hebben van 20 franken dan wordt in een uur aan gemunt
geld vervaardigd voor een som van 1, 440,000 franken.
Al dit geld is echter niet voor Frankrijk bestemd. Vele
vreemde staten wenden zich tot de munt te Parijs om er
geld te laten slaan; zelfs China en Japan.
Op 6 dezer werd te Londen de 100« verjaardag
van sir Walther Scott gevierd met een prachtig gecostu-
meerd bal in Willis' Rooms, dat het Waverley-bal
genoemd werd. De bloem van den Schotscheu adel
vertoonde zich daar in de quadrille d'honneur, die uit
zestien heeren en zestien dames bestaande, iu een
afgesloten gedeelte der zaal werd gedamst. De deel
nemers aan die quadrille waren allen gecosturaeerd
als eender hoofdpersonen uit Scott's romans of gedichten.
Lady Elisabet Campbell, de dochter van don hertog van
Argilestelde een harer eigen vooroudersthe maid
of Lom voorverder vonden Rose Bradwandine Lucy
Ashton, Di Vernon, Julia Mannering, Edith Bellenden,
al die bij de lezers van Scott zoo welbekende figuren
haar plaats naast Waverley, FrankOsbaldiatone Henry
Morton Claverhousethe master of Ravenswood enz.
De prins van Wales nam in de eere quadrille plaats
als lord of the Isles, een titel tegenwoordig door de
prinsen van Wales gedragen, en prins Arthur als
Charlie Stuart. De prinses van Wales droeg het costuum
van Maria Stuartdoch nam geen deel aan den dans.
Het bal dat meer dan 500 deelnemers telde had een
echt Schotsch karakterook de nationale reel ont
brak niet. Lady Ida Hope danste die in nationaal
costuum met accompagnement van de doedelzakblazers
van den prins van Wales van den markies van Huntley
en van lord Macduff; het accompagnement maakte
echter een minder aangenamen indruk op de ooren
dan de passen der bevallige danseres op de oogen der
tegenwoordigen. Behalve de genoemde personen waren
een aantal gasten in eene eindelooze variatie van
historische costumen tegenwoordig zelfs groote variatie
aanbiedende waar ze den zelfden persoon hadden voor
te stellen.
In den zoölogischen tuin te Berlijn kan men zich
abonneeren voor een zekere som 's jaars. Zij die ver
langen lid te worden, behoeven slechts hunne photogra-
phische portretten aan het bestuur te zenden. Natuurlijk
onder begeleiding van de abonnementsgelden. Het
portret wordt door het bestuur afgeteekend en geldt
dan als bewijs van toegang. Voorzeker een uitmuntend
middel van controle.
Verkoopïiigeii en aanbestedingen.
Jl. Zaterdag heeft door burgemeester en wethouders
van Vlissingen de openbare verpachting en verhuring
voor den tijd van 7 jaren plaats gehad, van de volgende
aan de gemeente Vlissingen in eigendom toebehoorende
en fn die gemeente gelegene vaste goederen:
a. Een stuk weiland, groot 1 hektare 12 aren en
60 centiaren, kadastraal bekend in sectie A, n°. 123. Ver
pacht aan Hornemanvoor f 170;
b. een stuk weiland, groot 1 bektare 37 aren en 70
centiaren, by het kadaster bekend in sectie A, n°. 127.
Verpacht aan Jan Kool, voor f 211;
c. de werf aan de Sardijnkaai, met daarvoor gelegen
platte helling of keibank, bekend in sectie E, n°. 514.
Verpacht aan J. Filisvoor f 176;
d. een erf met zich daarop bevindende loods in de
Korte Noordstraat, zijnde de voormalige vischmarkt, ge
legen in sectie E, n°. 1086. Verpacht aan K. de Jager,
voor f 70.
Tkerniometerstaiid.
17 Juli. 'sav. 11 u. 66 gr.
18 'smorg.7u.67gr. 'smidd.lu.71gr.'sav.6u.68 gr.
uitent anö.
Algemeen overzicht.
Het schijnt dat zoowel in het groote als in het kleine
Parijs door ondervinding niet veel wijzer wordt. Hoe vaak
reeds heeft men de Fransche hoofdstad in dezelfde fout
zien vervallen en denzelfden weg zien inslaan, die haar
uit ervaring als de verkeerde bekend was! Ruim vier
weken lang was het bekend, dat den 2en Juli de belang
rijke verkiezingen tot aanvulling der nationale vergade
ringzouden plaats hebben, doch met alle kalmte laat Parijs
dezen tijd voorbijgaan, om in de laatste week van aile
zijden met candidaten te voorschijn te komen zonder
eenige onderlinge samenwerking der verschillende par
tijen, met het natuurlijk gevolg dat de stemmen versnip
perd worden en Parijs afgevaardigden naar Versailles
zendt, die niet de gevoelens van de meerderheid der
bevolking uitdrukken. Thans bij de uit een ander oog
punt niet minder belangrijke verkiezingen voor den
Parijschen gemeenteraad heeft men gedurende een paar
wefcen hetzelfde verschijnsel waargenomen, en het eenige
wat aan de aanstaande belangrijke gebeurtenis herin
nerde waren de klachten der dagbladen over het gebrek
aan politiek leven cn politieken zin der natie. Zonder
twijfel zijn deze beide voor een volk, dat steeds het
woord vrijheid in den mond beeft, uiterst gering, doch
moet men dit verschijnsel ook niet voor een groot ge
deelte aan den aard der Franschen en vooral van den
Parijzenaar toeschrijven, die te veel man van het oogen-
blik is, om reeds te spreken en zich te kunnen opwinden
over iets, waarvan het resultaat hem eerst na verloop
van eenige weken bekend zal wezen? Nu althans, inde
laatste week voor de verkiezingen, neemt men plotseling
in geheel Parijs belangstelling in deze zoo belangt ijke
zaak waar.
L'Union Parisienne de la presseheeftbékend gemaakt
dat zij met het oog op do verkiezingen van den gemeen
teraad geconstitueerd bleef en ieder die hare beginselen
voorstaat verzocht om zich bij haar aan te sluiten. „Zij
noodigt bovenal de bewoi.ers van ieder quartier uit, om
zonder verwijl comités te vormen, waarmede zij zich
in verbinding zal kunnen stellene-n belooft den
steun harer publiciteit ten behoeve van de verkozen
candidaten." Het comité républicain de la Seine rue de
Turbigo, heeft zich permanent verklaard van gister, n
tot den dag der verkiezingen, en zal van's morgens 9 tot
's namiddags 6 uren alle mogelijke inlichtingen verstrek
ken, welke men omtrent kiezers of candidaten, omtrent
de nieuwe gemeentewet of de indeeling der quaitiers enz.
zal wenschen te vernemen.
De Pruisische regeering schijnt een begin te zullen
maken met haren strijd tegen de katholieke priesters
en het dogma der onfeilbaarheid, tenminste zou men
een artikel in de Norddeutsche Algemeine Zeitung
van gisteren als een ultimatum knnnen beschouwen.
Het officiense blad maakt er den clerus een verwijt
van, dat hij zeer goed weet, dat door een gewelddadige
uitvoering van het nieuwe leerstuk een conflict onver
mijdelijk is. De regeering moet zich niet bewegen op
godsdienstig gebied, doch het blad eischt dan ook van
de kerk, dat zij de grenzen eerbiedige, die haar van
den staat scheiden. Doet zij dit niet, dan is de staat
verplicht om, misschien ten koste van de waardigheid
der kerk, alle gevaren die door het dogma der onfeil
baarheid den staat bedreigen, uit den weg te ruimen.
De waarschuwing is duidelijk geroeg en zeker kan
men een actieven weerstand verwachten, wanneer de
ultramontanen aan deze waarschuwing geen gehoor
geven. Zij zeiven kennen reeds voldoende de bron,
waaruit die weerstand zou voortvloeien, tenminste het
ultramontaansche blad Germania zegt het in een zijner
laatste nommers, dat de weigering van den minister
von Miihler tot bekrachtiging van ontslag van een
katholiek onderwijzer niet van zijn departement uitging,
maar het gevolg was van een besluit van den minister
raad, waarin von Bismarck deze weigering eischte. Htt
kau dtrn ultramontanen toch evenmin ontgaan zijn, dat
deze man van ijzer en bloed geen middel ontzietom
zijne plannen ten uitvoer te leggen.
In het Engelsche parlement vordert men weinig of
niets. Het huis der lords zet onafgebroken de discus-
siën over de Army-bill voort, zonder nog eenigszins het
uitzicht op eene eindstemming te opener. Het lagerhuis
doet desgelijks met het ontwerp op de geheime stemming
bij de verkiezingen, waarop niet minder dan 200, zegge
tweehonderd, amendementen voorgesteld zijn, die achter
eenvolgens behandeld worden en na verwei ping weder
nieuwe amendementen te voorschijn roepen, evenals het
monster, dat aan de plaats van iederen kop door Hercules
afgehouwen terstond twee nieuwe koppen vertoonde. De
positie der regeering is verre van benijdenswaardig, te
minder daar men het plan der oppositie kent, om de
discussiën zoodanig te rekken dat de zitting gesloten en
de behandeling verdaagd moet worden. De heftige
bestrijding dezer beide wijzigingen in de Engelsche
staatswetgeving, zoo dringend door de tijdsomstandig
heden geboden, levert weder een karakteristiek bewijs
van de gehechtheid en vasthoudendheid der Engelschen
aan hunne oude gewoonten en instellingen.
Het budget is eindelijk in de Spaansche cortes met
176 tegen 46 stemmen aangenomen, doch de ministe-
rieele crisis, naar het schijnt, nog geenszins daarmede
opgelost. Opnieuw hebben drie leden van het kabinet
hun ontslag ingediend, doch op aandringen van maar-
schalk Serrano hun besluit nog 24 uren in beraad ge
nomen.
De zittingen van den Oostenrijkschen rijksraad zijn
bij keizerlijk decreet verdaagd, en niettegenstaande
de weigering van de middelen tot dekking van het te
kort op het budget door het huis van afgevaardigden,
waardoor de zittingen in het najaar heropend moeten
wordenvolgen de oppositie-bladen de handelingen der
regeering met angstige spanning. De Nene Freie Presse
zegt, dat er in de binnenlandsche politiek wel is waar
stilte heersoht, doch eeu stilte, welke voorafgaat aan de
dreigende Czechische verzoening, die op de sluiting
der delegatiën wacht. Volgens Czechische bladen
bereidt men zich opgrootewijzigingen voor, en verheugt
men zich als eerste resultaat reeds over de verwijdering
der Duitsche ambtenarenwanneer het gerucht tenminste
waar is, wat liet Oostenrijksche blad echterbetwijfelt,
dat in Bohemen alleen meer dan 30 hoogere ambte
naren gepensioneerd en een groot aantal overgeplaatst
zijn. De benoeming van graaf Goluchowski tot stadhou
der van Gallicië zou volgens een gerucht reeds geschied
zijn, ten spijt van de omstandigheid, dat het wetsont
werp tot uitbreiding der bevoegdheid van den Gallici-
schen landdag als definitief begraven beschouwd wordt,
zoodat de vrees vermeerdert, dat de regeering hare
plannen buiten de constitutie om wil uitvoeren. Deze
gefuckten gevoegd bij de angstige stilte op politiek
gebied versterken de oppositie in hare meening ten
opzichte van het ministerie-Hohenwart. Tot dusverre
is nog reden genoeg voorhanden, om te gelooven,
dat de oppositie de zaken wel wat te donker inziet.
Laatste berichten.
Londen
Het hoogerhuis heeft de wet op de reorganisatie van
het leger met 155 tegen 130 stemmen verworpen.
Parijs.
De geruchten aangaande het conflict tusschen den
onderkoning van Egypte en den Franschen consul te
Alexandria zijn zeer overdreven. Men verwacht een
minnelijke schikking.
Belgische brieven.
Brussel 17 Juli.
„Indien men ooit uwe administratie allegorisch moet
voorstellen", zeide Zaterdag de heer Isodore Pirraez aan
zijne ministerieele opvolgers, „dan moet het zijn met een
gebroken zwaard en een jeneverstruik indehandd' Deze
vergelijking getuigt weder van zijn luim en zijn geest.
Wat is ook vreemder noodlot voor een kabinet, wiens
leden bijna allen in de maatschappij do werken des vre-
des beoefenden, dan zich gedwongen te zien om een
militarisme a. oulrance na te jagen? Wat is merkwaardiger
verschijnsel dan een clericaal ministerie, dat steeds de
woorden moraal, publieke orde en deugd in den mond
heeft en zich genoodzaakt ziet om uit partijgeest de
kroeghouders van het recht van patent vrij te stellen,
met andere woorden om een premie te stéllen op de
vermenigvuldiging van deze slechte inrichtingenwaar
de werkman zijn zuur verdiende penningen doorbrengt
en vaa zijn ware bestemming vervreemd wordt: zijn
buisgezin en zijn zedelijke en lichamelijke gezondheid!
Overigens zal de sabel niet minder noodlottig voor
bet ministerie zijn. Reeds Vrijdag behoedden slechts
6 stemmen voor een ministerieele crisis.
De generaal Guillaume had onverwacht bij de aan
vrage van een suppletoir krediet ten bedrage van
3,250,000francs voor fouragesenz. de quaestie van ver
trouwen gesteld, nadat verschillende leden der rechter
zijde een amendement hadden voorgesteld, om dit krediet
met 500,000 francs ie verminderen.
Vreemder houding dan die der ministerieele collega's
van den minister van oorlog heeft men waarlijk nooit
gezien
„Eene kabinets-quaestie? Maar wij hebben dieniet
gesteld", zegt de heer d'Anetban en dreunen de heeren
Jacobs en Cornesse in koor hem na. De heer Kervijn de
Lettenhove pleit bijna in tranen voor de homogeniteit
van het kabinet.
De generaal Guillaume hield zich staande niettegen
staande zijne ambtgenooten, die hem zoo hadden laten
vallen. 'Hij verkreeg zijn votum van vertrouwen met
juist 6 stemmen meerderheid. „Thans, zeide hy bij het
weggaan tot een zijner adjudanten, is het tusschen mij
en mijne collega's. Indien zij zich niet buigen voor do
algemeene dienstplichtigheid daar wacht ik zeaf voor
mijne revanche dan zal ik vallen of zij. En ik zal
mijn best doen dat zij het zijn."
Ge ziet het dat niet juist groote harmonie in den
boezem van het kabinet heerscht, dat zich morgen zal
moeten verantwoorden over de plagerijen en kwellingen
met de passen, waarvan zelfs Belgen het slachtoffer zijn,
die het land aan de Fransche grenzen binnenkomen. Men