ISuitmland.
Middelburg 14 Juni.
De herwaarts bestemde telegrammen hebben heden
middag belangrijke vertraging ondervonden. Wij ont
vingen depêches die eerst drie uur na de afzending hier
zijn aangekomen.
Uit de hiervoren staande lijst blijkt dat door den uit
slag der verkiezingen de liberale partij in de tweede
kamer aanmerkelijk versterkt is.
Het opmaken vau een resumé van den uitslag moeten
wij, door de late ontvangst van onderscheidene depê
ches, tot morgen uitstellen.
De leden van de tweede kamer der staten-generaal
zijn ter vergadering opgeroepen tegen 22 dezer.
De gemeenteraad alhier heeft in zijne heden gehouden
zitting onder anderen de volgende zaken behandeld.
Door den voorzitter is medegedeeld, dat de minister
van binnenlandsche zaken afwijzend heeft beschikt op
het verzoek van burgemeester en wethouders tot het
doen leggen eener pont ter plaatse van de tegenwoordige
havenbarrière. Dientengevolge is door burgemeester en
wethouders voorgesteld en door den raad beslotenom
zich bij adres met gelijk verzoek tot den minister te
wenden. De redactie van het adres is aan burgemeester
en wethouders opgedragen.
Op voorstel van burgemeester en wethouders is met
11 tegen 3 stemmen besloten, om de kermis dit jaar als
naar gewoonte te doen plaats hebben, aanvangende den
vierden Maandag van Juli tot den 5en Augustus, doch
onder bepaling dat niemand ter uitoefening van zijn be
drijf op de kermis zal worden toegelaten alvorens aan
den commissaris van politie te hebben overgelegd een
certificaat van het bestuur of de besturen der gemeente
waar de laatste acht dagen zijn doorgebracht, dat in die
gemeente of gemeenten de kinderziekte niet epidemisch
verbreid is. Tegen hebben gestemd de heeren van Vis
vliet, Mathon en Snijders.
Tevens is besloten van dit besluit kennis te geven aan
de verschillende adressanten te dezer zake, zijnde de bij
zondere kerkeraad der Nederduitache hervormde ge
meente alhier, die onlangs een adres heeft ingediend
houdende verzoek om afschaffing der kermis; W. Lübach
cn 19 anderen, die een adres van adhaesie hebben inge
zonden aan dat van voornoemden kerkeraad; alsmede
D. Lantain en 62 andere neeringdoende ingezetenen
die bij adres hebben verzocht dat de kermis dit jaar
evenals vorige jaren op den gewonen tijd gehouden
worde.
Van de gezamenlijke hulponderwijzers op de school
G, voorkinderen van on vermogenden, is een adres inge
komen, houdende verzoek om verhooging hunner jaar
wedden, hetwelk is gesteld in handen van burgemeester
en wethouders teneinde daaromtrent den raad te advi-
seeren.
In overeenstemming met het advies van de financieele
commissie en van burgemeester en wethouders is met
12 tegen 2 stemmen (van de heeren Snijders en Dron-
kers) besloten,om afwijzend te beschikken op het in de
vorige zitting ingekomen adres van de heeren Wolter-
beek van Baggen O. concessionarissen der straatver
lichting alhier, houdende een nader verzoek om vermin
dering der hun opgelegde boete.
In een volgend nommer geven wij van deze punten
en het verder in deze zitting verhandelde een meer
uitvoerig verslag.
Eergisteren is het eindelijk gelukt om het casco van
de Willem III af te brengen. Het is te Portsmouth
binnengebracht.
Zaterdag en Zondag had te Utrecht het jaarlijksch
congres van Nederlandsche oogheelkundigen plaats
waarop menig belangrijk onderwerp behandeld werd.
Als een blijk van hulde aan den hoogleeraar Donders
werd door de leden in het gasthuis voor ooglijders diens
fraaie bustevervaardigd door den beeldhouwer Stracké
te Amsterdam, geplaatst.
Benoemingen en beslniten.
leger. Overgeplaatst deleluitenantjonkheerH.L.A. J.
Bowier, van het 5e regiment infanterie, bij het regiment
grenadiers en jagers.
Op verzoek eervol ontslagen de le luitenant kwar
tiermeester K. Jansen de Poortervan het 8e regiment
infanterie, onder toekenning van den rang van kapitein
kwartiermeester.
KOLONiëN. Benoemd tot gezaghebber van St. Martin
(Nederlandsch gedeelte) E. D. E. van den Bossche,
thans gezaghebber van Bonaire; tot gezaghebber van
Bonaire, J. H. Ferguson, thans gezaghebber van Aruba;
en tot gezaghebber van Aruba, de heer W.M.B.Graven-
horst, thans districts-commissaris van het 3e district op
Curasao.
Op verzoek eervol ontslag verleend aan den Oost-Indi
sche ambtenaar J. H. Schaeken, laatstelijk binnen-regent
van het Roomscb-katholiek weeshuis te Samarang, thans
met verlof in Europa, met ingang van 1 Juni 1871,
ouder toekenning van pensioen.
Ouderwijs.
Jl. Zondag heeft de hoogleeraar W. Moll den dag ge
vierd waarop hij vóór 25 jaren het hoogleeraarsambt aan
het athenaeum te Amsterdam aanvaardde. Hij ontving
verschillende geschenken en verdere bewijzen van
belangstelling.
In de eerstvolgende vergadering van den gemeen
teraad van Amsterdam zullen niet minder dan zeven en
twintig hulponderwijzers worden benoemd.
Rechtzaken.
Behalve de reeds gemelde heeft de arrondissements
rechtbank alhier jl. Donderdag nog de volgende vonnis
sen uitgesproken.
Cornelia Brasser, huisvrouw van J. de Witte, en
Johanna Leinse, huisvrouw van L. Jacobse, beide
wonende te Westkapelle, waren beklaagd dat zij den
10cn Mei jl. ieder arglistig een zak spaanders hebben
weggenomen en zich toegeëigend van de stapelplaats op
den zeedijk te Westkapelle en ten nadeele van het pol
derbestuur van Walcheren. Zij zijn bij verstek schuldig
verklaard aan eenvoudigen diefstal en met aanneming
van verzachtende omstandigheden, veroordeeld ieder tot
zes dagen gevangenisstraf, benevens solidair in de
kosten.
Jan Peene, oud 36 jaren, dijkwerker te Westka
pelle, was beklaagd dat hij den 14»" Mei jl. arglistig
weggenomen en zich toegeëigend heeft 48 stuks Wal-
chersche staken en eene hoeveelheid haringband, lig
gende op de stapelplaats te Westkapelle en ten nadeele
van het polderbestuur van Walcheren. Hij is bij verstek
schuldig verklaard aan eenvondigen diefstal, en onder
aanneming van verzachtende omstandigheden, veroor
deeld tot veertien dagen gevangenisstraf, alsmede in de
kosten.
Janna de Vries, arbeidster te Biervliet, was
beklaagd dat zij den 6en April jl. uit de woning van
A. Coryn, onder Biervliet, arglistig heeft weggenomen
en zich toegeëigend: ten nadeele. van genoemden
A. Corijn 3 kilogram spek en een snaar varkensworst,
ter waarde van 3, en ten nadeele van Monica de Vries
een hemd en een paar kousen, ter waarde van 75 cent.
Bij de ontdekking had de beklaagde het spek en de
worst reeds opgegeten; hemd en kousen waren nog ten
harent aanwezig. Zij is bij verstek schuldig verklaard
aan eenvoudigen diefstal, gepleegd onder verzachtende
omstandigheden, en veroordeeld tot drie maanden
gevangenisstraf, benevens in de kosten.
Isaac Brulé, cud 29 jaren, arbeider te Oost burg,
was beklaagd dat hij den 9" Mei jl.ten nadeele van
den landbouwer I. Risseeuw, bij wien bij in dienst is,
arglistig een tot afsluiting dienende plank van een
onafgesloten stuk land zou weggenomen en zich toege-
eigend hebben. De beklaagde gaf echter op dat hij het
doel niet heeft gehad die plank te stelenmaar haar
heeft willen gebruiken om over eene sloot te leggen,
teneinde daarover te gaan, om groenten van een aan
grenzende weide te halen. Evenmin heeft hij afsluiting
verbroken, daar bedoelde plank eene schuifplank was.
In overeenstemming met het requisitoir van het open
baar ministerie, heeft de rechtbank de schuld des
beklaagden aan het hem ten laste gelegde feit niet wet
tig bewezen verklaard en hem mitsdien vrijgesproken,
de kosten te dragen door den staat.
Maria Sophia Koemaat, huisvrouw van C. Tim
mermans, te Eede, was beklaagd dat zij den 23" April jl.,
op den openbaren weg onder Eede, U. de Paauw,
vrouw van P. Joods, wonende te St. Laureijns (Belgie)
moedwillig een paar klappen heeft gegeven. Zij is bij
verstek schuldig verklaard aan het moedwillig toebren
gen van slagen en stootenwaardoor geene ziekte of
beletsel om te werken is ontstaan, en veroordeeld tot
acht dagen gevangenisstraf, alsmede in de kosten.
Hendrika Hamelijck, huisvrouw van L. van
Kamele, werkster onder IJzcndijke, was beklaagd dat
zij den 2en Mei jl. aan Maria Sturm moedwillig met een
houweel slagen heeft toegebracht, waardoor echter geen
ziekte of beletsel om te werken is veroorzaakt. Zij is
aan het haar ten laste gelegde feit schuldig verklaard
en, met aanneming van verzachtende omstandigheden
veroordeeld tot zes dagen gevangenisstraf, benevens in
de kosten.
Gemengde berichten.
Bij den brand van het Hotel de ville te Parijs zijn
de registers van den burgerlijken stand van de eerste
invoering (1803) tot 1859 alle verbrand.
De Pruisische autoriteit heeft te Straatsburg beslag
gelegd op spotprenten welke Napoleon en zijne vrouw
voorstellen als koorddansers; de teekenaar en de uit
gever zijn tot boete en een maand gevangenisstraf ver
oordeeld.
Bij den intocht van de Duitsche troepen in Berlijn
zal keizer Wilhelm aan de Brandenburgerpoort verwel
komd worden door 60 damesen toegesproken worden
door jufvrouw Christiane Blaeser, dochter van den
hoogleeraar van dien naam.
Dezer dagen is op het huis Ten Bosch aangekomen
een beeldwerk in marmer, voorstellende een slapend kind
op een hond rustende, te Rome voor de koningin ver
vaardigd door den jeugdigen beeldhouwer T. Simons,
wiens reis naar Rome grootendeels door haar bekostigd is.
De Parijsche schouwburg Beaumarchais heeft zijne
voorstellingen geopend met een spektakelstuk getiteld
Polder, of de beul van Amsterdam.
Van Texel is in het afgeloopen voorjaar voor niet
minder dan f 3000 aan kievitseieren uitgevoerd.
Onder den naam van het Oranjefonds richt men in
den Haag, uit de gelden welke, na aftrek der kosten
voor de monumenten inhetWilIemspark en opdeduinen,
van de algemeene collecte van 1863 over zijn, een fonds
op, bestemd om door subsidiën aan op te richten am
bachtsscholen ot direct aan betrokken personen bet
professioneel onderwijs van werklieden te bevorderen.
De fondsen waren niet voldoende voor de oprichting
eener ambachtsschool te Amsterdam, waartoe het voor
nemen bestond.
Therm ometer stand.
13 Juni 'sav. 11 u. 62 gr.
14 'smorg. 7 u. 66 gr. 's midd. 1 u. 7 8 gr. 'sav. 6 u. 71 gr.
Algemeen overzicht.
Het Engelsche parlement heeft zich in de zittingen van
Maandag, zoowel van het lagerhuis als van het hooger-
hnis, bezig gehouden met het onlangs met de Vereenigde
staten gesloten tractaat. In het huis der lords motiveerde
lord Russel, die tijdens den Amerikaanschen oorlog mi
nister was, en onder wiens bestuur dus bijna alle geschil
punten tusschen Amerikaen Engelandontstaanzijn, zijne
vroeger reeds aangekondigde oppositie en stelde de ver
werping van het tractaat van Washington voor. Hij toonde
aan, dat de verschillende bepalingen niet gegrond waren
op wettenwelke tijdens den Amerikaanschen oorlog in
zwang waren, en hield zijn beweren vol, dat Engeland
onmogelijk in 1871 den uitvoer van wapenen kan afkeu
ren, terwijl gedurende den Fransch- Duitschen oorlog
daartoe de meest mógelijke vrijheid verleend was. Bo
vendien achtte lord Russel, hoe wenschelijk het ook
zijn moge, dat de goede verstandhouding tusschen beide
rijken, die in de laatste jaren zoo vaak dreigde verbro
ken te worden, op vasten grondslag hersteld werd, het
hoogst onrechtvaardig en noemde het een gevaarlijk an
tecedent, dat slechts van Engeland's zijde alle conces-
siën gedaan waren. Natuurlijk is lord Russel in zijne oratio
pro domo niet geheel van overdrijving vrij te pleiten,
doch au fond ligt toch veel waarheid aan zijne rede
neering ten grondslag. Het streven der Engelsche regee-
ringechter om den lastigen twistappel, die bij degeringste
kleinigheid steeds door Amerika dreigend boven Enge
land's hoofd gehouden werd, zij het dan ook ten koste
van eenige opofferingen uit den weg te ruimen, is van
dien aard, dat men zonder schroom kan aannemen, dat
bet niettegenstaande de oppositie der partij van lord
Russel evenals te Washington ook door het Engelsche
parlement zal aangenomen worden.
In het lagerhuis knoopte de minister Gladstone aan
de behandeling van art. 6 een belaugrijke verklaring
aangaande het recht der oorlogvoerende partijenom
met hunne schepen onzijdige wateren en havens binnen
te stevenen, mits de wapenen en andere oorlogscontra
banden uitsluitend als handelsartikel uitgevoerd wor
den. De minister voegde er de opmerking bij dat dit
artikel aan de goedkeuring der overige zeemogendheden
onderworpen zou worden, daar, wanneer deze niet met
dit beginsel instemden, de beteekenis dezer bepaling,
slechts tusschen Amerika en Engeland bestaande, al
zeer luttel zou zijnterwijl beide rijken er voor zouden
zorg dragen, dat het artikel van een juiste en uitvoe
rige toelichting voorzien zou zijnteneinde ieder mis
verstand bij eventueeien oorlog te voorkomen.