N° 123. Woensdag 3L,EEÏ]NrE;]Nr. ©innrnlanir. 1871. OURANT. 24 Mei. AANBESTEDING. Op Vrijdag 2 Junij 1871, des voormiddags ten 10 ure, zal, onder nadere goedkeuring, door den Commissaris des Konings in de provincie Zeeland, of, bij zijn afwe zigheid, door een der leden van de Gedeputeerde Staten, en in bijzijn van den hoofdingenieur van den waterstaat in het ll<ic districtaan het gebouw van het provin ciaal bestuur te Middelburg, worden aanbesteed: Het maken en plaatsen van twee paar sluisdeuren op liet kanaal van Neuzen. Deze aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrij ving, volgens 434 der algemeene voorschriften. Het bestek ligt ter lezing aan het gebouw van het ministerie van binnenlandsche zakenaan dat van het provinciaal bestuur van Zeeland, te Middelburg, en is voorts op franco aanvrage, tegen betaling der kosten, te bekomen bij den boekhandelaar M, Nijhoff, Raam straat no. 49 te 's Gravenhage, en door zijne tusschen- komst in de voornaamste gemeenten des rijks. Den vierden en zesden dag vóór de besteding wordt de noodig aanwijzing op de plaats gedaanvoorts zijn nadere inlichtingen te bekomen bij den hoofdingenieur van den waterstaat te Middelburg en bij den arrondis- gements-ingenieur van den waterstaat te Neuzen, 's Gravenhage, 4 Mei 1871. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal HUBRECHT. AANBESTEDING. De Burgemeester en Wethouders van Vlissingen zijn voornemens op Zaterdag den 3e" Junij 1871, des namiddags te twee uren in het raadhuis aldaar bij en kele inschrijving in het openbaar aan te besteden: Dc levering van uniformkleeding voor de beambten van politie te Vlis* gingen. De bestekkeo liggen ter lezing ter gemeente-secretarie en ten kantore van den commissaris van politiealwaar de modellen zijn te bezichtigen en inlichtingen zijn te verkrijgen van den 29e" Mei tot den 2" Juni a. van des voormiddags te 10 tot des middags te 12 uren. Ylissingen den 22^ Mei 1871. De Burgemeester en Wethouders voornoemd. WINKELMAN. De Secretaris. P. FORBES WELS. Burgemeester en Wethouders van Franckeradeel, Provisoren van het „Heere Godfreids of St. Jans1' en daarmede vei bonden „Heere Gerrits of Klein leen" onder Ried en Burgwerdroepen bij deze op de Collatoren van dat Leen tegen Zaturdag den 1 July 1S71, 's voormid dags elf uurin het Logement van den heer J. J. YAN HAAGEN te Franeker, teneinde alsdan in behandeling te nemen en vast te stellen een reglement. De belanghebbenden kunnen op franco aanvrage drie weken vóór den oproepingsdag een exemplaar van het concept-reglement bekomenen worden hierbij nog ge- informeert dat later eene oproeping tot stemming van twee beneficianten zal volgen, nadat het op 1 Julij e. k- vast te stellen reglement door II.H. Gedeputeerde Sta ten van Friesland zal zijn goedgekeurd. Franeker, den 15 Mei 1871. Burgemeester en Wethouders van Franekeradeel Provisoren van voornoemd Leen, HEERMA v. BEIJM TnOE KINGMA, Burgem C. WIJBENGA, Secr. Middelburg 23 Mei. Aan de heden gehouden herstemming voor de ver kiezing van een lid voor de provinciale staten van Zeeland in het kiesdistrict Middelburg is in deze ge meente door 250 van de 481 kiezers deelgenomen. Bij de verkiezing op 9 dezer brachten 254 kiezers hunne stem tfft: Een amendement van den heer van Sypesteijn om op artikel 8 der begrooting van oorlog den post voor het kampeeren der troepen weder te herstellen is, in de zit ting der tweede kamer van heden, verworpen met 36 tegen 32 stemmen. Daartegen is een amendement van hetzelfde ^lid om op art. 22 den post voor practische vestingoefgen te herstellen aangenomen met 40 tegen 22 stemmen. Den 22en Juni St. zal in den Haag worden aanbesteed het maken van de gebouwen en verdere werken voor den spoorweg nabij Veere. Ten aanzien van het verbranden der stoomboot Wil lem III wordt in een te Rotterdam ontvangen particu lier telegram uit Londen, behalve de reeds bekende feitennog het volgende gemeld: „Het weder was gelukkig stilwaardoor het mogelijk was al de opvarenden te redden. Alhoewel het water in en uit het schip loopt, is het vuur nog altijd niet ge heel uitgedoofd. „De loodskotter Mary en het stoomschip Cambria hebben het eerst hulp verleend. Daarna kwam de Scor pion. De sleepboot William heeft het brandende schip op een zandbank tusschen Spithead en Portsmouth gesleept. „De passagiers werden het eerst gered, daarna de troepen. „Door tusschenkomst van den Nederlandschen consul zijn de troepen thans in de Anglesea-barakken inge kwartierd. „Men zegt dat de brand het eerst ontdekt is door een kind. Tusschendeks rookte het hevig; er werden gaten in het houten dek gehakt en massa's water werden ge bezigd om de vlammen te stuiten, maar het mocht niet baten." In een brief van een passagier der bootin het Dag blad van Zuid-Holland en 's Gravenhage opgenomen komt onder anderen het volgende voor: „Na Donderdag 18 Mei om half 12 uur uitgezeild te ■zijn, en bij Texel eenige uren vertoefd te hebben om de compassen te verifieeren, ving mende eigelijke reis naar Java aan, 's avonds om half 8 uur. Het schip dreunde weinig; een ieder was blij dat de stoommachine zoo zacht werkte en vergenoegd ging de eerste avond op zee voorbij met de onderlinge kennismaking. „Den volgenden dag, bij bet opstaan, bleek het dat alles gunstig was gegaanhet schip had 10 mijlen in de wacht geloopenen men maakte reeds berekeningen wanneer men Gibraltar zou passeeren. „Een der passagiers van klasse B verhaalde echter dat in zijn hut door een der couehetten een stoompijp liep, niet omwondendie 's nachts zoo warm was geworden dat zijn kind, dat daarin sliep, het er niet kon uithou den; dat de kapitein er naar gezien had, en hij dus hoopte dat het nu beter zou zijn. „Meer werd daarover niet gesproken ook merkte men dat in de dames-badkamer veel stoom was, maar werd men gerustgesteld door de verzekering dat de machinist reeds daarvoor gezorgd had. „De dag van Vrijdag 19 Mei ging goed voorbijde kinderen gingen 's avonds tegen 9 uren naar bed; ook eenige passagiers volgden dat voorbeeld, terwijl de anderen zich in den salon vereenigdhadden, waar muziek gemaakt werd, toen men eensklaps tegen 10 uren 's avonds van voren hoorde roepen: „brand! brand!" Het schip was toen tusschen Portland en Wight, zoo ongeveer 20 Eng. mijlen van Ventnor (op bet eiland Wight). Een ieder sprong door dat roepen op; de kapi tein en alle officieren van het schip liepen naar voren, de ouders naar hunne te bed liggende kinderen, en de angstkreten stegen van alle kanten op. „Spoedig hoorde men door de scheepsofficieren roepen „blijft bedaard, weest niet bang, wij zijn den brand meester, hij is gebluscht!" Maar weldra bleek dit, helaas! niet waar te zijnwant zij die nog naar hunne hutten trachtten te loopenom iets te reddenkonden er niet meer in, zonder te stikken van den rook. Allen liepen dus naar bovenmet veel moeite werden de booten los gemaakt en te water gelaten. De eerste boot was natuur lijk bestemd voor de dames en kinderendeze werden er dus zoo veel mogelijk in gelaten. Die boot zou echter ook dadelijk gezonken zijn, zoo men niet spoedig be speurd had, door het stijgen van het water daarin dat men vergeten had de prop daarin te doen. Gelukkig werd hierin voorzien." Langzamerhand zoo blijkt verder uit dezen brief kwamen zes booten te water en werden zooveel mogelijk met menschen gevuld. De zee was gelukkig vrij kalm. Men dobberde op het vlakke water, want roeiers had men bijna niet, totdat men 's nachts te half 2 uur een kotter zag aankomen. Het gelukte aan twee booten dien te be reiken de passagiers daarop over te brengenterug te keeren en ook de op het brandende schip achtergeble venen te redden. Zij die niet op den loodskotter konden werden opgenomen op de Fransche schooner, die op 't gezicht van het vuur was aangekomendeze geredden werden Zaterdag ochtend overgenomen door het En gel - sche stoomschip Scorpion en naar Portsmouth gebracht waar later ook die van den loodskotter aankwamen. Bij natelling bleek dat allen gered waren, maar niemand bezat iets anders dan wat hij op het lijf droeg. Men gist dat het broeien van de steenkolen, waarvan men onge veer 1000 ton aan boord had, dan brand heeft veroor zaakt. De gezagvoerder en verdere scheepsofficieren schijnen zich kordaat gedragen te hebben. Volgens de lijsten der hoogst aangeslagenen in 's rijks directe belastingen, waaruit de leden van de eerste kamer der staten-generaal gekozen moeten worden, is het bedrag der hoogst en laagst aangeslagenen in de verschillende provinciën dit jaar als volgt: Drenthe hoogste 913.52 i laagste 268.77 Groningen 2256.76 549.64 Gelderland D 6688.50 502.11 15188.15 499.67 4644.33 302.84 Zuid-Holland 17749.491 889.24 Noord-Holland 7681.79 878.54 6564.70 1026.33 Friesland 8085.261 770.301 Noord-Brabant n 2653.14 396.88 3761.741 716.801 De kiezersbond Nederland en Oranje in het kies- district Zwolle heeft tot candidaat voor het lidmaatschap van de tweede kamer der staten-generaal gekozen mr. J. W. Gefken, te 's Gravenhage. Benoemingen en besluiten. leger. Benoemd bij het wapen der infanterie tot len luitenant (naar ouderdom van rang) bij hun tegenwoor dig korps, de 2« luitenants J. C. Beckersvan het 1«, J. S. van Bijsterveld, van het 4C, enJ. A. C. H. van Moll, van het 6c regiment. Overgeplaatst in rang bij het regiment grenadiers en jagers de lc luitenant jonkheer A. M. C. H. Bowier, van het instructie-bataljon. Kerknieuws. Beroepen bij de christelijke gereformeerde gemeente te Ylissingen de heer W. Eichhornpredikant bij die gemeente te Katendrecht.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 1