gedeputeerde staten onderworpen zal worden, waarna de vergadering wordt gesloten. Öuitmlartü. Algemeen overzicht. De overdreven eischen tot schadevergoeding door de regeering der Vereenigde staten aan Engeland gesteld, naar aanleiding van de erkenning der geconfedereerden als oorlogvoerende partij en 'van de directe en indirecte ondersteuning door Engeland aan deze partij geschon ken, zijn eenstemmig door de publieke opinie in Europa afgekeurd. De memorie van verdediging der Engelscbe regeering is thans in ontwerp gereed, en het is niet te verwonderendat van die zijde de verantwoordelijkheid van het Engelsche gouvernement tot op het minimum gereduceerd is. The Times, die zich gedurende den laatsten tijd onafgebroken met het tractaat van Washing ton bezig houdt, en in deze zaak een prijzenswaardige onpartijdigheid huldigt, is voor eenige dagen tot de conclusie gekomen, dat de eischen van Amerika wel is waar belachelijk en schandelijk overdreven zijn, doch dat het niet aangaat de quaestie uitsluitend tot de Alabama te .beperken. Op historische en volkenrechte lijke gronden betoogt het Engelsche blad, dat de scha devergoeding uitgestrekt moet worden tot de vier vol gende schepen der Zuidelijken„de Alabama, de Florida, de Georgia en de Shenandoah, ten opzichte waarvan de Britsche autoriteiten de plichten eener strikte onzijdig heid niet nagekomen zijn." Ofschoon de memorie der Engelsche regeering nog niet in haar geheel bekend is, levert het telegrafisch uittreksel reeds het bewijs van groote partijdigheid ook van die zijde. Het bericht zegt namelijk dat de eischen van het Amerikaansche kabinet niet aan de Engelsche regeeriDg bekend waren, toen zy hare memorie redigeerde en toch tracht zij daarin aan tetoonen dathet;tractaat van Wash ington de bevoegdheid der scheidsrechters beperkt tot de verrichtingen der Alabama. Wanneer de regeering niet wist, dat Amerika hare opvatting niet deelde en die bevoegdheid veel uitgebreider beschouwde, dan be hoefde zij die quaestie volstrekt niet te stellen. Of koes tert het Engelsche gouvernement misschien in stilte dezelfde overtuiging als the Times openlijk uitspreekt, dat Amerika aanspraak heeft op vergoeding van meer schade dan door de Alabama alleen ie aangericht? Het legitimistische Parijscho blad l'Union heeft weder een manifest van den graaf van Chambord openbaar ge maakt, hetwelk aan alle illusiën, dat een fusie tusschen de beide Fransehe monarchale stamhuizen, tot stand zal komenden bodem inslaat. Het blad verheft het stuk natuurlijk hemelhoog en noemt het „een kernachtig ant woord aan allen, die laagheid of lafhartigheid van den vorst uit het huis van Bourbon verwachtten." De geheele Farijsche pers spreekt haar oordeel over dit nieuwe manifest natuurlijk op zeer uiteenloopende wijze uit, doch alle organen stemmen daarin overeen dat deze taal van waardigheid en eerlijkheid getuigt. Voor de legitimistische Gazette de France en het Orlea- nistische Journal de Paris schijnt het manifest nog niet duidelijk genoeg te zijn, want zij blijven beide op het ideaal eener fusie aandringen. Zelfs gaat de eerste zoo ver, dat zij het der nationale vergadering tenjplicht stelt om de prinsen tot die fusie te dwingen. Hoe deze opvat ting te rijmen is met de uitdrukkelijke woorden van den vertegenwoordiger der legitimiteit, dat hij onhandel baar is op het punt, wat hij „zijne beginselen" noemt, is niet recht duidelijk. Hardnekkig houdt hij aan die beginselen, namelijk het legitieme koningschap en zijn vermaarde witte vlag, vast. „Zonder het nationale beginsel der monarchale erfelijkheid ben ik niets, met dat beginsel vermag ik alles," zoo schrijft hij, tevens verklarende dat hij „tot alle opofferingen bereid is, die vereenigbaar zijn met zijne eer en geen zwakheid ver raden, doch dat niets hem in zijne beginselen kan schok ken enz. Behalve de organen der ui tra-monarchale richtingen zijn alle bladen het er over eens, dat, wat men van het manifest ook denke moge, de graaf van Chambord onte genzeggelijk onhandig en niet politiek handelde. „Hij zal nooit abdiceeren, zegt hij; hij zal de witte vlag niet opofferen en zal er nooit Tn toestemmen om de legi tieme vorst der revolutie te worden. Eilieve zegt le Temps jaist door zijne verklaring van niet te zullen abdiceeren, heeft hij feitelijk afstand gedaan, indien i zin dat hij zich onmogelijk gemaakt heeft. Ongelukkiger wijze zijn tal van zaken in Frankrijk onzeker, doch dit éene staat vast, dat het land nooit weder tot de witte vlag terugkeeren zal." Aangaande de openbare zitting der nationale verga- I deriDg van gisteren is tot dusverre nog niets bekend. Wanneer al, zooals door de kamer besloten was, de debatten over de opzegging der handels-tractaten met Engeland en België aan de orde gesteld zijn, blijkt toch reeds door het niet ontvangen van eenig bericht daar omtrent, dat de quaestie nog niet beslist is. Omtrent de werkzaamheden der verschillende com- missiën uit de nationale vergadering, belast met het uitbrengen van rapport over de aanhangige voorstellen en wetsontwerpen, valt heden als eeu gewichtige ge beurtenis mede te deelen, dat de commissie voor het voorstel-Duchatelbetreffende de verplaatsing van den regeeringszetel naar Parijsgisteren met meerderheid van stemmen besloten heeft, om deze quaestie niet te verdagen, zoodat men in de eerstvolgende dagen de openbare behandeling van dit belangrijk vraagstuk tegemoet kan zien. Hoe juist deze beslissing op zich- zelve ook zijn moge, omdat het belang van Frankrijk eischt, dat het onvermijdelijke gevaar moedig onder de oogen gezien worde in stede van het voortdurend uit vrees of zwakheid te verschuivenkan men echter niet ontveinzen, dat daardoor vooral onder de tegenwoordige omstandigheden de orde, en rust op bet spel gezet wor den. Wanneer men bedenkt, dat de meerderheid der vergadering in deze quaestie lijnrecht tegenover de regeering staat en het hier niet een commercieel of fiscaal, maar een politiek belang geldt, dan heeft men recht te vreezendat de nauwelijks geheelde wond weder opengereten en de klove, tusschen Thiers en de kamer onherstelbaar zal worden. De Duitsche Reichs-Anzeiger van gisteren bevat de bepalingen betreffende de invoering der algemeene dienstplichtigheid in Elzas-Lothariugen. Deze bepalin gen treden met den lcn October 1872 in werking en zijn van toepassing op de jongelieden, die naden len Januari 1851 geboren zijn. Het gematigde protest van de voor naamste inwoners} der nieuwe Duitsche rijksprovincie, gesteund door de beste organen der Fransehe pers, als le Temps en het Journal des dëbats, heeft dus niet ge baat, om den reeds tegen wil en dank gegermaniseerde Franschen de schande te besparen, van in de legers van den vijand te moeten dienen. Deze hardnekkigheid van het Duitsche militarisme is niet alleen schandelijk en inhumaaDmaar tevens een politieke fout. Geene verzekeringen van toegenegenheid en liefde, geene tegemoetkomingen op staatkundig gebied zullen den indruk van dezen maatregel kunnen uitwisschen omdat Germania daardoor het bewijs levertdat zij de in haar schoot teruggekeerde kinderen, evenals eertijds Chronos, de stamvader der Grieksche goden, onder de heiligste betuigingen van teedere liefde verslindt. Uit Frankrijk. Volgens l'Avenir militaire zou Thiers zeer zijn inge nomen met het plan om Frankrijk, mot inbegrip van Algerië, te verdeelen in 16 militaire departementen, teneinde een spoedige concentratie der troepen mogelijk te maken. Het le legerkorps zou zijn hoofdkwartier hebben te Versailles. Het zou den linkeroever der Seine bezetten en zich uitstrekken over de departementen van de Seine en Oise en van de Seine, behalve het gedeelte van het grondgebied dat zich bevindt tusschen den rechter oever der Seine en het departement van de Eure en Loire, en Loire. Het hoofdkwartier van het 2« legerkorps zou gevestigd zijn te Saint Denis. Het korps zou de departementen van de Seine (op den rechteroever), van de Seine en Oise, Seine en Marne en Oise omvatten. Het 3e korps zou de departementen van de Somme, het Nauw van Calais en van het Noorden bezetten en zijn hoofdkwartier hebben te Amiens. Het 4C korps met Chalons tot hoofdplaats zou de de partementen Marne, AisneArdennes, Maas en Meurthe et Moezel omvatten. Tot hoofdkwartier van het 5e korps zou Dijon worden aangewezen voor de departementen Cöte d'Or, Boven Marne, Vosges, Doubs, Boven Saöne, Jura en Saöne en Loire. Het 6e korps, hoofdkwartier Lyon, zou garnizoen hou den in de departementen Rhone, Ain, Savoie, Opper Sa- voie en Isère. Het 7e korps, hoofdkwartier Marseille, zou bezetten de Monden van de Rhone, Var, Neder Alpen, Opper Alpen, Alpes Maritimes, Vaucluze, Dröme en Corsica. Het 8e korps, hoofdkwartier Narbonue, zou zich uit strekken over Herault, Aude, Tarn, Boven Garonne, Ariége en Oost Pyreneën. Tot hoofdkwartier van het 9e korps zou Bordeaux worden aangewezen, terwijl het korps garnizoen zou houden in Gironde, Lot en Garonne, Landes, Tarn en Garonne, Gers, Opper en Neder Pyreneën. Het 10e korps, met Clermont Terrond tot hoofdkwar tier zou moeten omvatten Puy de Dóme, Creuse, Cor- réze, Cantal, Lot, Aveyron, Boven Loire-en Lozère. Het lle korps, met Nevers tot hoofdplaats, zou de departementen Nievre, Allier, Indre, Cher,Yonnc, Aube en Loire omvatten. Het 12« korps, het hoofdkwartier te Poitiers, zoude departementen Vienne, Beide Sèvres, Vendée, Beneden Charente, Charente, Opper Vienne,enDordogne bezetten. Het 13e korps, met het hoofdkwartier te Rennes, zou zijne garnizoensplaatsen hebben in de departementen Ille en VilaiDe, Morbihan, Beneden Loire, Finistère en van de Noorderkusten. Het 14e korps zou tot hoofdkwartier krijgen Tours en zich uitstrekken over Indre en Loire, Loir en Cher5 Maine en Loire, Sartbe, Mayenne en Ome. Het 15« korps, met het hoofdkwartier te Rouaan, zou garnizoen houden in de departementen van de Benoden Seine, van de Eure, Calvados en van het kanaal. Het 17« korps, met het hoofdkwartier te Algiers, zou het Afrikaansche leger vormen voor de drie provin ciën Algiers, Oran en Constantine. De bekende financier Soubeyran heeft bij de sub commissie voor bet budget het ontwerp voor eene leening van vier milliarden ingediend, uit welk bedrag de oor logsschuld afgedaan en aan de bank 500 millioen zullen terugbetaald worden. De nieuwe leening zal in aandee- len van 100 francs worden uitgegevenzij zullen niet rentegevend zijn, maar in 60 jaren (elk jaar 12 seriën van 55,556 obligatiën) met 200 francs per obligatie afge lost worden daarenboven zullen ieder jaar 6 millioen aan premiën worden uitgeloot. Deze premie-trekkingen zullen iedere maand plaats hebben cnjwel onder de vol gende voorwaarden: 1 premie van 150,000 francs, 10 van

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1872 | | pagina 2