Djokdjokarta L. Vree; tot 2<n hulponderwijzeraan de
openbare lagere school te Cheribon, de hulponderwijzer
aan genoemde school J. H. Bakker; aan de openbare
lagere school te Malang, de hulponderwijzer aan ge
noemde school H. W. L. G. Brouwer; aan de openbare
le lagere school te Soerakarta, J. H. de Puy, onlangs van
Nederland aangekomen; tot hulponderwijzer aan de
openbare le lagere school te Djokdjokarta, J. C. Elshout,
onlangs van Nederland aangekomen.
departement van oorlog. Verleend: een tweeja
rig verlof naar Nederland, wegens ziekte, aan den l«n lui
tenant der infanterie J. Geldorp.
Bevorderd: bij het wapen der infanterie, tot majoor
de kapitein A. F. Beeckmantot l«n luitenant, de 2eluite-
nants G. S. Schultz en L. H. L. Himpe.
Geplaatst: infanterie, bij het le bataljon, de le lui
tenant L. C. Krak, onlangs van verlof uit Nederland
teruggekeerd, en als adjudant, de le luitenant W. L. J.
Scheepens, vanhet korps; bij het 18e bataljon, de le luite
nant N. Kramer, onlangs van verlof uit Nederland
teruggekeerd.
Overgeplaatst: infanterie, bij bet le bataljon, de
majoor A. F. Beekman, van het 11e bataljon; bij het
3e bataljon, de majoor F. C. A. Stoecker van het le 'batal
jon; bij het 4e bataljon, de 2e luitenant P. van Lawick-
van Pabst, van het le bataljon, en als adjudant de-le lui
tenant M. van de Laan, adjudant bij het garnizoensbatal
jon der Wester afdeeling van Borneo; bij het 8C bataljon
de kapitein A. Bardok, van het le bataljon; bij bet 13e
bataljon, de 1« luitenant P. P. II. van Ham, van bet
garuizoens-bataljon der Zuider- en Ooster-atdeeling van
Borneo; bij het 16tf bataljon, de lc luitenant J.G.Jansen,
van het garnizoens-bataljon van Sumatra's Westkust en
onderhoorighedeubij het 17e bataljon, de le luitenant
G. M. Slangen, van het 15e bataljon; bij het garnizoens
bataljon van Sumatra's Westkust en onderhoorighe-
den de 1« luitenants J. Knoop en M. W. Goldbach,
benevens de 2s luitenant G. M. Burgerhoudt, de
beide eersten vao het 16e, de laatste van het 15e bataljon;
bij het garnizoens-bataljon der Wester-afdeeling van
Borneo, als adjudant, de D luitenant L. H. L. Himpe,
adjudant bij het 4« bataljon.
Gesteld: op nonactiviteit, infanterie, de kapitein
J. H. Kn'yff, onlangs van verlof uit Nederland terugge
keerd, en zulks te rekenen van den 7en Juli jl.
departement der marine. Ontslagen: op verzoek,
eervol, uit 's lands dienstde tweede stuurman H. F.
Bleuze en de machinist-leerling lc.klasse J. W. Goard,
beiden bij de gouvernements-marine.
Javasche courant van den 21^ Juli.
civiel departement: verleend: een tweejarig ver
lof naar Nederland, wegens ziekte, aan den chef van
het teekenbureau bij de statistieke opname van Java
C. A. XV. Strauss.
Ontslagen: wegen3 intrekking van den zoutaan
maak te Pakk>8, eervol, uit zijne betrekking, onder toe
kenning van wachtgeld, de zout-hoofddepot-pakmeester
aldaar W. R. de la Rambelje.
Benoemd: tot postcommies, chef vanhetpostkantoor
te Bandong (Preauger regentschappen)de po3tcommies,
chef van het postkantoor te Palembang, L. J. Berlijn;
bij de in- en uitvoerrechten, tot commies-visitateur bij
de contiöle en recherche te Bataviade commies-ont
vanger bij de in- en uitvoerrechten te Joana, C. F.
Neuendurff; tot commies-ontvanger bij de in- en uitvoer
rechten te Joana, de commies-visitateur bij de controle
en recherche te Batavia L. Pieters; tot commies-visita
teur bij de conlröle en recherche te Batavia, de onder
commies le klasse J. C. PhefFerkorn; tot onder-commies
le klasse bij de coutröle en recherche te Bataviade
ambtenaar op wachtgeld J. P. Sineck en de commies-
ontvanger bij de in- en uitvoerrechten te Sampang,
J. C. R. von Bannisseth.
departement van ooRLQG. Verleend: een tweejarig
verlof naar Europa, aan den len luitenant der infanterie
J. G. H. L. von Liibtow.
Be vorderd: bij den militairen geneeskundigen dienst,
tot officier van gezondheid lc klasse, de officier van ge
zondheid 2e klasse L. C. A. Rombach.
Gemengde berichten.
Behalve de gisteren reeds gemelde zijn jl. Zaterdag
nog vele andere ongelukken door den bliksem veroor
zaakt. Te Winkel is het weeshuis getroffen en verbrand.
Een weesmeisje en de weesmoeder werden vrij erg
gewond. De inboedel is grootendeels gered.Onder
Achelum nabij Hariingen sloeg de bliksem in een boeren
hofstede, toebehoorende aan den heer Hingst en bewoond
door den laudoouvver Zaudstra. Huis eu inboedel, als
mede het reeds ingezamelde koren, zijn verbrand. De helft
van het goud en zilver en eenige papieren geldswaarde
zijn met moeite gered. Ook teElten is een woning
met den inboedel en den binnen gehaalden oogst geheel J
door brand vernield. Een begin van brand op het bui
tenverblijf van den heer van Hoorn te Oosterbeek werd j
spoedig gebluscht. in den Heerhugowaard is eeue I
wagenmakerij afgebrand. Te Hoorn sloeg de bliksem
door het dak van het hotel de Doelen, ging door eenige
kamers tot in de slaapkamer der kinderen en vernielde
alle gasornemententerwijl hij, door den kelder zich
een uitweg banende, den gasmeter beschadigde. In de
nabijheid van Hoorn is eene koe doodgeslagen. Te
Pieze kwam de biikssn? door den schoorsteen in eene
arbeiderswoning, waar man en vrouw nabij den haard
zaten; hij vertrok door het venster, na vooraf 14 glasrui
ten verbrijzeld te hebben. De man en zijne vrouw vielen
bedwelmd neer, doch bekwamen geen letsel. De
toren van de kerk der hervormde gemeente teWenjeterp
is ook getroffen, doch het kerkgebouw gespaard. Te
Wildervank zijn in de weide twee paarden, te Munten
dam éen paarden te Noordbroek mede éen paard door
den bliksem doodgeslagen.
Het fraaiste verhaal van een bliksemstraal vindt men
in de Provinciale Groninger courant uit Ober gum ge-
geschreven:
„De bliksem sloeg in het huis van den logementhouder
A. Borgman, te Winsum, wierp Borgman, die juist van
de keuken naar de gelagkamer ging, midden in de zij
kamer, baande zich een weg dooreen reet van het schot,
sprong naar de overzijde op een ijzeren haakliet den
koperen theeketel ongedeerd, ging van daar weer naar
de andere zijde door den zoldersloeg op de bovenka
mer een plank uit de alkoof en de plint van het beschot,
sprong over op de tafel, waarop zich een petroleumlanp
en een tafelschel bevonden, liet de scbel staan, maar
wierp de lamp op een tafeltje in den hoek. Vervolgens
sloeg hij een kastje er naast, dat op slot zat, open,
vernielde er eenig porselein en wierp een klein thee
potje er uit, dat netjes op het tafeltje te staan kwam;
baande zich eindelijk een uitweg door den zolder en
toen door een klein gaatje door het dakna er eenige
pannen aan de overzijde afgeworpen en een spant in
splinters geslagen te hebben. De splinters en scher
ven waren in de geheele kamer en over den zolder ver
spreid. Men denke zich den schrik en ontsteltenis van
het huisgezin. Borgman loopt thans kreupel en was eerst
gedeeltelijk verlamd.''
Eergisteren is te Amsterdam de tentoonstelling van
schilder- en andere werken van levende kunstenaars in
het gebouw der voormalige Academie van beeldende
kunsten geopend. Mr H. J. van Lennep, vice-voorzitter
der vereenigde commissie, hield daarbij een korte rede,
waarin hij dank bracht aan den koning die ook
ditmaal weder van zijn belangstelling had doen blijken
door een gouden medaille ter beschikking der tentoon-
stellings-commissie te stellen. Spreker deelde mede dat
namens het gemeentebestuur zes gouden medailles
geschonken waren, en dankte vervolgens allen, die het
hunne hadden bijgedragen om de tentoonstelling, die dit
jaar zeer uitgebreid is, te doen zijn wat zij thans is,
eindigende met den wensch dat een druk bezoek haar
deel moge zijn. Gisteren is de tentoonstelling voor het
publiek geopend. Zij bestaat uit ruim 500 nommers,
waarbij vele van buitenlandsche meesters. {Amst. cour.)
De groothertog van Luxemburg heeft dr. W. J. F.
Nuijens, wegens zijne verdiensten als geschiedschrijver,
tot ridder der orde van de Eikenkroon benoemd.
Te Hariingen neemt de heer S. Hoekstra eene
proef om personen uit den „klei neren burgerstand" in het
bezit van eigen woningen te doen komen. Hij heeft een
blok van tien woningen.doen bouwen. Acht er van kos
ten 900twee de middelste van het blok, van twee
verdiepingen ƒ1400. Wie er een koopen wil, moet
2C0 geven en kan dan zijn woning betrekkenterwijl
hij zich verbindt minstens 32 stuivers 's weeks af te
betalen. Yan het niet afgeloste gedeelte der koopsom,
plus de kosten van reparatiën wordt de rente bepaald
tegen 5 pet. Is alles afbetaald, dan is het huis het
eigendom van den bewoner. Reeds hebben zich eenige
personen daarvoor aangemeld.
Aan een particulier schrijven uit Japan ontleent
de Nieuwe Rott. courant het volgende: „Den 5*» Juli
heeft in Hiogo een vreesdijke orkaan gewoed, die ver
gezeld werd van eene overstrooming, waardoor de plaats
minstens drie voet onder water werd gezet. Er is be
langrijke schade berokkend aan huizon en schepeD.
400 Japansche vaartuigen zijn op den wal geslingerd en
verbrijzeld. De schade wordt begroot op 1 millioen dol
lars. Er zijn bij deze ramp een massa menschen omge
komen; men schat het aantal op 600, waaronder ver
schillende Europeanen. Oin een klein denkbeeld te
geven der kracht van den storm, wordt geconstateerd
dat een der entrepots, gebouwd van massief graniet,
totaal is weggeslagen, zoodat de daarin opgeslagen
goederen onder anderen eene lading tabak, die ter
verzending gereed lag zijn weggespoeld."
Volgens een bericht in le Gaulois is men te Parijs
bezig met het nemen van proeven, betrekkelijk het
loopen van stoomwagens op gewone wegen. Het doel
is om, zoo de proeven gelukken, deze wijze van ver
voer in toepassing te brengen op de buiten-boulevards
en in eenige hoofdstraten der stad.
Een telegram uit Rijssel deelt een vreeseljjk
spoorwegongeluk mededat eergisteren avond op de
noorderlijn te Seelin bij Rijssel plaats had. De sneltrein
van Parijs geraakte in botsing met een trein die van
Douai kwam en 47 minuten te laat was vertrokken. Drie
wagons ziju vernield en verscheidene passagiers kregen
hevige brandwonden door den stoom. Niet minder dan
tien personen werden terstond gedood, terwijl een hon
derdtal ernstige wonden bekwam. De rechtbank van
Rijssel heeft zich naar de plaats van het onheil begeven,
die een vreeselijk schouwspel oplevert.
Berichten uit Coomassie, op Afrika's westkust,
van den Hen Juli jl., hier te lande ontvangen, melden
dat de gewapende benden Ashantijnen een aanval in de
naburige landen, die onder het beschermheerschap van
Engeland staan, ondernomen, er krachtigen weerstand
ontmoet en zware verliezen geleden hadden, maar met
duizenden gevangenen, meestal viouwen, knapen en
meisjes, in hun land teruggekomen waren. Bij de terug
komst der benden in Coomassie was er eerst een alge-
meene rouwdag wegens de gesneuvelden in den krijg
gehouden, en vervolgens, naar 's lands gebruik, een
groot menschenoffer gebracht ter bevrediging van de
schi»men der gesneuvelde krijgers. „Die verschrikke
lijke gewoonte is bekend genoeg schrijft ecu oogge
tuige doch de gruwelen die ik hier thans heb ge
zien, gaan alle beschrijving schier te boven." Minstens
de helft van het aantal uitgerukte Ashantynen was in
den krijg gevallen; ter vereering hunner nagedachtenis
werd in Coomassie een plechtstatige omgang door de
straten gehouden met tweehonderd hoofden van als
offers geslachte vijanden.
De afdeeling letteren der Koninklijke academie
van België heeft voor het jaar 1872 de volgende prijsvra
gen uitgeschreven:
„1°. Men vraagt eene proef op het leven en de regee
ring van Septimus Severus.
„2<>. Breedvoerig de wijsbegeerte van St. Anselmus van
Cantelberg uitleggen; er de bronnen van doen kennen;
er de waarde van schatten ener den invloed in de ge
schiedenis der denkbeelden van doen kennen.
„3°. De regeering van Maria Theresia in de Nederlan
den beoordeelen.
„4°. De economische theorie geven over de betrekkin
gen van het kapitaal en het werk. De academie vei langt
dat het werk opgesteld zij iu een eenvoudigen stijl, op
de hoogte van al de klassen der samenleving.
„5°. De geschiedenis maken van de Duitsche wijsbe
geerte gedurende de 16e eeuw en tijdens de eerste helft
van de zeventiende."
De prijs voor de le, 2e en 3C vraag zal een gouden
medaille zijn van 600 fr.voor de 4C en 5e is de prijs een
gouden medaille van 1000 fr.; te beantwoorden voor
1 Februari 1872.
Op het pogramma voor 1873 zijn de volgende prijsvra
gen gebracht:
„1". Het talent schatten van Chastelain, zijn invloed,
zijne staatkundige denkbeelden en zijne letterkundige
strekkingen.
„2". Verhandeling over de staatkundige geschiedenis
van Vlaanderen sedert 1305 tot de opkomst van het huis
van Bourgondië (1382), vooral de wijziging aantoonende,
welke te dien tijde de algemeene instellingen van het
graafschap en de bijzondere instellingen van zijne groote
gemeenten ondergingen.
„3°. Men vraagt eene beoordeeling over de regeering
van Karei den Stoute en van de ontwerpen, door dien
vorst opgevat, in het belang van het huis van Bourgondië.
„4°. Welke zouden in België de voordeden en do
nadeelen zijn van de vrije uitoefening der vrije beroe
pen
„5°. Het geschiedkundig wonder uitleggen van het
behoud van ons nationaal karakter, niettegenstaande al
de vreemde beheerschingen."
De prijs voor iedere vraag is eene gouden medaille, ter
waarde van 600 fr. De antwoorden uiterlijk den 1CD Fe
bruari 1873 in te zenden.
Voor de mededinging naar den eeuwigdurenden prijs
van 3000 frankendoor den baron. De Stassart ingesteld
voor de behandeling van eenig punt der nationale ge
schiedenis van België, heeft de afdeeling de volgende
vraag ten prijskamp voorgesteld:
„Uitleggen welke, ten tijde der Frausche overrompe
ling in 1794, de grondwettelijke grondbeginselen waren,