öuitcnlanö.
voorbij, en,kunstkenner'of niet, hij verzuimde niet, zij het
ook met echte of gemaakte bewondering, het madonna
beeld te beschouwen, dat met Rafael's beroemde madonna
del Sista het glanspunt dier galerij uitmaakt. Eene Hol-
bein-tentoonstelling, in den afgeloopen zomer te Dres
den gehouden, deed dien glans tanen.
Naast de Dresdener schilderij stond dezelfde schilderij
uit Darmstadt, en het scheen of niemand behalve de con
servator der Dresdener galerij, den moed had om op te
komen tegen het bijna eenstemming oordeel, dat de
laatste niet alleen de prioriteit heeft maar dat zij de
eenige echte is, dat de Dresdener Holbein niet alleen
een kopie is, maar een kopie waaraan de meester geheel
vreemd is gebleven. De bewonderaars van het Dresde
ner kunstwerk, dat reeds veroordeeld scheenkunnen
echter rustig zijn. Tegeu de verklaring der te Dresden
verzamelde kunstkennersdie, ten getale van veertien
de overtuiging uitspraken, dat het Darmstadter exem
plaar ongetwijfeld de echte oorspronkelijke schilderij
van de hand van Hans Holbein is, die in enkele deelen
de sporen van later retoucheeren draagt niet zonder na
deel van het geheel, maar dat daarentegen het Dresde
ner exemplaar eene vrije kopie van die schilderij is, die
de hand van Hans Holbein nergens te herkennen geëft,
stellen thans vijf en twintig andere kunstkenners de
verklaring, dat zij in het Dresdener exemplaar behou
dens de sporen van medewerking in het bijwerk, eene
reproductie zien van de hand van den meesteromdat
alleen deze in staat was in zijn eigen werk zoo meester
lijke veranderingen en verbeteringen aan te brengen,
omdat alleen de meester de uitdrukking en schoonheid
sijner hoofdfiguur zoo zeer verhoogen kon, als de Dres
dener madonna boven die van Darmstadt uitblinkt.
De laatste is trouwens, naar het oordeel van deze bee-
ren, zoo verwaarloosd en overgeschilderd, dat onmoge
lijk met juistheid kan worden beoordeeld in hoever de
schilderij, die men thans voor zich ziet, nog oorspron
kelijk is. Men ziet, de vraag is nog niét beslist, en
vooreerst maakt de tourist nog geen gek figuur, die
zich aan de algemeene bewondering voor Hans Holbein's
madonna te Dresden aansluit.
Zaterdagavond is op het St. Pietersplein te Parijs
een ware veldslag geleverd tusschen jongens, die sol
daatje speelden, gewapend met toegeknooptc zakdoeken
gelijk in sterkte, in twee kampen verdeeld en met bet
doel om de hoogten te bemeesteren. Op het laatst werd
de strijd warm; men wierp de geknoopte zakdoeken weg
en nam er stokken en steenen voor in de plaats. Een
jongen werd met een steen getroffen; hij was aan het
hoofd gewond.
Het leger van den gekwetste wilde dezen wreken en een
regen van steenen bestormde den vijand; een andere knaap
werd door een steen voor do maag getroffen en viel on
machtig neder. Een voorbijganger ging de wacht waar
schuwen, die de legerscharen- niet uiteen vermocht te
drijven dan met de bajonnet, waarbij éen der jongetjes,
Claude Harmion, werd gedood.
Yerkoopingen en aanbestedingen.
Heden werd aan het gebouw van het gewestelijk be
stuur alhier aanbesteedhet aanleggen van een ter we
derzijde van de wachtsluis gelegen gedeelte van het uit
wateringkanaal in het voormalig vierde district van
Zeeland. Voor dit werk is het- minst ingeschreven door
den heer C. Wisse, te Zaamslag, voor 40,395.
Tliermoineterstand.
12 Oct. 'sav. 11 u. 43 gr.
13 'smorg.7 u.42gr.'s midd.lu. öOgr.'sav. 6 u.50gr.
Staten-gen eraal.
TWEEDE KAMER.
Zitting van Donderdag 12 October.
Ingekomen is een adres van De gebr. Abrahams, uit
gevers van de Middelburgsche courant, betreffende de
toepassing van de wet van 22 Juli 1870 met betrekking
tot de verzending van dagbladen.
Eindverslag wordt uitgebracht over het wetsontwerp
tot onteigening voor den spoorweg BoxtelKleef.
De begrooting van den arbeid der gevangenen voor
1872 wordt met/algemeene stemmen goedgekeurd, nadat
de minister van justitie op, enkele in het eindverslag
voorkomende vragen had geantwoord.
Bij de behandeling vau het wetsvoorstel ter invoering
bij besluit van de Nederlandsche pharmacopea verdedigt
de minister van binnenlandsche zaken zich tegen het
verwijt dat hij zich aan inconseqentie zou schuldig ma
kendoor alleen een Latijnsche uitgave in de wet voor te
dragen. De deskundige commissie heeft daartoe gead
viseerd, en eene uitgave in het Hollandsch alleen zou
tot verwarring aanleiding kunnen geven.
De heer Rombach stelt een araendement voor om het
woord „Latijn" te schrappen; dit amendement trekt hij
weder in nadat de heer Jonckbloet een amendement voor
gesteld had, om de uitgave der pharmacopea in 't Latijn
en Nederlandsch voor te schrijven.
De voorsteller meent, dat dan niets op de toekumstige
regeling van het hooger onderwijs wordt gepraejudi-
cieerd.
Dat amendement wordt met 35 tegen 20 stemmen
aangenomen.
Daarop wordt het wetsontwerp met eenparige stemmen
goedgekeurd.
De overigeaan de ordegcstelde ontwerpen, waaronder
dat tot verandering der grensscheiding tusschen Zeeland
en Noord-Brabant, worden alle met eenparige stemmen
goedgekeurd, nadat omtrent enkele punten inlichtingen
op de eindverslagen waren gegeven.
Over sommige conclusion van de commissie voor de
verzoekschriften heeft eenige discussie plaats, bepaalde
lijk met betrekking tot het al of niet verzenden der adres
sen naar de betrokken ministersom inlichtingen.
Tegen Zaterdag 14 October te 3 uren zijn de leden
weder geconvoceerd.
- VERBETERING.
In het verslag der zitting van de tweede kamer
van Woensdag 11 October is verzuimd mede te deelen
dat na verwerping van art. 1 der stoom vaart wet het
voorstel door den heer 's Jacob, namens de voorstellers,
is ingetrokken.
Volgens het voorloopig verslag over het 3e hoofdstuk
der staatsbegrooting voor 1872 (buitenlandsche zaken)
had men in twee afdeelingen met leedwezen bespeurd,
dat over de qnaestie der Luxemburgsche s:huld geen
.woord was medegedeeld.
Niet zonder bezorgdheid heeft men de richting van
de Fransche handelspolitiek gadegeslagen. De kamér
vertrouwt, dat de regeering onze belangen in deze niet
uithetoogzal verliezen. Ten aanzien van aansluitingen
van spoorwegen en het sluiten van traetaten met ver
schillende mogendheden werden verscheidene vragen
gedaan
Na al hetgeen over de Chineesche missie is voorge
vallen kon een aanzienlijk aantal leden zich bij het
voorstel neerleggen. Omtrent de noodzakelijkheid eener
missie te Rome liepen de gevoelens uiteen, en trad men
in beschouwingen over de houding onzer diplomatie by
het jubileum van den paus.
In eene afdeeling werd blijkens het verslagover hoofd
stuk IV (justitie) bepaald over het toegezegde ontwerp
eener rechterlijke inrichting gedebatteerd en zyn verschil
lende grondslagen aangegeven die men wenschelijk zou
achten in dat ontwerp opgenomen te zien, waarbij vooral
het appel in strafzaken ter sprake kwam, In dezelfde
afdeeling werd gevraagd of de minister onzen landaard
al of niet rijp oordeelde voor de jury?
Inlichtingen werden gevraagd ten aanzien van een
aantal in te dienen wetsontwerpen betreffende het rechts
wezen en de voornemens tot wijziging of intrekking van
vroegere verordeningen, die hier nog kracht van wet
hebben.
Ten aanzien van het voornemen van de Internationale,
die onlangs te Londen vergaderd was, om [hare
volgende zitting in Nederland te houden, vroeg men in
eene afdeeling inlichtingen, en verklaarde men zich
bereid tot maatregelen mei|e te werken die de toepas
sing der vreemdelingenwet noodig mocht maken.
In verschillende sectiën klaagde men over de weinige
sporen van zuiuigheid in deze begrooting te vinden.
Algemnen overzicht.
Niettegenstaande dc geruststellende berichten uit
Berlijn en Parijs, bemerkt men toch nog niets van een
officieele verklaring, dat het tractaat tusschen Duitsch-
land en Frankrijk betreffende den wederzijdschen invoer
en de betaling van het vierde halve milliard eindelijk
tot stand gekomen is. De. Duitsche bladen trachten
elkander voor te zijn in het mededeelen van bezoeken
en diners, die bij do verschillende autoriteiten plaats
hebben en bij welke gelegenheden de grootste beleefd
heden voor den Franscheu minister worden inachtge-
nomen, doch van den stand van zaken weten zij niets
te vermelden, en aan dit gebrek trachten zij tegemoet
te komen, door op deze vriendschapsbetuigingen hunne
verwachting op den gunstigen afloop te bouwen. De
verschillende ministers hebben den heerPouyer-Quertier
reeds bezocht en eergisteren is de Fransche minister
bij den keizer ter audiëntie geweest, waarna hij zich
naar het departement voor buitenlandsche zaken begaf,
ora met den rijkskanselier te confereeren. Dit is alles,
wat men verneemt, doch van de hoofdzaak, namelijk
waarover die conferentiën loopen, weet men niets mede
te deelen. In Berlijn loopt het gerucht, dat de overeen
komst weldra gesloten zal zijn, omdat de regeering zich
voorneemt, om daarvan Maandag in den rijksdag mede-
deeling te doen, aan wien het tractaat dan tevens ter
goedkeuring aangeboden zou worden.
Het Journal .Officiel bevatte gisteren de benoeming
van den heer Casimir Périer tot minister van binnen
landsche. zaken. Het is geen wonder, dat het Orleanis-
tische Journal des débats, deze benoeming toejuicht
en uitbundigen lof over heeft voor den nieuw benoem
den functionaris, dien het als een echt liberaal en
een warm vriend en voorstander van de publieke orde
voorstelt. Niettegenstaande de groote verdiensten van
den heer Casimir Périer,waarvan hij op parlementair
gebied reeds zoo menig schitterend bevvys gaf, is het
toch zeer twijfelachtig, of de gematigde republikeinsche
bladen en nog vee! minder de radicale organen bijzonder
met deze benoeming ingenomen zullen zijn. De heer
Casimir Périer is namelijk gedeclareerd Orleanist en
deed zich-zelf kennen als een vurig voorstander van de
fusie der huizen van Bourbon en Orléans.
v De benoeming van dezen partijman is dairom nog
onbegrijpelijker, omdat de uitslag der verkiezingen van
Zondag jl. voor de algemeene raden, en de keuzen, welke
den 2en Juli voor de nationale vergadering uitgebracht
werden, het bewijs geleverd hebben, dat de natie
voor zooverre zij tenminste hare stemmen uitbrengt en
men dienuitslagals maatstafmigaannemen den tegen-
woordigen stand van zaken steunt niet alleen, maar ook
de blijken geeft, dat zij de definitieve vestiging der
republiek met minder absolutistische vermen wenscht.
Wanneer men dit in het oog houdt, dan is Thiers met
zijn ministerie belangrijk achteruitgegaan sedert zyn
optreden in Februari. Ernest Picard heeft voor den
drang der rechterzijde moeten wijken, Jules Favre
verliet het kabinet onder zeer vreemde omstandigheden,
die veel aan eene pressie van de rechterzijde deden den
ken, en de heer Lambrecht, ofschoon geen republikein
maar dan toch een warm aanhanger van Thiers en zijne
politiek, wordt vervangen door een volbloed Orleanist.
L'Indépendance beige waarschuwt Thiers voor het
gevaar, dat er in gelegen is, wanneer hij de monarchale
partijen thans onnoodig de kracht in handen geeft, die
zij later tegen de republiek en de openbare rust zouden
kunnen aanwenden.
Het is onmogelijk om een zelfstandige appreciatie uit
te spreken over den uitslag der verkiezingen voor de
algemeene raden, waar zoovele duizenden van candida-
ten en gekozenen door de Fransche bladen medegedeeld
worden. Wij laten daarom hier het korte oordeel van
de liberale Moniteur de3 communes volgen: „Het aantal
kiezers, die niet aan de stemming deelnamen is zeer
belangrijk. In de groote steden heeft de radicale partij
ongemeen groot succes gehad; op het platteland daaren
tegen hebben de locale invloedeD, die zich steeds naast
iedere politieke quaestie blij ven openbaren de beslis
sing teweeggebracht. Niet onbelangrijk zijn de neder
lagen, die op verscheidene plaatsen de Bonapartisten
geleden hebben."
Enkele dagbladen zijn bekommerd over het verschijn
sel, dat zoo ontzaglijk veel kiezers zich van stemming
onthieldeu, en zien daarin een bewijs, dat Frankrijk
niet tot die hoogte gekomen is, dat het met recht en
waardigheid zich zelf besturen kan. Zij wanhopen voor
de Franschen aan het selfgovcrnment der Amerikanen en
Engelschen. Le Temps deelt die wanhoop niet, en terecht
wijst het blad op de ongewone omstandigheid, dat men in
een tijdsverloop van 8 maanden niet minder dan vier
algemeene verkiezingen gehad heeft. „Het is natuurlijk,
zegt het blad, dat onder die omstandigheden het aantal
kiezers van den 8cn October aanmerkelijk minder is dan
dat van den 8"" Februari. Het algemeen stemrecht heeft
betrekkelijk meer moeite om zich in beweging te zetten>
naarmate men het vaker raadpleegt." Wanneer Frankrijk
tot rust komt en de natie ziet dat deregeeringhet volste
vertrouwen verdient, dan zal zij evenals in ieder ander
land ter stembus komen, wanneer de regeering gesteund
behoort te worden. Dat vertrouwen ontbreekt echter
nog voor een groot gedeelte en dit zal ook niet anders
dan langzaam herwonnen kunnen worden.