BIJVOEGSEL VAN DE MIDDELBÜRGSCHE COURANT. Vrijdag 5 Mei 1871. N°. 107. Gemeenteraad ran Middelburg. Zitting van Woensdag 3 Mei. Onderzoek geloofsbrieven missives goedkeuring raadsbesluiten; brieven kamer van koophandel; brief eerstaanwezend ingenieur staatsspoor wegen te Vlissiugen; rekening bank van leening; voor dracht lid plaatselijke schoolcommissie; voordracht lid bestuur over de godshuizen; voordracht hulponderwijzer school C; jaarverslag; proces-verbaal kasopneming; ont slag hulponderwijzer van de Garde; adres bijzonderen kerkcraad van de Nederduitsche hervormde gemeente al hier; voorstel in gebruik geven van grond; vergunning tot het leggen van een plankier; afstand van gemeente grond; pensioen L. F. Krijger; goedkeuring rekening schuttersraad; comptabiliteit burgerlijk armbestuur en bestuur godshuizen; adres "Wolterbeek, van Baggen en Cie; benoemingen. Voorzitter de heer Schorer. Later komen de heeren van Visvliet, Rekker, Dobbe- laer de Wind, Lambrechtsen van Ritthem en van Dig- gel™. ])e voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen de ge loofsbrieven van de nieuw gekozen raadsleden, de heeren Conrad en Schorer, en stelt voor om onmiddellijk tot het onderzoek over te gaan waartoe hijna goed keuring van de vergadering, eene commissie benoemt bestaande uit de heeren Verbrugge, Sifflé en Fokker, die zich tot dat einde verwijderen, terwijl de voorzitter zoolang de vergadering schorst. Na volbracht onderzoek komt de commissie weder ter vergadering, welke wordt verlaten door den voorzitter, die het presidium overdraagt aan den eersten wethou der, den heer de Jonge. Bij monde van den heer Verbrugge wordt door de commissie verslag uitgebracht omtrent de geloofsbrieven vin den heer Schorer, die in orde zijn bevonden, zoodat tot toelating van dien heer wordt geadviseerd. Nadat dienovereenkomstig is besloten verschijnt de heer Schorer weder ter vergadering en herneemt het presidi um, waarna weder bij monde van den heer Verbrugge verslag wordt uitgebracht over het onderzoek van de geloofsbrieven van den heer Conrad, die eveneens in orde zijn bevonden, zoodat omtrent dien heer hetzelfde voorstel wordt gedaan, hetwelk evenzeer wordt goed gekeurd. Van de genomen besluiten tot toelating zal aan de gekozenen en aan gedeputeerde staten worden kennis gegeven. j Door den secretaris wordt het concept-besluit betref fende het onderzoek der geloofsbrieven voorgelezen, waarna door den heer Sifflé wordt opgemerkt, dat abu sievelijk was vermeld dat bij de verkiezing van de heeren Schorer en Conrad 319 geldige stemmen waren uitgebracht, daar dit getal alleen betrekking had op de verkiezing van den heer Schorer. Betreffende diens verkiezing waren slechts 6 stemmen van onwaarde, zoo dat 319 geldige stemmen waren uitgebracht, doch aan gaande de verkiezing van den heer Conrad waren 8 briefjes van onwaarde geweest, zoodat het getal geldige stemmen 317 had bedragen. De voorzitter doet opmerken dat uit het opgemaakte proces-verbaal bleek dat de bedenking van den heer Sifflé juist is; waarna het concept-besluit wordt goed gekeurd. Intusschen zijn de heeren van VisvlietRekkerDob- belaer de Wind en Lambrechtsen van Ritthem ter ver gadering gekomen. De notulen van het verhandelde in de zitting van 5 April jl. worden voorgelezen en goedgekeurd. De mededeeling dat van gedeputeerde staten is inge komen bericht van goedkeuring van het raadsbesluit van den 5™ April jl. om op den post van onvoorziene uitgaven over 1871 te brengen f 130 als kosten van de plaats gehad hebbende enquête naar den toestand van den kaaimuur bij de stadsschuur, wordt voor kennisgeving aangenomen, evenzeer als de mededeeling dat goedkeu ring is verleend tot onderhandsche verhuring van een woonhuis, schuur en erf aan A. J. de Kok. Is ingekomen een brief van de kamer vau koophandel en fabrieken alhier, ter begeleiding van het jaarverslag met bijlagen. Deze missive wordt voor kennisgeving aangenomen en besloten om het verslag en de bijlagen ter inzage voor de leden te leggen en daarna op te nemen in het archief. Eveneens wordt voor kennisgeving aangenomen een brief van dezelfde kamer van koophandel, begeleidende afschrift van een adres van adhaesie aan de tweede kamer der staten-generaal betreffende het voorstel van de heeren 's Jacob c. s. omtrent eene stoomvaartverbin ding tusschen New-York en Vlissingen. In een ingekomen brief van den eerstaanwezend ingenieur van de staatsspoorwegen te Vlissingen wordt aan den raad herinnerd, dat bij notarieele akte van den 23en Februari 1866 tusschen de gemeente en den staat der Nederlanden is overeengekomen, dat eerstgenoemde aan laatstgemeldenzoodra zulks voor den aanleg van de ontworpen spoorweg- en kanaalwerken noodzakelijk zou zijn, kosteloos zou afstaan eenige perceelen grond in eigendom aan de gemeente Middelburg behoorende. Daar thans behoefte bestaat aan eenige perceelen gele gen buiten de Havenbarrière, gezamenlijk groot 1 hek- tare 1 are 58 centiaren, verzoekt genoemde ingenieur dat deze aan het rijk worden overgedragen. Burgemeester en wethouders stellen voor, hem tot het sluiten van een contract tot overdracht te machtigen waartoe zij een concept-besluit hebben ontworpen, het welk na voorlezing wordt goedgekeurd. Voorts zijn ingekomen een brief van het bestuur dei- bank van leening met de rekening over 1870 en het jaarverslag van die instelling. De rekening is door de financieele commissie onderzocht, die tot goedkeuring adviseert. Dienovereenkomstig wordt besloten. Het jaarverslag zal in het archief worden opgenomen. Van de plaatselijke schoolcommissie is ingekomen een brief met een alphabetisch gestelde voordracht tot benoeming van een lid voor die commissie in plaats van jonkheer mr. J. W.- M. Schorer, waarop zijn ge plaatst de heeren J. de Kanter en mr. J. W. Swaters van Schaumburg. Op voorstel van den voorzitter wordt de benoeming tot later aangehouden, evenals die van een lid van het bestuur der godshuizen in plaats van het eervol ontslagen lid jonkheer mr. J. W. ft?. Scho rer, waarvoor door dit bestuur worden voorgedragen jonkheer mr. D. G. van Teijlingen en de heer J. Fak Brouwer Mz, en van een hulponderwijzer op school C, voor gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs voor jongens, waarvoor door burgemeester en wethouders worden voorgedragen de heeren J. H. ftlarx, J. Hoger hand en J. Z. do Buisonjé, allen hulponderwyzers alhier. De mededeelingen van den voorzitter dat burge meester en wethouders in staat zijn om over te leggen het jaarverslag van deze gemeente over 1870, hetwelk eerlang gedrukt aan de leden zal worden uitgereikt en voor het_ publiek verkrijgbaar gesteld, en dat door burgemeester en wethouders de kas van den gemeente ontvanger is opgenomen, waarbij is gebleken dat op 1 April in kas was 25,134.24, worden voor kennis geving aangenomen. Van de plaatselijke schoolcommissie is met| gunstig advies terug ontvangen het adres van M. W. van de Garde, hulponderwijzer op school C, om eervol ont slag tengevolge van zijne benoeming tot hulponder wijzer te Vlissingen. Wordt besloten overeenkomstig het advies der plaatselijke schoolcommissie het ge vraagde eevol ontslag te verleenen. Van den bijzonderen kerkeraad der Nederduitsche hervormde gemeente alhier is ingekomen een adres, geteekend door de predikanten Nonhebei en Rooze- meijer, waarin zij te kennen geven dat het houden van kermissen tegenwoordig gevoegelijk kan worden opgeheven, daar de kermissen geheel van aard zijn veranderd. Vroeger konden zij als jaarmarkten van groot belang voor den handel worden beschouwd, doch thans zijn zij voor den handel onnoodig, geven slechts aanleiding tot dronkenschap en onzedelijkheid, leiden tot het verbreken van alle banden van orde, en strekken slechts tot verbreiding van zonde. Adres sant verzoekt daarom dat door het gemeentebe stuur voortaan geene vergunning meer zal worden verleend tot het houden van kermis. De voorzitter stelt voor de behandeling van dit punt thans aan te houden. Aangezien in vele gemeen ten van ons land de pokziekte is uitgebroken en deze zich ook in deze gemeente in enkele gezinnen heeft vertoond, zouden burgemeester en wethouders daarin misschien aanleiding vinden om aan den raad voor te stellen, de kermis dit jaar niet te doen plaatshebben. Hij acht echter de tijd daarvoor nog niet gekomen en meent dat men den loop van zaken nog eenigen tijd moet aanzien. Een zoodanig voorstel zou echter uiter lijk in het einde dezer maand in behandeling moeten komen en dan kan men zien hoe de toestand zoowel elders als hier is. De raad vereenigt zich met dit voorstel. Vervolgens komt in behandeling een voorstel van burgemeester en wethouders tot het in gebruik geven aan den heer J. van der Waeijen Pieterszen, op zijn verzoek, van een op de kaai geplaatst sleepershuisje voor het lossen en laden der schroefsroomboot de Eendracht. Burgemeester en wethouders hebben geene bezwaren om aan het daartoe gedane verzoek te vol doen en stellen daarom voor den grond en het huisje tot wederopzegging in gebruik af te staan tegen eene vergoeding van 35 cent 's jaars. De heer Verbrugge zou gaarne zien dat in het op te maken contract gene bepaling werd opgenomen, dat het daar geplaatste huisje geen vast gebouw is, maar steeds een los huisje dat verplaatst kan worden; teneinde te voorkomen dat men op het uitsluitend staan op een vaste plaats later rechten zou trachten te gronden. Vroe ger bestonden meer dergelijke huisjes waarop rechten zijn gebouwd. Hij wenscht daarom dat burgemeester en wethouders zullen bepalen dat de aard van het huisje niet mag worden veranderd. De voorzitter doet opmerken, dat latergeen rechten op het gebruik van den grond kunnen worden geput omdat er geene verhuring van grond plaats heeft, maar alleen in gebruik ge ving. Burgemeester en wethouders spreken ook van geene verhuring, en een huurcontract zou niet kunnen worden opgemaakt, omdat het huisje nu hier en dan daar moet staan, zoodat het nooit onroerend goed kan worden.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1871 | | pagina 5