O U R A N T.
N0 196.
Vrijdag
1871.
18 Augustus.
Middelburg 17 Augustus.
Den 2lca September a. zal te 's Graveahage ten be
hoeve der staatsspoorwegen worden aanbesteed: bet
maken van gebouwen bij het station te Vlissingen en
eenige verdere werken voor het kanaal door Walcheren.-
Aan de tweede kamer der staten-generaal is een wets
ODtwerp aangeboden tot verandering der grensscheiding
tasschen de provinciën Noord-Bi-abant en Zeeland. Vol
gens art. 1 van het ontwerp wordt de grens bepaald als
volgt
Te beginnen bij de grensscheiding tusschen Zuid-
Holland en Zeeland in het vaarwater de Krammer, waar
deze grensscheiding thans die van Koord Brabant raakt,
volgt de grens tusschen Noord-Brabant en Zeeland eene
lijn raaiende op den toren van Oude Tonge met den meri
diaan van dien toren een hoek makende van ll1/» graden
westwaarts en getrokken tot in het midden van den
Thalweg der rivier de Eendracht, zoodat de grens van
Noord-Brabant bepaald is door de perceelen, kadastraal
bekend gemeente Steenbergen, sectie B, n°». 228, 237,
238, 239 en 226, en voor Zeeland door de perceelen der
gemeente St. Phiiipsland, sectie D,n°s.56,55,50,49en 53.
De grens loopt vervolgens door het midden van den
Thalweg van de rivier de Eendracht tot nabij de zuide
lijke uitmonding in de Ooster-Schelde voor den Deurloo-
polder totdat zij daar de rechte lijn ontmoet, die van
een paal, te plaatsen op de kruin van den dijk van den
Deurloopolder in het verlengde van de zuidelijke grens
lijn van het perceel, kadastraal bekend gemeenteTholen,
sectie K, n°. 37, op een afstand van 25 meters, gemeten
uit het midden van de binnenbermsloot des dijks van
genoemden polder, in zuidoostelijke richting getrokken
wordt tot een paal, te plaatsen op den noordwestelijken
hoek van den Ouden Ilinkelenoordpolder bij den buiten
teen van den zeedijk van den van der Dnynspolder in
het verlengde van het midden van de buitenbermsloot
van den dijk van genoemden Ouden Hinkelenoordpolder.
Van het aangegeven punt in het midden van den
Thalweg van de rivier de Eendracht volgt de grens die
rechte lijn zuidoostwaarts.
Zij loopt verder langs den buitenteen van den zeedijk
van den van der Duynspolder, de grens volgende van de
perceelen, kadastraal bekend gemeente Woensdrecht,
sectie F, nos. 134, 150 en 145; voorts langs den buiten
teen van den zeedijk van den Nieuwen Hinkelenoord
polder, de grens volgende van de perceeleu kadastraal
bekend gemeente Woensdrecht, sectie F, n°". 140 en
114; vervolgens langs den buitenteen van den weste
lijken zeedijk van den Vijdtpolder, de grens volgende
der perceelen kadastraal bekend gemeente Woensdrecht,
sectie F, n<\ 110, en gemeente Ossendrecht, sectie G-,
no. 94, gedeeltelijk, verder in het verlengde de richting
van laatstgenoemden buitenteen doorloopende tot aan
de Belgische grens.
In de memorie van toelichting wordt gezegd dat de
sedert 1825 gerezen geschillen over de grenzen tusschen
beide provinciën, vooral met betrekking tot de vraag of
de Ooster Schelde en de rivier de Eendrachtna de
regeling van 1814 geheel aan Zeeland verbleven, eene
oplossing noodzakelijk maakten. Daarbij deed de afdam-
miog der. Ooster-Schelde in den jongsten tijd de vraag
rijzen, of dit werk geene voorziening ten aanzien van
de grensscheiding tusschen beide provinciën noodigzou
maken.
Met het laatste ontworpen plan der hoofdingenieurs
vereenigden zich de staten van Noord-Brabant, bij welk
plan die provincie aanwinst van grondgebied verkrijgen
zou. De staten van Zeeland waren voor een ander plan
van den hoofdinspecteur. Na verdere wisseling van ge
dachten is bet plan van den hoofdinspecteur aange
nomen.
Tot leden van den Rotterdamschen gemeenteraad zijn
eergisteren gekozen de heeren J. G. Betz met 477 en
H. W. de Graaf met 442 van de 738 uitgebrachte geldige
stemmen.
Met ingang van 21 dezer wordt te Katwijk en met
1 September a. te Bodegraven een rijkstelegraafkantoor
met beperkten dagdienst geopend.
Met ingang van 21 dezer is het kantoor te Alphen op
werkdagen open van 9 tot 12, 2 tot 5 en 8 tot 9 uren.
De Zondagdienst blijft onveranderd.
De Staats-courant van heden bevat het koninklijk
besluit, van den^^dezer tot vaststelling van een tarief
van^eepgSTd^voër'^het veer voor de rivier de Maas le
Lith.
Benoemingen en besluiten.
ridderorden. Vergunning verleend aan J. G. E.
Schussler, tijdelijk wonende te Stockholm, geheim hof
raad en secretaris van wijlen H. M. de koningin van
Zweden en Noorwegen, tot het aannemen en dragen der
versierselen van kommandeur der orde van St. Olaf van
Noorwegenhem door Z. M. den koning van Zweden en
Noorwegen geschonken.
leger. Benoemd bij het wapen der infanterie tot
lcn luitenant (naar ouderdom van rang) bij het 4e regi
ment, de 2e luitenant G. L. Meischke, van het korps,
bij het 5e regiment, de 2C luitenants L. Swart, van het
korps, en D. C. A. Smit, van het 2e regiment, laatst-
gemelde thans gedetacheerd bij het koloniaal werfdepot;
bij het 6e regiment, de 2e luitenant C. H. Hummelinck,
van het korps.
Overgeplaatst in rang bij het regiment grenadiers en
jagers, de le luitenants D. G. baron Sloet van Zwanen
burg, van het 2e, en jonkheer 0. H. Trip, van het le re
giment infanterie.
Kerknieuws.
Dr. J. Isaacsohn, die tengevolge van godsdienstver
schillen met het Israëlietisch kerkbestuur te Rotterdam
zijn ambt als opperrabijn nedergelegd heeft, is beroepen
naar Filehne, in Pruisen.
Marine en leger.
De oorlogschepen, bestemd tot het overbrengen der
overblijfselen van de strijders van 1830, zijn gisteren te
Vlissingen ter reede gekomen, met bestemming naar
Antwerpen. Het tijdstip van vertrek van Vlissingen was
heden morgen nog niet met zekerheid bekend.
Landbouw.
De Staats-courant van heden bevat het volgende
verslag van de verwachtingen van den oogst in de
provincie Zeeland:
„De wintertarwe bleek na den strengen winter,
vooral door de snelle afwisseling van vorst en dooi,
op weinig uitzondering na te zijn verloren gegaan.
Deze hoofdvrucht is daardoor belangrijk minder ver
tegenwoordigd dan in andere jaren. De uitkomst der
voorjaarszaaiing, vooral wat de verscheidenheden,
Engelsche, Essex en Australische betreft, is boven
verwachting goed, zoodat men op 25 a 30 hekto-
liters per hektare schijnt te mogen rekenen.
„De rogge heeft als altijd den winter,' het best
doorgestaan, hoewel in het voorjaar mede een groot
gedeelte moest worden omgeploegd. Het overgeblevene
staat veelal dun te velde, doch heeft zich goed ont
wikkeld. Opbrengst waarschijnlijk niet hooger dan 20
a 25 hektoliters per hektare.
„De wintergerst werd door de vorst geheel vernie
tigd. De daarvoor in de plaats gebrachte Maartsche en
zomergerst zijn, met uitzondering van eenige streken,
waar men tengevolge van de slapheid van hot stroo
nog al afwijking in hoedanigheid verwacht, zeer goed
geslaagd. De uitkomst wordt bij gunstige omstandig
heden op 45 hektoliters van de Maartsche en op
40 hektoliters van de zomersoort geschat.
„De haver is laat doch voorspoedig gegroeid en
belooft eene goede opbrengst, geschat op 36 a 40, in
sommige streken zelfs op 50 hektoliters per hektare.
„De paardenboonen zijn welig opgegroeid en bij
gunstigen'bloei meestal gced aangeslagen. De opbrengst
wordt verschillend geraamd, meestal op 25 a 30, in
enkele streken echter op 16 hektoliter per hektare.
„Van de bruine en witte booneu verwacht men door
den in het vooijaar vertraagden groei slechts een
middelmatig beschot, begroot op 16 a 20 hektoliter
per hektare.
„De erwten vertoonen meestal een gunstigen aan
slag en laten 20 a 30 hektoliter per hektare verwachten.
„Het koolzaad is overal bevroren. Op enkele plaatsen
verving men het door zomerkoolzaad, dat tot hiertoe
gelukxig is geslaagd en voldoende penlzetting vertoont.
„Het vlas groeide zeer voordeelig op, zoodat men over
het algemeen op goede uitkomsten schijnt, te rekënen
Verkoopprijzen worden opgegeven van f 250 tot 550
per hektare.
„Van de meekrap is de verwachting niet gunstig. Na
den strengen winter en koelen voorzomer blijft zij klein
van beschot en gering van hoedanigheid. Ook de nieuwe
aanplant werd min of meer bemoeilijkt en bleef achter
lijk in groei.
„De aaidappelen hadden tot dusverre eene gunstige
ontwikkeling. Hoedanigheid en beschot bleken zeer
goed te zijn, doch thans begint de gewone ziekte zich
algemeen te vertoonen, waardoor de uitkomst ten eenen-
male onzeker wordt.
„De beetwortelen, mangelwortelen en paardenpenen
geven uitzicht op een ruimen oogst.
„Van de voedergewassen heeft de roode klaver meestal
geringe uitkomsten gegeven. Alleen de lucerne is goed
door den winter gekomen, krachtig opgegroeid en zal
eene ruime hoeveelheid hooi opleveren.
„De wikken, waarmede vele in het voorjaar verstor
vene klavervelden werden bezet, beloven mede een.
ruime opbrengst.
„De hooi- en graslanden zijn eerst laat tot voldoenden
wasdom gekomen. Thans is echter zeer veel voedsel in
de weiden, terwijl de hooiopbrengst, ofschoon niet ruim,
bevredigend kan worden geacht."
Gemengde berichten.
De gemeenteraad van Amsterdam heeft gisteren met
15 tegen 14 stemmen het voorstel tot het houden van
de kermis aangenomen.
De groothertog van Luxemburg heeft tot ridder
der orde van de Eikenkroon benoemd den majoor
G. A. Hopmaus, bevelhebber der Vereeniging tot be
vordering van 's lands weerbaarheid te Utrecht.
Naar men verneemt heeft prins Hendrik der Neder
landen dezer dagen voor 1C0,000 aangekocht het
landgoed Ewijkshoeve, gelegen in de onmiddellijke
nabijheid der goederen van het koninklijk lustslot te
Soestdijk.
Op de voordracht voor directeur der gasfabriek te
Deventer zijn geplaatst de heeren: 1. Dr. H. Yssel de
Schepper, leeraar aan de boogere burgerschool te Deven
ter; 2. A. Niermeyer, directeur der gasfabriek te Tilburg;
3. A. Breunissen Troost, directeur der gasfabriek te
Sneek; 4. C. H. Peters, directeur der gasfabriek te Bols-
ward; 5. M. Mouw, directeur der gasfabriek te Vlaar-
dingen; 6. R. A. van Groningenkunstbleeker te Goor.
Dezer dagen gingen twee heeren te Parijs een
weddenschap aan, dat de een twaalf sigaren achter elkan
der zou rooken. Tot de achtste sigaar ging alles wel;
toen gevoelde bij behoefte aan lucht. Men ging wande
len, en bij rookte door. Bij de negende sigaar gevoelde
hij verzwakking in de oogen en huivering, welke ver
meerderden bij de tiende, en nog weigerde de rooker op
te houden. Aan de huivering paarden zich pijn in de
ingewanden, blakingen en alle verschijnselen van ver
giftiging. Reeds in den loop van den volgenden nacht
was de wedder bezweken.
Het Nederlandsche tooneelverbond schijnt in
België de medewerking niet te vindeD, die het zoozeer
behoeft. Wij lezen in het Gentsche volksbelang van ver
leden Zaterdag:
„Na een goed jaar voorbereidende werkzaamheden,
wordt de Maatschappij gevestigd en ingericht. Men kan
zich wel geen ding van onmiddellijker noodzakelijkheid