Uit Frankrijk. Voor een paar dagenzegt de Gazette des Tribunauxj te omstreeks 10 uren 's avonds, is een jongmensch van ongeveer 30 jaren gekomen aan de politiepost Dancourt en heeft verklaard, dat hij de commune gediend bad en zich daarom kwam gevangen geven. Uit het voorloopig onderzoek bleek dat hij Philippe August© Cattelain heette, en gedurende den opstand chef van de zekerheidspolitie 'geweest was. Vroeger was hij talentvol teekenaar en had als zoodanig reeds veel naam gemaakt. Hij verklaarde geen politieke rol ge speeld en zich slechts bij de commune aangemeld te heb ben om aan den strijd tegen het leger te ontkomen. Na het verhoor is hij ter beschikking gesteld van de be voegde autoriteiten en in een gevangenis opgesloten. L'lndépendant de l'Oise meldt, dat Vrijdag te 1 uur in de gevangenis te Creil 27 aanhangers der commune opgesloten zijn, die door gendarmes in de omliggende dorpjes gevangen genomen zijn. Den vorigen avond was dit te Senlis eveneens met elf dergelijke personen het geval geweest. Zij behoorden bijna allen tot de arbeidende klasse en schijnen in de bosschen en bergen op het platte land de vrijheid gezocht te hebben, die men hun te Parijs niet laten wilde. Doch een groot vijand, de honger, heeft hen naar de dorpen gedreven om de hulp der bewoners in te roepen. Zoodoende heb ben de gendarmes reeds ettelijke zwervelingen in handen gekregen. Het Journal de Genève vermeldt, dat de generaal Faidherbe door Thiers naar Zwitserland gezonden zal worden, om het Zwitsersche militaire stelsel te bestu- deeren. De Zwitsersche gezant te Parijs, de heer Kern, heeft rapport uitgebracht over de Zwitsersdie bij den opstand betrokken geweest zijn. Het aantal dat gevan gen genomen en verdwenen is bedraagt 120, waaronder van omtrent 40 alle nasporingen tot dusverre vergeefs ge weest zijn. Waarschijnlijk zijn dezen op de barricaden gesneuveld of gefusilleerd. Reeds zijn 20 op vrije voeten gesteld. Het grootste gedeelte der gedetineerden schijnt onschuldig te zijn, eenigen hebben zich misschien aan kleine vergrijpen schuldig gemaakt, en slechts 10 Zwit sers bevinden zich onder de hoofdschuldigen aan het oproer. De graaf van Chambord heeft Vrijdag met zijne echtgenoote, na eenige maanden in het hotel des Flan- dres gelogeerd te hebben Brugge verlaten. Naar men zeide heeft hij zich terstond naar Frohsdorff begeven waar hij ongetwijfeld met minder hoop op de Fransehe troon terugkomt als toen hij zijne residentie verliet om de geprojecteerde fusie met het huis Orleans tot stand te brengen. De Vérité geeft de volgende bijzonderheden over de voornaamste personen van de commune. Het blad zegt dat op het oogenbiik te Londen vertoeven Felix Pyat, BergeretSerailier Dereure, Vaillant, „kolonel" Parent, Mégy en Rousselle, de directeur vau de am bulances en van de Tuiluriën-concerten voorts Roas- sel, de ex commissaris van politie van Montmartre, le Moussu, commiss iris van politie van het comité de Salut public, Forestier, secretaris van dat comité, Levrault, Lessagaray, Durand, kassier van de communeLefrarxjais en Vésiniers die men beiden reeds gefusilleerd waande en die, twee dagen geleden, uit Zwitserland te Londen zijn aangekomen. Volgens een bericht van den Parijschen correspon dent der Kölnische Zeitung, is het lid der commune Amouroux in vrouwenkleederen uit Parijs ontsnapt, en houdt hij zich thans op te Roosendaal aan de Belgisch- Hollandsche grens. Dezelfde berichtgever meent te we ten dat Bergeret te Brussel is gezien en dat Delescluze te Londen is, waar hij artikelen zou schrijven voor de Pali Mall Gazette. Uit Italië. X. De maand Juli te Dome. Het is heet te Rome. Zelfs de nachten zijn drukkend. Met moeite haalt men adem. De vijf badhuizen in den Tiber zijn volgepropt. Vliegen en muggen zijn er zoo- velen als het zand der zee. Indien de paus niet naar Castcl-Gondolfo gaat, dan zal ik gebruik maken van het voorrecht datik geniet, van geen rekenschap verschul digd te zijn van mijne wandelingen en stappen aan la Gazette de France, 1'Union, l'Univers en le Monde, en ik zal 11 over eenige dagen van de sehoone omstreken dezer pauselijke residentie schrijven, namelijk van Albano. Ik zal mij de dagbladen van Rome 'daarheen doen zenden. Ik zal bezoeken ontvangen. Ik kau ti zoo even nauwkeurig van Albano als van het Corso schrij ven en zal misschien weder eens op Romulus en Alba longa terugkomen. Overigens het beste is, dat men zich weet te helpen in den tijd, dien men te Rome den zomer noemt. De maand Juli is waarlijk vrij houdbaar geweest. De Tiber, ver schillend van deu Arno, dien droogen stroom, is onbe taalbaar door zijne gelegenheid tot baden. Wel is waar zijn deze 5 badhuizen van palen en matten niet zoo schitterend als de prachtige baden van Caracalla en Diocle- tianus, doch ten slotte zijn zij beter dan het bad Henri IV aan de Seine. lederen avond van deze maand Juli heb ik een toertje buiten Rome gemaakt. Dan eens gingen wij naar Fontana Aegeria, waarbij een heilig bosch is, waarin de krekels na het ondergaan van de zon een grootsch con cert geven. Een andermaal vervolgden wij in dezelfde omgevingö mijlen ver de Via Appia langs grafsteden en ruïnen. Ook bezochten wij de kerk van St. Alexander, die een kruidkundige bij toeval gevonden heeft onder de kruidsoorteu op een ruim veld! Deze bijzonderheid van oorspronkelijken christelijken eenvoud ligt aau den weg vau Mentana, zeven mijlen van Rome. Om er te komen moet men den beroemden Heiligen berg over. Voor eenigen tijd hebben wij ons op dien berg opgehouden om die merkwaardige plaats eens nauwkeu rig op te nemen. Men doet er geologische en zoölogische navorschingen en vindt er bijvoorbeeld ook beenderen van olifanten. Niet ver van daar heeft een broeder der Ecoles chrétiennes een groote grot ontdektdie alleen bijna een geheel zoölogisch museum opleverde voor het paleis Poli, het eerste huis dezer ijverige onderwijzers. Ik spreek u van al deze wandelingen in de maand Juli door de omstreken van Rome van 's avonds zes tot negen uren zoo nauwkeurig om misschien een nutti gen wenk te gevendat de bekende koorts van den agro Romano wel eens niet zoo moerasachtig zijn kon als men altijd zegt Geneesheeren beweren, dat deze moerasachtige uitwasemingen denkbeeldig zijn en dat de reden dat in Rome zooveel koorts voorkomt, gezocht moet worden in de veranderingen van weersgesteldheid, die zeer dik wijls en zeer plotseling voorkomen, zoodat men, wanneer men daarvan niets te vreezen wil hebben, het verstan digste doet, van zoo mogelijk zich altijd in overeenstem ming met den thermometer te kleeden. Het is overigens bekend, dat de koorts van de oudste tijden af eene ziekte van Rome en omstreken geweest is, zelfs toen die bewoond en bebouwd waren. Is de kleiachtige bodem, doorsneden door beekjes en water- stroomtjes, de hoofdoorzaak dezer landplaag, en zou die daardoor miasmisch zijn? Of moet men integendeel de dokters gelooven die als reden van het kwaad slechts de snelle afwisseling van temperatuur aannemen? Hierin juist ligt het geheim. Ik heb mij hier bewogen in lichte kleeding, doch met dikken halsdoek, en ik verklaar u dat ik iederen avond in Juli ongestraft mijne lange uitstapjes heb kunnen maken in die gevreesde eenzame streken. Eenenkelen avond slechts zagen wij bij de villa van Phaonwaar Nero met behulp van Epaphrodite stierf, over een smalle strook land zware witte uitdampingen, waarvoor wij eenige vrees koesterden omdat wij er dwars doorbenen moesten. Doch dat was alles. Eene opmerking naar aanleiding van Epaphrodite: Laat de ouderwijzers toch der lieve jeugd niet mededee- len, dat Nero geen moed had om zich-zelven van kant te maken. Zij vergissen zich, en wanneer zelfs Suetonius het zegt, dan is het waarschijnlijk een dwaling. Het was mode en een gevolg van een heilig gevoel, om zich bij zelfmoord door anderen te laten helpen. Evenmin moeten die onderwijzers dien keizer te hard veroordeelen, omdat hij baden in het paleis des keizers deed maken, aangezien vele groote heeren van dien tijd badinrichtingen bij zich in huis hadden, zooals in de villa Gordiana aan de via Prenestina, die ik op een anderen avond bezocht. De keizers gingen zeer dikwijls naar de openbare badplaatsen, getuige Adrianus, die eens een oud-soldaat ziende die, te arui om een slaaf te koopenzich-zelven afwreef, bem een slaaf tot wrijven ten geschenke zond. Men kan het een keizer toch niet euvel duiden, dat het hem verveelde zich steeds onder de menigte te baden en hij zich daarom die inrichting in huis maken liet. TT. De DomeinscTLe dag-bladen. over de zitting' der nationale verg-adering' van den Juli. De pauselijke dagbladen te Rome nemen zonder twij fel de algeraeene theoriën der Fransehe ultramontaan- sche bladen aan over de noodzakelijkheid om zonder voorbehoud met de revolutie te breken en blind voor de gevaren van eene politiek van uitstel van slechts op de kerk te vertrouwen als eindelijke uitkomst. Den geest des tijds, de practische zijde van het vraagstukhierom bekommeren zij zich natuurlijk niet. L'Osservatore, het petekind des pausen, neemt de be wering van l'Univers over, dat het thans ten einde is met de algemeene orde en den menschelyken geest doch voegt er bij, dat men hoopt, dat „het uitstekende Fransehe blad" de beteekenis der stemming wel eenigs- zins overdrijft. In de Voce della Verita, het orgaan der jezuïeten en van het genootschap voor katholieke belangen, leest men: „Wij meenen in dit opzicht onzen lezers te kunnen zeggen, dat het resultaat dezer zitting geweest isom het beginsel vast te stellen der Fransehe tusschenkcmst ten gunste van den paus, naarmate de tegenwoordige toe stand van Europa die toelaat." Zoodanig is over het algemeen de houding der pause lijke organen te Rome, die in de schaduw en eeniger- mate onder den invloed van het Vaticaan uitgegeven worden. Deze houding schijnt wel politieker te zijn dan de wanhoop die l'Univers uitspreektofschoon zij een gee3t verraadt, die meer vatbaar is voor hersenschim men en die thans niet door woorden bederven wilwat de tijdsomstandigheden misschien nog eens mogelijk maken. Dl. NTazzmi's oordeel over de Internationale In Italië heeft Mazzini in den laatsten tijd voortdurend aan scherpe veroordeelingeu blootgestaan vau de zijde der leden van de Internationale, omdat hij zich tegen de Parijsche commune uitgesproken heeft. Hij neemt nu de gelegenheid waar, om in zijne Roma del Popoioeen weekblad dat sedert den aanvang van dit jaar in de Italiaansche hoofdstad verschijnt, zijn standpunt tegen over de Internationale uiteen te zetten. Evenals Louis Blanc is ook Mazzini bij de oprichting der vereeniging, die toen in andere handen was dan thans, aangezocht om daaraan _deel te nemen. Dadelijk heeft hij echter alle medewerking van de hand gewezen. Hij vond, zoo schrijft hij. heerschzucht en een parti pris bij de oprichters; wat het doel betreft, hiermede heeft hy zich volstrekt niet kunnen vereenigen. Ten nauwsten gaat hem het geluk der arbeidende klasse ter harte doch de socialistische richting verwerpt hy en afkeu renswaardig noemt hij het, dat een hoofdbestuur te Londen gevestigd, de volkshuishoudkundige belangen van zoovele met elkander verschillende natiën over éen kam meent te kunnen scheren. Dergelijke leiding kan öf slechts leiden tot algeheele omverwerping van het vele goede in den bestaanden toestand óf den wil der mede leden op tyranieke wijze ondergeschikt maken aan de van nature verkeerde maatregelen en eischen van het centraal bestuur. Dezen zijn zijne hoofdbezwaren en terstond na deze weigering heeft dan ook het tot de republikeinsche lirjue behoorende gedeelte der Italiaan sche arbeiders te Londen zich teruggetrokken. De Internationale heeft volgens Mazzini tegen het einde van de Parijsche commune vooral invloed uitge oefend en veel bijgedragen tot de vreeselijke dingen die de republikeinsche beweging geschandvlekt hebben. Voor de eerste maal is Parijs onder zulke omstandig heden geheel verstokeu gebleven van de deelneming en de hulp vau het overige Frankrijk! Mazzini vermaant de Italiaansche arbeiders zich voor dit verderfelijke genootschap te hoeden. Volgens zijn oordeel is de Inter nationale veroordeeld om spoedig in elkander te vallen en te Londen doen zich reeds onder het hoofdbestuur duidelijke teekenen der aanstaande ontbinding voor. De afdeelingen der Internationale in de verschillende landen, die ver van het middelpunt verwijderd zijn, verkeeren in een volslagen duister over de eigenlijke doeleinden der leiders, en worden met opzet in deze onzekerheid gehouden. Van officieele handelingen vau het hoofdbestuur is tot dusverre nog niets aan het licht gekomen. Te Parijs zijn eindelijk de ware plannen der verderfelijke vereeniging te voorschijn gekomen. Terecht zegt de republikeinsche leider, dat de maat schappelijke vormen, welke de Internationale najaagt tot een tijd behooren, toen de menschheid nog in zijne jeugd verkeerde en zich nog Diet van de patriarchale instellingen losgemaakt had. Ten huidigen dage vindt men zulken toestand slechts nog in de Russische boe rendorpen. Daar is hij een gevolg van verouderde gewoonten en instellingen; sedert de opheffing der lijfeigenschap streefden de boeren ook daar naar vrijen eigendom. Dit oordeel van zulken man, dien men zeker niet voorwerpen kan, dat hij een vijand van revolutionaire beginselen is, kan er misschien toe bijdragen velen van de Internationale af te houden. Mazzini staat het onbe-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 3