op zijn vrouw gepleegd, te Rotterdam, op 11 Augus
tus jl.
De geschiedenis van dezen jongen man is zeer treurig.
Den 22" Juli was hij getrouwd met de 20jarige Petro-
nella Breetveld, met wie hij voor zijn laatste reis, waar
van hij in Juni terugkwam, reeds kennis had gemaakt.
De vrouw had intusschen een ongebonden leven geleid
en was zwanger, hetgeen zij voor haar bruidegom die
haar 400 van zijne spaarpenningen ter hand stelde
verborgen hield, en hem 12 dagen na het huwelijk
meedeelde. Beschuldigde had alles willen vergeven zoo
zijn vrouw beterschap beloofde; maar dit weigerde zij
met woord en daad; daar zij zelfs, terwijl haar man het
zag, in haar trouwjapon meermalen een huis van ontucht
bezocht. De ongelukkige man had zich op raad zijner
vrienden als matroos op een Engelsch schip laten aan
monsteren. Dat schip vertrok in plaats van 's morgens,
zooals bepaald was, eerst des middags. Dien morgen
had beschuldigde tot tijdkorting een herberg bezocht
en kwam van daar, toen hij zijn vrouw tegenkwam, haar
nogmaals verzocht haar levenswijze te veranderen, doch
ten antwoord kreeg, dat „zij den beest zou spelen, zoo
lang zij wilde, dat hij weg kon gaan, dat zij zich geneerde
met hem langs de straat te gaan." Toen liep de maat
over. In een zijlaan gekomen van de Baannitloopende
op het water, had beschuldigde zijn ontaarde vrouw bij
de borst gegrepennedergeworpenmet een mes den
hals afgesneden, daarop zich-zelven aan den hals ver
wond en toen nogmaals zijn vrouw gewond. Daarop had
hij het mes weggeworpen, was als wezenloos tegen den
muur blijven staan en had zijn daad erkend, 't Was hem
geweest, zeide hij, alsof hij uit een droom ontwaakte.
De verklaringen der getuigen waren ten opzichte van
het karakter en doorgaand gedrag van den beschuldigde
zeer gunstig.
Het hot heeft beslistdat de schuldplichtigheid door
wettige middelen overtuigend is gestaafd; doch dat het
bij het onderzoek der zaak de overtuiging heeft erlangd,
dat de opgaven van beschuldigde omtrent hem en de
verslagene waarheid bevatten, zoodat het hof een ver
zachtende omstandigheid aanwezig acht, welke aanlei
ding geeft om een zachtere straf toe te passen dan in
het algemeen bij de wet wordt bedreigd. Het heeft
Moerke aan het hem ten laste gelegde schuldig ver
klaard en veroordeeld tot 5 jaar correctioneele gevan
genisstraf.
Gemengde berichten.
De voormalige Engelsche gezant bij het Nederland-
sche hof Andrew Buchanan, die in 1864 naar St. Peters
burg werd verplaatst, is thaus benoemd totrBritsch
gezant te Ween en.
Vanwege het Nijverheids-genootschap te Onder-
óendam is aan twee visschers uit Zoutkamp de voor
twee jaren uitgeloofde premie uitgekeerd voor het
eerste gebruik van hoekwant bij de schelvisehvangst
door visschers uit die streken.
Door het bestuur der Zouaven-broederschap te
Rotterdam is een adres verzonden aan Z. M. den koning
van den volgenden inhoud: „Sire! Geven met den
diepsten eerbied te kennen het bestuur van de Zouaven-
broederschap „Fidei et Virtuti", gevestigd te Rotter
dam, en de besturen van de afdeelingen dier vereeniging
gevestigd te 's Gravenhage, Gouda en Delft, hebbende
ieder voor zich daartoe machtiging ontvangen van de
leden hunner corporratiën. Dat de Zouaven-broederschap
op nieuw protesteert, en protesteert uit al de kracht
van hare katholieke overtuiging en van hare vurige
vaderlandsliefde, tegen die alle konings en volksrecht
schennende overweldiging en bezethouding van Rome
door de troepen en de regeering van koning Victor
Emmanuel, tegen de overrompeling van den zwakkeren
staat door den machtigeren nabuur. De Zouaven-broe
derschap refereert bij deze naar haar protest en adres
gericht a qui de droitonder dagteekening van 4 Octo
ber 1870."
Ten vervolge op vroegere mededeelingen betref
fende de 'algemeene internationale tentoonstelling van
voortbrengselen van landbouw, nijverheid en schoone
kunsten, welke in 1873 te Weenen zal gehouden worden,
is in de Staats-courant ter algemeene kennis gebracht,
dat door Z. M. den keizer van Oostenrijk eeue tentoon-
stellings commissie is benoemd, en dat een programma
is vastgesteld, waaraan het volgende is ontleend. De
tentoonstelling wordt op 1 Mei 1873 geopend en op
31 October van hetzelfde jaar gesloten. De in te zen
den voorwerpen worden in 26 groepen verdeeld, als:
lo mijnwezen; 2° land-, bosch- en tuinbouw; 3° chemi
sche industrie: 4° voedingsmiddelen enz., als voortbren-
selen der nijverheid; 5° weverij en kleeding; 6° leder en
caoutchouc; 7° metalen; 8° hout; 9» steen, aardewerk,
glas; 10° kramerijen; 11° papiernijverheid; 12" grafische
kunsten en teekenwerk; 13° werktuigen en vervoermid
delen; 14° wetenschappelijke instrumenten; 15° muziek
instrumenten; 16° krijgswezen; 17° zeewezen; 18°burger-
lijke en waterbouwkunst en ingenieurs-wetenschap;
19° het burgerlijke woonhuis met zijne inwendige inrich
ting en versiering; 20° de boerenwoning met hare
inrichtingen en gereedschappen; 21° de nationale
huiselijke nijverheid; 22° voorstelling van de werkzaam- j
heid der musea voor kunstvlijt; 23° kerkelijke kunst; j
24° voorwerpen van kunst en kunstvlijt uit vroegere
tijden, door kunstliefhebbers en verzamelaars tentoonge- j
steld; 25° hedendaagsche beeldende kunst^ 26° opvoe
ding, onderricht en beschaving.
In het jaar 1870 hebben op of nabij de kusten i
van Groot-Britannië en Ierland en in de omringende
zeeën, dat wil zeggen: in wateren binnen tien Engel
sche mijlen van de kust, 1502 scheepsrampen, 612minder
dan in 1869, plaats gehad. Dit cijfer is lager dan eenig
cijfer sedert 1864, en is 360 minder dan het gemiddelde
cijfer der laatste vijf jaren. Bij die 1502 rampen zijn
1865 schepen, metende te zamen 404,000 ton, en aan
boord hebbende 16 348 mannen, verloren gegftan of be
schadigd. Van deze behooren voor zoo ver men weet,
1552 schepen aan Groot Britannië en zijne aanhoorig-
heden de nationaliteit van 42 schepen was onbekend.
Het getal aanvaringen heeft 361 bedragen en van de
overige 1141 schipbreuken, strandingen enz. hebben
411 tot geheel verlies van het schip geleid. De zeeram
pen in Engelsche wateren hebben in 1870 aan 774 men-
scben, 159 minder dan in 1869, het leven gekost, en
4654 schipbreukelingen zijn in het eerstgenoemde jaar
gered. De Nationale reddingsboot-maatschappij heeft
thabs eene vloot van 230 reddingbooten onder haar
beheer.
In de Feuillede la Guyane Frangaise van den 9cn
dezer wordt door bet bestuur van Franscb Guayana
gewezen op de gelukkige resultaten, welke de goud
exploitatie in die kolonie oplevert. De maatschappij van
deMatarony (Apparouague) heeft nauwelijks twee maan
den geleden een klomp van 572 grammen ontdekt
terwijl de productie van het terrein eene grootere en
zelts onverwachte uitbreiding heeft erlangd. Thans is
het de maatschappij van Bief (Roura), die het geluk
heeft, als proeve van haar reeds verkregen en nog te
verkrijgen, succes een klomp inlandsch goud van 1 kil.
507 grammen gewicht te kunnen aanwijzen.
Vóór eenige dagen heeft te Parijs de gewone
plechtigheid plaats gehad van het uitroepen van den
„koning der meloenen" van 1S71; meer dan 50 zeer
groote en schoone meloenen waren aangebracht. De
bekroonde woog 135,23 kilo bij 1.82 meter omtrek. De
vrucht kreeg den naam Cambronne, en werd in optocht
rondgedragen.
Verkoopïngen en an noeste dingen.
De zes ingekomen biljetten voor de gisteren in den
Haag gehouden aanbesteding van de doorgraving van
den zeedijk bij de buitenhaven te Vlissingen enz. zijn
van de volgende heeren.: L. A.van Haaften te Sliedrecht,
249,000; A. Volkert Lz., te Sliedrecht, f 198,800;
J. Galman en F. de Jong, te Amsterdam, 198,400;
L. Kalis Kz. te Sliedrecht, 204,650; G. M. Sigmond, te
Werkendam, 203,300; en H. Schram de Jong, te Slie
drecht, 193,700.
Tliermometerstaurt.
19 Oct. 'sav. 11 a. 56 gr.
20 'smorg.7u.54gr.'smidd.lu. 63gr.'sav. 6 u.60gr.
Üuifcenlanö.
Algemeen overzicht.
De conveutiën, welke eindelijk te Berlijn tusschen
Duitsehland en Frankrijk tot stand gekomen zijn, wor
den door beide partijen zeer gunstig opgenomen. De
Fransche openbare meening had minder verwacht dan
Duitsehland ten slotte toestond, omdat zij zeer goed
begreep, hoe moeilijk het was, om met een sterken
overwinnaar een traktaat te sluiten, waarbij de voor-
deelen van den overwonnene niet geneutraliseerd wor
den door de strenge eischen des overwinnaars. Thiers
heeft uit erkentelijkheid voor de diensten door den
heer PouyeraQuertier in deze aangelegenheid bewezen,
hem tot officier vau het legioen van eer benoemd.
De officieuse Provincial-Correspondenz zegt over de
conventiën het volgende: „De nieuwe overeenkomst
met Frankrijk is, zooals ook de troonrede aanduidtin
de. eerste plaats een nieuw bewijs voor bet vertrouwen
der Duitscbe regeering op de voortdurende ontwikke
ling van den inwendigen toestand van Frankrijk,
wat de openbare rust en de hechtheid der regee
ring betreft. Zonder dit vertrouwen zou onze
regeering om politieke en financieele redenen er niet in
hebben kunnen toestemmen, om afstand te doen van het
pand, dat zij in het bezethouden der zes departementen
bezat, tegen eenvoudige financieele waarborgen. Zij
zou bovendien de in het verdrag vastgestelde waarbor
gen niet als zoodanig beschouwd hebben, wanneer zij
geen vertrouwen had in den goeden wil, de kracht en
het bestaan der regeering van Frankrijk. Dit stoffelijk be
wijs voor de kalme verwachting der Duitsche regeering
dat onze betrekkingen tot Frankrijk ten slotte zeer gun
stig zullen wordeu, is tegelijk de meest waardige en
doeltreffende beantwoording van de hartstochtelijke en
vijandige stemming, welke zich in Frankrijk hier en
daar nog openbaart."
Heeft Frankrijk alle reden om zich te verheugen over
de gunstige bepalingeu in de conventiënhet officieuse
Berlijnsche blad herinnert de Fransche natie er nog
eens aan, hoeveel dank zij daarvoor aan de grootmoe
dige Duitsche regeering verschuldigd isDe Provin
cial-Correspondenz geeft zich alle moeite, om Frankrijk
de groote onderscheiding te doen gevoelendat men
in Duitsehland vertrouwen in Frankrijk steltHet is
waarlijk alsof de voordeelen slechts aan Fransche zijde
zijn en de Duitsche regeering met grootmoedige zelf
verloochening hare waarborgen prijs gaf, om Frankrijk
gunsten te bewijzen. Van de Duitsche belangen, bij
deze conventiën gewaarborgd, spreekt het officieuse
blad in het geheel niet. Eu toch zijn zij niet gering. In de
eerste plaats kunnen terstond 30 a 40,000 man naar
hunne haardsteden gezonden wordenverder kan de
Duitsche industrie zich langzamerhand aan de concur
rentie van de industrie der nieuwe rijksprovincie ge-
gewennen en eindelijk ontvangt Duitsehland reeds
15 Januari a. de eerste betaling van het vierde milliard,
dat eerst den 1™ Mei vervalt. Frankrijk heeft daarte
genover het voordeel, dat zes departementen niet meer
het tooneel van voordurende onrust en twist zijn en
dat het door de opheffing der bepaling betreffende de
waarborgende handelshuizen 12 millioen aan provisie
minder betaalt; die voorrechten koopt het echter voor
een belangrijke vermindering barer inkomende rechten,
voor een vervroegde betaling van het vierde milliard,
waarvan zij toch ten volle de rente tot 1° Mei betalen
moet. Beide partijen staan dus vrij wel gelijk, en aller
minst geven de bepalingen der overeenkomst aan de
officieuse Duitsche pers het recht, om aan Frankrijk
voor te schrijven hoe dankbaar het wezen moet. Men
vergeet in Duitsehland maar al te zeer dat voor de Duit-
schers de reden voor de vijandelijke stemming in Frank
rijk niet bestaat. Bebalve de smaad van de nederlaag is
ontevredenheid in het land, dat 5 milliarden betaalt,
natuurlijker dan in dat waar ze ontvangen worden.
De Engelsche aristocraten gaan steeds voort met te
protesteeren tegen het gerucht eener coalitie met de ar
beidende klassen. The Times van eergisteren bevat niet
minder dan vier zulke protesten. Daily Telegraph zegt
dat niettegenstaande al deze verklaringen éen feit
vaststaat, namelijk dat een of meer invloedrijke mannen
der concervatieve partij beproefd hebben eene toenade
ring met de arbeidende klassen tot stand te brengen.
Dit blad, hetwelk voor een orgaan van den Engelscben
'premier, den heer Gladstone, doorgaat, wijdt hieraan een
lang artikel, waarin het alle hulde brengt aan het plan.
Ten slotte blijkt echter dat al die lof slechts uitgespro
ken wordt, om den liberalen het wapen in de handen te
spelen, dat door de tories tegen hen gesmeed was. Het
voordeel van een tegemoetkomen aan de wenschen van
den werkman wordt door Daily Telegraph duidelijk
aangetoond, terwijl het blad daarbij betuigt, dat uit
den aard der richtingen de liberale partij de natuur
lijke bondgenoote der arbeidende klasse is.
Wanneer dit artikel de denkbeelden van Gladstone
uitdrukt, dan kan men voor de sociale quaestie in de
volgende zitting meer van het ministerie verwachten,
dan in het afgeloopen jaar het geval was. Geeft Daily
Telegraph daarentegen Gladstone's meeniüg niet weër,
dan zal het der liberale regeering een aanwijzing zijn,
om aan dit onderwerp bijzondere aandacht te wijdeD,
daar de arbeidersquaestie ongetwijfeld een hoofdrol bij
de aanstaande verkiezingen zal vervullen.
De Duitsche rijksdag heeft in zijne zitting van gis
teren met 205 vau de 212 3temmen tot president her
kozen den heer Simson en voorts tot vice presidenten
de heeren von Hohenlohe en von Weber.
