werd ingewilligd tot heffing eener minimum-rente van 2 cent en de pandgevers aangemoedigd worden om zei ven hunne panden in de bank te komen beleenenhetwelk voor hen een aanzienlijke winst zou opleveren, daar door hen aan commissieloon voor het inbrengen en lossen van een pand 10 cent wordt betaald. Voorts wordt door de commissie voorgesteld om van het kapitaal der her vormde diaconie en van het roorasch- katholiek armbe stuur een gedeelte at te lossen ter verlichting van de te betalen rente dier kapitalen, mits ter voorziening in benoodigd bedrijtkapitaal door het gemeentebestuur renteloos kan worden voorzien. Op voorstel van den voorzitter wordt besloten om de behandeling van dit punt aan te houden tot de volgende vergadering. Het voorstel tot verdaging van de behandeling der verordening op het bruggeld, uithoofde van het groot aantal afwezige leden, geen al gemeen e instemming ondervindende, wordt het door den voorzitter in omvraag gebracht, waarop met 7 tegen 3 stemmen besloten wordt de zaak in detfe vergadering at te doen. De verordening wordt alsnu door den voorzitter voor gelezen en artikelsgewijze met algemeene stommen goed gekeurd, nadat op eene opmerking van den heer de Groot, dat dezeebrief geen tonneninhoud der schepen vermeldt, het woord' „zeebriet" geschrapt werd uit het artikel waarin de vertooning van dat document voorge schreven was. Is ingekomen eene voordracht der commissie van het middelbaar onderwijs ter benoeming van een tijdelijk hulpleeraar in het rechtlijnig teekenen aan de burger avondschool. Op de voordrachtwaren geplaatst de heeren J. van der Poel, J. tl. Harte en M. J. Ketting. Nadat door den voorzitter is medegedeeld dat de heer Harte verzocht heeft niet meer in aanmerking te komen, wordt overgegaan tot de benoeming en als zoodanig be noemd de heer J. van der Poel met 8 stemmen. Op den heer Harte was 1 stem uitgebracht, terwijl 1 briefje oningevuld was ingeleverd. Met algemeene stemmen wordt bepaald de benoeming te doen ingaan met 1 September a. De voorzitter doet mededeeling van een ingekomen missive van de commissie van het middelbaar onderwijs, waarin zij te kennen geeft dat bet toegenomen aantal scholieren eene vermeerdering van teekenborden en voetbanken zal noodig makenwaarvan de kosten wor den begroot op 170, met verzoek daarin te willen voorzien. De voorzitter stelt voor, het dagelijksch bestuur te machtigen om tot de aanschaffing der bedoelde mate rialen over te gaan. Nadat op verzoek van den heer van der Hijden door den heer Schraver eenige inlichtingen zijn verstrekt, wordt aldus met algemeene stemmen besloten. Voor kennisgeving worden aangenomen de volgende me- dedeelingen: a. goedkeuring van het raadsbesluit tot vast stelling der jaarwedden voor de hoofdonderwijzers op de lagere scholen; b. bericht van de ontvangst door gedepu teerde staten der gemaakte wijziging in de verordening op het brandwezen; c. dat een geschenk is ontvangen van dr. A. van der 3 wal me, bestaande in oude documen ten, betrekking hebbende op deze gemeente. Hiervoor is aan den gever den dank der gemeente betuigd. Nog is ingekomen een verzoek van den heer J. A. Ma- bilot om wegens de administratie als gemeente-ontvanger door wijlen zijn vader gehouden volledige décharge te willen verleenen, teneindehet ontslag van den borgtocht te kunnen verkrijgen. Met algemeeene stemmen wordt de gevraagde décharge verleend. Door den voorzitter wordt ten slotte medegedeeld dat de heer Schaver heeft verzocht om ontslag als lid der commissie van fabricage, om voor hem overwegende redenen. De heer de Kruijff wenscht dit aan te houden tot de aanstaande aanvulling der commissiën. De heer Schraver meent echter dat er geen redenen bestaan tot uitstel. Op eene vraag van den heer de Gelder of de benoeming tot lid eener commissie voor de benoemden niet verbin dend is, antwoordt de voorzitter dat het nog al bezwa rend is, om leden die bepaalde redenen hebben om geen deel eener commissie te kuunen blijven uitmaken tot de waarneming te noodzaken. Daarop wordt besloten om daarin te berusten en over te gaan tot de benopmiug van een nieuw lid. Bij tweede vrije stemming wordt als zoodanig benoemd de heer J. P. Laernoes met 5 stemmen. Op den beer de Groot waren 3 en op den heer Schraver 1 stem uitge bracht, terwijl 1 briefje oningevuld was. De vergadering wordt daarna door den voorzitter ge sloten. Guitmlanö. Algemeen overzicht. Deofficieuse Pruisische pers slaat in den laataten tijd, zeker uit gebrek aan betere stof, weder een toon aan welke bewijst, dat de schitterende overwinningen der Duitsche wapenen waarlijk niet tot nederigheidwaarop do Duitschers zich zoo gaarne verheffen, maar wel tot onverdraagzaamheid en hoogmoed geleid hebben. Zij schijnt te meenen dat het succes der wapenen haar thans ook het recht geeft, om iedere handeling van het bui tenland die baar niet aanstaat uit de hoogte te kunnen veroordeelen en terstond met oorlog te kunnen dreigen. Het ziet er waarlijk treurig met Europa uit, wanneer Duitschland zich zijne macht zoo bewust is, dat het voor iedere kleinigheid zijne naburen met oorlog be dreigt, wanneer zij niet alleen niet handelen, maar zelfs niet deuken zooals de Duitsche natie het gelieft goed te vinden. Yoor het oogenblik moge dit gevaar nog niet voorhanden zijn, wanneer de officieuss pers hierin echter het voorbeeld geett, dan heeft de laatste oorlog er reeds genoeg toe bijgedragen, om dit terstond door de natie te doen volgen. Vóór eenige dagen bevatte deNorddeutsche Allgemeine Zeitung een oorlogspuwend artikel over de-Ugue de la délivrance,welke haren hoofdzetel te Parijs gevestigd heeft en waarin het blad een directe vredebreuk meende te zien. De vrede was geteekend, dus de vriendschappelijke betrekkingen tusschen Duitschland en Frankrijk waren hersteld zoodat het Fransche gouvernement verplicht was, zulke vereenigingen tegen te gaan welke gericht zijn tegen de integriteit van het Duitsche grondgebied. Zoo redeneerde het Duitsche orgaan iu zijn verontwaar diging over het geschonden volkenrecht. Tenslotte echter bleek, dat zijne voorstellingen niet weinig overdreven waren, en dus de Fransche dagbladen het niet alleen zijn, die zich aan valsche beoordeelingen schuldig maken. Le Temps beantwoordde dit heftige artikel op zeerkalmen toon. „Het schijnt ons toe, zeide het blad, dat het Duitsche orgaan de krijgstrompet zeer ten onrechte opsteekt. Voor zoover wij weten en de ligue de la délivrance zelve kent geen ander doel is zij opgericht om in Frankrijk betrekkingen tc zoeken voor jonge Elzassers, die niet in de geannexeerde provinciën willen blijven." Wanneer zij Franschen blijven en dienst wenschen te nemen in het Fransche leger, dan gaat het toch wat ver, om hierin een vijandelijkheid tegen Duitschland te willen zien. De Krcnz-Zeitung van 16 Augustus zocht op nog onlo gischer wijzeeen com belli indegebeurtenissen tePoligny. De aanvang harer red'eneering reeds is verrassend: „Wij hebben vrede gesloten met Frankrijk en waren voorne mens, onze troepen langzamerhand uit het overwonnen land terug te trekken. Wij leven dus iu volmaakten vrede met Frankrijk." Een schoone volmaakte vredestoestand, wanneer een vierde gedeelte van het land nog door den vijand bezet is! Het blad rede neert verder aldus. In dien vredestoestand vertoont zich een dorp, dat huis aan huis met gewapenden gevuld is, en een aantal onzer soldaten (zegge twee) wordt vermoord. Het is onmogelijk, dat zoo iets voorkomen kan buiten voorkennis van het plaatselijk bestuur. Het plaatselijk bestuur wordt aangesteld door de regeeriDg, ergo de regeering is aansprakelijk voor de daden van een paar bewoners van het stadje Poligny. Wordt deze zaak niet zorgvuldig onderzocht en geett het gouver nement geene waarborgen voor de herhaling van dergelijke tooneelen, dan is de oorlog opnieuw hervat. Wanneer de overwinnaar zich aan zulke belache lijke overdrijving schuldig maakt, dan kan men het toch waarlijk den overwonnene niet als een grief aanrekenen wanneer hij zijne hoop op revanche luide uitspreekt. De vooruitzichten voor het voorsteldoor den heer Rivet namens het linker-centrum aan de Fransche natio nale vergadering ingediend, schijnen niet bijzonder gunstig. De benoeming der commissie van onderzoek in de bureaux heeft eenige uren geduurd en is met hevige debatten gepaard gegaan. Zoo hebben in verschillende afdedingen o. a. de heeren de Broglie en Gambetta de voordracht met vuur bestreden. Met zeer geringe meer derheden zijn ten slotte 15 leden voor deze commissie benoemd, waaronder volgens le Temps slechts 6 voor standers en daarentegen 9 tegenstanders van het voorstel geteld worden. Het blad geeft echter alle hoop nog niet op voor de definitieve aanneming van het voorstelen gelooft dat de commissie vóór in deze te beslissen zon der twijfel op de gevaren letten zal, die aan eene ver werping verbonden zijn. Is desniettegenstaande het praeadvies toch ongunstig, dan vestigt le Temps nog alle hoop op de wijsheid der vergadering. Juist uit deze gev aren blijkt de onverantwoordelijke handelwijze der linkerzijdeom dit voorstel in te die nen zonder de zekerheid dat het aangenomen zal wor den. Het is toch zeer wel mogelijk dat het rechterceu- trum en de rechterzijde zich niet aan die pressie zullen, onderwerpenhoezeer zij ook van het gevaar doordron gen zijnom door een afkeurend votum alle prestige aan de bestaande regeering te ontnemen. Men hoort dan ook nog steeds spreken van een vergelijk, dat tusschen de verschillende partijen tot stand zal komen,hoewel alle tot dusverre aangewende pogingen te vergeefs waren. Een correspondent van l'Indépendance beige geeft van den stand der zaken in Frankrijk de volgende mis schien niet onjuiste voorstelling: de linkerzijde was met meer of minder recht bevreesd voor de monarchale meer derheid, die slechts de rechte persoon ot gelegenheid afwachtte om een coup d' état ten gunste der monarchie te beproeven. Dit noopte het linkerc.entrum om door zijn voorstel het verbond van Bordeaux voor bepaalden tijd door de vergadering te doen bekrachtigen. De afkeer der rechterzijde voor het voorstel-Eivet is echter, volgens dezen correspondentau fond niet zoo groot Als zij doet voorkomen. Slechts heeft zij er bezwaar tegen, dat bij eventueele ontbinding der kamer Thiers, wien zij steeds meer wantrouwt, tijdens de verkiezingen voor de nieuwe vergadering aan het hoofd van het bestuur staan zou. Uit de verschillende verkiezingen is gebleken, dat hij geen invloed op de stemming uitoefenen wil, en daarom vreest de monarchale partij, dat de uitslag zonder' pres sie der regeering misschien wel niet in hun voordeel zou kuunen zijn. Thiers moet dus in dit geval op zijde gezet worden, en daarom spreekt men van een amende ment, dat de rechterzijde op de voordracht wil voorstellen, waarbij bepaald wordt, dat het laatste besluit der vergadering vóór baar ontbinding de benoeming zijn zal van een persoon, die provisioneel tot de opening der constituante de zaken aanhoudt en de nieuwe ver kiezingen leidt. Is deze voorstelling juist, dan strek tzij waarlijk niet lot verheffing van de politieke moraliteit der rechterzijde. Het Engelsche lagerhuis heeft in zijne zitting van gisteren de motie vau den heer John Gray, tot het instel len eener enquête over de treurige voorvallen te Dublin, met 75 tegen 23 stemmen verworpen. Uit Duitschland. Berichten uit Eönigsberg van Donderdag jl. leveren, het treurig bewijs, dat de cholera aldaar nog steeds toe nemende is. Dinsdag den 15cn hebben zich aldaar 70 ge vallen voorgedaan waarvan 34 met doodelijk gevolg, en den volgenden dag zijn 80 personen aangetast, waarvan echter bij het verzenden van het bericht slechts 27 be zweken waren. In de omstreken van Stettin zijn ook weder enkele gevallen voorgekomen. Vóór eenigen tijd liep door alle Duitsche dagbladen het bericht, door het Scklesische Kirchenblatt het eerst openbaar gemaakt, dat eerlang te Fulda eene bijeen komst zou plaats hebben van alle bisschoppen van Prui sen, om te beraadslagen, welke middelen aangewend behooren te worden tegen de maatregelen der regeering en tegen de katholiekendie zich niet aan het leerstuk der onfeilbaarheid onderwerpen. Thans blijkt, dat die bijeenkomst niet alleen niet in deze maand, doch even min in September plaats zal hebben. De Volks-Zeitung verneemt van zijn correspondent, „dat al die mede- deelingen niets dan verdichtsels zijndoor een orgaan der jezuïeten met het doel uitgestrooid, om de ware toedracht der zaken te verbloemen en des te zekerder in troebel water te kunnen visschen. Die bijeenkomst heeft reeds den 5e° Augustus te Fulda plaats gehad, zonder dat tot dusverre daarvan iets uitgelekt was." In de katholieke kerken, waarin jl. Zondag geen openbare godsdienstoefening gehouden werd, a. w. z. waartoe niet iedereen toegelaten wordt, is het programma dezer bijeenkomst, uit 14of 15 artikelen bestaande, voorgelezen- Onder anderen worden de handelingen der Pruisische regeering in dit stuk scherp gecritiseerd en eindelijk alle katholieken, die het onteilbaarheidsdogma niet aanne men, met den banvloek gedreigd. Dit geval levert een bewijs te meer, dat de repressieve maatregelen en bedreigingen der regeering er slechts te meer toe leiden, om de vijanden van den staat in het donker hun werk te doen verrichten. De Karlsruher-Zeitung bericht, dat het aantal zuiver Fransche gemeenten, hetwelk in Lotharingen aan Duitschland geannexeerd is, niet minder is dan 336 met 234.455 bewoners. Het sebijnt dus dat het zooge:

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 2